20 oktober.
Klik hier voor inleiding
heiligen met relikwieën, biecht, aflaat, chrisma, era of tijdsbepaling,
weerspreuken, bloemen.
20
oktober / 21 /22 oktober, H. Wendelin, (Wandelin Wendalin, Wandalin, Wendelinus,
Wendel, Vendel): Germaans, de volksnaam van de Wandalen of Vandalen. Of van de
Wenden, de Slaven.
Volgens een legende uit de 14de eeuw was hij
een Ierse (Schotse) koningszoon die aan de troon verzaakte om in de eenzaamheid
God te dienen. Na een bedevaart naar Rome begon hij in de weelderige wildernis
van St. Wendel bij Trier een
kluizenaarsleven, wordt veehoeder bij een edelman en drijft het vee naar een
verre berg waar hij graag bad. De als ruw afgeschilderde heer komt onverwachts
voorbij en is zeer vertoornd dat hij het dier voor het maal niet op tijd kan
brengen. Maar als hij kwaad in zijn hof komt is Wendelin daar al. Zeer
geschrokken vraagt hij Wendelin om vergeving en bouwt voor hem een cel in de
buurt van een klooster waar de monniken Wendelin als opvolger van hun gestorven
abt kiezen. Het is in Tholey waar hij in 617 sterft. Door vele kaarsen omgeven
begraven de monniken hem, maar vinden de volgende morgen het lichaam naast het
graf. Ze nemen dit als teken dat hij ergens anders begraven wil worden en
spannen ossen, die nog niet getrokken hebben, voor een wagen, die voeren hem en
vinden vanzelf de weg op berg waar hij biddend zo vaak vertoefd had. Een grote
bedevaartplaats ontstaat er waar zich de stad St. Wendel/Saar ontwikkelt.
Wendelin geld als patroon van herders, boeren, landlui,
als noodhelper, tegen veeziekte en zelfs als pestheilige. De Wendelinskultus,
daarin is de Literatuur eenduidig, is op zijn bloeitijd eind 15de en
begin 16de eeuw in de omgeving van de Vogezen, Saarland of in
Franken. Algemeen geld hij als zeer populaire Heilige, zo de Bibliotheca Sanctorum
meent. De dagen die hij gevierd wordt zijn zeer verschillend, 7 februari, 24ste
april, 5 juli, 8 september en voornamelijk 20, 21 en 22 oktober. Rond deze
dagen, zo wordt gezegd, schijnt ook in de Cazner Wendelinskapel de herfstzon
door het Apsisvenster op het altaar. Wendelin leefde waarschijnlijk ten tijde
van de bisschop van Trier, Magnerich, is overleden in 596 in de Vogezen.
Hij wordt afgebeeld als kluizenaar en soms als pelgrim,
maar meest als herder met schapen om hem heen, rozenkrans en herdershond.
Schutspatroon van herders en boeren. Wordt aangeroepen tegen veeziektes.
Volgens andere legendes was hij broer van de H. Oranna.
De legende zegt ok dat hij zeer geleerd was en daarin alle
anderen overtrof. Dat is waarschijnlijk omdat hij een Ierse koningszoon was
waar in die tijd vele kloosters waren die gelijk stonden met universiteiten.
Sommige hadden 3000 studenten die ook in Engeland en het vaste land in hoge
aanzien waren waar vandaan ook vele leerlingen kwamen. Er zouden toen een 4000
kloosters bestaan hebben. Dat komt omdat Ierland niet door de volksverhuizing
getroffen werd waardoor het land zich stabiel kon ontwikkelen en vele
wetenschappers van het vaste land aantrok. De druden, na aanvankelijke
weerstand, waren geestelijke en geleerden die de nieuwe religie niet zo vreemd
vonden zodat ze in de kloosters kwamen en brachten hun kennis mee, niet alleen
hun theologie, maar ook dichtkunst, muziek, vreemde talen en geschiedenis,
rekenen, biologie en medicijnen, wensroede en plantenkennis. Daaruit ontstonden
in de 6de eeuw een rij charismatisch mannen en vrouwen die het
voornemen hadden om het nieuwe geloof uit te breiden en voor te doen, met
andere woorden; heiligheid na te streven. Dat naar het oosterse voorbeeld als
kluizenaar om de ziel als prioriteit van het leven ruimte te geven. Daarom heen
verzamelden zich al gauw volgelingen waarmee ze een klooster stichtten die al
gauw een geordende structuur kreeg. Binnen de stenen muur waren cellen, de abt,
kerk, meest rijk voorziene bibliotheek en werkplaats. Buiten de muur waren er
landerijen en boerenhuizen die voor de voorziening van het klooster dienden.
Het principe waaronder ze leefden was; bid dagelijks, vast dagelijks, studeer
dagelijks en arbeid dagelijks. Hun ascetische houding lieten ze zien in hun
kleding die uit een witte tunica als onderkleed bestond waarover een kap kwam.
De bekendste kloosters waren; Inishmore op het Arans eiland (kloosterstichter
St. Enda), Bangor (stichter St. Comgall) Clonfert (stichter St. Brendan, de zeevaarder), Clonmacnois (stichter
St. Kieran), Clonard (stichter St. Finnian), Glendalough (stichter St. Kevin).
Het was bij de Ierse adel gewoon dat jonge mannen en vrouwen, (na hun opleiding
die 16 jaar duurde, eerst 8 jaar algemene vorming en dan 8 jaar voor opname in
de geleerde stand) voordat ze een belangrijk kerkelijk of wereldlijk ambt
aanvaardden de laatste wijding ontvingen door eerst een pelgrimsreis naar Rome
te maken. De legende dat hij als veehoeder werkte komt waarschijnlijk omdat hij
te Trier bij een rijk man aanklopte en om een stuk brood bedelde. De rijke zou gezegd
hebben; een jonge en krachtige jongeman zal niet om zijn brood bedelen, maar
ervoor werken. Hij stuurde Wendelin op pad om varkens te hoeden waar later
ander vee bij kwam. Waarschijnlijk zag hij hierin een beproeving die God hem
oplegde voordat hij naar Ierland terug keerde om er een ambt te aanvaarden. De
Ierse monniken kenden twee soorten martelaars, het rode martelaarschap en het
witte martelaarschap. De rode betekent voor zijn geloof te sterven. Het witte
betekent van dingen afstand te doen die je nauw aan het hart liggen. Een
bijzonder zware is die om niet in je geboorteplaats terug te keren. Dat was de rol van de missionaris om een
wilde, niet geciviliseerde groep in een christelijke te veranderen en zelf
afstand te nemen van zaken waar je van houdt. Ze legden daarmee de bouwstenen
voor onze cultuur.
Wendelin nam het werk aan en werd een uiterst bekwame
hoeder, het ging goed met het vee. Droeg een schaap vroeger een lam, nu waren
er, zoals de legende zegt, steeds twee. De kudde groeide dubbel zo snel en de
rijkdom van de heer steeg wat afgunst van de andere hoeders opwekte die hem
zwart maakten dat hij ze te ver voerde. Dat was in de onmiddellijke omgeving
van Trier waar hij zijn Ierse principes kon uitvoeren, bidden, studeren, vasten
en werken, of mogelijk een betere weideplaats, mogelijk waren er nog enige van
Gallo Romaanse volkeren waarmee hij zijn taal kon spreken. In ieder geval was
zijn heer niet blij dat hij zover was omdat hij voor zijn avondmaal een dier
wenste. Wendelin zei; Habent frid in euwerem herzen duch got der kan es
alles gutmachenլ waarop hij nog nijdiger wegreed. Dat zou een tien km
verder gebeurd zijn en toen hij thuiskwam zag hij daar Wendelin, een
translocatiewonder waar geen verklaring voor is. Hij stelde hem een stuk land
ter beschikking wat wel in de buurt geweest zou zijn waar hij met zijn kudde
was waar nu de stad St. Wendel zich bevindt.
Waarschijnlijk stichtte hij zelf het klooster Tholey waar
hij abt werd. Mogelijk met Paulus, de latere bisschop van Verdun. Het wonder
met zijn lichaam kan mogelijk zijn vanwege de zielsverbinding tussen Wendelin
en de monniken, een ԯver de dood dragende zielenvriendschapլ een gemeenschap
van de levenden en doden.
De zoet riekende santorie is zijn symbool, Centaurea
suaveolens.
Zo stond bij het dorp Geisfeld in Zuid-Duitsland de
Wendelinus-eik. Dit was n van de oudste eiken in Beieren en gewijd aan de
heilige Wendelin, patroon van de landbouw die daar gepreekt zou hebben.
De Heilige Wendelius is de schutspatroon van het rundvee.
Om Christus na te volgen werd hij een herder. In kapellen ter zijner ere die
meestal op bergen zijn gebouwd worden zijn dag, 20 oktober, vele wasfiguren van
vee ten offer gebracht. Hij wordt wel eens door andere heiligen vervangen.
20 oktober, H. Acca,
Bisschop van Hagulstad.
Acca was een boezemvriend van Beda zoals uit verschillende
plaatsen van zijn historiën te lezen is, maar hij maakt geen gewag van een reis
die hij samen met Willibrordus zou aangevangen hebben.
Acca, zegt hij was al van jongs af aan opgevoed door de
bisschop van York, Bosa, daarna kwam hij bij Wilfridus en is met hem zelfs naar
Rome geweest.
Toch zeggen anderen dat na Wilfridus als bisschop geworden
is van Hagelstad de priester Acca. Als bisschop zou hij gestorven zijn op 20
oktober 740. Dat zou in het jaar geweest zijn dat hij uit zijn bisdom verjaagd
was, werd begraven in de kerk van Hagelstad waar hij na zijn dood door mirakels
bekend werd.
Lycium is de plant van de dag.
Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/