17 december.
Klik hier voor inleiding
heiligen met relikwieën, biecht, aflaat, chrisma, era of tijdsbepaling,
weerspreuken, bloemen.
17
december, H. Begga (Bee of
Bega): Germaans began, oud-Hoogduits bagan: ‘strijden.’
St. Begga was de dochter van Pepijn de Oudste en St. Ida
van Nivelles (Nijvel) en is rond 615 te Andenne geboren. Ze was de zuster van
de eveneens heilige Gertrudis van Nijvel. Trouwde met Ansegilius, zoon van H.
Arnulf van Metz. Moeder van Pepijn van Herstal, stichter van de Carolingische
dynastie van heersers van Frankrijk en Martin van Laon. Na de dood van haar man
tijdens een jacht, 691, nam ze de sluier, stichtte verschillende kerken en
bouwde een klooster te Andenne (Andana) bij Namen aan de Maas waar ze de rest
van haar leven bleef als abdis. Ze is daar in daar op 17 december 693
overleden. Ten onrechte werd zij gezien als stichteres der begijnen, wier naam
echter geen afleiding is van de Begga, maar van de beige kleur van hun kleding.
Ze wordt afgebeeld met zwart habijt met abdissenstaf en
een kerk of klooster met zeven torens in de hand. Ook een teken vanwege haar
hoge afkomst komt voor, soms met drie kronen, afkomst en haar zoon. Heels soms
zie haar met een kip en zeven kuikens omdat ze op de plaats waar ze die dieren
ontmoette zeven kerken of kapellen liet bouwen, Andenne. Schutspatroon van
stotteraars, dat naar het Franse woord begue; hakkelaar.
17 december, H. Lazar van
Bethani, (Lazarus): Hebreeuws
Elաzar: ‘God helpt.’ Lazarus is de Griekse en Latijnse vorm. Naam van de
bedelaar in de gelijkenis van de rijke man en de arme Lazarus, Luc. 16. 16:3 en
van de broer van Martha en Maria, door Jezus uit de dood opgewekt, Johannes 11.
Ook de naam van een 5deeeuwse bisschop uit Aix,
waardoor later de legende ontstond dat de uit de dood opgewekte Lazarus
bisschop van Marseille zou zijn geweest. Dit is nog zijn feestdag in Marseille.
Volgens de legende zou deze heilige Lazarus, samen met
zijn twee zusters Maria en Martha en Maria Magdalena, in het Heilige Land in een
schip zonder roer of zeil te water zijn gelaten. De reis van deze ‘bootvluchtelingen’
eindigde in Saintes-Maries-de-la-Mer bij Marseille, alwaar Lazarus als eerste
bisschop van Marseille (Autun) met zijn kerstening van de Provence begon. De
cultus van deze heilige en die van de arme Lazarus uit de parabel van de
slechte rijke gingen door elkaar lopen en zo werd Lazarus de schutspatroon van
de melaatsen, een veel voorkomende ziekte in die tijd, en werd Autun, naast
Vzelay, een druk bezocht pelgrimsoord.
Hij wordt afgebeeld als bisschop met een schip in de hand, ook waar hij
opstaat uit een graf. De naam kreeg al gauw verbinding met melaatsheid,
de ziekte van Lazarus. De R.K. kerk verhief de arme Lazarus tot beschermheilige
van de zieken, vooral diegenen die aan uitslagziekten lijden en naar hem zijn
ook hospitalen en vooral die tijdens de kruistochten in grote getale werden
gesticht voor die ziektes met de naam van lazaret bestempeld. De arme Lazarus
uit de parabel van de rijke man en de arme Lazarus in Lucas 16 zorgde er voor
dat hij patroon werd van bedelaars. Ook als schutspatroon van huisvrouwen omdat
hij een broer was van H. Martha.
17 december, H. Olympias van
Constantinopel (Olympia,
Olympe): Grieks, ‘van de Olympus,’ de berg van Zeus, dus ongeveer ‘de
hemelse.’ Al de naam van de gemalin van de Macedonische koning Philippus, de
moeder van Alexander de Grote.
Olympias was van aanzienlijke afkomst, geboren rond 360 en
werd wees als kind. Ze trouwde met de prefect Nebridius van Constantinopel ca.
385. Gregorius van Nazianze droeg een gedicht aan hen op bij hun huwelijk. Na
de dood van haar man na twee jaar weigerde ze nieuwe huwelijken en wijdde zich
aan de kerk. Ze leidde een groep van vrome vrouwen in haar huis en wijdde zich
aan liefdadigheid. Bouwde een hospitaal en weeshuis, beschermde monniken die
verbannen waren uit Nitria en gaf zoveel weg dat haar vriend, H. Johannes
Chrysostomus, haar vertelde dat ze het te gek maakte. Tegelijk met Johannes
Chrysostomus, of door haar steun aan hem, werd zij verdreven in 404, haar groep
ontbonden, haar huis verkocht en spendeerde ze de rest van haar leven in
Nicodemia waar ze op 25 juli na een lang ziekbed stierf.
17 december, H. Sturm van Fulda, (Sturmi, Sturmius): Germaans storm: ‘storm, onstuimige beweging of
heftige aanval,’ zo heette vroeger storm van de wind = jacht van de wind dat
tenslotte storm in huidige betekenis gaf, vgl. aanstormen, stormaanval.
Sturm was afkomstig uit een adellijke christelijke familie
in Beieren en is rond 715 geboren. Hij sloot zich op jeugdige leeftijd aan bij
Bonifatius wiens leerling hij werd. Zijn wetenschappelijke vorming ontving hij
vanaf 735 van de abt Wigbert te Fritzlar. Vriend van Karel de Grote. Ca 740
werd hij tot priester gewijd. Hij werkte 3 jaar in Westfalen een tijd onder de
heidense Hessen, trok zich daarna in eenzaamheid als kluizenaar terug te
Hersfeld waar hij een klooster wilde stichten in 742, maar moest vluchten voor
de Saksers en stichtte in 744 in opdracht van Bonifatius het in de middeleeuwen
beroemde klooster Fulda. Hij werd de eerste Germaanse Benedictijn en plaatste
zijn huis onder de regels van de Benedictijnen. Als eerste abt bracht hij het
klooster al tot grote bloei. Hij raakte betrokken bij een dispuut met bisschop
H. Lullus van Mainz die het klooster onder zijn invloed wilde hebben en valse
aantijgingen en laster verspreidde over de koning zodat hij in 763 verband werd
door Pepijn uit Fulda naar Jumieges. Zijn broeders kwamen in opstand en wisten
Pepijn te overtuigen om hem na twee jaar ballingschap terug te roepen.
Gestorven in 779 toen hij Karel de Grote begeleidde op een veldtocht tegen de
Saksers en onderweg ziek werd. Heilig verklaard in 1139. Zijn relikwien zijn in
de Dom te Fulda.
Hij wordt afgebeeld als abt in het habijt van de
benedictijnen met een bouwplan van Fulda. Ook een boek, de regel van de H.
Benedictus komt voor.
17 december, H. Wivina (Vivina, Wivine)
Ze is geboren te Oisy in Vlaanderen in 1109 en ontving
veel aanbiedingen om te trouwen, maar verwierp ze alle. Ze vluchtte uit haar
huis en met haar 23ste werd ze een kluizenaarster te Brussel en haar
reputatie trok al gauw leerlingen aan. Voor hen stichtte ze een
Benedictijnenklooster te Groot Bijgaarden, bij Brussel, op land dat geschonken
werd door Godfried van Brabant en werkte als eerste abdis waar ze in 1170
overleed. Heilig verklaard in 1177.
Men roept haar aan
tegen veeziekten, koorts en geraaktheid. Ze wordt afgebeeld met het
zwarte habijt van de Benedictinessen, witte ondersluier en zwarte sluier. In de
hand houdt ze een abdisstaf en in de andere een boek met brandende kaars, naar
de legende hoe ze op een reis een gebed uit haar breviarium wilde lezen, plots
doofde kaars, maar die begon op wonderbaarlijke wijze even later weer te
branden. Soms zie je een koe of koeien aan haar voeten omdat ze tijdens haar
leven een grote weldoenster was voor de Brabantse plattelandsbevolking.
17 december, Isaac,
(Izaak).
Hij was de enige echte zoon van Abraham en Sara. De mensen
die de bijbel schreven, waren er dan ook van overtuigd, dat een kind
uiteindelijk een godsgeschenk is. Dat wordt duidelijk gemaakt in het
geboorteverhaal van Isaac, Genesis 18, 01-15 en
Genesis 21,01-07. Beroemd is ook het verhaal waarin verteld wordt
dat Abraham de opdracht krijgt zijn zoon Isaac aan God op te offeren, Genesis 22,01-19.
Sinds de kerkvader Origenes hebben de
christenen in Isaac een voorafbeelding gezien van de latere Jezus. Moest Isaac
immers niet net als Jezus later in gehoorzaamheid aan zijn vader zelf het hout
de berg opdragen waarop Hij geofferd zou worden? Het verschil is dat Isaac het
er levend afbracht, Jezus menselijkerwijs gesproken niet. Hij zou door zichzelf
op te offeren het ware leven binnengaan.
Als volwassen man zal Isaac huwen met een meisje uit zijn
eigen familie. Abrahams knecht gaat haar zoeken in de streek waar zijn meester
zelf oorspronkelijk vandaan kwam. Alsof het verhaal wil zeggen, dat Isaac een
vrouw dient te hebben die dezelfde weg is gegaan als zijn vader Abraham. Zo
vindt hij de dochter van Laban, Abrahams broer; het meisje heet Rebecca. Zij
moet haar familie verlaten en het onbekende tegemoet gaan. Zij moet de houding
van een gelovige bezitten. Het verhaal eindigt met de ontroerende opmerking,
dat Isaac in haar een troost voor het verlies van zijn moeder, [Genesis 24.
Isaac en Rebecca kregen twee zoons: Esau en Jakob, een
tweeling. Later zal de jongste, Jakob, op aanraden van zijn moeder zijn
intussen blind geworden vader Isaac bedriegen en hem ten koste van de oudste
Esau het eerstgeboorterecht ontfutselen met de daar bijbehorende zegen. Om aan
de wraak van zijn broer te ontkomen nam Jakob de vlucht naar zijn oom Laban.
Daar verbleef hij vele jaren en keerde tenslotte als een welvarend man terug,
verzoende zich met Esau, en ging wonen te Betel. Nog weer later begaf hij zich
naar de eik van Mamre, waar zijn opa Abraham nog had gewoond, en waar zijn oude
vader Isaac nog steeds verblijf hield. Daar stierf Isaac op honderd
tachtigjarige leeftijd, dertig jaar na de terugkeer van Jakob, en werd begraven
bij het stoffelijk overschot van zijn vader in de grot van Hebron (El Chalil), Genesis 27-35.
In de westerse kerk wordt zijn feestdag geplaatst een week
voor Kerstmis. Ook de oosterse kerk kennen een dergelijk gebruik. De zondag die
voorafgaat aan kerstmis worden alle voorvaderen in het geloof uit het Oude
Testament herdacht. Immers, de grote gelovigen uit het Oude Testament hebben
uitgezien naar de komst van de Messias... Vanuit diezelfde gedachtegang vindt
men hen ook wel op 25 maart, de dag waarop gevierd wordt dat de engel aan Maria
de komst van de Messias aankondigde. Bovendien wordt Isaac beschouwd als een
voorafbeelding van Christus: beiden moesten immers op last van hun vader zelf
het hout de berg opdragen: beiden offerden zich op aan God.
Isaac wordt zelden alleen afgebeeld, hij staat wat in de
schaduw van zijn beroemde vader Abraham en zijn slimme zoon Jacob. Je ziet hem
wel met de takkenbos of houtblokken in de vorm van een kruis voor het offer of
erop gebonden. Ook zie je hem wel met Jacob die de zegen van hem krijgt
De thujavormige cipres verzinnebeeldt hun dag,
Chamaecyparis thyoides.
Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/