Inleiding.
Familie Koomen.
Feiten.
Oorspronkelijk leefgebied.
Stamboom. Met aanvulling van Stef P.
Koomen.
Zwaagdijk-Oost.
Gewoontes in die tijd.
Het leven.
Kinderen van Pieter Koomen (8-07-1888 tot
21-11-1936)
Zwaagdijk-Oost II
Kinderen Pieter Koomen (vervolg).
Inleiding.
Mijn broer
Peter is overleden op 30 oktober 2015. Hij was close met zijn nicht Margriet
die naast ons woonde. Op haar verzoek bracht ik haar een gedenkboek van Peter
gemaakt door een van zijn kinderen. Ik kwam binnen en Margriet had voor mij 2
onbekende mensen op bezoek. Zij begon hun uit te leggen wie ik was en binnen
enkele minuten wist ik meer van mijn familie in rechte linie dan ik ooit van
mijn vader had komen te weten. Die sprak nooit over zijn ouders en grootouders.
Mijn moeder trouwde met hem in 1944 dus mijn grootvader kende ze niet of
nauwelijks wat bleek toen ik haar een keer over vroeg.
Ik heb mijn
stoute schoenen aangetrokken en ben een week daarna weer naar Margriet gegaan
waarbij ik het hele familiearchief heb gekregen inclusief een heel oud
gedenkkaartje van overgrootvader Gert Koomen van de Neuvel (Wervershoof).
Margriet
verwees me eigenlijk naar Tante Jo (v.d. Lee_Koomen), die had heel wat
onderzocht en dus ben ik naar nicht Lia gegaan die mij het boek ŇMoe verteltÓ
ter beschikking heeft gesteld.
Uit deze twee
boeken is het relaas voortgekomen met enkele wetenswaardigheden over Zwaagdijk
die ik op het internet heb gevonden. Tevens heb ik nog wat feiten gevonden uit
het digitaal archief van West-Friesland en uit de boeken van de Historische
vereniging van Zwaagdijk. Enkele fotoŐs heb ik zelf gemaakt.
Ik hoop dat u
een en ander wetenswaardig vindt en misschien is het een leuk item voor de
verdere generaties om op voort te borduren.
Het onderzoek
van de heer Zijp (zie ÔFamilie Koomen stamboomŐ) heb ik enigszins aangepast.
Afkortingen zijn weggelaten en dingen toegevoegd ter verduidelijking. Zijn verhaal
heb ik integraal overgenomen.
Met dank aan
mijn dochter Astrid die na het opmaken van dit stuk de eerste review uitgevoerd
heeft.
Ook dank aan
mijn broer Niek voor het plaatsen van het stuk op zijn website,
volkoomen.nl, zodat het voor een
ieder toegankelijk is en voor het nader uitspitten van de naam Koomen en het
ontstaan van Zwaagdijk
Familie Koomen.
(door N.J.
Zijp, Den Helder, 29 oktober 1979)
De laatste jaren
is de interesse in vroegere tijden toegenomen. Kleding en meubels uit omaŐs
tijd zijn in. Misschien is dit een modeverschijnsel of misschien is het een
compensatie van de koele zakelijkheid van deze tijd. Interesse voor de
belevenissen van de mensen van vroeger is er natuurlijk altijd al geweest maar
de archieven, waar men verrassend veel kan vinden, zijn voller dan ooit met
bezoekers. Veel mensen (men heeft tegenwoordig meer vrije tijd) zijn
ge•nteresseerd geraakt in regionale geschiedenissen. Aan iedere stad, gehucht
of dorp in West-Friesland en in de kop van Noord-Holland is wel een boek
gewijd. Ze worden grif verkocht en graag gelezen. Men leest in de regionale
dagbladen over archeologische vondsten in West-Friesland (bijv. de oudste
bewoners van Opperdoes) en ook de belangstelling voor de Westfriese taal neemt
weer toe (de cursus Westfries in Schagen gegeven door Dr.J. Pannekeet heeft een
wachtlijst). Men is ook meer gaan lezen en uitzoeken over de eigen voorouders.
Voor u ligt een
kleine publicatie van een stamboom K(o)omen. De bewoners van Noord-Holland
weten dat er veel Komens en Koomens rondlopen in deze streken. Bij een
ontmoeting is men al gauw geneigd te zeggen dat men geen familie van elkaar is.
Gaat men echter terug naar het verleden dan stuit men vaak op dezelfde
voorouders. Gedurende de afgelopen tien jaar heb ik hiervoor alle geboorte-
huwelijks- en overlijdensakten doorgenomen van de meeste gemeenten boven het IJ
over de periode 1811-1892/1902. Deze akten liggen ter inzage in het
Rijksarchief voor Noord-Holland te Haarlem (Ceciliasteeg 2). Ze zijn
gedeeltelijk ook aanwezig in de streekarchieven in opbouw te Alkmaar (oude
Gracht 247) en Hoorn (Nieuwe Steen). Uit dit archief kwamen een heel aantal
gezinnen Komen en Koomen te voorschijn. Sommige gezinnen in duidelijk relatie
met elkaar. Het bleek al gauw dat veel families geconcentreerd met elkaar
waren. In de dorpen Hoogwoud, Abbekerk en Wervershoof en omstreken. Voor het
jaar 1811 (instelling van de Burgerlijke stand door Napoleon) is men voor
verder onderzoek vooral aangewezen op doop-, trouw- en begrafenisboeken van de
kerken. Veel van deze boeken beginnen rond 1600-1650. Omdat men vroeger niet
altijd zuinig er op was zijn er ook veel boeken verloren gegaan. Soms zijn er
ook hiaten. Het blijkt dat het merendeel van de KomenŐs en KoomenŐs
rooms-katholiek waren. Het blijkt ook dat vaak een verwisseling van ŽŽn O en
twee OŐs voorkwam. Bewezen is dat in ŽŽn stamboom zowel Komen als Koomen
voorkwam. Het zou wel verbazend zijn als alle Ko(o)mens familie van elkaar
zijn. Tot nu toe zijn ze tijdens mijn onderzoek verdeeld in 24 grote of kleine
familiegroepen.
Het is zeer
aannemelijk dat de naam Ko(o)men onafhankelijk verschillend van elkaar op
verschillende plaatsen in Noord-Holland is ontstaan. Rond 1600-1700 komt ook op
het platteland het proces op gang om een vaste achternaam aan te nemen. Voor
die tijd had de gewone man als tweede naam de naam van zijn vader. Zoals Jan
Pieterz en Antje Pieters(d). Dit waren dus de kinderen van ene Pieter. Veel
achternamen, die ontstonden in die tijd waren afgeleid van een beroep (Smit),
afkomst (van Schagen) of kenmerk (de Lange).
Ko(o)men is
zeer waarschijnlijk afgeleid van de beroepsnaam Koopman. Volgens een
vriendelijke mededeling van Dr.J. Pannekeet, kenner bij uitstek van het
Westfries is de verbastering Koopman-Koman-Komen heel goed mogelijk. In de oude
doopboeken komt de naam Coman/Komen voor een Ko(o)men meerdere keren voor. Ook
in het middeleeuws gedicht ŇBentrijsÓ wordt een naam Koopman Koman genoemd. Het
is erg onwaarschijnlijk dat de bewoners van het Belgisch-Franse grensplaatsje
Komen in West-Friesland gingen wonen. Bij de naamgeving in onze streken is het
wel kenmerkend om achternamen kort te houden in tegenstelling tot de zuidelijke
Nederlanden. Dus bijvoorbeeld Aaij, Zijp, Knijn en niet van den Abelen of van
den Ketelaars. Vanaf 1811 heeft ieder volgens het decreet van Napoleon een
vaste achternaam.
De Germaanse
persoonsnaam Gomesindus is samengesteld uit de componenten guman = Ôman,
bruidegomŐ en sintha = ÔwegŐ. Hieronder wordt ook de mogelijkheid naar voren
gebracht dat Gomes een op Texel ontstaan vadersnaam is uit de voornaam Come,
welke naam aldaar omstreeks 1500 voorkwam. Come is vermoedelijk ontstaan uit Commer
(= Kommer), naast Gommer en een vorm van Gomarus. De voornaam Come heeft in
Noord-Holland wel de vadersnaam Komen, Koomen opgeleverd.
Ook wordt
verondersteld dat het een afleiding is van Koopman, waar de p weggevallen is,
onwaarschijnlijk omdat er ook een vorm Komen is. Ook een afleiding van komijn,
een kruid, is mogelijk. Ook wordt aan de plaats Komen gedacht, in Frans
Comines, Henegouwen, mogelijk voor KomenŐ s in zuidelijke streken. (uit
volkoomen.nl)
Deze stamboom
is slechts beknopt. Interessant is de vraag hoe men leefde. Wat waren de
beroepen? Was men bemiddeld of onbemiddeld? Had een ieder een eigen stukje
grond? Dit is enigszins na te gaan in de oude boeken. Testamenten,
boedelscheidingen, koop en verkoop kan men vinden in de oud notari‘le
archieven. Het is echter een heel gezoek want niet ieder dorp had een notaris.
Ook had niet iedereen bezittingen. Soms werden ruzies, geschillen om
alimentatie voor de Schout en Schepenen behandeld (oud rechterlijke archieven).
Andere bronnen waar men soms iets kan vinden zijn impostboeken (belastingen) op
trouwen en begraven, grasboeken (een voorloper van het kadaster), huis- en
haardstedenboeken, vroedvrouwboeken, bewapeningslijsten, poorterboeken
enzovoorts. Door verdere studie van al deze boeken zal het misschien toch
mogelijk zijn verschillende stambomen tot ŽŽn geheel te krijgen. Van de eerder
24 genoemde groepen is die mogelijkheid tot stamboom A (waaraan dit schrijven
is gewijd) met stamboom B,C,D,E,F, en S. Zie hiervoor ook het overzichtskaartje
enige bladzijden hierna. Hierop staan vermeld de oudst bekenden van de diverse
stambomen. Een groot mankement bij dit onderzoek is dat de rooms-katholieke
dorps- en trouwboek van de kerk in Abbekerk pas in 1759 begint.
Een genealoog
mag iets pas voor vast aannemen indien de onderlinge familie relaties bewezen
zijn. Toch wil ik hier wagen aan een veronderstelling hoe de verbindingen
onderling gelegen kunnen hebben tussen de verschillende takken. Enkele
aanwijzingen zijn hiervoor wel.
Traditie was
dat de oudste zoon vernoemd werd naar vaders vader. In 1810 trouwen Pieter
Jacobsz Koomen met Neeltje Sijmons Koomen. Zij hebben kerkelijk dispensatie
nodig omdat zij in de 4e graad verwant zijn. Dit houdt volgens de
kerkelijke wetten van toen in dat zij dezelfde betovergrootvader hadden.
In stamboom C
(nog te publiceren) komt de naam Komen en Koomen voor en heeft nakomelingen in
de tegenwoordige tijd. Stamboom A (dit schrijven) is hier in dit schema goed in
te passen. Ook stamboom B kan hieraan verwant zijn. Nakomelingen hieruit dhr.
K. Komen (oud burgemeester van Spanbroek) en dhr. A.E Komen* uit Schagen) zijn
ook met een stamboom bezig.
Hierbij een
overzichtje van de aantallen Komens, voor zover mij bekend, die in deze
stamboom voorkomen.
Generatie |
Aantal
gezinnen |
Aantal
kinderen |
1e |
1 |
4 |
2e |
3 |
14 |
3e |
4 |
22 |
4e |
6 |
44 |
5e |
11 |
79 |
6e |
26 |
166 |
7e |
40 |
154 |
8e |
31 |
49 |
Totaal |
122 |
532 |
De gegevens na
1892 zijn grotendeels verkregen via correspondentie en mondelinge informatie.
Bijna 200 brieven werden er geschreven tot medio 1979. Velen reageerden en
stelden gegevens beschikbaar. Deze stamboom is bijgewerkt met datgene wat ik
tot begin 1979 ontving. Van de overige Ko(o)mens, niet of waarschijnlijk niet
behorend tot deze stamboom (tak B tot en met I), zijn bij mij gegevens bekend
van nog meer dan 500 gezinnen. Het ligt wel in de bedoeling dit verder uit te
zoeken en hierover te publiceren, al of niet in samenwerking met andere
ge•nteresseerden.
Eerder noemde
ik al de adressen van de grote archieven in Noord-Holland. Mijn dank aan het
personeel dat mij regelmatig bij dit en ander onderzoek helpt en uiteraard de
dames en heren van het Rijksarchief in Haarlem. Ieder die als liefhebberij
hiervan iets meer wil weten zijn hiervoor de volgende adressen:
á
Nederlands
Genealogische Vereniging Postbus 976 Amsterdam; Maandblad ŇGens NostraÓ.
á
Afdeling
Den Helder NGV secretaris Mevrouw G Knook- de Lange, W Barendzstraat 87
DenHelder (voorzitter van de werkgroep is ondergetekende).
á
Afdeling
Alkmaar NGV secretaris dhr.P.P.G. Kolk Postbus 48 Heiloo.
á
Historisch
genootschap ŇOud West-FrieslandÓ Postbus 125 Hoorn.
á
Westfries
families werkgroep van bovengenoemd genootschap secretaris dhr. A.J. de Wit,
Schouwtjeslaan 61 Haarlem.
á
Uitgave
van het kwartaalblad en aparte West-Friese stambomen Centraal bureau voor
genealogie Nassaulaan 18 Den Haag.
Tot slot dank
ik ook allen die mij per brief of mondeling informaties gaven over de jongste
generaties. De periode van 1900- tot heden is een moeilijker periode dan de
vorige eeuw om aan gegevens te komen omdat dit moeizaam gaat via
correspondentie. Bovendien is een stamboom pas af als men bij is tot het heden
en een ieder zich zelf op papier tegenkomt in het stamboekje.
N.J. Zijp
(zoon van M.M.Zijp-Komen zie VI-a)
Marsdiepstraat 512 Den Helder
Tel: 02230-32572
Feiten.
(door N.J.
Zijp, Den Helder, 29 oktober 1979)
In deze
stamboom Koomen heb ik tot nu toe 171 gezinnen (zie tabel hieronder). In totaal
heb ik 900 huwelijken van een Ko(o)men (man of vrouw).
Generatie |
Gezin |
1 |
1 |
2 |
1 |
3 |
4 |
4 |
2 |
5 |
10 |
6 |
25 |
7 |
35 |
8 |
52 |
9 |
39 |
10 |
2 |
Zwaagdijk, b.
in de Vier-Noorderkoggen,(?), met 39 h. en nagenoeg 220 inw., van welke 9 h. en
ongeveer 70 inw. onder Nibbixwoude -en-Hauwert, 14 h. en 70 inw. onder
Wognum-en-Wadway, en 16 h. en ruim 80 inw. onder Zwaag-Hoog-en-Laag-en-Hauwert
behoort, meestal het Zevenhuis geheeten. Deze b. is eene der welgelegenste en
liefelijkste plekken van West-Friesland. Tusschen hier en Ooster-Blokker viel
in 1446 een gevecht voor, tusschen de Kennemers, die de zijde van Vrouw Jacoba
gekozen hadden, en de Hoornsche poorters, waarin de laatste te kort schoten. In
1508 werd Zwaagdijk door de Geldersche Friezen afgeloopen. (Aardrijkskundig
woordenboek der Nederlanden, A.J. van der Aa, deel 13, pag. 381, 1836-1851)
Wapen.
Afbeelding; wapen van de familie Koomen, jaartal ongeveer
1600. Vermeld op het uurwerk
in de toren van de Neder Hervormde kerk te Sijbekarspel. Het is een 2 span voor
een wagen met voerman en 5 biervaten.
Afbeelding 2;
Zwaagdijk.
afb. 1,
Zwaagdijk. Afb. 2 Wapen familie Koomen, jaartal rond 1600.
(door N.J.
Zijp, Den Helder, 29 oktober 1979)
Zwaag
1812-1816.
Bestuur en
grondgebied.
De gemeente Zwaag is per 1
januari 1812 ontstaan door samenvoeging van de gemeenten Zwaag en Hoog- en Laag-Zwaagdijk. De gemeentelijke herindeling van 1817 had
voor de gemeente Zwaag geen gevolgen. In 1869 werd Hoog- en Laag-Zwaagdijk van Zwaag gescheiden en gevoegd bij de gemeente Wervershoof.
Een dijk
midden door West Friesland, waar is dat nu voor nodig? Dat zouden vele mensen zich
nu afvragen. Maar voor een goed begrip voor het ontstaan van Zwaagdijk moet je
eerst weten hoe het er vroeger ongeveer heeft uitgezien.
Ga er vanuit
dat er twee belangrijke wegen waren, Herenweg en Westerse weg. De Herenweg kwam
langs de abdijen vanuit het zuiden
via Egmond, Schagen, Hoogwoud, Wognum, Hauwert en Wervershoof naar Enkhuizen en
zo naar Stavoren. Ik heb wel eens in geschriften van rond 1100-1200 gelezen dat
men van Stavoren door velden en lover naar Enkhuizen en Schagen wandelde. Die Herenweg was de buitenste weg,
daarachter lag de Waddenzee of de wadden.
Dus denk even al de nu bekende dijken en lijnen weg.
Dan zien we
dat de Herenweg via de abdijen vanuit het zuiden naar Hauwert ging. De hauw van
Hauwert kan gemeenschappelijke grond betekenen of beter hof, wert is wierde en
die wierde zie je wat nu landgoed RobacherŐs watermolen heet waar een paar
boerderijtjes op een terp stonden. Vervolgens ging de weg naar Wervershoof,
eerder Werferts hoof; hoeve op een werf of wierde. Die wierde zie je op de
Neuvel (waarschijnlijk afgeleid van den heuvel) op de boerderij waar vroeger
Vok Koomen woonde. Vervolgens ging die weg rechtdoor waar nu het Raadhuis staat
en via de Dorpsstraat naar Andijk en zo naar Enkhuizen.
Tijdens de
Allerheiligenvloed van 1170, de
Sint Marcellus vloed van 1214, Sint Nicolaasvloed in 1196 en de
stormvloed van 1214 werden grote delen van Noord Nederland onder water gezet.
Dat was de scheiding van de Friezen en West Friezen en de Zuiderzee ontstond.
Robachers
watermolen. 2de Boerderij in
de Neuvel. 3de bocht in de Dorpstraat, de Zeeweg, 1ste
uit Google maps.
Ontwikkeling.
Die Herenweg
ging dus via Hauwert naar Wervershoof. De Neuvel was de verbindingsweg met
Hauwert. Door een overstroming verdween de weg en bleef Hauwerter Zak over. Dat
wiel is nog wel te zien in de wiel van de Eendenkooi. Dus moest het
achterliggende land van Zwaag en Westwoud beschermd worden tegen de
overstromingen en ook door het dalen van de grond. Daarna is via Medemblik en
Onderdijk Zwaagdijk gebouwd langs de Neuvel die gelijk met Hauwert zijn
doorgaande functie verloor en minder bekend werd. In 1288 wordt Zwaagdijk al
vermeld. Dat moet dan onder Floris de V geweest zijn, of hadden de oude Friezen
toen al zoveel bestuur dat ze zelf een dijk konden maken?
Trek je de weg
van de Neuvel rechtdoor kom je op de Dorpsstraat. Die eindigt in een rare bocht
bij de Zeeweg. In die bocht staan mooie oude boerderijen die wat schril
afsteken bij de kleine arbeidershuisjes aan de Zeeweg. Hier is dus iets
gebeurd. Trek je de weg echter recht door via de Dorpstraat kom je in het
Hoogelandje in Andijk waar nog een boerderij op een terpje staat. Een andere is
een paar jaar geleden afgebroken en stond ook op een terpje. Tussen het
Hoogelandje en de Dorpsstraat is dus iets gebeurd, Zeeweg. Ook na het
Hoogelandje is de weg verdwenen. Waarschijnlijk is dit hele gebied overstroomd
geweest.
Vlakbij de
eendenkooi liggen nog wat heuveltjes, terpjes, plaatsen waar in natte tijden
het vee gebracht werd. Prof Waterbolk heeft hier opgravingen gedaan omdat hij
meende dat het oude grafheuvels waren. Maar je begraaft de doden niet in natte
plekken, maar in droge zoals Hoogwoud en Westwoud. Hij vond dus niet veel. Het
zijn waarschijnlijk wel vluchtheuvels geweest zoals ik ze ook gezien heb in de
Peizer maden die de boeren bij nat weer gebruikten om hun vee op het droge te
trekken.
Bij de groene
bosjes achter het woord Zwaagdijk ligt het Weeltje. Uit Google maps.
Aan
de andere kant was de Westerse weg, dat zie je nog in Enkhuizen waar weer een
van de westelijke straten is. Begint in Enkhuizen en gaat recht door naar Hoorn
dat nu Zesstedenweg heet. Zesstedenweg
eindigt hier in Westwoud bij Doctor Nuijensstraat en begint weer bij in
Blokker.
Daar ontbreekt
dus een stuk. In Westwoud eindigt de weg in een T sprong die in de bocht van
Westwoud naar beneden en omhoog gaat. Trek je die lijn van de Zesstedenweg
echter recht door komt die precies uit richting kerk van Zwaag. De tweede weg
ligt naar beneden en is de Dijkweg; een veelzeggende naam. Die stopt ook opeens
en gaat ook naar boven. Die onderbreking is wel vanwege het Weeltje, wat een
wiel betekent of dijkdoorbraak, dat de dijk van Zwaagdijk doorbrak in 1675
waardoor het achterliggende land en ook Westwoud onder water kwam. Het ligt er
vlak achter en zou voor die doorbraak gezorgd kunnen hebben. Dat betekent dan
ook dat al het achterliggende land
onder water lag, Wognum, Hoogwoud etc. Vele dode mensen en dieren,
honger en ziekte, armoede, rotzooi, ellende, het was ook gelijk het einde van
de Gouden Eeuw.
Zo verhaalt
Commelin in 1726 dat in er 1570 met de Allerheiligenvloed wel 400 000 mensen
omgekomen zijn. Misschien klopt dat aantal niet, maar het geeft wel weer hoe
verschrikkelijk die storm was want hoeveel mensen zouden er toen gewoond hebben?
Zijn er nog wel echte West Friezen over? Ik heb het eens onderzocht bij oudere
mensen die al lang in Limmen woorden. Van de 15 ondervraagden kon je aan de
naam zien dat ze elders vandaan kwamen of dat ze zelf wisten dat hun voorouders
van elders kwamen.
In
Westerwijzend liep tot vorig jaar, 2010, nog een oeroud dijkje wat wel bestemd
was om het water vanuit Venhuizen weg te houden en Westwoud te beschermen. Daar
moest mijn moeder altijd overheen om naar de school in Westwoud te gaan. Ik
wilde daar nog een foto van nemen, net te laat, graafmachines waren bezig en
men bouwde er huizen. Jammer, 1000 jaar oude dijk.
Wie zich
hiervoor interesseert kan meer vinden op volkoomen.nl onder het kopje:
Herenweg, Friezen en Plaatsnamen en hun betekenis.
Bron Nico Koomen.
In juli 1810 werd het Koninkrijk Holland bij het Franse Keizerrijk ingelijfd. Niet lang daarna werd ook de Franse wetgeving van kracht. Als gevolg daarvan werd in maart 1811 de burgerlijke stand ingevoerd. De geboorteakten, huwelijksakten en overlijdensakten uit de beginjaren zijn compleet bewaard gebleven, zowel van de twee gemeenten in 1811 als van de fusiegemeente Zwaag vanaf 1811.
Bestuur en
grondgebied
De gemeente Wervershoof is in 1817 ontstaan na opsplitsing van de in 1812
gevormde gemeente Andijk, en had
hetzelfde grondgebied als v——r 1812. Per 1 januari 1869 werd Hoog- en
Laag-Zwaagdijk (tot dan gemeente Zwaag) aan de
gemeente Wervershoof toegevoegd.
In eerste instantie waren op plattelandsgemeenten respectievelijk het
ŇReglement van bestuur voor het platteland der Provincie HollandÓ (1816) en het
ŇReglement op het bestuur ten platten lande in de Provincie HollandÓ (1825) van
toepassing. De Grondwet van 1848, in 1851 gevolgd door de Gemeentewet, maakte
een einde aan het onderscheid tussen steden, heerlijkheden, districten en
dorpen. De nieuwe staatsinrichting kende alleen nog gemeenten.
De gemeente Wervershoof ging in 1979 op in een nieuwe fusiegemeente, eveneens Wervershoof
genaamd.
Burgerlijke
stand.
Akten van geboorte, huwelijk en overlijden zijn bewaard gebleven uit de gehele
periode. Ze worden overgebracht naar het Westfries Archief zodra de wettelijke
termijn is verstreken. Voor geboorteakten is dat 100 jaar, voor huwelijksakten
75 jaar en voor overlijdensakten 50 jaar.
Raadpleeg het overzicht voor
de akten van de burgerlijke stand die in de studiezaal beschikbaar zijn.
Volkstellings-
en bevolkingsregisters.
In de eerste helft van de negentiende eeuw bestond er reeds provinciale
regelgeving voor het bijhouden van een bevolkingsadministratie. In 1849 volgde
wetgeving vanuit het Rijk.
De bevolkingsadministratie van Wervershoof begint in 1861 en loopt tot aan de
invoering van het systeem met persoonskaarten in 1939.
Van de gemeente Zwaag (met Hoog- en Laag-Zwaagdijk) begint de
bevolkingsadministratie in 1850.
Van Zwaag is een volkstellingregister bewaard gebleven uit 1850, van
Wervershoof geen.
Kadastrale
registers.
In 1832 werd het kadaster ingevoerd. Van de gemeente Wervershoof zijn
kadastrale leggers bewaard gebleven van de periode 1832-1970. Voor Hoog- en
Laag-Zwaagdijk zie ook gemeente Zwaag. Van deze gemeente zijn de kadastrale
leggers ook vanaf 1832 bewaard gebleven.
Hinderwet- en
bouwvergunningen
Voor onderzoek naar huizen en bedrijven zijn gemeentelijke archieven van
belang. Ze bevatten vaak Hinderwetvergunningen (verleend ingevolge de
Hinderwet, 1875-1993) of bouwvergunningen (verleend ingevolge plaatselijke
verordening op het bouw- en woningtoezicht).
In het archief van de gemeente Wervershoof zijn Hinderwetvergunningen bewaard
gebleven uit de periode 1904-1978, bouwvergunningen zijn er vanaf 1906.
Archieven
van waterschappen.
Wervershoof viel voor het onderhoud van de Westfriese Omringdijk onder het
ambacht Drechterland. Hoog- en Laag-Zwaagdijk viel onder het ambacht de Vier
Noorder Koggen.
Voor de afwatering behoorde Wervershoof tot polder Het Grootslag, Hoog- en
Laag-Zwaagdijk tot de Vier Noorder Koggen. De Vier Noorder Koggen en polder Het
Grootslag zijn in 1973 opgegaan in het Waterschap West-Friesland.
Het
plaatselijk polderbestuur, dat voornamelijk was belast met het onderhoud van
enkele wegen en innen van de omslagen (waterschapsbelasting) voor polders en
waterschappen, werd tot in de jaren 1850 uitgeoefend door de gemeentebesturen
(respectievelijk dus van Wervershoof en Zwaag). Voor deze taak werden in het
ambacht Drechterland en de Vier Noorder Koggen respectievelijk in 1859 en 1860
gereglementeerde besturen ingesteld, waaronder de banne Wervershoof en de banne
Hoog- en Laag-Zwaagdijk. Vanwege de weinig omvangrijke taak van de bannen
concludeerde het provinciaal bestuur uiteindelijk dat deze even goed verricht
kon worden door de polders waarin de bannen waren gelegen. Op 23 augustus 1933
werd het besluit van Provinciale Staten afgekondigd tot opheffing van de bannen
in de Vier Noorder Koggen als gereglementeerde waterschappen. Tegelijk werd een
nieuw bijzonder bestuursreglement voor de Vier Noorder Koggen vastgesteld, om
het overnemen van de taak van de bannen te regelen. Op 6 juli 1948 besloten
Provinciale Staten tot opheffing van de bannen in de Drechterland als
gereglementeerde waterschappen. Ook in Drechterland werd de taak van de bannen
overgenomen door de polders.
Stamboom. Met aanvulling van Stef. P. Koomen
(door N.J.
Zijp, Den Helder, 29 oktober 1979)
Oudste tot nu
toe bekende stamvader:
1)Pieter
Hermensz zoon van –
Trouwt
met Trijntje Laurents te Wervershoof op 10-1-1708.
Rooms-katholiek.
Kinderen:
1.
Geert
gedoopt te Wervershoof op 6-2-1707.
2.
Lauwe gedoopt te Wervershoof
op 24-9-1709.
3.
Johannes
gedoopt te Wervershoof
?–5-1713.
Familie Koomen
afstammend uit Wervershoof.
Lauwe
Pieterz Koomen gedoopt
te Wervershoof op 24-9-1709 zoon van Pieter Hermensz en Trijntje Laurents:
á Trouwt eerste keer met
Trijntje Ariens.
á Trouwt voor de 2e
keer te Wervershoof op 23 januari 1741 (impost 9-1-1741) met Femmetje Lubberts.
á Trouwt voor de 3e
keer te Wervershoof op 2 mei 1754 (Broekoort)(6-4-1751) met Crelisje Jacobs.
á Trouwt voor de 4e
keer Reinouw Sijmens.
Kinderen:
1.
Pieter
gedoopt te Wervershoof / B.o. 15-11-1728.
2.
Gerardus
gedoopt te Wervershoof/B.o. 29-3-1730.
3.
Meinoukje
gedoopt te Wervershoof op 9-3-1732 gehuwd in Wervershoof op 30-1-1758 met
Pieter Jansz Laan geboren op 21-2-1736 te Wervershoof overleden 13-11-1810.
Vader: Jan Pietersz en moeder Greet Dicks.
4.
Arien
gedoopt te Wervershoof op 20-12-1733.
5.
Joannes
gedoopt te Wervershoof/B.O. 10-2-1736.
6.
Maria
gedoopt te Wervershoof/B.O. 29-10-1738.
7.
Adrianus
gedoopt te Wervershoof/B.O. 16-8-1743.
8.
Cornelis
gedoopt te Wervershoof/B.O. 15-1-1745.
9.
Joannes gedoopt te Wervershoof /B.O. 14-3-1747.
10.
Joanna
gedoopt te Wervershoof /B.O. 8-10-1748.
11.
Laurentius
gedoopt te Wervershoof rsh. /Broekoort 19-9-1750 .Geboren R.C te Nibbixwoud1753
overleden Nibbixwoud 31-12-1818.
12.
Ava
gedoopt te Wervershoof/Broekoort 20-3-1755.
13.
Cornelis
gedoopt te Wervershoof 27-8-1756.
14.
Geertje
? (Meter
in 1779-1781).
15.
Greetje
gedoopt te Wervershoof/Onderdijk 24-12-1766.
16.
Antje
gedoopt te Wervershoof/Onderdijk 13-9-1768.
17.
Crelisje
gedoopt te Wervershoof/Onderdijk 12-9-1770.
18.
Pieter
gedoopt te Wervershoof /Onderdijk 2-7-1772.
19.
Sijmen
gedoopt te Wervershoof/Onderdijk 2-7-1772.
20.
Aafje
gedoopt te Wervershoof/ Onderdijk 22-4-1775.
21.
Marijtje
gedoopt te Wervershoof/Onderdijk 16-4-1778.
Jan
Lourensz Koomen
gedoopt te Wervershoof op 14-3-1747 (register civique 1811; lijst van volwassen
mannen Zwaag 1747) zoon van Lauwe Pietersz en Femmetje Lubberts. Getrouwd te
Wervershoof 7-5-1775 met
Geertje Jacobs Verve weduwe van Jan Meindertz. en overleden te Zwaag 8-9-1824.
Beroep: bouwman. Rooms-katholiek.
Kinderen:
1. Jacob gedoopt te Onderdijk 16-2-1776. Overleden -02-01-1854 te Wervershoof.
Femmetje gedoopt te Onderdijk 11-9-1778.
2. Maartje gedoopt te Onderdijk 18-11-1779 overleden Zwaag 21-7 -1852
getrouwd te Zwaag 2-5-1813
met Jan Schuurman gedoopt H.L. Zwaagdijk. 1756 weduwnaar van Maartje Breumer
schoenmaker; zoon van Johann Sűhr.
3. Anna gedoopt te Onderdijk 23-12-1781 overleden te Zwaag 23-11-1857
getrouwd voor de 1e keer met Simon Eg. En getrouwd voor de 2e
keer te Grooteboek op 2-5-1819 met Cornelis Klaasz Pennekamp gedoopt te
Lutjebroek op 28-1-1784 weduwnaar van Dieuwertje Peerdeman; dagloner. Zoon van
Klaas Hendriksz en Trijntje Jans Roemer.
4. Catharina gedoopt te Onderdijk op 6-11-1784 getrouwd te Hoogkarspel op
20-2-1814 met Jan
Messelaar te Hoogkarspel (1790) zoon van Willem en Hiltje Berends.
5. Laurentius gedoopt te Onderdijk op 6-11-1790.
á collectie doop-, trouw- en begraafboeken
á dorpsarchief Hoog- en Laag-Zwaagdijk
á stadsarchief Medemblik (onder andere de registers van 200e
en 1000e penning, haardstedengeld en familiegeld uit de jaren 1623,
1628, 1638, 1644, 1647, 1654-1661, 1667 en 1674)
á oud-rechterlijk archief Medemblik (rechtbankverslagen,
transporten onroerend goed en hypotheekakten)
á oud-rechterlijk archief stede Wervershoof c.a. (1795-1804,
met rechtbankverslagen, transporten onroerend goed en hypotheekakten)
á hervormde gemeente Wervershoof
á statie Wervershoof (bevat nauwelijks bescheiden van v——r
1812)
á notarieel archief Wervershoof en omliggende plaatsen
á archief van het ambacht van West-Friesland genaamd Vier
Noorder Koggen (afschriften van registers van de 40e penning over
overdracht onroerend goed in Medemblik met Hoog- en Laag-Zwaagdijk over
1660-1689)
á stadsarchief Hoorn (afschriften van registers van de 40e
penning over overdracht onroerend goed in Medemblik met Hoog- en Laag-Zwaagdijk
over 1680-1689)
Jacob
Jansz Komen
gedoopt te Onderdijk op 16-2-1776. Overleden te Wervershoof 2-1-1854; boer.
Register civique 1776 overleden Zwaag op 2-1-1854. Zoon van Jan Louwersz- en
Geertje Verve.
Trouwt voor de
eerste keer te Wervershoof op 8-2 -1801 met Trijntje Pieters Veul uit Hem
5-4-1780 en overleden te Zwaag 19-8-1833, dochter van Pieter Pietersz en Bregje
Jacobs Hoogzaat.
Trouwt voor de
2e keer te Zwaag op 24-1-1834 met Vrouwtje de Boer gedoopt te
Hoogkarspel16-7-1781 overleden in Zwaag op 26-2-1855. Dochter van Jan Cornelisz
en Trijntje Schoutsen. Rooms-katholiek.
Kinderen:
1. Jan gedoopt
Wervershoof op 17-1-1802. Overleden 29-10-1879 te Wervershoof.
2. Pieter gedoopt Hoog-Laag
Zwaagdijk op 11-10-1803.
3. Jacob gedoopt Wervershoof op
11-1-1805. Overleden 14-09-1868 te Wervershoof.
1. Sijmon gedoopt Hoog-Laag Zwaagdijk op 21-12-1806. Overleden 17-12-1891
te Bovenkarspel.
2. Teunis of Timon, gedoopt Hoog-Laag Zwaagdijk op 18-11-1807. Trouwt op
28-04-1831 met Geertje Commandeur uit Wervershoof te Wervershoof.
3. Cornelis gedoopt H.L. Zwaagdijk op19-3-1810.
4. Maria gedoopt /geboren
Medemblik/Zwaag op18-7-1811 overleden te Zwaag 31-12-1833.
5. Pieter gedoopt Zwaag op 3-12-1813. Getrouwd te Zwaag op 15-01-1874.
6. Klaas gedoopt Zwaag op
28-1-1817. Overleden te Wervershoof 13-02-1891.
Pieter Koomen geboren te H.L. Zwaagdijk op 3-12-1813
boer/bouwman overleden te Wervershoof 15-1-1874. Zoon van Jacob Jansz en
Trijntje Pieters Veul. Trouwt voor de eerste keer te Zwaag 15-1-1835 met
Geertje Kuyper geboren te Wervershoof 23-7-1813 overleden te Zwaag 29-11-1849 dochter
van Cornelis en Antje Boer. Trouwt voor de 2e keer te Zwaag op
6-2-1851 met Meinoutje Deen geboren te Wervershoof 1824. Meinouwtje kon niet
lezen en of schrijven. Dochter van Gerrit Deen en Marijtje Oud.
Kinderen:
1. Jacob
geboren te Zwaag 7-2-1836
2. Antje
geboren te Zwaag 9-6-1837
overleden te Zwaag 14-6-1837.
3. Vrouwtje
geboren te Zwaag 3-4-1839
overleden te Zwaag 6-4-1839.
4. Cornelis
geboren te Zwaag 4-7-1840.
5. Vrouwtje
geboren te Zwaag 3-10-1842
overleden te Wervershoof 17-6-1914. Trouwt te Wervershoof 29-6-1870 met
Cornelis Mol geboren te Zwaag 19-12-1837. Arbeider/landbouwer en zoon van Klaas
Mol en Geertje Manshanden.
6. Jan
geboren te Zwaag 7-1-1845
overleden te Zwaag 16-4-1851.
7. Antje
geboren te Zwaag 22-11-1849
overleden te Zwaag 9-1-1851.
8. Gerrit geboren te Zwaag 15-10-1854
9. Jan geboren te Zwaag 2-11 1856
10. Teunis geboren te Zwaag 22-12-1858 overleden te Zwaag 19-8-1863.
11. Marijtje geboren te Zwaag 1 9-12-1860 overleden te Wervershoof 21-1-1894 trouwt te
Wervershoof 15-4-1885 met Theodorus Dekker, geboren te Wervershoof 18-10-1864,
vrachtrijder overleden te Wervershoof 28-8-1948, zoon van Jan Dekker en
Trijntje Dol.
12. Trijntje geboren
te Zwaag 12-1-1864.
Overleden in Grootebroek -3-05-1939.
Trouwt te Wervershoof op
6-1886 met Paulus Kreuk, geboren te Grootebroek op 3-9-1861 zoon van Jan Kreuk
en Geertje de Wit.
Gerrit
Koomen geboren
te Hoog en Laag Zwaagdijk op 15-10-1854 landbouwer zoon van Pieter en
Meinouwtje Deen, overleden te Medemblik 17-3-1940. Trouwde de 1e
keer te Grootebroek op 14-2-1884 met Freekje Kreuk, geboren te Grootebroek op
3-3-1859, gestorven te Wervershoof op 2-7-1898. Dochter van Jan Kreuk en
Geertje de Wit. Gerrit trouwde voor de 2e keer te Wervershoof op
20-6-1900 met Betje Mol geboren te Andijk op 11-8-1864 dochter van Meindert Mol
en Aaltje Tensen. Zoals het zo vaak ging in die tijd kwam er bij het overlijden
een huishoudster in huis waarmee de weduwnaar dan later trouwde.
afb. 3. Het
huis van Gerrit Koomen in Wervershoof.
afb. 4 en 5.
Gert Koomen en zijn vrouw Betje Mol.
Geboren
15-10-1854
Gehuwd |
2-6-1900
11-9-1864 |
Overleden 17-3-1940 |
14-3-1936 |
Volgens Jo uit ŇMoe verteltÓ ging Gert Koomen met een bootje naar de bouw. Hij
verdronk en werd de volgende dag gevonden.
afb. 6; Gert
Koomen en zijn overlijdensbericht.
afb. 7:
overlijdensbericht van Freekje Kreuk.
Afb. 8: buurtfoto van de Neuvel bewoners. Tegen de oostmuur van de boerderij van Pieter Koopman (nu
Rein Langedijk, Neuvel 17). Op de achtergrond de boerderij van Gert Koomen.
Plaats: |
Wervershoof |
|||||
Adres: |
Neuvel 17 |
|||||
Datering: |
ca. 1910 |
|||||
Calque-schets: |
|
Uit het eerste
huwelijk met Freekje Kreuk heeft hij 6 kinderen. Uit het tweede huwelijk met
Betje Mol heeft hij 4 kinderen.
Kinderen:
1. Meinouwtje geboren te
Wervershoof 27-11-1884 overlijdt te Wervershoof op 8-12-1884.
2. Geertje geboren
te Wervershoof 27-3-1886 getrouwd te Wervershoof op 29-5-1912 met Jan Rood geboren
te Grootebroek op 3-2-1887 landbouwer; zoon van Arien Rood en Cornelis Botman.
3. Pieter geboren
te Wervershoof 8-7-1888. Zie VII gehuwd met Johanna Botman
geboren 18-8-1887 en overleden 23-6-1954.
4. Jan geboren
te Wervershoof 3—12-1890, zie VII gehuwd met Afie
de Wit geboren 2-9-1893 overleden op 11-8-1968.
5. Gerardus geboren
te Wervershoof 28-6-1893, zie VII gehuwd met Wilhelmina Bezuijen geboren 21-6-1893
overleden 30-10-1979.
6. Paulus geboren
te Wervershoof 19-5-1897, overleden
Wervershoof 5-6-1901.
7. Meinardus
geboren te Wervershoof 4-4-1901, zie VII gehuwd met Anna de
Vries geboren 20-30-1901 overleden 21-4-1990.
Geboren uit het huwelijk
met Elisabeth Mol(geboren te Andijk):
8. Paulus geboren te Wervershoof 28-7-1902, zie VII gehuwd met Emma
Vlaming 13-6-02 overleden
27-10-1992.
9. Frederica
geboren te Wervershoof 27-4-1904 overleden te Wervershoof op
25-10-1920.
Volkert geboren
te Wervershoof 17-7-1907 zie
VII gehuwd met Anthonia Dudink geboren 19-06-1916, overleden 20-12-1971.
Afb. 9: Een
deel van de kinderen van Gerrit. Vlnr: Piet, Paulus, Gert, Geert, Jan, Vok en
Meindert, Foto is van 29-4-1912.
afb. 10: Zoons
Jan, Piet en Gert. (van lnr)
Afb. 11: Gert
Koomen met Betje Mol (2e huwelijk) 25 jaar getrouwd.
Vlnr achterste
rij: Piet, Jan, Afie de Wit, Paulus, Vok, Meindert, Mien Bezuijen, Gert, Jan
Rood
Volgens Jo uit
ŇMoe verteltÓ konden Piet en zijn vader Gert het goed met elkaar vinden en
werkten ze samen. Wat er met haar moeder is gebeurd weet Jo niet.
afb. 12: Mien
Bezuijen Jansje Bot.
Afb. 13: 1)
Betje Koomen-Meester, 2) Afie Bosman-Koomen, 3) Cornelia Koomen-Imming, 4) Mien
Koomen-Bezuijen, 5) Geertje Botman.
Afb. 14: Vok
Koomen en Dina Rood op 9-jarige leeftijd.
Plats :
Wervershoof.
Adres (of locatie) :
Neuvel.
Datering :
ca. 1915.
Bijzonderheden :
Dina Groot was grootmoeder van
Jac. de Boer. Ze hebben de doopkaars in de hand t.g.v. hun eerste H. Communie viering,
wat toen tevens de plechtige communieviering was.
Op de achtergrond is gedeeltelijk de oude stolp (ŽŽn van de drie van het
Neuvel-end) met perenboom nog te zien die in 1936 gesloopt is.
Afb. 15: Vok
en zijn vrouw Tonia in ongeveer 1968 In de bloemetjes gezet van het afscheid
als voorzitter van de LTB
Afb. 16: Vok
wordt geridderd in 1968.
Afb. 17: Vok
neemt afscheid als wethouder van Wervershoof 1970. Afb. 18: Start aanleg van de
weg van Vok (zie ook afb 20).
afb. Vok in
1975. Afb. 20: De weg van Vok.
afb. 21 &
22. Bejaardenreisje naar oud Burgemeester Raat te Zeist in september 1958 &
Calqueschets.
1 Gert Koomen Gz. |
|
155 Meindert Koomen |
Afb. 23 &
24: Wervershover en Onderdijker tuinders op excursie naar het Westland om zich
te laten informeren over de kassenbouw.
Plaats/dorp |
: |
Het Westland |
Datering |
: |
Ca.1930 |
Bijzonderheden |
: |
Er werden nogal wat
kassen gebouwd, vooral voor de druiventeelt. Enkele van de onbekende personen
zijn wellicht Westlandse tuinders. |
Calque-schets: |
: |
1 Kees Boon, 2 Dirk van der
Gulik, 3 ?, 4 Toon Rayer, 5 voorlichter, 6 Simon Paaij, 7 Kees Laan, 8 Klaas
Koomen, 9 Paulus Koomen, 10 ?, 11 Piet van Ophem, 12 ?, 13 Jaap Smak, 14
chauffeur, 15 Paulus Bot, 16 Rayer Noordeloos, 17 Kees Schouten, 18 Arie
Haakman, 19 Jaap Dol, 20 meester J.A. Bos, 21 Kees Laan, 22 Kees Schoenmaker,
23 ?, 24 Jaap Grooteman, 25 ?, 26 voorlichter, 27 D.A.S. Sijm, 28 Joost
Visser, 29 Jan Mol, 30 Kees Weel, 31 Vok Koomen?, 32 Piet Koomen, 33
voorlichter, 34 Klaas Smak. |
afb. 25: vlnr
4de rij: Tinus Nieuweboer, Wout Commandeur, Nico Lakeman, Gert
Koomen, Jan Weel, Cor Kuin en Piet Boon.
afb. 26:
Schaften in roderstijd op het land van Meindert Koomen.
Plaats |
:
|
Wervershoof |
Locatie |
:
|
Buitengebied |
Datering |
:
|
1954 |
Bijzonderheden |
:
|
Zittend op de draaibrug van het perceel genaamd Rebel. |
Pieter
Koomen geboren
te Wervershoof op 8-7-1888 tuinder/landbouwer gestorven Zwaag 21-11-1936.
Ondertrouw 12-4-1912 en getrouwd te Wervershoof op 29 april 1912 met Johanna
Botman.
Zoon van Gerrit Koomen en Freekje Kreuk (ovl 2-7-1898). Pieter en
Johanna gaan wonen na zijn huwelijk op nummer 15 (zie afb. 29)
1.
Anny
Fredrica geboren
te Wervershoof op 5-3-1913 echtgenoot Coos Daanen.
2.
Gerardus
geboren te Wervershoof op 18-3-1914 getrouwd te Wognum op 18-8-1938 met Johanna
(Jo) Kamp geboren 1 december 1913 te Wognum. Overleden 26 september 1998 te
Wervershoof.
3.
Frederica
geboren te Wervershoof op11-9-1916
getrouwd te Wervershoof op 23 mei 1939 met Lourens Otsen geboren te Zwaag 1908;
landarbeider en zoon van Jacob Otsen en Aafje Buis. Overleden op 30-10-1997.
4.
Simon
geboren te Wervershoof op 17-7-1918. Gehuwd met Cunera Schouten op 25-4-1944.
5.
Elisabeth
geboren
te Wervershoof op 26-9-1920 getrouwd te Wervershoof op 1-4-1947 met Nicolaas
Berkhout; geboren te Andijk 1917 expediteur zoon van Dirk Berkhout en Cornelia
Martha Oud.
6.
Pieter
geboren te Wervershoof op 21-9-1922.Geemigreerd naar Canada en huwt daar met
een weduwe.
7.
Geertruida
geboren
te Wervershoof op 6-4-1924 getrouwd te Wervershoof op 2-5-1950 met Arie van der
Gracht geboren te Sijbekarpsel 1925; landarbeider en zoon van Pieter van der
Gracht en Immetje Lou.
8.
Jan
geboren
te Wervershoof 16-5-1926 overleden te Wervershoof 16-5-1929 door verdrinking.
9.
Johanna
geboren
te Wervershoof op 20-2-1924 getrouwd te Wervershoof op 24-4-1951 met Jacobus
van der Lee geboren te Nibbixwoud 1925; tuinbouwer en zoon van Arnoldus van der
en Neeltje Meilink.
Jan geboren
te Wervershoof op 1-8-1928 getrouwd te Wervershoof met Afra Sjerps, dochter van
Piet en Catharina Aker.
afb. 27:
Johanna en Piet. Afb.
28: Piet Koomen.
afb. 29: Huis
aan de rechterkant is het huis van Piet en Johanna.
Medemblikker Courant
De heer P. Koomen van Zwaag- dijk, meer bekend onder de naam van Piet van Gert, kwam met zijn rijwiel van de Koemarkt te Hoorn en werd achterop gereden door een uit de richting Hoorn komende auto van Avenhorn. De sectie-chef van de ăWACOÓ te Medemblik, de heer Eilander, welke juist na het ongeval ook uit de richting Hoorn passeerde, heeft onmiddellijk Dr. v. Wesemael en de politie te Wognum gewaarschuwd. Toen de medicus zeer spoedig ter plaatse kwam, kon deze slechts de dood constateeren (
Medemblikker Courant, 1936-10-24; p. 7).
Oproep van de Notaris in De Nieuwe Courant:
Allen, die
iets te vorderen hebben van-, verschuldigd zijn zijn aan- of borgtochten onder zich hebben, geteekend door nu wijlen den heer PIETER KOOMEN GERRITSZOON gewoond hebbende te Zwaag- dijk, gemeente Wervershoof, overleden te Zwaag, 21 October 1936, worden verzocht daarvan opgaaf of betaling te doen v——r of uiterlijk op 16 November 1936, ten kantore van notaris S. J. J. LUYCKX te Hoorn, Kleine Noord 35, tel. 22. (De
Nieuwe Courant. Goedkoop Nieuws- en Advertentieblad voor West-Friesland, 1936-11-04;
p. 3)
Volgens Jo uit
ŇMoe verteltÓ had Piet drank op. Het bedrijf was net verkocht maar dat was nog
terug te draaien. Dat jaar was de oogst slecht. Piet was met een monster erwten
naar de koemarkt gegaan om deze te laten beoordelen voor de verkoop in het
ŇParkÓ. Dit was een soort veiling in Hoorn op het terrein van de oude
Parkschouwburg. Dat was op het terrein van het oude Parkschouwburg. Volgens Jo
kreeg hij bij de Koepoortsweg een auto achter op zich.
Piet stond in
de slaapkamer in het voores[1]
en er was elke dag rozenkrans bidden. Er was een enorme belangstelling want
mensen stonden voorbij het bruggetje op de weg. Dat was ongewoon. Kon 2 dingen
zijn: nieuwsgierigheid of de man was enorm geliefd. Daarna werd het zwaar. Gert
en Siemen moesten zeer jeugdige leeftijd het
bedrijf runnen na overlijden en omdat er schuld was hield men boeles[2] over
een deel van het bedrijf. Met weinig materiaal werd het bedrijf draaiende
gehouden en veel monden moesten er van worden gevuld. Armoede dus. Johanna had
al hartklachten maar moest ook meer doen dan ze kon en moest veel het bed
houden om de zakelijke kant te kunnen doen (zie hierboven de oproep van de
notaris over vordering van schulden.)
[1]Voores is Westfries voor
voorhuis
[1]Boeles is Westfries voor een veiling van
tuindersmaterialen.
Opmerkelijk
voor Pieter Koomen zijn er 2 afscheidskaartjes.
Johanna Botman
geboren te Enkhuizen 28-8-1887 gestorven te Wervershoof 23 -6-1954 dochter van Simon
Botman en Antje Fik. Daarna woonden ze in Zwaagdijk-Oost. (omstreeks 1918)
afb. 32 &
33: Simon Botman en zijn vrouw Anna Fit.
Geboren
5-4-1861 |
Gehuwd
5-4-1883 |
21-9-1861 |
Overleden
5-3-1925 |
|
5-9-1905 |
Simon Botman en
Antje Fit waren volgens Jo rijke boeren. Wegens onenigheid over het huwelijk
van Johanna met Piet ging de erfenis naar hun kinderen. Op latere leeftijd
woonde Antje bij Emma (de zus van Johanna) in Enkhuizen.
Afb. 34:
Familie Botman 25 jarige professie zuster Simone. Achterste rij vlnr: Jacob
(vr.Jansje Buijs) Simon (vr. Christien Schipper) Piet (vr. Trien Schouten) Jan
(vr.Bets matten). Voorste rij vlnr: Brechtje Schipper-Botman, Neeltje ( (Zuster
Maria Crispina), Johanna, Geertje, Trien (Zuster Maria Simone).
Johanna was
een ijverige vrouw en Anny was het eerste kleinkind aan de kant van de familie
Botman en waarschijnlijk ook van de familie Koomen. Het leven voor Johanna was
tamelijk zwaar. Haar man kon tegenslagen moeilijk verwerken. Met als voorbeeld:
hij zat de hele nacht op de brug als het naar nachtvorst stond en als de
aardappelen waren afgevroren ging hij zich te buiten aan drank. Hij was dan
behoorlijk agressief. Dit heeft ook zijn dood betekend. Hij was naar Hoorn
gegaan met monsters van bonen en erwten en op de terugweg is hij ter hoogte van
het huidige Pejo een ietsje ver aan gereden door een auto (dit stuk staat haaks
op het de overlijdensbericht uit de toenmalige krant waaruit blijkt dat hij op
de Koepoortsweg zou zijn aangereden!!). Piet kwam uit Wervershoof van de Neuvel
en zijn vader heette Gert. Vandaar dat hij ook wel Piet van Gert werd genoemd.
Piet was tuinder. Het land lag achter het huis. Ook bezat hij nog een stuk land
waar je naar toe moest varen Spruites). Hij verbouwde aardappelen, uien, bonen
en pinksternakels en moest met de motor schuit naar de veiling in Medemblik
worden gebracht.
Wel gaf hij
heel veel aan de missie. Op moment van zijn dood kreeg hij de laatste
sacramenten toegediend door missionarissen die net daar aankwamen. In die tijd
ging Gert trouwen en Simon werd onder de wapenen geroepen (er was toen
dienstplicht). Johanna had het erg arm maar desondanks heeft ze een onderduiker
in huis genomen (Jan Smit uit Haarlem). Ze hield erg van lezen en mogelijk
heeft ze de fiets uitgeprobeerd. Zelf kwam ze van rijke afkomst. Haar ouders
waren minder blij met de minder welgestelde Pieter. Zelfs haar tante ÓGeertje
BotmanÓ heeft haar voor hem gewaarschuwd! Het ging zo ver dat het geld van haar
vader en moeder dus naar de kinderen gingen terwijl Jansje het bitter nodig
had. Dit was testamentair bepaald. Wel kreeg Jansje de rente van het geld wat
vast stond. Ze was veel drukker en praatte veel. Ze voelde zich wel beter van
afkomst. Had thuis nooit met het huishouden bemoeit want daar was volk voor en
interesseerde zich voor alles.
Op :
- maandag deden Bets en
Truus de was.
- dinsdag werd de
voores(slaapkamer) schoongemaakt en het gangetje.
- woensdag alle kasten en
bedsteden in de kamer.
- donderdag de kamer.
- vrijdag/zaterdag 2 keukens
en buitenom.
Tot de herfst
bleef de kachel boven en verbleef men in de voorste keuken.
Johanna had in
1951, dus tijdens de wederopbouw, nog een meevaller. Met Pasen had slager Jan
Groot een kampioenskoe op de paastentoonstelling in Schagen gekocht. De klanten
kregen allen een folder waarin werd gevraagd hoeveel de koe woog. De koe was
gekocht van Jan Koopman-Slijkerman en was dus in wezen een Zwaagdijkse koe.
Oplossingen tot 2000 kilo kwamen in grote getallen binnen. De slager maakte met
de buurtkinderen, Fam. Verlaat, een roos van crpepapier en wilde de koe door
Zwaagdijk leiden zodat iedereen hem kon taxeren. Maar de koe had geen zin. Hij
wilde niet lopen. De uiteindelijke winnaar: Weduwe P. Koomen moeder van onder
andere Gert en Siemen, die de uitslag met potlood in dichtvorm had geschreven.
Zij werd winnaar van een grote rollade. De rest van de uitslag wordt niet door
de geschiedenis vermeld.
Het gedicht
ging als volgt:
De schatting van de Paasos
De paasos was vandaag een prachtig beest
Maar morgen is hij er voorgoed geweest
En als zijn jas is uitgetrokken
Dan ligt hij aan flarden en aan brokken
Dan zit heel Zwaagdijk in de spanning
Voor het schone gewicht van dat pracht
ding
En zonder op ons schatten te roemen
Kunnen wij de rollade wel de onze noemen
Want met 618 kg geslacht gewicht
Zijn wij niet te zwaar en ook niet te
licht.
Wed. P. Koomen.
Jo
lag na het overlijden van haar vader totdat Bets trouwde in de bedstee naast
haar moeder die lang alleen is gebleven. Op een gegeven moment kreeg ze
hartproblemen (achteraf gezien veel van de kinderen ook die het waarschijnlijk
van haar erfden) en verhuisde ze naar het bejaardentehuis. Haar slaapplaats was
in de kamer voor het raam. In 1953 ging Piet naar Canada.
Op Jozefdag
(19 maart) ging Johanna naar het bejaardenhuis ÓSt. JozefÓ in Wervershoof. Ze
hertrouwde op 24 april 1954 met Teunis Zwan, die leerde ze kennen in het
bejaardentehuis. Ze leefde nog zes weken na haar huwelijk. Jo heeft Ton naar
hem vernoemd omdat hij een goede opa bleek te zijn. Anders had Ton Thijs
geheten. Teun Zwan heeft de onenigheid in de familie die er toen heerste
opgelost. Ontegenzeggelijk hield hij veel van zijn latere vrouw en is nooit
meer getrouwd geweest.
afb. 35:
Theunis Zwan en Johanna. Afb. 36: Theunis Zwan.
afb. 36, 37
& 38. Laatste levensjaren van Johanna toen ze in huize St. Jozef zat.
afb. 38 &
39. Er waren meerdere afscheidskaartjes van Johanna (doopnaam Geertruida).
(van
Wikipedia, de vrije encyclopedie)
Zwaagdijk-Oost
is een lintdorp in de gemeente Medemblik, in de Nederlandse provincie
Noord-Holland. Het dorp heeft 1139 inwoners (2013).
Zwaagdijk-Oost
vormt samen met Zwaagdijk-West Zwaagdijk, soms wordt met Zwaagdijk ook alleen
Zwaagdijk-Oost bedoeld. Zwaagdijk-Oost ligt ten zuiden van het dorp Wervershoof
en ten noorden van Westwoud. In Zwaagdijk-Oost staat de RK St. Jozefkerk,
waarin zich sinds 1954 een door Adema gebouwd orgel uit 1901 bevindt.
afb. 40: Orgel
van Adema in RK St. Jozefkerk.
In de polder
van Zwaagdijk-Oost, langs de N302 liggen het bedrijvenpark WFO
(Westfriesland-Oost) en de voormalige groente- en fruitveiling van The Greenery
(voorheen Veiling WFO), van elkaar gescheiden door de N240. Het bedrijvenpark
is nog in ontwikkeling. De hallen op het voormalige veilingterrein staan
grotendeels leeg. Wel zijn op dit terrein een aantal nieuwe kleinere bedrijven
gekomen. Het voormalige veilingcomplex is inmiddels in andere handen
overgegaan. Tussen 2004 en 2010 werd er de jaarlijkse bloemententoonstelling
Holland Flowers Festival gehouden, dit is de voortzetting van de Westfriese
Flora.
Tot 1 januari
1979 was het grondgebied van Zwaagdijk-Oost verdeeld over vier gemeenten:
Westwoud, Nibbixwoud, Hoogkarspel en Wervershoof. Van 1 januari 1979 tot 1
januari 2011 behoorde Zwaagdijk-Oost tot de gemeente Wervershoof; sinds de
fusie van deze gemeente met de gemeente Medemblik zijn Zwaagdijk-Oost en
Zwaagdijk-West weer in ŽŽn gemeente gelegen.
Op 15 november
2011 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik
besloten om aan Zwaagdijk-Oost, dat tot dan de woonplaatsnaam Zwaagdijk had,
per 1 december 2011 officieel de woonplaatsnaam Zwaagdijk-Oost te geven.
Sedert de tijd
dat het kleine Flevomeer door de natuurkrachten omstreeks de 12e
eeuw langzamerhand was uitgedijd tot een uitgestrekte binnenzee, Zuiderzee
geheten, hadden de bewoners van Noord-Holland, in het bijzonder die van
West-Friesland, zware en langdurige zorgen om de nog overgebleven gebieden te
behouden en te beschermen tegen de vraatzucht van het zeewater. Door het
voortdurend aanleggen van dijken en dammen trachtte men de kracht van water en
wind meester te blijven. Daarvoor had je elkaar nodig en zo ontstonden de
waterschappen ÔDrechterlandŐ en de ÔVier Noorder KoggenŐ die we in de 17e
eeuw horen noemen. Niet altijd boden de dijken voldoende bescherming: in 1825
vond een rampzalige overstroming plaats waarbij de landelijke overheid moest
helpen. Een voordeel van overstromingen – als die toch plaats vonden- was
dat er extra vruchtbaarheid ontstond.
Het woord
Zwaag uit de plaatsnamen Zwaag en Zwaagdijk is afgeleid van het Friese
ÔSwaeghŐ, dat weiland betekent. En vruchtbare weilanden moeten door dijken
beschermd worden. De Zwaagdijk is aangelegd vanaf Zwaag naar Wervershoof, niet
als een directe zeewering maar als een extra bescherming. Langs de Zwaagdijk
waren boerenhofstedes en ook enkele arbeiderswoninkjes. Van een echte dorpskern
is hier geen sprake. De Noord-Hollandse monumentenbeschrijving spreekt van een
Ôlintdorp ten zuidwesten van Wervershoof ontstaan als laat-middeleeuwse
veenontginningŐ. Over een middeleeuwse kerk horen we niets. Pas in 1724 horen
we spreken over Zwaagdijk als ÔstatieŐ. Maar dan wel een statie zonder kerk. We
horen spreken over zoŐn 275 katholieke bewoners, bijna allemaal kaasboeren. Men
kerkte in Hauwert (bijkerkje van Nibbixwoud) of in Westwoud. In 1773 moest men
daar meebetalen aan een restauratie. In 1830 wordt het katholieke kerkje van
Hauwert gesloten en kon men alleen nog maar naar Westwoud. Een ander
keuzekerkje, dat van Binnenwijzend, was al in 1829 opgeheven. Na het herstel
van de bisschoppelijke hi‘rarchie in 1853 wordt het verlangen naar
zelfstandigheid wakker. Zeer tegen de zijn van de pastoor van Westwoud.
In 1873 krijgt
laatstgenoemde pastoor van de bisschop te horen dat Zwaagdijk toch zelfstandig
mag worden. Pastoor Volkers wordt in dat jaar feestelijk ingehaald en doet zijn
eerste Mis alhier in de nieuwgebouwde boerderij van Hokkeling (nu van Joep
Klaver) en noemt deze noodkerk ÔŐt Stalleke van BethlehemŐ. Er was zelfs een
heel klein klokkentorentje op gebouwd. De pastoor had wel de opdracht een
nieuwe kerk te bouwen. Reeds na drie jaar zelfstandigheid werd op 8 juli 1876
het hoogste punt van deze nieuwe kerk bereikt; het is een schattige kerk (zie
de foto) van architect Henry van Tulder uit Drunen. Toen de kerk werd ingewijd
waren de koorramen gelukkig nog niet klaar, want een enorme orkaan barstte los
en de provisorische ramen vlogen in het rond. Geen goed voorteken! Later zou
blijken dat de kerk erg slecht was gebouwd maar werd wel druk gebruikt. In 1943
werd nog besloten voortaan drie missen te doen op de zondagmorgen in plaats van
twee. Maar het gebouw stond op instorten. Vandaar dat de kordate Mgr. Huybers
in 1949, nadat in dat jaar weer een orkaan had toegeslagen tijdens een
vormselplechtigheid, zei dat het tijd werd om een nieuwe kerk te bouwen. Op
aandringen van Vicaris Groot werd architect De Vries gekozen om dat te doen.
Interessant om
te lezen is dat men bij de bouw van de nieuwe kerk in 1952 met stomme verbazing
ziet dat er lange betonnen heipalen de grond in gaan. Dat was bij het oude
kerkje nooit gebeurd (vergeten?), met alle gevolgen van dien. Nadat er op 6
juli 1952 weer een priesterzoon van de parochie zijn eerste Mis had opgedragen
werd de oude kerk gesloopt en op 16 juli viel de spits met donderend geraas
naar beneden. De nieuwe kerk werd gebouwd op dezelfde plaats als de oude.
Daarom moest men tijdens de bouw de diensten in de school houden; een heel
gedoe.
Architect de
Vries bouwde de nieuwe St. Jozefkerk (Zwaagdijk 186) als een brede driebeukige
kerk met een indrukwekkende voorgevel met uurwerk en een groot rond raam. Een
beeld van St. Jozef van Termote siert de voorgevel. Rechts van hem een klein
beeldje van Norbertus en een van Hendrikus aan de andere kant. Die werden
aangebracht omdat latere pastoors naar die heiligen genoemd werden. Op het
voorplein staat een grappige fontein die verwijst naar de wonderbare visvangst.
Hij is in 1973 aangebracht ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de
parochie. Het spetterende water moet als reclame voor de doop fungeren. Als je
om de kerk heen loopt zie je dat er ook nog een klokkentoren is, een heel
slanke achter het koor. Opvallend dat er met kunst en vliegwerk nog een derde
klok is aangebracht tegen de lange pijp die de toren (meer een langgerekte
klokkenstoel) bekroont.
Het interieur
is indrukwekkend weids. Uit de oude kerk werden de kruiswegstaties (nu somber
grijs ÔgekleurdŐ) meegenomen en het Adema-orgel uit 1901. Kort na de inwijding
in 1954 werd een prachtig rozetraam, voorstellende Christus als rechter, in de
voorgevel aangebracht. De gemeente Wervershoof heeft dit raam van Trautwein
cadeau gegeven. De kerk dankt trouwens veel van haar inventaris aan de
vrijgevigheid van de parochianen die zoŐn schenking eervol vonden. Om toch te
laten zien dat iedereen even waardevol was werden in 1963 de vaste plaatsen
voor belangrijke en minder belangrijke parochianen afgeschaft. De parochie
ontwikkelde zich verder en de fotoŐs van pastoors en pastorale werkers in de
gang geven een mooi beeld van de ontwikkelingen van de laatste jaren.
Als men de
Zwaagdijk helemaal westwaarts afrijdt komt men in het kleinere Zwaagdijk-West.
De St. Jacobus de Meerderekerk aldaar is iets ouder dan de huidige kerk van
Oost. De kerk (Zwaagdijk-West 404) is gebouwd in 1929 naar plannen van Jos
Bekkers. Als je goed kijkt zie je een klein dakruitertje op de kerk. Het is een
klein, maar toch driebeukig bouwwerk. Van binnen een stoer interieur. Een
balken zoldering, een gemetselde preekstoel. Een overtuigende Jacobus houdt
toezicht. Er was niet genoeg geld om de geplande toren bij de ingang te bouwen.
Een toren staat er wel in het nabijgelegen eerder genoemde Hauwert bij de oude
(nu protestantse) St. Nicolaaskerk). Toch een vrome plek: een oud Mariabeeld is
ooit in een hoeve gevonden; nu in het West-Fries museum. Wat torens betreft
zijn zowel Zwaagdijk-Oost als Zwaagdijk-West karig bedeeld maarÉ niet erg; het
gaat toch om de mensen?
Noot:
Zwaagdijk-Oost kent nog enkele interessante stolpboerderijen, zoals ÔLand en
VeenlustŐ Zwaagdijk 194 (1881) met hoger opgetrokken middenrisaliet en
eclectische details. Iets jonger is de stolpboerderij Zwaagdijk 153 (circa
1910) met dakerker en spiegel.
Heel
interessant dat tussen Zwaagdijk en Wervershoof (bij de eendenkooi) niet
vreselijk lang geleden 20 prehistorische grafheuveltjes zijn ontdekt! Die
dateren wel van heel lang geleden toen de Zuiderzee er nog niet was! Zie de
aantekening in het begin van het ontstaan van Zwaagdijk van Nico Koomen.
Afb. 41: Piepers
bouwen bij Piet Koomen (van Gert) op zijn nieuwe bouwerbedrijf aan het begin van
Zwaagdijk-Oost (ca. 1922). Op de achtergrond De Eendenkooi. Vlnr: ?, Klaas
Veeken, Piet Koomen en Antoon Vet.
afb. 42:
Antoon vet en gezin (Antoon zit) afb. 43: Antoom als klein jochie.
Antoon Vet is
geboren zoon van Herman Vet en Neeltje Nel. In 1911 werd hij wees toen zijn
moeder overleed. Op zijn 6e jaar werd hij opgenomen bij de familie
Oud in onderdijk. Tot zijn trouwdag op 20 mei 1931 was hij bekend als Toon Oud.
Hij woonde in een klein huisje in Onderdijk en kreeg 4 kinderen. Hij werd
bedrijfsleider bij Piet Koomen van Piet van Gert. Door zijn werk kreeg hij veel
vrienden en heeft geholpen met het aanleggen van het toenmalige voetbalveld bij
Boer Langedijk. Zelf gek van voetbal werd hij voetballer bij Zwaagdijk en later
bij strandvogels. De kinderen van Piet hebben jarenlang nog contact met hem
gehouden ook toen hij al in de Wieringermeer, bij de spoorwegen in
lijnonderhoud en bij de Heidemij werkte. Hij is overleden op 27 april 1982
afb. 44: Het
land waar drie generaties (van Piet, Siemen en Gert hun kinderen) op hebben
gewerkt.
Toestemming om het woonhuis van Pieter te bouwen en verbouwen (uit oude kranten van gemeente archief):
1913 |
|
Gemeente: |
Hoogkarspel |
Straat: |
Zwaagdijk Oost |
Beschrijving: |
Bouw woonhuis |
Datum vergunning: |
1913 mrt. 6 |
Kadastraal nummer: |
B 460 |
Datering: |
- |
Gemeente: |
Wervershoof |
Kern of buurt: |
Zwaagdijk |
Straat: |
Zwaagdijk |
Huisnummer: |
Z 16 |
Beschrijving: |
Woningverbetering |
Datum vergunning: |
- |
NB: |
Alleen omschrijving |
Kadastraal nummer: |
- |
Bekijk archieftoegang: |
Dorp en Gemeente Wervershoof en Gemeente Hoog en
Laag Zwaagdijk 1644-1937 |
afb. 45;
Johanna met een Hongaars meisje. Afb. 46: De kinderen van Piet en Johanna.
Fotot van omstreeks 1922. Vlnr. Bets, Piet, Riek, Mouter de poes, Gert
(ongeveer 12 jaar) Anny, Simon.
afb. 47: Jo en
Truus op de kermis. Afb. 48: Bij Klaas en Truus. afb. 49: Jan, Jo Bets/Koopman
(nu de Bak).
afb. 50:
ongeveer 1927. Vlnr. Piets, Simon, Anny, Piet, Jansje, Gert, Riek, Bets, Truus
en Jantje (verdronken).
afb. 51: Truus,
Jo, Jan en Piet (1936) afb. 52: Antoon Vet, Simon, Truus, Jo op de arm van
Jansje en in verwachting van Jan, Gert.
afb. 53: Anny
en Gert. Afb.
54: Gert, Riek en Anny.
afb. 55,
Truus, Jo en Jan (2de klas) afb.
56: Jo en Jan (4de en 5de klas)
afb. 57
Klassenfoto van 31-5-1928 van Truus Koomen (nr. 29)
Afb. 58: Foto
gemaakt net voor Jan naar Indonesi‘ ging om te vechten. 1e rij vlnr:
Simon, Anny, Jansje, Gert, 2de rij van lnr. Bets, Truus en Jo, 3de
rij vlnr. Piet, Riek en Jan.
afb. 59: in de
druivenkas
Afb. 60:
Plechtige vernieuwing doopbeloften Jo in 1939. Vlnr: Jo, Truus en Bets Afb. 61:
Familiefoto in 1942. 1e rij vlnr: Jan, Jansje, Jo. 2e rij
vlnr: Piet, Anny, Riek, Simon, Bets, Gert en Truus.
afb. 62:
Truus. Afb.
63: Truus. Afb.
64 ???
afb. 65: in de
broeikas. Vlnr. Truus, Bets en Jo.
afb. 66. Afb.
67: Truus, Jo, Jan en Bets.
Afb. 68: Jan
Koomen, Cas, Sjaak Frijhoff, Piet en Pe Koomen in 1942. De zwarte houten schuur
is in 1957 door Siemen vervangen door een stenen.
Gezin van 10
kinderen bestond uit 5 meisjes en 5 jongens. In de crisisjaren had Pieter
Koomen een mooi landbouwbedrijf maar Nederland was arm. Wat er in het bedrijf
werd geteeld bracht niets of weinig op en ging vaak naar de bult (draaide
door). Er moest toch gegeten worden dus het hele gezin moest meewerken in het
bedrijf. Bets ging onder andere werken bij boeren en tuinders. Ze moest voor fl
1,- per dag hard ploeteren en werkte wel bij iedereen die in Zwaagdijk woonde.
Vaak Ôs morgens vroeg weg en Ős avonds laat thuis. Ze heeft een opleiding op
een naaischool in Hoogkarspel gevolgd. Daarmee heeft ze in haar huwelijk nog
aardig haar kostje kunnen verdienen met name in de stomerij die ze de laatste
jaren dreef. De opvoeding was degelijk. Bij verkering mochten ze ongeveer 5
minuten alleen zijn voor ze naar binnen werden geroepen; de rozenkrans moesten
ze bidden en gingen als bruid naar het altaar. Bets had hier geen spijt van.
Uit het boek
ŇMoe verteltÓ: Volgens Jo gingen Pieter Koomen en zijn vrouw na hun trouwen
wonen op Simon Koopmanstraat nummer 15. Dat is een dubbelwoonhuis. Toen heette
het nog de Lagedijk. Het huis is gebouwd door Bouwbedrijf Botman en dus ver
familielid van Jansje die ook het raadhuisje heeft gebouwd in Wervershoof.
Anne, Gert, Riek, Siemen en Bets zijn daar geboren. Piet, Truus, Jantje en Jan
zijn geboren in Zwaagdijk. In 2000 woonde Jan Koomen van Jan Koomen erin. Zijn
vader Jan en Afie kwamen erin te wonen toen Johanna Koomen-Botman, haar moeder,
naar Zwaagdijk verhuisde (hieronder het woonhuis anno 2017). Zwaagdijk heette
toen nog Hoog-Zwaagdijk.
Het huis: Het
was een langgerekt huis met aan de voorkant midden een deur die bijna nooit
open ging. Naast de deur was links en rechts een raam. Achter het linker raam
sliepen Jo en Jansje in de bedstee. Onder het schuifraam was altijd een gele
kleerborstel(om het open te houden). Aan de zijkant van het huis was een
slootje met een houten bruggetje die van af de weg kwam(zie fotoŐs). Er liep
een paadje rondom het huis en aan de achterkant waar de keuken was bevond zich
ook de achter deur. Aan de achterkant in het huis was aan de ene kant het
fornuis en bedsteden van Piet en anderen. Er was daar een losse trap aan een
haak om naar de zolder te gaan. Aan de andere kant was nog een bedstee en een
kast> Er was nog een kant die men keuken noemde en waar ook de bedstede van
Jan was. Tussen de bedstee van Jan en Jansje was een ruimte(holtje) Daar waren
in de oorlog de onderduikers. Op zolder sliepen ook enkele jongens en daar
lagen de appelen in de winter om op te drogen.
Naast het
voores en de deur met gang was de voorkamer/pronkkamer. Alleen op zondag werd
daar voornamelijk gezeten en in de zomer. In de winter was alleen de keuken
warm. In het huis waren allemaal hoogteverschillen met treetjes en trappetjes.
De schuiten boet lag aan de linker kant. Hierachter bevond zich de schuur voor
de producten.
Daarachter was
de wc boven de sloot. In de deur een uitgesneden hartje wat het enige licht
gaf. Je kon dan zo van buiten zien of iemand op de wc zat. Binnen had je de
zogenaamde houten ÔkakstoelÔ met houten deksel en men gebruikte gescheurde
kranten als toiletpapier. Om te voorkomen dat een en ander bleef liggen werd in
de winter een wak geslagen.
De hoge dijk
werd in de jaren dertig af gegraven. De dijk was zo hoog dat je de overkant
niet kon zien. Naast de dijk stonden hoge bomen. Met verjaardag kreeg je als je
geluk had een reep chocolade. Jarig zijn betekende meer aandacht en dat was
meestal al voldoende.
Peren werden
ingemaakt.
Vaak werd er
wortelen en rapen gegeten en spruitjes die te lang opstonden. Op zondag soep en
pudding uit de vorm. Vlees werd weinig gegeten en als dat gegeten werd kregen
de mannen eerst vanwege het zware werk op de bouw. Het was dan stoofvlees of
een gehaktbal. Ook waren er vaak kaantjes (uitgebakken spekŐ voor op brood).
Traktatie schijnt zwoerd te zijn geweest om op te kauwen.
Er waren 2
keukens. In de een stond fornuis waar hout of kolen werd gestookt en
petroleumstellen waarop werd gestoofd. Daar werd ook de was op gedaan: de witte
was en de smerige kleren van de mannen.
Op vrijdag
werden er witte bonen gegeten of grauwe erwten (greeuwe urten). Geen vlees want
vrijdag was onthoudingsdag. Met bonen at je vis.
Dat was er
toen in de jaren dertig niet bij. Geen geld. Uitgaan was naar familie meestal
lopend soms op de fiets.
Sinterklaas.
Op 5 december stoeltje
zetten. Ős Avonds werd er chocolademelk geschonken met een stuk speculaas. Er
werden dan spelletjes gespeeld zoals ganzenborden of kaarten.
De volgende dag lag er niet veel op de stoel maar wel altijd marsepein of
snoepgoed zoals fondant. Meestal kleren zoals sokken of een trui. Jo kreeg
altijd een boek.
Advent tijd.
Streng onthoudingen van
spijs en drank en verplicht vasten. Jarig zijn werd niet gevierd. Op
paaszaterdag hield de vasten op en op Pasen kreeg je weer kaas en vlees. Het
huis moest met een grote schoonmaak voor Pasen weer schoon zijn. Met de
schoonmaak voor vastentijd werden er warme bollen met roomboter uitgedeeld. Op
Pasen werden de zomerjurken met kniekousen gedragen en op goede vrijdag of
witte donderdag ging men te biecht. Op Pasen zowel naar de mis als naar het
avondlof.
Met kerst ging
men biechten en in bad. Dan werden de zondagse kleren aangetrokken. Met
kerstavond was er tulband en stol. Op avond voor de kerst naar de nachtmis en
daarna aan de broodtafel. Daarna de kaarsjes aan en kerstliedjes zingen.
Overdag was er wel lekker vlees en lekker eten maar veel minder als anno nu.
Een schooldag.
Lopend met een broodzak naar school. Tussen de middag thuis warm eten en warme
pap na. Lopen gebeurde op klompen met stukken band van de fiets eronder zodat
je langer met schoeisel toe kon. Woensdag en zaterdag middag was vrij. Op de
grote school kreeg men pas schoenen. Er moest zoveel als mogelijk naar de kerk
worden gegaan waarbij je nuchter moest zijn(niet eten of drinken drie uur van tevoren)
voor de communie. De catechismus was een verplicht boek om uit je hoofd te
kennen. Bij een uitmuntende kennis kreeg iemand dan een
devotieplaatje(bidprentje).
Met handwerken
leerden de dames mazen: een lapje breien dan gaatjes erin knippen en dan dichtmazen.
Schrijven werd gedaan met een kroontjespen en inkt. Je leerde schrijven opeen
leitje en later met potlood op papier. De banken stonden op een rijtje en 2
mensen zaten naast elkaar in de bank met 1 inktpot op de rand. De bank had een
klep met een kastje eronder waar je de spullen in kon doen.
afb. 70. Afb.
71: Truus, afb.
72: Annie als kraamverzorgster.
afb. 73, afb.
74, Afb.
75: Bets.
Volgens Jo was
haar vader Piet een goede man die dol was op zijn jongste dochter. Hij was
altijd bereid om te helpen. Haar moeder las graag en vergat dan alles om haar
heen, en wilde dat de kinderen dat ook deden en ook dat zij interesse buiten
het huishouden om toonden.
Haar vader was
snel somber bijvoorbeeld als de producten afgevroren waren. Hij ging dan
drinken met anderen. Met name met Meester Maas en Fransie Maas. Als ze hem dan
kwamen halen moest Jo van haar moeder zeggen dat hij niet thuis was of Jansje
deed de deur op slot. Piet scheen een ŇkwaaieÓ dronk over zich te hebben. Zo
gooide hij een keer een bibliotheek boek van zijn vrouw in de kachel en heeft
hij na gedronken te hebben gevochten met Gert en Siemen op de brug. Piet was
wel een rustige aardige man. Begon als knecht bij een boer en had later een
bouwerijtje achter het huis. Hij was een harde werker en had veel voor zijn
vrouw over. Zo kocht hij in de kerk een plaats voor haar die eigenlijk voor
boerinnen bestemd was. Betalen was eigenlijk niet mogelijk maar hij vond dat
zijn vrouw er recht op had. Andere reden was dat Jansje van goede afkomst was
en hij had haar beloofd dat ze het bij hem niet minder zou hebben. Hij hield
van gezelligheid en was blij met een praatje. Hij vond wel dat een ander beter
was. Iets waar Jo ook een beetje last van had. Verder was haar vader een aardig
rustige man die eerst bij een boer te werk was geweest voordat hij een eigen
bedrijf begon. Beiden hielden van eerlijkheid!
De moeder van
Piet woonde op de Neuvel/hoek Berewerf. Ze gingen over het Bon (weilanden
achter de Zwagdijk) ernaar toe. Haar tante Emma woonde daar ook.
afb. 76: De
Berewerf.
Haar oma ging
dood en haar opa ging naar het St. Martinus in Medemblik. Hij scheen daar de
mooiste kamer te hebben en had een wandelstok met gouden knop.
Ős Middags aten
ze warm en kregen warme pap na. Melk en karnemelk werden bij boer Langedijk
gehaald. Daar maakten ze prol (bloempap) en brei (gortepap) van. Er werd niet
gespoten dus de rupsen moesten uit de kool worden gezocht.
In 1930 was er
crisis en iedereen was arm. Berichten druppelden nauwelijks Zwaagdijk binnen
zoals de burgeroorlog in Spanje of dat Hitler aan de macht was. Jansie
Koomen-Botman kwam uit een katholiek gezin. Ze had 2 zussen in het klooster:
zuster Maria Crispina (Neeltje) en zuster Maria Simona (Trien)
De kinderen
van Piet en Johanna:
á Annie was anders dan de
rest. Ze was streng en serieus. Ging vroeg het huis uit om kraamverzorgster te
worden in Amsterdam en later in Utrecht. Daar ontmoette ze haar latere man Coos
Daanen die een eigen fabriek bezat met zijn vader en broers. Ze was zuinig. Ze
leed aan reuma.
á Gert was de kostwinner
door vroegtijdig overlijden van zijn vader. In de oorlog verloor hij zijn oog
doordat hij een motortje voor beregening in de broeikas moest maken waarvan het
touwtje losschoot.
á Riek kon goed naaien en
deed dat vooral bij haar moeder thuis. Ook herstelwerk van anderen. Trouwde
later in de oorlog met Lou die ondergedoken zat in het naburig cafŽ Ňhet
ArkjeÓ.
á Siemen had het karakter
van zijn vader. Hij was veel te goed. Met zijn vrouw Cunera had ze wat minder
op. Ze vond dat ze Siemen alles liet doen en dat hij de goedzak uithing. Ze
vond haar een snaartje.
á Bets was een zakenvrouw.
Had op gegeven moment een stomerij en kleding reparatie bedrijf. Het scheen wel
handig te zijn want Niek had veel geld nodig. Niek woonde in eerste instantie
in het houten huisje in de Simon Koopmanstraat. Hij ging met Bets naar
Amsterdam en toen kochten Jaap en Jo het huisje.
á Piet was een hele grote
man met hele grote handen en voeten. Hij was ook verschrikkelijk sterk. Na de
oorlog was er weinig werk en Piet was vrijgezel. Hij emigreerde naar een gebied
in Canada waar meer Zwaagdijkers waren. Hij sprak geen Engels en had het de
eerste tijd vreselijk arm. Leerde Lies kennen door voor haar te werken en
kregen 2 kinderen.
á Truus heette eigenlijk
Geertje. Daar zij zelf die naam niet mooi vond heeft ze die verandert in Truus.
Truus werkte bij mensen in Zwaagdijk. Vooral bij mensen die net een kind hadden
gekregen. Ook bij mensen die in de grote schoonmaak zaten (meestal na afloop
van de winter begin van de lente werd het hele huis goed schoongemaakt red.).
Vaak werd dit niet betaald omdat er ziekte was. Ze had het niet makkelijk toen
ze getrouwd was. Arie was een zwartkijker en stil. Beiden waren heel zuinig.
Arie had zelf een groentetuin en dus mocht er geen groente gekocht worden.
Teveel groenten verkochten ze.
Jan. Na de
oorlog voor dienstplicht naar Indi‘. Hij vond het verschrikkelijk en na
thuiskomst mocht er niet over gesproken worden. Hij hield van autorijden en had
altijd meerijders naar Ballast. Adrie, de helft van een tweeling, verongelukte
op de Zwaagdijk. Ook met Afra had Johanna minder contact. Deze vond ze ook een
snaartje.
Er werd veel
naar de kerk gegaan. Ős Middags s aten ze warm, Ős Avonds werd ook gezamenlijk
gegeten. Daarna zaten ze in de keuken waar de dames aan de uitzet werkten en de
mannen een spelletje kaart speelden.
Het overlijden
van haar vader heeft haar jeugd bepaald. Haar vader is overleden toen zij 8
jaar was. Jan vond het erg en durfde, ook niet na belofte van een reep
chocolade, niet in de kist te kijken
Biechten moest
elke week. Er waren te kort zonden dus die werden verzonnen.
De opa en oma
Botman waren rijke boeren. De kinderen van Johanna erfden omdat Johanna onterfd
was wegens keuze van slechte partij(Piet).
Truus, Piet
Jantje, Jan en Jo zijn op Zwaagdijk geboren. Nu heet het Zwaagdijk oost maar
vroeger was het Hoog en laag Zwaagdijk.
In de oorlog
vlogen de vliegtuigen vaak over en het was angstig. Jo lag ziek op bed toen er
een brandend vliegtuig neerstortte op het land van Langedijk. De bemanning was
dood. Spannend als je werd aangehouden; de legitimatieplicht kwam pas later. In
die tijd verwondde Gert zijn oog en moest naar het ziekenhuis in Alkmaar. Riek
was net getrouwd en woonde vlak bij cafŽ ÓHet ArkjeÓ. Lou moest in dienst en
Riek was in verwachting maar had onderduikers uit Monnickendam. Alle jongens
boven de 18 moesten worden gekeurd en Siemen moest in dienst. Hij is echter
niet naar Duitsland geweest. De reden: Hij zorgde voor het voedsel van de
ŇmanschaftÓ. Gert kreeg vrijstelling (hij was wel getrouwd) omdat hij
kostwinner was voor zijn moeder en zijn gezin. Piet was wel 18 maar niet in
dienst geweest en Jan was te jong. Later werden de jongens te werk gesteld.
Jaap van der Lee was eerst ondergedoken maar dacht aan zijn familie en ging.
In Zwaagdijk
waren er ook onderduikers Ze sliepen in het holletje tussen 2 bedsteden in. Het
waren Joodse mensen. Een kwam uit Overveen, die is priester geworden en later
uitgetreden. Een oomzeggertje, Gerard, was ook ondergedoken en heeft jaren in
Zwaagdijk gewoond. Hij noemde Jansje ook moeder. Na de oorlog hebben ze niets
meer van hem vernomen. Onderduikers kwamen via het verzet. Ze hadden valse
papieren en extra voedselbonnen. Ook lagen er parachutes in de schuur achter
het huis. Praten was gevaarlijk. Ook in de eendenkooi waren veel onderduikers.
Die lag mooi afgelegen. In de kerk onder het altaar waren er ook diversen.
Bets trouwde
in de oorlog en ze hadden chocoladebonbons alleen Jo wist niet hoe ze er aan
kwamen. Truus kreeg later verkering met Arie die ook was ondergedoken in
Zwaagdijk. Wel was er genoeg eten. Van suikerbieten werd stroop gemaakt en van
aardappelen aardappelmeel. Er werd eigengemaakte karnemelkpap van gemaakt. Melk
werd bij de boer gehaald. De boeren verdeelden de melk onder de mensen. Van de
melk werd ook boter gemaakt. Er werd aren geraapt van tarwe waarvan bloem werd
gemaakt in de molen van Wervershoof. Mensen uit Amsterdam kwamen om eten op te halen.
De boeren gaven meestal veel.
Naast het huis
van Piet en later van Siemen woonde een alleenstaande vrouw. Het huisje stond
langs de dijk en het achterste stuk grond van dat huisje was van Piet en later
van Siemen. Het scheen losgeraakt te zijn door de sloot die indertijd is
gegraven. Later is dit huis verkocht aan dhr. Potharst, een Amsterdammer. Die
heeft er een nieuw huis neergezet omdat het huisje onbewoonbaar verklaard was.
Het huisje is jaar en dag bewoond dor Anne Sikkink een bedlegerige vrouw. Ze
lag jaar in jaar uit in bed in een spierwit nachthemd met prachtig kant van
broderie die Anne zelf maakte. Haar leven bestond uit haken en breien.
Geestelijk was ze niet helemaal in orde en het scheen dat ze op jonge leeftijd
wat traumatisch had meegemaakt. Lichamelijk mankeerde ze niets Ze lag in bed
voor een raam op een band waarschijnlijk om niet door te liggen. Vanaf welke
leeftijd weet niemand dat ze ziek was maar ze was daar liggend en het was zoals
het was. Iedereen kwam op bezoek en gezelligheid vierde hoogtij bij Anne. Ook
was zee‘n aanloophuisje voor wijkzusters en doktoren. Zo kon je in de tijd dat
er nog geen telefoon was de boodschappen bij Anne neerleggen. Anne fungeerde
ook als pillendepot.
De buren
onderhielden haar perceel. Antoon Langedijk zeisde de wal en Siemen Koomen deed
haar heg. De kinderen van Siemen haalden dinsdag en donderdag 2 kan melk bij
boer Langedijk aan de overkant. Saillant detail: als je te vroeg was dan moest
je even wachten op de koestal. Kwam je dan thuis wilde niemand meer naast je
zitten omdat je naar koeien stonk. De melkboer ging wel elke dag langs maar
Anne wilde verse melk. Anne had het niet breed maar de hele buurt verzorgde
haar en na verjaardagen werden overschotten aan taart en andere snuisterijen
naar Anne gebracht. Annes woning had nog een hele oude verdeling en de bedstede
was nog aan wezig. Opmerkelijk feit is het moment dat iedereen moest evacueren
toen de bommen in het naastgelegen perceel van Langedijk gedemonteerd moest
worden. Anne was te ziek om te lopen en voor de cameraŐs werd ze als een vorst
het huis uitgedragen. Een dag er na toen ze dacht dat niemand het zag slingerde
ze in een worp het zware carpet achter op de lijn om schoon te maken. Naarmate
de jaren vorderden nam het verval ondanks hulp van vrijwilligers toe. Ze huurde
het huisje voor fl. 2,50 van de gemeente. Omdat ze eigenlijk wilde dat de
gemeente het op zou knappen schreef ze de gemeente aan. Wat ze niet verwacht
had dat die een bord Óonbewoonbaar verklaarde woningÓ op het zou schroeven die
zij daarna weer verwijderde. Dit werd een kat en muis spelletje. Anne was vaak
Ôs nachts bezig zoals stoffen en dat soort dingen omdat ze overdag ziek was. In
begin woonde ze samen met zus Brechie die ook voor wat meer inkomsten zorgde.
Die werkte als huishoudelijke hulp in diverse huisjes. In de oorlog verleende
ze nog onderdak aan 2 neven uit Haarlem (tante zeggers). Die moesten dan van
Anne elke dag naar de kerk maar werden dan opgevangen bij Aker ff verder op die
ze dan weer naar huis stuurde als de kerktijd er op zat Aker had medelijden met
de graadarme jongens die in de kou naar de kerk moesten. In begin van de tv
werd Anne door Antoon Langedijk opgehaald voor de jaarlijkse Urbi en Orbi.
Omdat Anne dat zelf wilde heeft ze een brief van onvermogen gestuurd naar
instanties en was spoedig daarna trotse bezitster van een zwart wit tv.
In de laatste
jaren woonde ze op de Olympia weg in Wervershoof omdat ouderdom en huisje
beiden zwaar te voorduren hadden door het voortschrijden van de tijd. Zo ziek
als ze was haar hele leven heeft ze voor die tijd toch de respectabele leeftijd
van 88 behaald.
afb. 77: Annie
standaard, afb 78: Anne en familie, afb.
79: huis naast die van Siemen.
afb. 80, Indeling
huis Anne, afb. 81: Anne nog staande. Afb. 82: Anne liggend.
afb. 81:
overlijdensbericht van Anne, afb. 82, afb.
83.
afb. 86: De
buren van Anne Sikkink, Antoon Langedijk en Cunera Koomen-Schouten.
Anny (A.F.)
geboren op 4-3-1913 en overleden op 7-7-1994. Gehuwd met Coos (C.M.A. Daanen)
op 26-10-1946 (voor de wet) en op 9-7-1947 (voor de kerk). Coos is geboren op
27-4-1911 en overleden op 24-3-1984. Kinderen:
- Theo (T.P.C.M.) geboren
27-10-1948 wonende te Boxmeer
- Pierre (P.J.C.M). Gehuwd
met Frans (F.B.M.) Stortelder (geboren 16-6-1952) wonende te Amsterdam.
- Petra (P.M.J.A.) geboren
11-1-1956. Overleden 10-12-1975.
afb. 85: Anny
en Gert, afb.
86, Coos en Anny, afb.
87.
afb. 88, afb.
89: Coos en Anny met bruiloftsgasten.
afb. 90, afb.
91: De Zussen.
afb. 92, afb.
93.
afb.
Overlijdensbericht Coos Daanen.
afb. 95; Overlijdensbericht en in memoriam Petra
Daanen.
Gert trouwde in
1939. Een moeilijke periode. De oorlog stond in de grondvesten door de sociale
onlust met name in Duitsland. De jaren dertig werden gekenmerkt door crisis met
hoge werkloosheid en financieel gezien weinig bestedingsruimte. Zwaagdijk werd
afgegraven in die tijd en veranderde van Hoog en laag Zwaagdijk in Zwaagdijk
oost en West.
De oorlog brak
uit en Zwaagdijk ging in die jaren niet echt gebukt door armoede en hongersnood
omdat het een landbouwgebied was. Wel werden er later oorlog activiteiten
ontplooid zoals halverwege Zwaagdijk waar parachute droppingen plaatsvonden
(boerderij Oliver). Siemen zat in Den Haag en deed daar dienst als soldaat en
ontsnapte daar ternauwernood aan de dood toen er bommen werden gedropt door de
Duitsers in 1940. Hij was toen zijn regiment werd bestookt op die dag net ziek.
Wel vertelde hij dat ze geschuild hadden onder een vrachtwagen. Later bleek die
wagen vol ontplofbare stoffen te zitten. Ondertussen had Johanna een paar
onderduikers in huis die werden verstopt in het huis als er bezoek was.
Natuurlijk waren er ook angstige momenten zoals toen het Engelse vliegtuig in
naastgelegen perceel zich in de grond boorde (bij Langedijk). Het gezin Koomen
kreeg de huwbare leeftijd en verlieten het huis. Gezien er in de jaren 50/60
nog weinig autoŐs waren en niet elke gezinslid koos voor een arbeidzaam leven
op het land spreidde de familie zich uit over het land dichter bij het werk. Zo
ging Arie in Heemskerk wonen om bij de Hoogovens te werken en Lou in Purmerend
om dichter bij de havens te zijn. Anny kwam Coos tegen en vestigde zich in
Brabant alwaar hij een fabriek met zijn broer en vader dreef.
afb. 96: Gert,
Riek en Anny.
Gerardus
(Gert) Koomen gaat wonen na het huwelijk in de meest rechtse woning. Dit was de
oude school.
Pe is er
geboren. Zwaagdijk z.67 Het was de oude school van Zwaagdijk en gekocht door de
familie Koomen. Het werd verhuurd door Jansje aan Gert en Jo na hun huwelijk. 8
Kinderen van Gert zijn daar geboren. Daarna werd het door Jansje verkocht aan
de aannemer Willem Vertelman. Aan de oostkant bevond zich de woning. Restant
was 2 klaslokalen en werd gebruikt als schuur. Daar kon ook gevoetbald worden.
De zolder over hele pand was doorloopbaar alleen de klaslokalen waren hoger dus
daar bevond een hoogteverschil. Vertelman heeft er drie woningen van gemaakt.
Gert kreeg eerste keuze de westzijde. De oude school dateert van 1853 en werd
gebouwd op grond van het waterschap in de gemeente Hoogkarspel. De
gemeentegrens van Wervershoof liep achter door de midden van de sloot. Het
gebouw was gebouwd door ene Hendrik Bloem uit Midwoud voor fl.5400.In 1882 is
er een achtergang en toiletruimte aangebracht. Katholieke kinderen gingen
meestal in Wervershoof of Westwoud naar school. Hoofdonderwijzer was Meester
Maas met wie Pieter nog wel eens een borreltje dronk. Hij woonde aan de
oostkant van het gebouw. In 1908 werd de openbare school opgeheven.
Gert was de
oudste van het gezin Koomen en dus de stamhouder. Op 18-9-1938 trouwde hij met
Johanna Kamp. Gert en Johanna kregen samen 9 kinderen. Wat in de memorie bleef
was dat Johanna vaak min of meer in sombere stemming was en Gert altijd serieus
met zaken omging.
afb. 99: Gert
en Jo op hun trouwdag op 18-9-1938. Afb. 100: dochter Johanna Maria &
echtgenoot Piet.
Kinderen van
Gert Koomen en Johanna Kamp:
1.
Petrus
Johannes (Piet ) 27 juli 1939 te Hoogkarspel en gehuwd op 21-41965 te Wognum
met Joke Rood
2.
Petrus
Bernardus (PŽ) 28 augustus 1940 te Hoogkarspel en gehuwd op 15 september 1965
met Catherina (Toos) Verlaat geboren 25-3-1942 wen wonende te Middenmeer.
3.
Johanna
Maria (Joop)19 oktober 1941 en gehuwd op 27 mei 1964 te Wervershoof met Petrus
Cornelis (Piet) Brandsen geboren 24-4-1940 wonende te Wervershoof.
4.
Bernardus
Rudolfus (Ben) geboren 9 mei 1943 te Hoogkarspel gehuwd 14 april 1966 te
Wervershoof met Catherina (Riet) Koopman geboren 30-1-1944 wonende te
Wervershoof.
5.
Margaretha
Maria (Margriet) geboren 11 oktober 1944 wonende te Zwaagdijk.
6.
Anna
Elisabeth Johanna (Ans) geboren 13 augustus 1946 te Hoogkarspel gehuwd met
Adrianus J.M. (Aad) Schouten geboren 9-10-1943 wonende te Wervershoof.
7.
Maria
Frederika (Ria) geboren 30-10-1947 te Lutjebroek en gehuwd op 29 mei 1970 te
Wervershoof met Gerardus (Gerard) Buurman geboren 19-4-1946 en wonend te
Wester-Blokker.
8.
Gerarda
Maria (Gerda) geboren 25 augustus 1951 te Hoogkarspel en gehuwd op 25 juni 1976
te Hoogkarspel met Thomas J.M. (Tom) Wester geboren op 22 mei 1951 en wonende
te Obdam
9.
Cornelia
Geertruida Maria (Lia) geboren op 15 november 1955 te Wervershoof en gehuwd op
27 oktober 1976 te Wervershoof met Anthonius J (Ton) van Schoor geboren te
Amsterdam op 4-1-1955 bouwkundig tekenaar zoon van Anthonius en Catherina Maria
Cornelia Odijk wonende te Wervershoof.
Later
woonde Gert met zijn gezin op de Zwaagdijk in dit huis gebouwd naast het
ouderlijk huis
afb. 101, 2de
huis van Gert in Zwaagdijk.
afb. 102: Gert
2de van links, afb.
103, vlnr: Gert, Annie, Jo & Margriet (dochter)
afb. 104:
familiedag bij Gert. Afb
105.
afb. 106, afb.
107, afb.
108.
afb. 109, afb.
110.
afb. 111, afb.
112, afb.
113.
afb. 114:
Afscheidskaartje van Johanna Koomen-Kamp.
afb. 115: Overlijdensbericht
van Gert Koomen, afb. 116: Overlijdensbericht van Johanna Koomen-Kamp.
Riek (dochter
Piet en Johanna) is op 24-5-1939 gehuwd met Lou (Lourens) Otsen (geboren op
11-5-1908 en overleden op 21-5-1990). Lou was
zoon van Jacob Otsen en Aafje Buis en de oudere broer van Jan Otsen. Van beroep
los werkman in de landbouw. Bollenkweker Piet Otsen was de eerste vaste baas
voor de broers Otsen. Riek en Lou trouwde gelijk met zijn broer Jan en tot 1941
woonden ze in een boederij van de gebroeders Hetsen bij de Ark.
afb, 117, afb.
118 Lou en Niek Korver. Afb. 119: vlnr: Riek, Gert, Cunera? Bets & Simon,
Truus?, Johanna.
Kinderen Lou
Otsen en Riek Otsen-Koomen:
1.
Afra
(Afra Maria) geboren op 4-5-1941 en op 29-4-1965 gehuwd met Johan Appelman
geboren op 13-2-1941 wonende te Hoorn.
2.
Piet
(Petrus Jacobus) geboren 7-7-1942 gehuwd op 18-12-1966 met Trees Eeken geboren
op 16-5-1945 wonende te Purmerend.
3.
Sjakie
(Jacobus Petrus) geboren op 27-8-1944 overleden op 29-6-1949.
4.
Joke(Johanna
Elisabeth Geertruida) geboren op 8-1-1946 en gehuwd op 12-11-1968 (wet) en op
13-5-1970 (kerk) met Paul Piet geboren op 4-1-1948 wonende Wijk bij Duurstede.
5.
Marian
geboren op 25-2-1947 en gehuwd op 22-2-1968 met Tinus Glastra geboren op
12-5-1943 wonende te Baarn.
6.
Louis
geboren op 16-12-1948 en gehuwd op 30-10-1995 met Janjera (Noe) Chomchalaw
geboren 9-1-1964 wonende te Purmerend.
7.
Jack
(Jacobus Petrus Johannes) geboren op 19-11-1949 en gehuwd op 11-8-1978 met Riet
de Koning geboren op 14-10-1954 wonende te Purmerend.
8.
Johan
(Johannes Petrus) geboren op 7-2-1951 en gehuwd op 11-7-2001 met Herman van
Olphen geboren op 18-6-1947 wonende te Amsterdam.
9.
Nico
(Nicolaas) geboren op 24 januari 1954 en gehuwd op 26-5-1983 met Ineke van der
Poel geboren 7-3-1959 en wonende te Purmerend.
10.
Fred
(Frederikus Gerardus Maria) geboren op 15-10-1955 en samenwonend sinds oktober
1993 met Lian Koopman geboren 9-4-1957 te Purmerend.
11.
Ellen
(Elisabeth Divera Maria) geboren 27-3-1959 wonende te Amsterdam.
Lou en Riek
woonden aanvankelijk op de Zwaagdijk in het voorhuis (Zwaagdijk 82) maar
verhuisden in de strenge winter van 1963/1964 naar Purmerend waar de familie
zich behoorlijk moest aanpassen. Van dialect naar normaal Nederlands; van een
rustig dorp met vrijstaande woning naar een nieuwbouw wijk. Lou werkte in de
haven en Riek verzorgde het gezin van 10 kinderen. Ze hebben beiden een kort
ziekte bed gehad. Lou stierf op 82 jarige leeftijd en Riek op de leeftijd van
81.
afb. 120, afb.
121.
afb. 122:
Afscheidskaartje van Riek Otsen-Koomen, afb. 123: Overlijdensbericht van
Riek_Otsen-Koomen, afb. 124: Overlijdensbericht van Laurens Otsen.
Simon (zoon
van Pieter Koomen en Jansie Botman) is op 25-4-1944 gehuwd met Cunera Schouten
(geboren op 17-4-1917). Cunera is geboren op de Binnenwijzend en was de dochter
van Klaas Schouten en Neeltje Hoff. Later verhuisde de familie Schouten naar
Hoogkarspel. Simon en Cunera woonden van 1944 tot en met 1953 op de Zeeweg te
Wervershoof op later in het
ouderlijk huis op de Zwaagdijk. De kinderen tot en met zoon Gerard zijn in
Wervershoof geboren. Toos en Hannie zijn in Zwaagdijk geboren.
afb. 125:
Simon en Cunera, afb. 126: trouwdag 25-4-1944, afb. 127: mobilisatie Simon.
afb, 128: Zeeweg
anno 2016, afb. 129: Simon in zijn jonge dagen. Vaak hadden jongens ook jurkjes
aan om sneller de luier te kunnen verschonen, afb. 130: Simon bij de
Grenadiers.
Siemen ging
dagelijks op en neer naar het bedrijf op de Zwaagdijk van zijn ouders welke later
door hem en zijn broer Gert werd overgenomen. Al spoedig werd het bedrijf
gescheiden en ging Siemen verder in het ouderlijk huis op het land achter het
huis. Een greppeltje scheidde het land waar zijn broer Gert de kost verdiende.
Achter dit huis stond ook een druivenkas welke ook tijdelijk als tomatenkas
heeft gediend. Verder bezat Siemen nog een stuk land wat ŇSpruitesÓ heette. Het
was een stuk grond aan de Leek achter het land van Jan Schouten en was gekocht
van ene Spruit. Van Spruit veranderde dus alras in ŇSpruitesÓ. Het land was
meestal te bereiken met de schuit of als er een schuitje lag via het land van
Neefjes een andere tuinder. Siemen had diverse teelten. Zijn hoofdinkomen waren
de tulpen. Verder teelde hij ranonkels, gladiolen, anemonen en montbresiaŐs.
Hij verbouwde ook eetbare waren zoals aardappels, bieten, bloemkool en uien.
afb. 130:
Simon helemaal rechts, afb.
131: Gert en Simon in de piepers, afb. 132: Simon in dienstplicht (1939)
afb. 133: Gert
en Simon met de Kohlgut.
Simon heeft in
de oorlog wel wat meegemaakt. Het verhaal gaat dat hij in Den Haag net ziek was
toen er gebombardeerd werd waar hij gelegerd was en dus de dood ontsnapte. Hij
stond in de broeikas te kijken naar de bommenwerper die 20 meter verder van hem
zich in het land van Langedijk boord.
Vanaf de jaren
60 kreeg Siemen voor de tulpen een reizende bloemenkraam. Eerst in Hauwert
enkele jaren en toen bij Jac Wiering tegen de Rijweg. Later toen hij hier was
uitgeboerd met de tulpen heeft hij samen met zwager Jac van der Lee nog
anemonen geteeld. Daarna ging hij met de tulpen naar de Wieringermeer eerst aan
de Kwelweg en daarna tegen Middenmeer. In juni werden de druiven gekrent en in
augustus werden ze gesneden Meestal lag Siemen dan op het land te Őkwaadjes wudenÓ
en het krenten liet hij aan de kinderen over. De bollentijd was altijd
hectisch; het hele gezin werd ingezet van media juni tot halfweg september.
Eerst de tulpen dan ranonkels en dan anemonen zeven. Als de druiven uit de kas
waren werden er bedden gemaakt voor de witlof die in januari werd geoogst. Een
enkele keer is hiervan afgeweken zo heeft hij een keer postelein gekweekt. Dit
lustte niemand in het dorp behalve de pastoor.
Simon overleed
op de verjaardag van zijn zoon Gerard. Hij kreeg nadat hij Ôs morgens bij hem
op geweest was een hartaanval en overleed na een hele middag wachten op de hele
familie in het ziekenhuis een kwartier nadat de laatste was gearriveerd.
De kinderen
doorliepen de lagere school in Zwaagdijk met voor sommigen in de 6e
klas aangevuld met Franse les. Beroemd is het zinnetje Óle chat est sȗr le
pianoÓ het eerste zinnetje wat men moest kennen!
afb. 134:
Afscheidskaartje en overlijdensbericht van Simon Koomen.
Kinderen:
1.
Peter
(Petrus Johannes) geboren op 21-2 1945 en gehuwd met Maud Schwantje geboren op
21-6-1951 en wonende Kwintsheul. Peter is overleden op 20 oktober 2015 ten
gevolge van een hersenbloeding.
2.
Nico
(Nicolaas Jozef) geboren 14 juni 1946 en gehuwd op 25-9-1968 met Catharina
Appelman geboren op 28-12-1946. Voorheen wonende te Peize (Drenthe) nu wonende
te Alkmaar. Hij heeft nadat hij getrouwd was van 1968 tot 1975 op Zwaagdijk 66
gewoond.
3.
Siem
(Siemon) geboren 20-12-1947 en gehuwd op 17-12-1970 met Wil Vroling geboren op
7-5-1946 wonende te Gouda.
4.
Ellie
(Cunera Amelberga Maria) geboren op 14-4-1950 en gehuwd op 14-8-1970 met Jac
van Schagen geboren 22-1-1944 wonende te Heerhugowaard.
5.
Gerard
(Gerardus Maria) geboren 12-5-1952 en gehuwd op 17-5-1974 met Hetty Ruiter
geboren 18-12-1950. Thans gescheiden. Wonende te Bovenkarspel thans wonend te
Venhuizen.
6.
Hanny
(Johanna Maria Aloyna) geboren op 10-8-1953 en gehuwd op 14-4-1975 met Louis
Hoogendijk geboren 30-6-1952. Thans gescheiden. Wonende te Heerhugowaard.
7.
Toos
geboren 17-2-1957 en gehuwd op 9-8-1977 met Willem Koeman geboren op 8-2-1953
wonende te Wijdenes thans wonende te Venhuizen.
afb. 135:
Gerard ongeveer 5 jaar oud, afb.
135: Geboortehuis van Hetty.
CarriŹres
kinderen:
1.
Peter
ging na de mulo en enkele baantje naar de politie academie in Den Haag en later
werd hij paprikakweker.
2.
Nico
kwam op het tuinderbedrijf van zijn vader terecht en werd later hovenier bij de
Gemeente Groningen en gaf uiteindelijk les in zijn vak.
3.
Simon
ging naar seminarie Hageveld in Heemstede, doorliep de universiteit en werd
ambtenaar bij het ministerie van economische zaken.
4.
Ellie
deed de huishoudschool werd verpleegster en werkte daarna in het
hoveniersbedrijf van haar man.
5.
Gerard
heeft 4 jaar missiehuis gedaan en na de mulo en havo ging hij werken als
belastingambtenaar te Hoorn en Zaandam. Uiteindelijk is hij alternatieve
genezer geworden.
6.
Hannie
doorliep ook de huishoudschool en raakte in de verzorgende beroepen.
7.
Toos
werd ziekenverzorgster en hielp op het bloembollen bedrijf van haar man.
Oorlogsmonument voor zes
omgekomen Engelse vliegers in een bommenwerper.
(Zwaagdijk-Oost 30, op particulier terrein): Monument bestaat uit een grote bakstenen sokkel met
daarop een propeller van de neergestorte bommenwerper. Het monument is onthuld
in 2011 door burgemeester Hanneke van Wel. De tekst op het oorlogsmonument
luidt onder meer:
Ter herinnering
aan het neerstorten van een Engelse bommenwerper met vijf bommen in de nacht
van 12 op 13 juni 1941.
Bemanning; Robert Chisholm, William C. Taffender, Albert G. Burbridge, Alan
Greensides, Arthur Vernon J. Hardcastle, John K.E. Horniman
afb. 137:
oorlogsmonument.
Schuin achter
waterplas De Weel in Zwaagdijk-Oost heeft Arie Galis een stuk land geschikt
voor wapendroppings. De codenaam van het terrein is ÔOliverŐ.
Als het eerste radiobericht Ôde rape benne gaarŐ is te horen, staan onder meer
vader Arend Leeuw en zŐn zoons Jaap, Arie en Joop klaar om de wapens, koek en
chocolade op te halen. Bij zoŐn dropping komen zoŐn circa 20 containers aan
parachutes naar beneden. De lege containers gaan De Weel in en de wapens gaan
met een tuindersschuit via Medemblik naar de Wieringermeer-polder.
Geronk in de
nacht boven West-Friesland
In
Zwaagdijk-Oost, zoŐn 25 meter achter woonhuis nummer 30, staat ietwat verloren
in het land een bescheiden monument dat herinnert aan een gebeurtenis in de
Tweede Wereldoorlog. Oudere West-Friezen weten nog hoe het geluid klonk van
overvliegende geallieerde bommenwerpers. Op weg naar hun doelen in Duitsland
– of op de terugweg. Veel toestellen werden neergeschoten en trokken
letterlijk diepe sporen in het landschap. Soms werden bemanningsleden pas vele
jaren later geborgen. Monumenten, zoals in Zwaagdijk-Oost, gedenken de
geallieerden die hun leven gaven voor de vrijheid.
De geallieerde
bommenwerpers vlogen vaak Ôs nachts, omdat ze dan moeilijker te zien waren voor
de Duitse jagers die probeerden te voorkomen dat de bommenlast op hun vaderland
werd uitgestort. Veel van de geallieerde vliegtuigen liepen tijdens hun missie
schade op en waren gedwongen om laag vliegend te proberen thuis te komen. Zij
vormden dan een makkelijk doelwit voor vijandelijke jagers en luchtafweer.
Het eerder
genoemde monument in Zwaagdijk-Oost, eveneens gesierd met propellerrestanten,
gedenkt de zes geallieerden, die vlakbij die plek hun leven verloren in de
nacht van 12 op 13 juni 1941.
Luchtgevecht.
Ze waren met
hun Vickers Wellington-bommenwerper op de terugweg uit Duitsland. Het toestel
was mogelijk al beschadigd, toen het boven het IJsselmeer werd opgemerkt door
een Duitse jager. Er volgde een luchtgevecht waardoor de bommenwerper, die werd
gevlogen door de commander Robert Chisholm, niet meer in staat was in de lucht
te blijven en neerstortte op een stuk bouwland aan de Zwaagdijk te Wervershoof.
Van de zes
bemanningsleden in het toestel trof men in juni 1941 alleen het lichaam aan van
flight sergeant John K.E. Horniman. Hij werd begraven op de geallieerde
begraafplaats aan de Kerkedijk in Bergen, waar meer dan 250 soldaten uit de
Gemenebest hun laatste rustplaats hebben gevonden.
Pas in 1966
werden de resten van de overige vijf bemanningsleden boven de grond gehaald en
met gepaste eer ter aarde besteld op verscheidene oorlogsbegraafplaatsen. Ook
het oorlogsmonument aan het Raadhuisplein in Wervershoof vermeldt de namen van
de omgekomen vliegtuigbemanning.
ŐS Nachts om
half een werd een RAF toestel, een 2 motorige Vickers Wellington aangeschoten
boven Enkhuizen door een Duitse nachtjager die was gestationeerd in Bergen(nh).
De bommen werper was op weg naar het Duitse Ruhrgebied om daar de fabrieken te
bombarderen. Aan boord: 5 bommen, 4 vijfhonderd ponders en een duizendponder.
Het werd dus getroffen en kwam 25 meter naast het huis van de familie Langedijk
in het veld terecht. De brand was enorm en de aardappelen lagen op de goot van
de tegenoverliggende boerderij. De brand was hevig door de volle
brandstoftanks. Het vliegtuig was op de heenreis. De hitte was zo erg dat tot
cafŽ de bak naast de huidige stoplichten de hitte zo voelbaar was dat niet dichterbij
kon worden gekomen De wind was voor de naburige panden gelukkig oostwaarts De
staart sak boven de grond uit. Van de aanwezige bemanningsleden was aalleen de
staart schutter ,Horniman,die uit het wrak was geslingerd. Het staartstuk is
door de dorpssmid Huiberts afgezaagd. Het gat werd door mensen van de
werkverschaffing dicht gegooid. Er werd een kruis met onbekende vlieger in het
Duits er op geplaatst. Na een half jaar kwamen op verzoek van de gemeente
Wervershoof de 5 namen van de bemanning erop.In de jaren 60 begon het
gedenkteken tekenen van verval aan te geven. In plaats van restauratie werd
plots besloten dat het wrak weggehaald moest worden. Dit gebeurde in 1966 door
explosieve opruimingsdienst. Lichamen werden op anderhalve meter gevonden. Een horloge
stond op 7 minuten over half een, het tijdstip van de crash. Verder een zakdoek
met AGB erop de naam van een van de bemanningsleden en een maori munt van de
Australi‘r die aan boord was. Uit halfvolle brandblussers blijkt dat men de
brand heeft proberen te blussen en uit gebruikte patroonbanden blijkt dat er op
de Duitser is geschoten. Ook strooibiljetten met Duitse tekst om op te houden
met oorlogvoeren werden gevonden. Op 6,5 meter werden de zwaardere stukken
gevonden van het wrak)propellers en motoren. Op 7 meter vond men de eerste bom.
Bij onschadelijk maken moest iedereen 150 meter worden ge‘vacueerd en ramen en
deuren moesten openstaan. De diepste bom vond men op 12 meter die via kranen
omhoog getakeld werd Uit de eerste bom bleek dat ze niet op scherp stonden. Op
dit moment staat er een gedenkteken met propeller.
Elisabeth is
geboren op 26-9-1920 en gehuwd op zondag 26 juli 1947 met Nicolaas Berkhout
(geboren 16-7-1916 en overleden op 30-12-1994). Het huwelijk bleef kinderloos.
Het huwelijk
werd niet zonder slag of stoot genomen. Niek wilde al veel langer trouwen maar
er was geen huis. Annie vond dat ze het eerste recht had om te trouwen dus die
vertraagde ook. Niek kocht een boot uit Alkmaar en voer door allerlei kanalen
en sluizen naar Onderdijk waar de boot naast het huis van vriend Blom kon
aanleggen. Toen werd er getrouwd en wel door monseigneur Grent op een zondag.
Later kocht het stel een houten noodwoning aan de Simon Koopmanstraat in Werverhoof.
De schuit die Niek had verkocht werd door hem naar Hilversum gevaren. Later in
de tijd kwam een melkzaak in Amsterdam in beeld. Ze moesten er mee stoppen
omdat ze beiden niet de juiste papieren hadden en maakten van de melkzaak een
kaaswinkel. Daarna maakte Bets er een kruidenierswinkel van en chocolaterie
omdat Niek vooral in autohandel en verhuur zat.
Als laatste
winkel hadden ze een stomerij waar fournituren werden verkocht en Bets had nu
het voordeel van de naaischool uit Hoogkarspel want die heeft bergen ritsen
moeten inzetten voor Amsterdammers die minder handig waren.
Niek zocht een
baantje bij de uitvaartmaatschappij de ŇCošperatieÓ als chauffeur Hij was
altijd bang voor doden en nu vervoerde hij ze zelf maar het wende snel. Niek
kocht een auto bij Kees Rep en niet snel daarna kwam hij in het ziekenhuis
terecht. Kees bezocht hem en dat was het begin van een jarenlange vriendschap.
Nadat Niek was overleden en Kees zijn vrouw ook was kwijtgeraakt raakten Bets
en Kees bevriend met elkaar welke startte bij een foto van Niek die Kees nog
niet had.
Na het
overlijden van Niek woonde ze enige tijd samen haar tweede liefde Kees Rep.
afb. 139: Bets
en Kees Rep, afb.
140: Trouwdag 27-6-1947.
afb. 141:
Bets, afb.
142: Niek, afb.
143: Niek in het verpleeghuis.
afb. 144:
Overlijdensbericht Niek, afb.
145 Bets 2de liefde Cees Rep.
Piet Koomen is
geboren 21 september 1922 en overleden op 3 mei 1992. Gehuwd op 28-12-1960 met
Lies (Elisabeth Gararda) Klein Zieverink (geboren op 23-4-1928) en wonende te
Canada. Lies was eerder gehuwd met F.J. Hazen die op 25-12-1958 is overleden.
Uit dit huwelijk zijn 6 kinderen geboren.
1.
Joe
(Josephe Peter Francis) geboren op 18-6-1962 en gehuwd op 24-10-1987 met Arlene
Hubbard geboren 10-5-1968 wonende te Canada.
2.
Adrian
(Adrian John) geboren 13-10-1963 en gehuwd op 31-12-1993 met Anna Maria Fedor
geboren 20-11-1962 en wonende te Canada.
Truus is geboren
op 6-4-1924 en overleden op 23-6-2001 en gehuwd met Arie van der Gracht
(geboren op 5-10-1924) en wonende te Heemskerk.
Arie werkte in
het begin als boerenknecht bij boer Vlaar in Benningbroek. Het verdiende slecht
en IJmond groeide. Hij solliciteerde bij de Hoogovens. In het begin was het
pendelen met de bedrijfsbus. Hij werkte in drie ploegendienst en dus ook vaak
Ős nachts. Dit werd hem teveel omdat hij bijna zijn drie zonen niet meer zag.
Hij verhuisde naar Heemskerk en betrok een huurhuis aan de van Maerlantstraat.
Truus was huisvrouw en verzorgde de kinderen. De hoogovens subsidieerde de
vakanties en dat is de kinderen vooral bijgebleven. Arie huurde dan een auto
omdat er geen geld was voor een eigen auto. Later in de tijd betrok het gezin
een huis aan de Bizetstraat welke groter was. Weer later kocht hij het huis.
Arie heeft tot zijn pensioen (VUT) bij de hoogovens als onderhoudsmonteur
gewerkt. Hij heeft diverse keren het buitenland met zijn vrouw bezocht
(Rijn/Moezelreisjes en 2 keer Lourdes). Een grote klap voor hem en zijn vrouw
was het overlijden van Gerard die tijdens zijn dienstplicht door een auto werd
overreden. Arie is dit eigenlijk nooit meer te bovengekomen. Op leeftijd zijn
Arie en Truus verhuisd naar een seniorenflat aan de Jan Polanenstraat. Beiden
waren zeer sociaal bewogen en bijzonder is dat ze 50 jaar zijn getrouwd
geweest.
Kinderen.
1.
Peter
(P.J.M.) geboren 13-12-1951 en gehuwd op 6-2-1976 met Marian van Duivenvoorde
geboren 18-12-1955 wonende te Heemskerk.
2.
Gerard
(Gerardus Maria) geboren 10 mei 1952 overleden 13 maart 1972.
3.
Fred
(Frederikus Adrianus Maria) geboren 1-1-1954 en gehuwd op 25-5-1977 met Joke
van Duijn geboren 3-2-1956 wonende te Limmen.
4.
Adrie
(Adrianus Simon Maria) geboren op 28-1-1957 en gehuwd op 22-8-1986 met Ria
Verweij geboren 10-11-1961 wonende te Heemskerk.
5.
Marja
(Maria Emerentia Antonia) geboren 1-2-1959 en gehuwd op 3-6-1983 met Cees
Zonneveld geboren op 5-4-1955 wonende te Heemskerk.
6.
Emmy
(Emerentie Johanna Maria) geboren 12-2-1962 en gehuwd op 21-10-1982 met Rob
Koning geboren op 19-2-1958 wonende Sint Maarten.
7.
Jolanda
(Johanna Geertruida Maria) geboren op 2-1-1965 en gehuwd op 9-6-1988 met Ronald
Sinnige geboren op 12-7-1964 wonende te Weert.
Jan Koomen
geboren op 13-5-1926 en overleden op 13 mei 1929 te Zwaagdijk door verdrinking.
Kleine Jan was zijn vader van de bouw gaan halen. Piet ging naar de
schuitenboet en Jantje ging achter de poes aan. Ze vonden hem later in de sloot
voorover liggend in het water Zijn rug was nog droog Het was op zijn 3e
verjaardag op 13 mei. Dit was een van de redenen waarom vader Piet meer is gaan
drinken
Jo (Johanna)
Koomen geboren op 20-2-1928 geboren te Zwaagdijk op Z 20 en overleden op 26
februari 2013. Jo was gehuwd met Jaap van der Lee op 8 mei 1951 (op 24-4-1951
voor de wet). Jaap van der Lee was geboren op 7-11-1924 te Zwaagdijk op Z154
(gemeente Nibbixwoud) en is overleden op 17-4-1998.
Jaap was van
beroep tuinbouwer. In begintijd was het sober. Net als bij andere tuinders
moest er hard worden gewerkt voor weinig geld. Echt arm hebben ze het nooit
gehad. De kinderen hielpen op het land net als dat de gewoonte was bij andere
tuinderfamilies. Dat betekende hard werken en weinig vakanties. Het eerste
dochtertje Lia was veel te vroeg geboren en overleed enkele dagen na de
geboorte. Het stel woonde op de Simon Koopmanstraat 137 in een klein groen
houten huisje waar alles gelijkvloers was. Achter de woning stond een zwarte
houten schuur die als bollenschuur in gebruik was. Jaap had voor die tijd al heel
vroeg televisie. Daardoor kwamen veel kinderen uit de buurt op zaterdag en
woensdag middag tv kijken Telefoon werd pas heel laat aangeschaft. Hiervoor was
hij dan weer op de buren aangewezen. In 1963 werd de houten schuur vervangen
door een stenen met zolderverdieping. In 1965 werd het houten huis vervangen
door een stenen huis en die werd in het voorjaar van 1966 betrokken. Tussen de
sloop en de bouw van het nieuwe huis werd er verbleven in de schuur.
Van de kinderen
was Arnold leergierig. Hij begon op de Mulo. Peter hield minder van studeren en
werkt vanaf zijn 16e bij de belastingdienst. Ton begon met de lagere
technische school en Lia met de huishoudschool. Hierna hebben laatstgenoemden
nog andere opleidingen gedaan.
Kerkbezoek
werd vrij dwingend opgelegd wat wel eens spanningen gaf. Dit is de reden dat er
weinig van de familie nog kerkelijk zijn.
Jaap stierf op
17 april in het huis van zijn schoonzus Cunera waar hij op verjaarsvisite was
aan de Olympia weg. Later op leeftijd werd Jo reislustig.
Kinderen:
1.
Lia
(Cornelia Johanna Maria) geboren op 17-12-1951 en overleden op 21-12-1951.
2.
Arnold
(Arnoldus Petrus Maria) geboren op 9-10-1952 en gehuwd op 21-4-1986 met Cathy
Barlow geboren op 23-6-1952 wonende te Bilthoven.
3.
Peter
(Petrus Gerardus Maria) geboren op 25-3-1954 en gehuwd met Annelies Rinkel
geboren 9-5- 1960 wonende te Wervershoof.
4.
Ton
(Anthonius Johannes Maria) geboren op 10-9-1955 en vanaf 1981/1982 samenwonend
met Ria Hauwert geboren 31-7-1951 wonende te Hoorn.
5.
Lia
(Cornelia Johanna Maria) geboren 11-2-1957 en gehuwd met Nico de Boer op
22-6-1979 welke is geboren op 18-9-1955 wonende te Wervershoof.
Jan Koomen
geboren 1-8-1929 en overleden op 31-5-1989. Gehuwd met Afra Sjerps (geboren op
21-1-1930) dochter van Petrus Sjerps en
Catharina Aker. Afra Sjerps is overleden op 25-10-2002.
Jan, de
jongste zoon moest na de lagere school net als zijn broers naar het land. Als
jongste had hij veel contact met de oudste oomzegger Pe en Piet van Gert. Jan
hield een bijzondere band met name met Piet tot zijn dood. Op zijn 16e
werd hij chauffeur/bijrijder bij de melkfabriek van de gebr. Van Dijk in
Wervershoof. Toen hij opgeroepen werd voor militaire dienst moest hij naar
Indonesi‘. Met de boot heen en terug want vliegen was nog uitzonderlijk in die
tijd. Na zijn terugkeer kreeg hij verkering met Afra Sjerps, trouwde met haar
en trok in een boerderij op de Zwaagdijk die in twee‘n werd gedeeld. Hij en
zijn vrouw betrokken het ene gedeelte en zijn schoonouders het andere gedeelte.
Jan was
ingedeeld bij het Garde Regiment Grenadiers op West Java. Hij arriveerde op 18
augustus 1949 met de Zuiderkruis en kwam terug op 17maart 1951 met de Nelly.
Jan werkte een
aantal jaren in de haven en daarna als grondwerker bij Hillen & Roosen. In
1962 trad hij in dienst van de Heidemij waar hij tot 1989 bleef en 25 jarig
jubileum vierde.
In zijn
vakantie rooide hij zijn bollen omdat er toch ook monden gevuld moest worden.
Dit deed hij bij de tulpen van zijn broer Siemen. Ook werkte hij daar op de
zaterdagen in de bollen. Op het einde van zijn vakantie ging hij dan een dagje
met zijn kinderen uit. Hij hield van auto rijden. Regelmatig kocht hij een
nieuwe auto die hij ook voor het werk gebruikte en collega Ős mee vervoerde. Op
het eind van zijn leven heeft hij nog met de auto diverse landen bezocht.
Verder hield hij van voetballen en lekker eten. Hij was een trouwe fan van
Zwaagdijk. Verre reizen deed hij ook. Hij bezocht zijn broer Piet in Canada en
was voornemens naar Australi‘ af te reizen welke niet doorging door voortijdig
overlijden. Hij overleed plotseling ten gevolge aan een hartstilstand en was de
eerste van de reeks. Het overlijden van Adrie was de zwartste bladzijde in zijn
leven. Hij genoot van het verbouwen van bloemen, fruit en bessen en had een
kasje achter zijn huis.
Afra bleef na
zijn overlijden nog enkele jaren in Zwaagdijk wonen. Na enkele jaren verhuisde ze
samen met Marcel naar Hoogkarspel(1997). Ze leed aan suikerziekte en had veel
rugklachten maar bleef reislustig. Ze ging naar Canada, Australi‘, Kroati‘,
Engeland en Frankrijk. Op 25 oktober 2002 overleed Afra aan een hartstilstand.
Kinderen:
1.
Pierre
(Petrus Johannes Simon) geboren op 20-9-1955 samenwonend vanaf mei 1984 met
Sietske Boonstra geboren op 9-8-1956 wonende te Oenkerk.
2.
Johan
(Johannes Petrus Gerardus) geboren op 31-12-1956 gehuwd met Afra Laan op
31-10-1980 welke is geboren op 26-2-1959 wonende te Wervershoof.
3.
Ineke
(Catherina Johanna Afra) geboren 17-8-1960 gehuwd op 18-11-1983 met Marcel
Schutte geboren op 3-2-1961 wonende te Wervershoof.
4.
Richard
(Gerardus Johannes Jozef) geboren op 4 mei 1962 gehuwd met Ingrid Neefjes op
24-10-1985 welke is geboren op 12-8-1964 wonende te Wervershoof.
5.
Adrie
geboren op 4 mei 1962 overleden op 18 mei 1969 ten gevolge van een noodlottig
auto-ongeluk.
6.
Siem
(Siemon Laurentius) geboren op 18-10-1964 gehuwd op 24-7-1997 met Mery
Pattiasina geboren op 30-12-1976 wonende te Indonesi‘.
7.
Nico
(Nicolaas Johannes Jozef) geboren 20-5-1965 en samenwonend vanaf 1-4-1998 met
Vivian Wever geboren 10-8-1970 wonende te Hoogkarspel.
8.
Marcel
(Michael Johannes Jozef) geboren 3-2-1968 wonende te Hoogkarspel.
Jo is thuis in
Zwaagdijk geboren. De bevalling gebeurde door de dokter wat waarschijnlijk
bijzonder was in die tijd. Johanna Botman voelde zich van beter komaf en werd
verwend door haar man Pieter. Het ouderlijk huis stond en staat in Zwaagdijk
–Oost wat destijds Hoog-Zwaagdijk heette. Het adres en de gemeente waar
het huis onder viel zijn diverse keren gewijzigd.De jaren dertig stond
voornamelijk in het teken van de beurskrach en de crisis. De penicilline werd
uitgevonden en de zeppelin maakte zijn eerste vlucht.
Pieter heette
Piet en kwam uit Wervershoof en was de zoon van Gert. Net als vroeger, toen
werd er een z achter de naam geplaatst bijvoorbeeld Simonsz, kreeg nu Piet de
naam Piet van Gert. Hij werkte eerst bij zijn vader op het land. Geertje kwam
van het Westend uit Enkhuizen (Westeinde is de buurtschap tussen Bovenkarspel
en Enkhuizen). Zij was van rijke afkomst. De ouders van Geertje waren minder
blij met de minder welgestelde Pieter. Zelfs Geertje Botman zou Johanna hebben
gewaarschuwd voor hem. Het testament van de ouders van Geertje was in ieder
geval zodanig dat Piet niet in het erf viel maar de kinderen van Piet wel. De
rente werd wel aan Johanna toebedeeld die als weduwe dit hard nodig had.
Piet en
Johanna woonden eerst in de Simon Koopmanstraat van de Hoek af gezien net na de
brug. Destijds was dat de Lagedijk en het huis was gebouwd door het bedrijf
Botman.
Na de oorlog
begon de wederopbouw en werden er veel kinderen geboren. De zogenaamde
babyboomers. De economie ontwikkelde zich gestadig en mede dankzij de
Amerikaanse Marshall hulp werden na de oorlog industrie en landbouw op een
hoger plan gezet. Techniek werd steeds belangrijker In de jaren vijftig en
zestig was geloof nog een groot goed. Elke zondag naar de kerk, vaak Ôs avonds
naar het ŇlofÓ. Op Kerstmis naar Kerstnacht in de jaren 50 halverwege 60, om
vijf uur s morgens naar de kerk die dan uit was tegen de tijd dat het bijna
licht werd, dat in de winter, (na de jaren 70 werd het om 12 uur s nachts)
daarna gezamenlijk eten en dan naar bed om en Ôs middags naar het lof te gaan.
De kerk had
ook een ander doel. De mannen bleven vaak een uur met elkaar praten na de mis
en wisselden gegevens uit. Dit gebeurde ook wel vanaf de herfst tot maart want
dan werd er in de jaren vijftig en zestig toch niet veel gewerkt. Dat was de
tijd dat men in een rokerige keuken vaak dagen achter elkaar kon kaarten.
Bovendien werden dan de machines uit elkaar gehaald en geolied en weer in
elkaar gezet. Ook had men tijd om dan bij collega agrari‘rs te kijken hoe die
bepaalde methoden en technieken toepasten. De smid had toen nog een belangrijke
plaats in het dorp voor wat betreft zelf uitgevonden machines. Kerk nam een
voorname plaats in. Er bestonden veel vrije dagen voor plaatselijke heiligen en
algemene heiligen. Processies waren normaal en men richtte vele katholieke
verenigingen op. Een er van was de ŇNaastenliefdeÓ. Als de kostwinner ziek werd
was er veelal geen inkomsten. Als je dan lid van zoŐ n vereniging was kwamen
andere collegaŐs om beurten je met je bedrijf een dag helpen . Dit was gratis.
Zo ontstonden ook de boerenleenbanken. Vaak plaatselijke bestuurders die geld
uitleenden van de spaarders van eigen dorp. Later gingen al deze gezamenlijke
bankjes op in de latere Rabobank. Heel belangrijk was de flora. Die was eerst
te Wervershoof waar je dan alle bollenkwekers kon zien en horen. Daar leerde je
de soorten en het vak. Zelf Zwaagdijk had een flora, later gingen de beste
bollen naar de Bovenkarspelse flora. Een evenement van jewelste. Ook van de
regering uit werden er stichtingen opgericht om het proces op het land te
verbeteren en gewassen tegen ziekten te beschermen.
In het dorp
Zwaagdijk had je hi‘rarchie‘n. Zo stonden de dokter en pastoor bovenaan. Dan de
kerkmeesters wat meestal te vinden was in de boerenstand. Dan de gegoede
agrari‘rs vervolgens de minder succesvolle en dan de arbeiders. Dat zag je in
de kerkbanken, de rijkste mensen zaten vooraan en hoe meer naar achteren hoe
armer de mensen waren. Dat komt omdat je voor een plaats moest betalen. Siemen
had bank 12, vrij vooraan. Net als Pieter vond hij dat hij niet onderdeed aan
de rijke boeren die in het kerkbestuur zaten en zat dus achter hun. Toen het
plaatsengeld werd opgeheven zat hij altijd vrijwel achter in de kerk. Vreemd
was dat je in de kerk wel huwde maar niet als man en vrouw naast elkaar mocht
zitten. De rechterkant van de kerk was de mannenkant en daar heerste veel rust
omdat de meeste mannen de zondags mis gebruikten om in slaap te vallen en de
linkerkant was de vrouwen kant. Halverwege de jaren 60 na het eerste concilie
veranderde dat net als de mis die vanaf die tijd niet meer in het Latijn werd
gesproken maar in het Nederlands. Zwaagdijk was overwegend katholiek. Pastoor
had veel invloed. Veel gezinnen werden vergroot mede dank zij de invloed van de
kerk. Kinderen waren in die tijd ook nodig want het verzekerde je oude dag
omdat er van uitgegaan werd dat ze in het dorp bleven. Pensioen werd pas
ingesteld door Drees in 1958. Vanaf die tijd was men verzekerd van een oude dag
door invoering van het pensioenstelsel en de premieheffing volksverzekeringen.
Voertaal was
het Zwaagdoiks. Het dialect verschilde weer van dorp tot dorp. Het ŇEnkhuzensÓ
was duidelijk anders dan de voertaal in Zwaagdijk.
Ook had je een
andere hi‘rarchie. Je kon voetballen of je kon het niet. Je kon handballen of
je kon het niet. Anders was er niet. Bekend is de succesvolle ploeg die het
opnam tegen de IJsselmeervogels, een soort Ajax in de zaterdag voetbal, en
daarvan won eind jaren zeventig.
Halverwege de
jaren zestig kwam de Beatle muziek. Hoogtepunt natuurlijk dat de Beatles in
Blokker optraden in 1964. Dat was in de veiling waar enorm veel mensen op af
kwamen. Later gevolgd door de Rolling Stones in Den Haag. Ook kwamen de
piratenschepen op als Veronica en Noordzee. Gelijk daarmee kwamen de eerste
transistor radioŐs op. Zo kreeg je bij zeep een sharp cadeau, een draagbare
kleine radio. Lokale bandjes speelden er lustig op los in cafŽs en danszalen
alwaar de jongeren elk weekend veel alcohol nuttigden. In de jaren tachtig nam
dit verschijnsel af en werden er meer festivals gehouden waardoor er ook veel
cafŽ s en danszalen hun deuren moesten sluiten. De omzet werd voornamelijk
genoten uit huwelijken en trouw partijen, kermissen en muziekavonden.
Eind jaren 40
werd er in Indonesi‘ oorlog gevoerd waar Jan als dienstplichtig soldaat naar
toe moest. Net als bij Siemen werd er daarna niet meer over diensttijd
gesproken waaruit geconcludeerd kan worden dat er geen prettige herinneringen
van zijn overgehouden. Piet emigreerde in de jaren 50 naar Canada en trouwde
daar met een Hollandse weduwe waar hij werk voor uitvoerde. Hij is voor zijn
dood nog 2 keer terug geweest.
Siemen en Gert
hebben het bedrijf van hun moeder voortgezet waarbij Siemen in het huis van zijn
moeder ging wonen en Gert woonde in het huis naast hem. Eerst woonde Siemen nog
in Wervershoof aan de Zeedijk waar Peter, Nico en Siem zijn geboren. Dat was
een klein huisje met nog een bedstede. Daar hoorde we ook van de
verschrikkelijke ramp in Zeeland waar Simon nog met de schuit heen wilde om te
helpen. Simon woonde naast een bakker die naar Amsterdam vertrok als bakker en
de familie Smit waar ze nog lang betrekkingen mee hebben gehouden.
Siemen en Gert
hebben het land verdeeld waarbij een greppel de grens aangaf. Begin jaren
zestig begon de revolutie met machines ook op het land. De eerste tv deed zijn
intrede wel zwart wit, we mochten dan bij rijke boeren voor een stuiver tv
kijken, maar al gauw hadden we er zelf een. Op het land deed de kolhgud zijn
intrede. De producten die werden verbouwd waren ranonkels, anemonen, tulpen,
witlof, aardappels, bloemkool en later MontbresiaŐs. Siemen zette ook de kas
voort van zijn moeder met druiven. Hij heeft ook nog een tijdje alleen tomaten
er in gehad maar daarna kwamen er weer druiven, de soorten Alicant en
Frankenthaler. Druivenkrenten begin juni, hele dagen, ook tijdens de
Zwaagdijkse kermis. De tulpen, de hoofdmoot van het inkomen, werden op bedden
gezet. De strepen werden getrokken door een rol en de tulpen handmatig er in
gezet en daarna werden de tulpen bedolven onder modder. Dat moesten de kinderen
als schooljongens doen. Dan lag het bed klaar om 15.30 uur en we moesten
onmiddellijk planten. In de zomer werden ze handmatig er uit gehaald met een
zijschopje. De kinderen kregen ook rooiverlof, dat kregen alleen de jongens
wiens vader een kwekerij hadden. Dan lag je wel om zes uur op het veld te
rooien. Iets wat nu onmogelijk meer is. Witlof werd in de kas gezet. Dan maakte
je daar grote kuilen en daar werd de witlof ingezet die dan onder die daar weer
opgeworpen grond groeide. Dat was winterwerk. In 1964 verscheen de Holder en
werden de tulpen op regels gezet. In eerste instantie werden ze op eigen land
verbouwd maar door behoeft aan vers land veranderde dat eerst in naburige
dorpen als in Hauwert en op Zwaagdijk bij Jaap Wiering. Later naar de
Wieringermeer. Hierdoor veranderde ook langzaam het eetpatroon. Tot halverwege
jaren zestig at met onder de middag warm maar doordat er op land elders werd
gewerkt verviel dit omdat naar huis gaan niet praktisch was.
De
communicatie verliep ook in de loop van de tijd anders. Meer info werd
verkregen door plaatselijke kranten. De telefoon werd bijna standaard in elk
huis voorzien en de televisie was na 1960 bijna niet meer weg te denken in elk
huis. Het dorp werd ook na de vondst in Slochteren voorzien van gasaansluiting.
In de jaren vijftig was het normaal dat als kinderen van de lagere school
afkwamen deze automatisch naar de landbouwschool gingen maar dat veranderde naarmate
de maatschappij op een hoger plan kwamen de jaren zestig gingen de eersten naar
de Mulo c.q. gymnasia. In plaats van bij vader op het land werken kwamen er ook
steeds meer mensen die in loondienst gingen werken in fabrieken, havens en in
steden. Vervoer ging steeds gemakkelijker en mensen konden beter reizen via bus
en trein en later met eigen auto. Zwaagdijk was een lange weg die Wervershoof
met Hoorn verbond en in de jaren zestig en zeventig reden de autoŐs daar ook
veel te hard met als gevolg veel verkeersdoden o.a een zoon van Jan ŇAdrieÓ.
Geloof werd in de jaren zeventig steeds minder belangrijk en de kerken minder
vol. De radio met name Radio Veronica werd populair en men schafte de eerste
platenspelers aan. Daarna kwamen de bandrecorders en cassette bandjes waardoor
de mogelijkheid werd geschapen om muziek van de radio op te nemen. De jaren
zestig werden gekenmerkt door revolutie. Flower power, veel kunstzinnige muziek
richtingen. Elk half jaar werd er een nieuwe muziekrichting geproduceerd. Woodstock
en bewegingen die vrede predikten. Love is peace! Flower power. De pil werd
algemeen bekend en gebruikt. Een revolutie. In steden werden huizen gekraakt.
De oorlog in Vietnam woedde en de globalisering nam een aanvang. De huizen
werden duurder en in de jaren zeventig ontstonden er loonexplosies en vrouwen
namen ook deel aan de arbeidsmarkt. De landbouw werd steeds ingewikkelder. Je
moest kennis hebben van spuitmiddelen Ingewikkelder teelt en de bedrijven
werden groter. In plaats van met je handen werden producten met de tractor
gerooid. De schuren werden te klein en werden vervangen door grotere en
doelmatigere waardoor er met kuubskisten en heftrucks kon worden gewerkt. De
simpele landbouwer van toen met alleen lagere school werd vervangen door mensen
die hun ingenieursdiploma hadden behaald op de Universiteit van Wageningen.
Naar het
schrijden van het jaar 2000 gingen jongeren steeds langer studeren en kregen
veel meer jongeren een universiteitstitel. Mensen gingen naar de maan.
Mechanisatie ,globalisering neemt toe in de jaren 80 en negentig De muur in
Duitsland werd afgebroken en Oost en West komen naar elkaar toe. Onrust neemt
toe mede door globalisering en internet welk ontstond begin jaren negentig.
Ongekende groei van de economie in jaren negentig tot ongeveer 2005 toen er een
woningen en banken crisis ontstond. Begin 2000 knapte de internet bubbel. Tot
die tijd kon men ongelimiteerd geld lenen voor woningen en investeerde men in
allerlei internet technologie‘n. Doordat banken de leningen niet meer of deels
terug kregen ging als eerste in Amerika de Lehmann Brothers bank op de fles.
Dat luidde een ongekende crisis in. Banken werden opgekocht door de staat. Er
was overvloed dus er kon niet meer worden geproduceerd waardoor mensen hun baan
verloren. Er ontstond hierdoor een nieuw fenomeen de ÓZZP-erÓ Zelfstandigen
zonder personeel. Grote warenhuizen die al jaren bestonden sloten hun deuren
door de opkomst van internet alwaar internet winkel goedkoper hun spullen
konden slijten dan de dure winkelpanden in de winkelstraat. Islam komt op en
wordt inzet als godsdienst voor vele twisten. Bomaanslagen zijn schering en
inslag. Zelfmoordenaars met bomvesten wordt de nieuwe mode. Na bewegingen als
Al Qaida die de verwoesting van de Amerikaanse Twintowers veroorzaken komt er
een nog gevaarlijkere beweging ŇSISÓ op met als kalifaat hoofdstaat Raqqa.
Bronnen:
á Internet
á Moe vertelt
á Margriet
á Boek Familie Botman
á Gemeente en provinciaal
archief
á Oud Zwaagdijk
á Gegevens verzameling N
Zijp
á gemeente Zwaag (1812-1878)
á
notari‘le
archieven van omliggende plaatsen
á
gemeente
Wervershoof (1817-1978)
á Kerkelijke archieven:
-
Parochie
Wervershoof (vanaf 1858, met een beperkte hoeveelheid stukken van v——r die
tijd).
-
hervormde
gemeente Wervershoof.
á ambacht van West-Friesland
genaamd de Vier Noorder Koggen (1523-1973).
á banne Hoog- en
Laag-Zwaagdijk (1852-1934).
á banne Wervershoof
(1859-1948).
á polder Het Grootslag
(1827-1973).
á Volkoomen.nl
Gebruiksaanwijzing
De generaties zijn
aangegeven met Romeinse cijfers : I-II-III-IV enz.
Ieder uit zijn
gezin uit een generatie heeft chronologisch nog een letter bijvoorbeeld bij de
7e generatie: VII-a t/VII-Z en VIIAA t/mVII-am. U kunt als Komen
uzelf vlot vinden door in de alfabetische lijst de naam van uw eega of uw
moeder op te zoeken; Zv/dv zoon of dochter van; gd=gedoopt, meestal enkele
dagen na geboorte; jm/jd jongeman, jonge dochter(dwz vrijgezel) ;imp=impost
(belasting); pd=pro deo; secr=secretaris (burg. huwelijk); ger=gereformeerd
(vroeger zowel ger als nh).
De bevolking
van Nederland is in 1947 vastgelegd in een volkstelling en verwerkt in
boekdelen. Hiervoor zijn de families Koomen en Komen uit de delen verzameld per
gemeente en provincie. Men krijgt zo een indruk van de verspreiding. Het zijn
dus heel duidelijk Noord-Hollandse families. Bijvoorbeeld Wervershoof 123
Koomens en 5 KomenŐs Koomen en Komen kunnen uit dezelfde stamboom voortkomen.
Van de
volkstelling zijn de gegevens op geboortedatum en adres nog in te zien. Ik heb
ze destijds bij het Naamkundig Bureau te Amsterdam voor Noord-Holland en boven
het IJ overgenomen. Ze zijn door mij in de diverse stambomen verwerkt.
zie verder: http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/
en : http://www.volkoomen.nl/