6 maart.
Klik
hier voor inleiding heiligen met relikwien, biecht, aflaat, chrisma, era of
tijdsbepaling, weerspreuken, bloemen.
6
maart of 7 maart, H. Felicitas en Perpetua van Carthago: Latijn felix: ‘vruchtbaar, gelukkig
of geluk brengend,’ samen gevoegd beteken beide namen eeuwige gelukzaligheid,
felicitas perpetua. Felicitas was de Romeinse godin van de vruchtbaarheid, het
geluk. In Romeinse tijd was felix vaak de naam van slaven en overige
vrijgelatenen, daarna reeds vroeg bij de Christenen. In het N.T. Felix, stadhouder
te Caesarea, Handelingen 23:24.
Vibia Perpetua was van aanzienlijke stand in de N.
Afrikaanse stad Carthago en moeder van een zoontje, Felicitas haar slavin die
kort voor haar dood een kind baarde. Ze bereidden zich voor op het doopsel. In 202 liet keizer Septimus Severus een edict uitgaan dat christenen met
de dood bestraft zouden worden. In 202 waren ze met drie andere vrouwen
martelaressen te Carthago, ze werden op hun weg naar de kerk gedoopt. Daar was
de keizer niet blij mee, ze werden gefolterd en onder gruwelijke omstandigheden
brachten ze hun tijd in de kerker door. Perpetua was net moeder geworden en de
zwangere Felicitas beviel in de kerker daags voor de terechtstelling. Vanwege
de verjaardag van zijn zoon liet de keizer een groot feest in de arena houden,
ad bestias, de christenen zouden voor de wilde dieren geworpen en dan
door een dolksteek in de hals gedood. De vader van Felicitas probeerde nog zijn
dochter te overreden om zo haar leven te redden. Hun passio, die door een
ooggetuige is opgetekend, is bewaard gebleven.
Ze worden meestal samen afgebeeld als jonge Romeinse
vrouwen met een stier die hen in de arena op de horens nam. Perpetua draagt
soms een zwaard, ze kreeg de genadeslag met een zwaard of met een ladder
waaronder een draak ligt. In een droom zag ze een door een draak bewaakte
ladder die ze als martelares zou opgaan naar de Heer. Wie van de ladder viel
zou door de draak worden verslonden.
Patronessen van gehuwde vrouwen en jonge moeders.
De symbolische bloem is de gewone gele narcis die ‘her with
yellow petticoat and her green gown’, nu te gloren staat.
6 maart, H. Fridolinus van
Sackingen, bij Bazel
(Fridolin): Germaans fried, frede: ‘vrede of bescherming.’
Fridolinus was waarschijnlijk een Ierse missionaris van
adellijke afkomst die in de Merovingische tijd naar het vasteland, naar
Poitiers ging, Frankrijk en Zwitserland. Hij zou de verering van Hilarius
verder over het continent verspreid hebben. St. Hilarius gaf hem in een droom
namelijk opdracht naar een Rijnland te gaan en ter eren van hem een klooster te
stichten op een eiland. Dat gebeurde te Sackingen en bouwde daar een kerk en
een klooster, hij werd wel door de inwoners ene paar maal weg gejaagd. Bij dit
werk veranderde hij ook wel de loop van de Rijn zodat het droge gedeelte van
het eiland onder water kwam te staan en het natte droog werd. Hij stichtte een
nonnenklooster op een klein eiland dat later door de Duitse koning aan de stad
Glarus gegeven werd. Hij stierf ca. 514 (538). Is patroon van Glarus, in
Sackingen wordt zijn feestdag nog met een grote processie gevierd.
Is het een
regionale sage / overlevering en samengaan van heiligenverering? Het oudste
legerwapen van Glarus laat St. Fridolinus zien die dateert van 1353 toen Glarus
zich bij de Zwitserse confederatie aansloot. Sommige oudere zegels laten Maria
en Christus zien. St. Fridolinus wordt echter in verschillende vormen en maten
afgebeeld, soms kijkt hij rechts, soms links, meest met een abt stok, soms met
een rechte stok, maar altijd met een bijbel.
Hij wordt afgebeeld
in het habijt van de benedictijnen met een lijk of geraamte. Graaf Landolf
betwistte dat zijn broer Urso een Fridolinus een stuk land zou hebben
nagelaten, Fridolinus bad om Gods hulp geknield op een steen waarin de afdruk
van zijn knien en armen in achterbleven. De volgende dag stond Urso uit zijn
graf op en kwam voor het gerecht getuigen. Schutspatroon van kleermakers en
wordt aangeroepen voor goed weer, veepest, kinderziektes, arm en beenpijn vanwege
de steen die nog steeds bewaard wordt.
6 maart H. Coleta Boilet (Coletta Boillet) : Grieks nike: ‘overwinning,’
laos: ‘volk,’ dus overwinnaar met (of: van) het volk, vrl. vorm. In dit geval
van St, Nicolaas omdat haar ouders bang waren dat ze geen kinderen konden
krijgen en hadden de huwelijksmakelaar St. Nicolaas om hulp gevraagd en zo het
kind naar hem genoemd.
Coleta Boilet is geboren te Corbie op 13 januari 1381 als
dochter van een timmerman toen haar ouders al op gevorderde leeftijd waren.
Haar moeder was al zestig toen ze haar ter wereld bracht. Op haar 18de
verloor ze haar ouders en weigerde het huwelijk dat haar voogd voor haar had
geregeld. Ze verlangde een leven bij God. Eerst kwam ze bij de Begijnen en
tenslotte bij de Clarissen in haar woonplaats. Ze geldt als de hervormer van de
orde der Clarissen. De H. Franciscus verscheen bij haar in een droom, die met
St. Clara de stichter van de orde was, en droeg haar op om de goede geest terug
te brengen. Ze werd algemeen overste en vervolgde om de goede geest weer in
vele Europese kloosters te brengen, vooral op het punt van armoede en
mentaliteit. Ze stichtte ook nog vele kloosters die nu bekend staan als
clarissen-coletinnen of arme klaren of clarissen. Ze overleed in 1447 in een door haar gesticht
klooster te Gent en werd in 1807 door paus Pius VII heilig verklaard.
Er zouden ook vele wonderen en visioenen bij haar gebeurd
zijn. Ze zou een non uit de dood tot leven hebben gewekt. Maria zou bij haar
zijn verschenen waarbij ze haar in een stukken gehaald kind hebben laten zien
met de woorden; Ժo en nog erger doen de zondaars met mijn Zoonծ Of dat Maria
het dode lichaam van Christus in haar armen legt. Ze steunde St. Vincentius
Ferrer in zijn werk om het schisma van de kerk te herstellen. Naast de echte
paus was er nog een te Avignon.
Patrones van Corbie en Gent, patroonheilige van de
Clarissen, dienstmeisjes, maagden, ze noemde zichzelf de nederige maagd des
Heren, en timmerlieden, dat omdat haar vader timmerman was. Ze wordt aangeroepen
tegen hoofdpijn, oogkwalen, ze genas een blind kind, koorts en
onvruchtbaarheid, dat vanwege haar ouders, en wordt afgebeeld met het bruine
habijt van de Clarissen, boek en kruis, met lam en soms met een leeuwerik, die
zou haar steeds begeleid hebben. Een lam die door haar opgevoed was staat naast
haar. Of een boom met tientallen kleine boompjes eromheen, naar een visioen dat
haarzelf en alle hervormde kloosters voorstelt of een brandend hart.
Iris reticulata is de bloem van de dag.
Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/