Stalactieten

Over Stalactieten

Stalagmiet, vormen, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, krachten, bijzonderheden,

Uit; http://www.molignee.be/draisines/combines/floreffe_falaenok.jpg

Naam, etymologie.

Stalactieten, Duits Stalaktit, Engels stalactite, Frans stalactite, Latijn stalactites, Grieks stalaktos, straaltje, van stag; druppelen.

Stalagmiet, Duits Stalagmit, Engels stalagmite, Frans stalagmite, Latijn stalagmites, Grieks stalagma; gedruppelde, droppelvormig vallende.

Een andere oorsprong dan marmer hebben kalksinter, kalktuf en kalkspaatkristallen. Het water dat de poreuze kalkgesteenten doordringt, neemt door het koolzuurgehalte er aanzienlijke hoeveelheden van op. Verliest dit water koolzuur of verdampt het water dan zet het kalksteen zich af als kalksinter. Op deze wijze vormen zich in holen van het kalkgebergte de stalactieten en stalagmieten (druipsteen) uit de waterdruppels die door de zoldering dringen eerst een tijdje daaraan blijven hangen en door koolzuurverlies wat kalksteen er op achterlaten (waaruit op de duur de stalactiet zich vormt) en dan op de bodem vallen waar door verdamping van het water de rest van de kalksteen achter blijft (de vorming van stalagmiet). Een stalagmiet is een druipsteenpilaar van calsiet die vanaf de grond omhoog gegroeid is. Waar zich op de bodem grotere hoeveelheden van dat water verzamelen kristalliseren daaruit prachtige, glasheldere kalkspaat kristallen. Het duurt soms wel duizend jaar eer zich een centimeter stalactiet gevormd heeft.

Beroemd zijn de Adelsberger grot in Kraïn, de Baumanssgrot in de Harz, de Dechengrot in Westfalen, de grot van Han in België etc.

Kalktuf, tuf, Engels tuff, Frans tuffe, Latijn tofus, is een zeer poreuze steen die ontstaan is door de vorming van korsten van kalksteen aan de oppervlakte door mossen en andere planten. Dit doordat de planten voor hun voeding koolzuur aan het water onttrokken werd de kalksteen, die daarin was opgelost, aan de oppervlakte afgescheiden. Nadat de plantendelen vergaan waren bleef de kalksteen als poreuze massa over. In die kalktuf ontstaat vaak en net van onderaardse gangen en grotten.

Boetius; Stalactiet- of Druppelsteen.

Uit water dat een steenvormende kracht heeft, of als het opgeloste stenen in zichzelf bevat of beter gezegd de fijnste aardse materie waaruit stenen worden gemaakt stolt de steen die in het Duits Walstein of Tropfstein wordt genoemd. Want wanneer het water door de kanalen van de aarde stroomt en van een hoogte naar beneden valt vloeit de vorm van een piramide geleidelijk samen aan het uiteinde van het kanaal en het deel van het aardse water neemt toe en verhardt op precies dezelfde manier en in dezelfde tijd. Dezelfde vorm waarin het water dat door de kanalen naar beneden stroomt in ijs dat aan de monding van het kanaal hangt in de winter door kou verandert. En zoals het ijs ongelijkmatig is door de beweging van het stromende water, lijkt het hier ook belletjes of verhevenheden te vertonen. Door het stromende water krijgt het in de grachten een korstige vorm, net als in de vaten van de baden en de grachten van de Thermen waarin het hete water wordt gekookt of geserveerd. Als het water op de wanden van de grot valt geeft het een andere en gevarieerde vorm aan de stenen. Ze zijn allemaal wit, groot, hard, glanzend vanbinnen, als talkpoeder, en worden op verschillende plaatsen in Duitsland gevonden, in Moravië, bij Brina, in het domein van de abt van Ostrivice. In Sanctum Juanam in Bohemen, bij de Carolina-baden en in de grot van Baumansholtz wordt het door chirurgen geprezen voor het strijken van gebroken botten, vandaar dat het de naam osteocolla kreeg, en kan worden gerekend tot de soorten botbrekers, omdat het de botten aan elkaar lijmt en een nieuw gewicht zal het zweet krachtig verplaatsen.

De stalagmieten en ronde druppels worden veranderd in steen van een gipssubstantie, het geheel is gecementeerd in een zandige aarde die, afhankelijk van de kwaliteit van de aarde en het stromende water, slechts bruin, wit of grijs is, zo groot als bonen, erwten of koriander. De meeste worden gevonden in één massa, ingesloten zoals in nesten. Deze waren overvloedig aanwezig in de Thermen van Caroline. Want daar heeft het water van zichzelf zo'n vermogen om te stenigen dat een hout dat 's nachts wordt aangelegd bedekt is met een steenkorst die qua kleur en substantie de aard van kalk draagt.

Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/