Karpersteen
Over Karpersteen
Carp stone, vormen, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, krachten, bijzonderheden,
Van de Karpersteen of carp-stone.
Een geluksteen is eigenlijk het unieke oorbeen of otoliet van een zoetwatertrommel (Aplodinotus grunniens), ook wel bekend als de schaapskopvis. De otolieten van de vis zijn vrij groot en zien er bijna gepolijst en ivoorachtig uit. In het verleden werden ze gedragen als beschermende amuletten, tot sieraden gemaakt en verhandeld in gebieden ver van het oorspronkelijke verspreidingsgebied van de vis. Geluksstenen zijn gevonden op oude archeologische vindplaatsen waarvan wordt gedacht dat ze werden gebruikt als geluksbrengers om ziekte af te weren. Deze witte ҳteenӠis geliefd bij verzamelaars aangezien de letter L en de letter J van naturen op deze ‘geluksstenen’ voorkomen. De J-stenen komen van de rechterkant van de vis en de L-stenen komen van de linkerkant van de zoetwatertrommel.
Uit; Lapidary or, the history of pretious stones, bij Thomas Nicols 1652.
De Karpersteen of liever het karperbeen (zegt Boetius) is een driehoekig bot met een gelige kleur, gevonden in het begin van de ruggengraat van een karper. Het poeder hiervan dat in de drank wordt ingenomen zou goed zijn tegen de steen.
Boetius; Op de steen van Carpion.
Ongeveer aan het begin van de driehoekige ruggengraat wordt bij karperachtigen een kiezelsteen, of beter gezegd een bot, aangetroffen, dat gewoonlijk de naam steen draagt. Met behulp hiervan wordt de kop van de wervelkolom bevestigd, deze heeft een sub-gele kleur. Bij de Belgen is het de gewoonte om neusbloedingen te stoppen door een steen op de neus te leggen. Er wordt gezegd dat ik baat zou kunnen hebben bij tandsteenpoeder. Er wordt ook gezegd dat het koken van gele gal in de mond stopt. Meestal gebeurt dat slechte ding met de maag van een zwakkeling na onzin. De Belgen noemen dit soort kwade gevoelens verzuurd: de Duitsers zeggen dat ze den sohdt hebben.
Zie verder; volkoomen.nl en; volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl