IJsvogel

Over IJsvogel

Mythologie, vorm, gebruik, soorten, bestiaria, naam, etymologie, verhalen van de ouden, bijzonderheden,

Naam, etymologie.

Latijn alcedo van Grieks halkyoon: op de zee broedende.

Alcedo atthis L.

IJsvogel. In vroegere, oude tijd toen het blauwglanzende ijzer diende om er sieraden van te maken is de blauwglanzende vogel daarnaar genoemd. Naast oud-Hoogduits Isarnovogal en Isarno, komt Angelsaksisch isern: ijzeren, naast amarvogal en amero voor. Toen de kleur bij het ijzer verdween werd isarno, onder invloed van het geleerde bericht dat de Alcedo in de winter broedt, omgevormd tot is-aro: ijsaar (arend) waarbij op de roofvogelachtige wijze waarop de vogel vissen vangt een vergelijk gezocht.

Het midden-Hoogduits Isvogel werd tot voorbeeld van onze ijsvogel in Duits Eisvogel, in Deens isfugl en in Zweedse isfagel.

Het is de Engelse king-fisher, van Saksisch cyning wat koning of chef betekent of halcyon. Halcedo, Alcyon of Halycyon. Het is een echte visser, de Martin pecheur van de Fransen. Ook waterspecht of iisfugel.

Uit commons.wikimedia.org

Vorm.

Het ijsvogeltje is de mooiste van onze vaderlandse vogeltjes en evenaart in kleuren de papegaai. Het heeft zijn prachtige verenkleed verdiend omdat hij als eerste uit de ark van Noach vloog. De hemel, die eerst grijs was, veranderde in stralend blauw net als het deel van het verenkleed van de vogel. Hij is van boven donkergroen en van onder roze. Van boven rood van borst en midden op de rug en aan de stuit blauwachtig zeegroen. Het hoofd en hals zijn met blauwe vlakken overdwars getekend, de bovenste dekveren van de wieken zijn donkerblauw met lichter blauw gestippeld. De staartpennen zijn van boven blauw en van onder bruin. De bek is zwart maar witachtig aan de hoeken. De poten zijn rood en de nagels zwart. Het is een kort gedrongen vogeltje met een lange snavel en korte staart. Het is zeventien cm lang, de dolkvormige snavel is vier tot vijf cm lang.

Hij zit met geduld, de hele zomer lang, dag in dag uit hier of daar aan een slootkant of in ieder geval vlak bij het water. Dat moet wel helder zijn. In de winter komt hij meer tevoorschijn door het bevriezen van zijn stekje. Dan wordt zijn mooie blauwe kleur hem noodlottig, want de l’oiseau bleu wordt maar al te dikwijls opgejaagd.

Kop en snavel daargelaten doet zijn figuur denken aan de uiltjes. Hij leeft alleen en duldt geen andere in de buurt. Evenals alle van vis levende dieren zijn zij ook stille, knorrige en afgunstige schepsels die de omgang met soortgenoten of met andere vogels zoveel mogelijk mijden. Ook houden ze ieder levend wezen wel niet voor een concurrent maar dan toch voor een tegenwerker van hun bedrijf.

Eten.

Hij wordt gezien aan de oever van een beek of een vijver waar hij zit op een overhangende tak en op kleine vissen loert. Is er een dichtbij gekomen dan stort hij zich bliksemsnel in het water en grijpt zijn prooi met de krachtige, lange en vierkante snavel en verschijnt dan weer op dezelfde plaats boven water en vliegt naar zijn zitplaats terug. Hier vat hij de vis eerst met de staart aan en slaat hem tegen een steen dood, werpt hem dan omhoog en slikt hem heel met de kop naar voren in. De onverteerde overblijfselen van de vissen spuwt hij in ronde ballen uit.

Nest.

De ijsvogel legt zijn eieren in tunneltjes die het zelf uitgraaft langs de oevers van een stroom, die kan van een halve tot een hele meter diep zijn. Een nest bouwen ze niet, maar langzamerhand hopen zich echter zoveel en hoofdzakelijk uit visgraten bestaande uitgebraakte overblijfselen in de nestkamer op dat er na verloop van tijd toch een leger ontstaat. Ze broedt een vijftien dagen op een zeven witte eieren.

Slechts zolang de zorg voor hun kroost hen aan een bepaald gebied bindt, blijven ze op diezelfde plaats. Gedurende de overige tijd trekken ze rond en volgen de loop van het water. Enkele soorten leggen op die wijze een tamelijk uitgestrekte weg af.

Geluid.

Hun talenten zijn van een eigenaardige soort. Ze kunnen bijna niet lopen en zijn evenmin behendig in het vliegen. Alleen in het water zijn ze in zekere zin thuis. Ze duiken op een vreemdsoortige wijze en kunnen ook wat zwemmen. Gedurende de paartijd hoort men de ijsvogel dikwijls, zijn stem is een schel en snijdend ‘tiet tiet’, of ‘sie sie’ klinkend geluid dat dikwijls en snel achtereen herhaald wordt. In de paartijd voegt hij er andere bijzondere geluiden aan toe. Bovendien maakt hij dan zeer ongewone bewegingen.

Mythologie.

Alcyone, dochter van Aeolus (de wind) en Enarete, was getrouwd met Ceyx. Dit huwelijk was zeer gelukkig, maar in hun trots noemden ze zich Zeus en Hera, tot straf hiervoor werd hij veranderd in een zeemeeuw en zij in een ijsvogel. Elke winter draagt ze nu haar gemaal in het graf. Daarna bouwt ze een nest dat ze op de golven drijven laar. Hierin legt ze een ei en broedt het uit.

Volgens een ander verhaal kwam hij in een schipbreuk om en stortte zij zich uit wanhoop in zee waarna beiden in ijsvogels veranderd werden.

Wanneer ze dan broeden, omstreeks een week voor en een week na de kortste dag, laat Aeolus alle winden rusten, vandaar heten die dagen Alcyonii dies, de dagen van de ijsvogels wat overdrachtelijk gegeven werd aan een rustige en gelukkige tijd. Ze zeven windloze dagen voor en na de winterzonnewende.

Vondel, Het Lof der Zeevaert;

‘Gelijk de Halycone bij heldere zonneschijn

Zich bakert op het meer, en net, en pluist zijn pennen

Die afgesleten zijn met Ceyx na te rennen

Haar troost en gemaal, wiens koninklijke ziel

Leed schipbreuk, als de storm veroverde de kiel’.

Uit theanimalarium.blospot.com

Halycon dagen.

De vogel verschijnt in het Grieks onder de naam alcyon wat voor het eind van de eerste eeuw v. Chr. halcyon werd zoals Varro verhaalt. De vogel was bekend in de tijd van Homerus, hoewel er toen nog geen legenden bekend waren. Aristophanes, 414 v. Chr., sprak over halcyon dagen. Deze zinsnede is sindsdien in gebruik gebleven voor een periode van heerlijke stilte. De associatie van de ijsvogel met kalm weer kwam in zijn tijd, populaire etymologie was waarschijnlijk wel de oorzaak.

Vondel, Inwying der Doorluchtige Schoole;

‘Ze schept, door hem, in Holland Helicon

Ik kwinkeleer, beschaduwd voor de zon

In lindelanen’.

De Griekse naam had geen aspiraties, maar omdat het laatste gedeelte van de naam hetzelfde is als het werkwoord voor ontvangen werd het eerste deel al gauw veranderd in halys: de zee. Het woord betekent zowat broedt of bevrucht wordt bij de zee. Hiernaar kwam het verhaal dat de vogel zijn eieren broedt op de oppervlakte van de zee en dat daarom de zee tijdens dit proces kalm was. Het nest zou niet geplaatst zijn op hoge zeeën maar in ondiepe wateren bij de kust. Oppianus zegt bijvoorbeeld dat ze zo dol op de zee zijn dat ze hun nest langs het water plaatsen en ofschoon hun borst nat wordt leggen ze hun staarten op het droge zand.

De gehele legende is alzo. De halcyon is een zeevogel want het broedt langs de kusten en legt zijn eieren op het zand. En het bouwt het nest omstreeks het midden van de winter als de zee op het land slaat door vele krachtige winden. Maar niettegenstaande zwijgen alle winden en de oceaangolven zijn kalm als de halcyon broedt gedurende zeven en zeven dagen, want in zoveel dagen broedt en voedt het zijn jongen op. En omdat die rust nodig hebben voorziet de voorzienigheid erin die gunstig is voor allen en zelfs het kleinste levende ding dat er twee maal zeven mooie dagen zijn. Daarom wachten de zeelui op die veertien dagen, ze verwachten rust.

Dit is een vogel die king’s fisher genoemd wordt omdat ze in de zee vist en met zo’n kracht de vissen vangt. De Halcyon sancta wordt beschermd door de goden.

Plutarchus dacht dat het nest bestond uit in elkaar gevlochten kleine visgraten en Plinius bericht in 70 na Chr. Van een zwamachtige, niet door ijzer te verslaan nest. Gesner dacht nog in 1669 dat het wijfje bij de dood van het mannetje een treurgezang aanhief. Het zou macht en rijkdom, vrede en schoonheid brengen. Het geldt als gelukbrenger. De vissers rijke vangst en de schepen een goede reis.

Bestiaria.

In Shakespeare’s ‘1 Henry VI’ i, 2, 131 bidt La Pucelle (Joan d’Arc) tot de Fransen:

“Expect St. Martin’s summer, halcyon days’. Sint maartenzomer, Halcyondagen’.

Since I have entered into these wars’. Nog deze nacht ontzet ik wis deze stad’.

Verwacht, nu ik de strijd aanvaard, een schone’.

St.Martin’s summer, halcyon days’. Sint Maartenszomer, Halcyondagen”. Sint Martins vogel.

Als wintervogel is ze gewijd aan de heilige St. Martin, de heilige doodgraver die bij Shakespeare de onbegraven lijken met doodsbloemen bestrooit.

Uit Maerlant, ‘Alcioen is een vogeltje en is groter dan de mussen zijn. In de zee is veel zijn gang.

De hals heeft het een deel lang en heeft veren grijs en wit, alzo purper dat hem wel zit. Op vissen is al zijn bejaag. Zelden is het dat men het zien mag, alleen in het langste van het jaar, in de voorwinter, dat is openbaar, broeden ze hun jongen. Hun nesten zijn zo rond als een bal die men met geen ijzer nochtans immer breken kan en geen vogel, alleen deze, leest men dat die in de winter op zijn eieren zit, zoals ik het beschreven vind. Hun nest maken ze op de zeekant als de zee met rijzen begint. Dan merkt men op dat God deze vogeltjes alleen voordeel in het bijzonder gunt, want was die gram en alzo pleegt als Alcion zijn eieren legt, dan wordt de zee wel gemoed totdat zijn eieren zijn uitgebroed en dat is binnen zeven dagen en zeven daarna, hoor ik gewagen, rust de zee en daarbinnen beginnen zijn jongen zich voort te voeden dan. Merk wat God deze vogel gunt, ja, de scheepslui in dat land merken die dagen gelijk op en gaan koen ter zee alsof het ware min of meer. Sint Ambrosius beschrijft ons dit die van leugen is onbesmet’.

Van diegene die de rust beminnen en bij zijn broeder de zee de stilte of bedaardheid aantreft heeft men spreekwoorden overgenomen als bijvoorbeeld: ‘Alcedonia funt apud forum’, ‘het zijn op de markt de dagen van de ijsvogels’. Nu zou je zeggen,’ het is stil op de markt, er valt niet veel te doen. Waardoor stilte en rust verbeeld wordt. Bij Plautus komt voor:

‘Gij zult het mij zo stil maken als de zee

Wanneer de ijsvogel zijn jongen koestert en voedt in vree’.

Ook is er een spreekwoord; ‘Halcyonios agit dies’, ‘het is hem op zijn muiltjes gebracht, hij heeft gemakkelijke dagen, hij heeft de dagen van de ijsvogels’.

Milton’s mooie verwijzing in de “Nativity Ode” is heel bekend;

“The winds with wonder whist’.

Smoothly the waters kist’.

Whispering new joys to the mild Ocean’.

Who now hath quite forgot to rave’.

While birds of calm sit brooding on the charmed waves”.

Nest.

Hij bouwt zijn nest op het water (of land) dat op een miraculeuze manier waterbestendig is en drijft van oceaan tot oceaan en zorgt ervoor dat op behoorlijke afstand van het nest er rust heerst zodat het gezin in vrede leeft. Zijn nest kan niet door ijzer gesneden worden maar wordt gebroken door een sterke klop. Hun nesten zijn wonderlijk gemaakt in vorm als een ronde bal en de opening staat wat naar buiten en is zeer smal, het is zoiets als een grote spons. Niemand kon ooit uitvinden waarvan ze gemaakt waren. “Haer neste sijn ront als een bal

Die men met ghenen ijsere nochtan

Nemmermeer ghebreken kan.”

In het nest van de halcyon kan geen enkel andere vogel komen, het is voorzien van een deur die hij alleen kan openen.

Het is een vogel die eenzaam leeft en niet veel voor de dag komt en vrij droefgeestig is. Hij is bijzonder met droefheid overstort wanneer zijn nest van de zee baren weggespoeld wordt en hij dus van zijn eieren of kuikens beroofd wordt. Valerius:

‘Wanneer de zee van strand gejaagd wordt door onweersbuien

De zon blinkt en schendt het noorden tegen het zuiden

Dan mist Alcyone haar nest door dat geweld

En klaagt van harte wee door haar verlies ontstelt’.

Sommige denken dat het nest gemaakt is van de scherpgepunte delen van sommige vissen, want van vis leven deze vogels.

Er wordt in de zee ook zoiets uitgebroed dat Halcyoneum heet en sommigen denken dat dit gemaakt is van de vogel halcyon maar, zoals anderen veronderstellen, het is het vuile schuim van de zee.

De halcyon vogels vallen op door hun witheid en hun jongen door hun zwartheid.

Windvaan.

Maerlant die spreekt ook over de Isida wat ook een ijsvogel is; ‘Isida, naar dat ik het weet, is die men ijsvogel heet. Van pluimen van schone manieren, groen, geel, rood in vele kleuren ziet men daar in de zon blinken, ze denken de saffier gelijk. Aan de voeten heeft nimmermeer dan twee kromme klauwen. Zijn bekje is kort en recht, van vissen voedt het zich echt, die is graag het water nabij. In de aarde zo broeden zij waar ze holen met de bek maken en de aarde uittrekken. Van deze vogel zeggen lieden, dat ik voor waar niet bedien en niet weet of het is gelogen, is hem zijn vel afgetrokken en aan een wig geslagen, dat het alle jaren zal plegen te vernieuwen in de gebaren, echt of het een levend vogeltje ware’. Na hun dood gaan ze niet tot ontbinding over maar als ze aan de snavel opgehangen worden zullen ze jaarlijks ruien en dan een nieuw verenkleed krijgen. Als je er twee of meer in de open lucht of in een besloten kamer bij de bek ophangt, dan zullen ze zelden de borst in dezelfde richting houden. Dat zou komen omdat deze vogel elk jaar ruit en van veren verandert, zelfs als hij gestorven is.

Een kleine vogel die ijsvogel genoemd wordt zal opgehangen worden aan zijn nek, snavel of bil en direct tegen de wind gaan staan. Maar hoe staat de wind in welke hoek draait mijn ijsvogel?

Als je een dode ijsvogel aan een draadje ophangt zal die als een kompas of zeilsteen naar het noorden wijzen of, naar een andere mening, met zijn borst de heersende windrichting aanwijzen. “Turn their halcyon beaks with every gale’. Én draait als een weerhaan rond.” ‘King Lear’ ii, 2, 84. Hang hem op aan de mast om de windrichting te bepalen.

Hoor je van rechts de roep van de ijsvogel, dan zal je succes hebben in zaken, hoor je hem links, dan zijn er moeilijkheden op komst.

P.C. Hooft:

“Trompetter van Neptuin, heb ik op u een bee?

Ront met de wangen en te werke legt uw longen;

Op dat styven aem, ten hooren uit gewrongen

Doe luist’ren weer, en wint: en kondigt over zee,

Uit uwes Konings naem, zoo trouwen vasten vree

Als wort geviert, wanneer d’Ysvogel is in ‘t jongen’.

De halcyonvogel met zijn draaiende borst demonstreert hoe de wind waait, van oost en west en werd als kompas gebruikt. Daarom vergelijkt Shakespeare de hofkransen met de halcyon die in al hun bewegingen de goede wind volgen.

Uit bestiary.ca

Gebruik.

Plutarchus verhaalt dat deze vogel de zwaluwen in liefde tot zijn jongen overtreft en in eigenlijke liefde de duiven te boven gaat. Het vrouwtje zou het mannetje met trouwe liefde aanhangen, met ouderdom meedragen en tot de doodeten geven en na zijn dood heft ze een klagelijk gehuil aan en sterft ook.

Na zijn dood weert hij nog de bliksem af en zorgt dat verborgen schatten toenemen. Ieder die hem bij zich draagt wordt schoonheid en bevalligheid verleent, geeft vrede in huis en windstilte op zee en lokt vissen naar je en vermeerdert zo de visvangst. Een paar ijsvogelveertjes die tussen je kleren genaaid zijn beschermen je leven en gezondheid.

Door zijn verschijnen verkondigen ze onweer. Als het onbevreesde onweersvogeltje twaalf uur van tevoren de storm ziet aankomen waarschuwt ze de schepen in de zee die ze opzoekt. Ze vraagt niet meer vergoeding dan om aan de luwe zijde van het vaartuig te mogen blijven zweven.

Het is een goede kans om die halcyons te zien, nooit zie je ze als de ster Virgiliae te zien is of tegen midzomer of midwinter, op andere tijden vliegen ze om een schip en zijn spoedig verdwenen en verborgen.

Er is een tweede soort die bij de zeekust broedt, die verschilt in grootte als in geluid en zingt niet als de vorige die kleiner is, die jaagt bij rivieren en zingt bij het riet.

Christelijk.

De halcyon werd door theologen gebruikt als het beeld der kerk in de stormen van de wereld.

Deze vogel is een mooi en voornaam beeld van de Kerk. Want de kerk staat midden in de golven en de zee baren. Ze zit in haar nest op eieren en broedt haar jongen uit, koestert ze en kweekt ze op, de ontrouwe en onstuimige zee is de boze wereld, het rijk van Satan waarin de kerk haar nest heeft en in de zee geslingerd wordt door vele slaande golven. Echter de zee is stil tot de halcyon haar jongen heeft geworpen, opgevoed en gekoesterd heeft. Dat is God spaart ook de goddeloze en verleent er vrede en rust totdat hij de vromen naar Hem heeft gebracht en de goddeloze met een onblusbaar vuur zal verbranden. Hieraan zullen wij denken wanneer de winden en stromen het nest van de halcyon zullen trachten te overstromen. Ook dan wanneer wij zien dat de goddeloze voor een tijdje zullen bloeien want die worden gemest tegen de altijddurende kwellingen. De natuur van de halcyon is dusdanig dat als de een gestorven is, ook de ander sterft. Evenzo is ook de kerk haar voedsel verschuldigd aan haar leraren.

Heraldiek.

In de heraldiek wordt de ijsvogel steeds afgebeeld gezeten in zijn nest dat op de golven dobbert. In het Frans heet hij flottant, wanneer de zee waarop hij drijft een andere kleur heeft dan zijn lichaam.

De ijsvogel wordt in de heraldiek meestal aangetroffen op een drijvend nest, wat biologisch onzuiver is omdat hij in de oever nestelt aan het einde van een lange en zelf gegraven gang. Naar aanleiding daarvan is hij het zinnebeeld van volharding. Tevens is hij symbool van doorzicht omdat een onverklaarbaar voorgevoel van de vogel leidt bij de keuze van zijn nestplaats.

Overige.

uit environnement.ecole.free.fr

De grote ijsvogel, Alcedo gigantea, (zeer groot) wordt in Australië wegens zijn geschreeuw de ‘lachende ezel’ genoemd. Niettegenstaande dat hij wel eens een jong hoen kaapt wordt hij toch geduld omdat hij gifslangen ijverig vervolgd. Giant kingfisher.

Uit ww.finerareprints.com

Alcedo sacra, (geheiligd) Op de Zuidzee-eilanden wordt deze ijsvogel als een heilige vogel beschouwd. Hij houdt zich in de kronen van de kokospalmen op en vangt de insecten die om de bloesems van de palmen zweven.

Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaen...