Spons.
Porifera; Latijn porus; porie, fera;
dragen. Spons, midden Nederlands sponge, spongie (at is spon) Of evenals Engels sponge uitoud Frans esponge
(Frans éponge) of
evenals oud Saksisch spunsia,
Angelsaksisch spynge. Reeds
vroeger via ’t Romeins uit Grieks-Latijn
spongia ontleend. Sponsen komt
van spons. Een tekening sponsen komt mede onder invloed van Frans poncer in gelijke beteking (= poncer „met puimsteen wrijven” of van
Latijn punctiare.
Zeespons, ook badspons. Op sommige plaatsen van de Adriatische zee zijn de rotsen bij plekken door een korst van 50-200cm dikte bedekt die men er gemakkelijk van af kan halen. Het bestaat uit lichamen van een onregelmatige vorm die water en stoffen uit de omgeving opnemen. Het handelsartikel bestaat uit het skelet waar de weke delen door uitspoeling is verwijderd.
Uit Maerlant; ‘Spongia, zoals Plinius zegt,
is een vis die pleegt aan rotsen in de zee te kleven, omdat ze van lijm leven.
Men trekt ze stilletjes af, anders wint men ze met pijn als ze iets voelen
houden ze zich vast. Deze brengen ons die gasten, niet om te eten of om smaak,
maar te gebruiken in andere zaken’.
Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/