Spiering

Over Spiering

Osmerus, vorm, gebruik, soorten, bestiaria, naam, etymologie, verhalen van de ouden, bijzonderheden,

Uit www.murre.nl

Osmerus eperlanus. Van Latijn eperlanus (Ammodytes; zandduiker).

Naam, etymologie.

De naam osmerus en de Duitse naam Stint dankt de spiering aan zijn eigenaardige lucht die met bedorven augurken vergeleken wordt, Osme; geur.

Spiering.

De gewone spiering, spierling of smelt die in Fries spjirring genoemd en in Frans eperlan, Deens smelt, Noorwegen smelta, Engels pygmy smelt; de geur, spirling en sparling wordt, mogelijk van piros en perink; regenworm, is een visje dat ongeveer de lengte van een vinger heeft. Of van spier; grashalm, spitse paal, naar zijn smalle vorm.

Het is met dunne, blinkende, zilverglanzende en heldergroene kleine schubben bedekt, soms zijn ze niet eens aanwezig en zo doorzichtig dat men zijn hersenen, wervelbeenderen en ribben kan zien. Zo mooi de kleuren zijn, zo lelijk is de reuk, waarom hij ook wel stinkvis heet.

De onderkaak steekt voorbij de bovenkaak.

Het lange, smalle visje heeft een lage rugvin bijna over de gehele rug.

Men vindt het bij ons in grote groepen aan de kusten en in de meren, na de ijsgang gaat hij ook in de rivieren waar hij bij menigte gevangen wordt en ter markt gebracht. Men stelt echter op dit visje niet bijzonder veel prijs.

Ze leven van kleine kreeftachtige en larven van andere vissen.

Het kuitschieten gebeurt meestal in de zeebodem waar ze meer dan tienduizend eitjes legt. Het is het eten van vele andere zeedieren. Waar ze de kusten naderen worden ze gevolgd door andere vissen, kabeljauw, heilbot, schol en haring.

De zeespiering, die wat groter wordt, is veel meer gezocht, die heeft ook de onaangename reuk niet. Men vindt hem vooral in de Noord- en Oostzee en komt in het voorjaar in grote scharen in de monden der rivieren, vooral van de Elbe.

Ze worden als voedsel gebruikt voor de in vijvers gekweekte karpers.

Bestiaria.

Uit Maerlant; ‘Milagor, zegt Isidorus, is een zeevis, die heet dus spiering en tegen schoon weer als de storm zal neer vallen is de spiering een soort vis die tegen de storm rijzen zal. Milagor doet niet alzo’. Of ansjovis.

En; ‘Tymallus, spreekt Isidorus, is een visje en heet aldus omdat zijn geur is bekwaam het heeft van de bloem die naam, want Thymus dat is een bloem. Deze vis, die ik u noem, heeft in het water zijn gang van verse en zoete gemengd en is schoon en van zoete smaak, dus denk ik bij deze zaak dat het de spiering mag wezen.’

Spreekwoorden.

Hij gooit een spiering uit om een kabeljauw te vangen. =Hij geeft iets prijs van geringe waarde om later zoiets kostbaardere terug te krijgen.

Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/