18 september.
Klik hier voor inleiding
heiligen met relikwieën, biecht, aflaat, chrisma, era of tijdsbepaling,
weerspreuken, bloemen.
18
september, H. Jozef van Cupertino, (Italiaans Giuseppe da Copertino) Hebreeuws, ‘Jahweh voege toe of geeft vermeerdering.’
Jozef van Cupertino is geboren te Copertino op 17 juni
1603 als Giuseppe Maria Desa, zoon van Franceschina Panaca en Felice Desa. Als
kind had hij al last van epilepsie en maakte verder bepaald geen snuggere
indruk. Hij was van eenvoudige boerenkomaf en wijdde zijn jeugd aan het bereiken
van religieuze extase door zelfkastijding, uithongering en het dragen van
boetekleden. Hij werd Franciscaan en eerst lekenbroeder, maar werd weggestuurd
omdat hij erg onhandig was en alles uit zijn handen liet vallen en men van hem
meer last dan gemak had. In 1621 trad hij echter in bij de Conventuelen, waar
hij later ook tot priester werd gewijd. In het klooster La Grottella zouden
zich mystieke verschijnselen hebben geopenbaard, zoals levitatie, hij zou wel
een half uur lang in de lucht kunnen blijven,
daarom werd hij de vliegende heilige genoemd. Het verhaal gaat
dat hij regelmatig in extase raakte en dan begon te zweven en voorspellingen
deed, ook hoorde hij hemelse muziek. Vele mensen zouden hiervan getuige zijn
geweest en er werd druk over gesproken wat vele mensen aantrok. De inquisitie
wantrouwde hem en verbande hem naar een afgelegen klooster te Assisi en later
naar meer afgelegen kloosters om de volkstoeloop en de jaloezie van de
medebroeders te ontgaan. Jozef aanvaardde alles met grote blijmoedigheid, zijn
religieuze passie zou volgens critici echter betrekkelijk snel zijn verdwenen.
Hij is overleden te Osimo op 18 september 1663.
Jozef van Cupertino is een voorbeeld van een ’heilige
onnozele.’ Als kloosterling was hij niet tot praktische werkzaamheden in staat,
maar omdat hij veel wonderen zou hebben verricht werd deze verstandelijk
gehandicapte tot heilige verklaard. Jozef werd op 24 februari 1753 zalig
verklaard door paus Benedictus XIV en op 16 juli 1767 volgde de
heiligverklaring door Clemens XIII.
Hij wordt afgebeeld in bruin habijt en soms met vleugels
op de rug, zonder vleugels zweeft hij ook en vooral in de buurt van een
Mariabeeld. Hij is de patroonheilige van de luchtreizigers, verstandelijk
gehandicapten en leerlingen die magere resultaten behalen. Tijdens de tweede
wereldoorlog kozen Amerikaanse piloten hem tot patroon.
Terwijl andere heiligen hun rustplaats onder een altaar
vonden, wordt zijn schrijn door engelenbeelden tot boven de altaar kaarsen
verheven.
18 september, H. Ferreolus van
Vienne, (Fergeolus,
Ferreol): Latijn ferrus: ijzeren, ijzersterk of onwrikbaar.’
Ferreolus was een tribuun in het Romeinse leger, martelaar
en waarschijnlijk tijdens Diocletianus te Vienna rond 305 omdat hij een tot de
galg veroordeelde wilde redden en zichzelf aanbood. Of omdat hij de namen van
medechristenen niet bekend wilde maken. Gouverneur Crispinus liet hem martelen
en in de kerker werpen die er na twee dagen wonderbaarlijk afvielen zodat hij
kon ontsnappen. Hij werd weer gegrepen en zijn bewakers sloegen hem zijn hoofd
af. Bisschop Mamertus van Vienne bracht zijn gebeente in 473 in een naar hem
genoemde kerk.
Hij wordt afgebeeld als Romeins soldaat met zwaard, gesel,
knots en spijkers en soms met een galg. Of gebroken ketting. Patroon van
Marseille en van gevangenen.
Verder H. Ferreolus: Bisschop van Limoges rond 570. Is rond 591 gestorven.
18 september, Methodius: Grieks methodos: ‘het naspeuren,’ ook
wel list.
St. Methodius of Olympus was volgens St. Jerome (De viris
illustribus, lxxxiii) bisschop van Olympus in Lycie en daarna bisschop van
Tyre, hoewel van de laatste er geen andere vermeldingen van zijn. Jerome zegt
verder dat hij als martelaar leed onder de laatste vervolgingen van Maximinus
Daja (311), misschien is hij toen naar Tyre gebracht en daar gestorven.
Methodius had een zeer goede filosofische opleiding, was een belangrijke
theoloog en goede schrijver, vooral tegen Origen, is net als hij beïnvloed door
Plato ‘s filosofie. Van zijn vele werken is er een in geheel Grieks, de dialoog
van de Maagdelijkheid; (Symposion he peri hagneias). Andere werken of
fragmenten zijn er in Grieks en in Sloveens.
18 of 25 september, H. Richardis
van Andlau (Richarda,
Richarde of Rigardis)
Ze is rond 840 geboren in een adellijke familie te Andlau
in de Elzas als dochter van Erchingen, Heer van Nordgau. In 862 huwde zij - 22
jaar oud - met Karel III, bijgenaamd De Dikke. Niemand had verwacht dat deze
dommige, bekrompen en onbekwame man nog eens het rijk van zijn voorvader Karel
de Grote zou gaan besturen. Maar dat kwam er toch van door de dood van zijn
vader, zijn oom en zijn twee broers. Zo werd hij koning van Itali, Frankrijk en
Duitsland. Als klap op de vuurpijl werd hij in 881 door paus Johannes VIII ook
nog tot keizer gekroond! Het was zijn taak om de kerk te beschermen tegen de Saracenen
en zijn rijk te behoeden voor de invallen van de Noormannen en binnen de
grenzen van zijn machtsgebied de vrede te bewaren. Geen van deze drie opgaven
bracht hij tot een goed eind. Zijn rijk viel uiteen in tientallen koninkrijkjes
waarna hijzelf op 13 januari van het jaar 888 overleed.
Op dat moment stond keizerin Richardis hem allang niet
meer terzijde. Want na 19 jaar huwelijksleven werd zij in 881 door haar man
aangeklaagd op beschuldiging van echtbreuk met kanselier Liutward. Bij het
onderzoek dat erop volgde bleek dat het huwelijk tussen haar en Karel nooit
bezegeld was door seksuele omgang. Omdat zij ook nu nog steeds volhield maagd
te zijn, moest het dus niet moeilijk zijn haar onschuld vast te stellen.
Volgens sommige bronnen gebeurde dat door de vuurproef met gloeiende
ploegscharen, vergelijk Cunegundes van Luxemburg. Zij bleek inderdaad
onschuldig. Zij vergaf Karel zijn verblind optreden, maar zag af van een verder
huwelijksleven met hem en trok zich terug in klooster Andlau in de Elzas, dat
zij zelf enige jaren tevoren in 884 op het erfgoed van haar vader had gesticht.
Volgens de legende was het een beer geweest die haar de precieze plaats voor
het toekomstige klooster gewezen had. Ze nam er de sluier aan en leidde tot
haar dood rond 896 het leven van een kloosterlinge. Ze werd er ook begraven. In
1049 werd ze door paus Leo IX ( 1054) officieel heilig verklaard. Zij is
patrones van de Elzas. Tot op de dag van vandaag trekken mensen naar haar graf
te Andlau om er te bidden. Haar voorspraak wordt ingeroepen tegen ziekte,
brandwonden, brandgevaar en vuur. Zij wordt afgebeeld als keizerin; met
vlammen; als abdis (met staf) soms in gezelschap van een beer.
De bloem van de dag is Delphinium.
Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/