Phenakiet

mUit; http://bahamas.globat.com/~hetsteenenhuis.com/catalog/images/2c0025000.jpg

Naam, etymologie.

Phenakiet, fenakiet, komt van Grieks phenax; bedrieger of leugenaar omdat het in veel eigenschappen, kleurloosheid en glans zeer gemakkelijk met andere edelstenen en vooral kwarts verwisseld kan worden.

Phenakiet, Phenaciet, Phenakite, Fenakiet of Fenaciet behoort tot de groep van beryllium sylicaten, Be₂SiO_4, en bestaat uit vrijwel de helft berylliumoxide en de andere helft kiezelzuur.

Is een vrijwel kleurloze edelsteen die weinig gevonden wordt en is vrijwel volkomen doorzichtig bij kleurloze kristallen, is dan gemakkelijk met bergkristallen te verwarren. Soms is het wat licht getint, licht wijngeel, blauwachtig, rozerood of bruin, geeft een witte streepkleur en heeft een glasglans. De lichtbreking is dubbel en ligt hoger dan die van korund en topaas. Glansglans die sterker wordt en vurig als hij geslepen is. Hardheid 7.5-8, s.g. 2.93-3.

Wordt gevonden in de Oeral, in 1833 gevonden in de smaragd mijnen bij Malyschewa in Rusland en beschreven door Nils Gustaf Nordenskjold, Finse mineraloog.

Fenakiet is zeldzaam. De type locatie is Takovaya, Sverdlovsk, Oeralgebergte in Rusland. Het wordt verder onder andere gevonden in de Alpen, Noorwegen, Sri Lanka, Brazilië en N. Amerika. In Rusland heeft men tot 18 cm grote kristallen gevonden Oeral, gele en rode kristallen komen voor in Brazilië (Minas Gerais) en in de VS (Colorado, Maine, Virginia). Grote kristallen(tot 8 cm) komen voor in het Habachdal in Oostenrijk.

Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/