Vlooien

Over Vlooien

Bijbel, vorm, gebruik, soorten, bestiaria, naam, etymologie, verhalen van de ouden, bijzonderheden,

http://www.ento.csiro.au/aicn/images/cain1677.jpg

Naam, etymologie.

Pulex irritans: irritant.

Pulex, Latijn pulex; vlo, Grieks psulla.

Vlo. In midden-Nederlands was het ook vlo, in oud-Hoogduits was het floh (nu Floh) in Angelsaksisch fleah (nu flea). Mogelijk komt het woord van vlieden, het vlug ontsnappende dier, de opspringende, de ontkomende.

In Grieks heet het dier psulla en in Latijn pulex.

Vorm.

De vlo is een klein en vleugelloos insect.

Het lichaam is wat zijdelings afgeplat zodat ze zich gemakkelijk tussen haren en vacht kunnen nestelen en bewegen.

De achterpoten zijn sterk ontwikkeld waarmee ze grote sprongen kunnen maken.

De vlo heeft een dikke harde huid, die knapt kapot bij druk.

Het zijn bloedzuigende parasieten. De meeste vlooien hebben bloed nodig om zich volledig te kunnen ontwikkelen.

De vlo heeft een zuigende monddeel die met scherpe punten is voorzien waarmee ze in de huid boort. Net als met muggen brengen ze een stof in de wond die irritatie veroorzaakt waardoor het gaat jeuken.

De gewone vlo legt haar twaalf witte eieren op rottende stoffen in vuile hoekjes. De maden voeden zich met dierlijke overblijfselen, verdroogd bloed, slijm en dergelijke en verpoppen zich al na acht dagen in een cocon. Schoonheid, zindelijkheid, is het beste middel tegen deze dieren.

Dezelfde vlo die bij de mensen voorkomt zie je ook op varkens. Sommige vlooien komen ook op andere dieren voor, maar dat zijn dan dieren waarop ze zich niet voortplanten. De vlo die op ratten leeft, Xenopsylla cheopis, Oriental rat flea, verlaat de rat als die sterft, hetzelfde doet de kattenvlo die zonder gastheer onmiddellijk de mens aanvalt en bijt. De rattenvlo komt bij de mens, wat op zich niet zo erg is, maar er is een kans dat hij de builenpest meedraagt, een bacterie die de ratten infecteert. De rat sterft, de vlo verdwijnt van de rat en springt op een langskomende mens, die wordt gebeten en geïnfecteerd, wordt ziek, de vlo springt…. In de middeleeuwen was er veel straatvuil en veel ratten, ook veel pest.

Een vlooientheater was het enigste waar ze zich nuttig maakten. Het kunstwerk was niet de vlo, maar de miniatuurtoestellen die de vlooien trokken, duwden en bewogen. Ze werden daar door heel fijn draad aan vast gemaakt. Door het kruipen of springen van de vlo werd het voertuig bewogen. Ze werden niet gedresseerd, maar ze konden niet anders vanwege het ding waar ze aan vast zaten.

Bestiaria.

Shakespeare, 1, King Henry, iv, ii, 1, 16 en 23.

‘(I think this be the most villanous house in all London Road for fleas; I am stung like a tench.

Like a tench! By the mass, there is ne’er a king christen could be better bit than I have been since the first cock)

Volgens mij is er in de hele omtrek van Londen geen herberg die zo stikt van de vlooien, ik ben gebeten als een teef in april. Als een teef? Bij alle heiligen, geen koning in heel de christeneenheid is meer gebeten dan ik sinds de eerste haan kraaide’.

Ze geven je hier ook nooit een pot, en dan pis je maar in de schouw en je water fokt vlooien bij bosjes’ (men schreef de voortplantingkracht aan paardenpis toe) Men gelooft dat niets minder dan een paardenhaar die in een ketel water gelegd wordt in korte tijd zal verstijven en een levend creatuur zal worden.

Uit Maerlant, ‘Pulex, noemen wij vlo. Liber Rerum zegt alzo dat ze van stof en van mest in warm weer ten volle groeien’. De vlo is een kleine worm die zeer kwalijk is voor de mensen. Het dier wordt gevoed door stof, vlooien ontstaan met warm weer in overvloed uit stof en droge aarde. Uit paardenurine komen vlooien, zijn mest die op zijn staart valt geeft slangen en uit zijn vlees komen wespen.

Maerlant, ‘Dit is van de kleine wichten een waarmee wij in de aardse ween in alle stonden gezelschap hebben van onze vader Adams zonden, ‘s nachts zijn ze wreder dan bij dag om onze vader Adams plaag’. Een vlo is de straf voor onze zonden al ten tijde van Adam. Ter verzwaring van de straf zijn ze ‘s nachts kwaadaardiger dan overdag.

Maerlant, ‘Remedie tegen de vlooien beten doen ons wijze meesters weten dat een mens wrijft zijn vel goed in als hij slapen gaat met absint, als men het weet is het dat kruid dat men alsem noemt. Sint Ambrosius hoor ik bedienen, men zal alsem in olie koken en daarmee zijn vel bestrijken, want alsem is de vlooien venijn. Alsembladeren geworpen mede omtrent een bed, verdrijven ze uit de stede. Kolokwint gebroken in stukken en dan veel met water gesproeid waar er veel zijn, zoals wij schrijven, kan men daarmee vlooien verdrijven. Als het koud is omtrent in juni maand, dan groeien ze er het minst, als men meent’.

Alsem en bijvoet zijn venijn tegen vlooien, door de huid voor het slapen te gaan met alsem in te wrijven. Strooien met alsembladeren jaagt ze het huis uit. Ook de bladeren van de wilde vijgenboom. Ook de kolokwint helpt tegen vlooien als die gestampt en gemengd wordt met water en gespoten over die plaatsen waar vlooien zijn. Als het water waarin bramen zijn gekookt en in een huis gesprenkeld worden zullen de vlooien daar vernietigd worden. Als het bloed van een geit geplaatst wordt in een gat van een huis verzamelen vlooien zich daar en sterven.

Vorm.

Het is een kleine worm van wonderbaarlijke lichtheid en verdwijnt door springen, niet door lopen, groeit langzaam, is er niet in koude tijden en in de zomer groeit hij snel. Als je op Witte Donderdag je bed lucht zal er nooit een vlo in komen.

Als iemand stervende is, en zijn ledematen bloed en warmte missen, verlaten vlooien en luizen hem of komen samen in dat deel van het lichaam waar de genoemde hitte het langst blijft, in de holte van de nek, onder de kin en dergelijke. Dat is een teken dat de dood nader komt. Een mens is niet vies of oneerbaar als hij vlooien heeft, wel is dit zo met luizen, die komen van stof. Als je iemand zalft met ezel melk zullen alle vlooien in het huis zich bij hem verzamelen.

De vlo wordt wit uitgebroed en verandert plotseling in zwart, hij verlangt bloed en die het hem toestaan bijt hij met een scherpe beet, hij spaart geen koningen, zelfs een kleine vlo is hem tot last.

Bijbel.

‘parosh’ is de Hebreeuwse naam voor de vlo. 1 Samuel 24:15;’een enkele vlo’, 26:20. Ze zijn in beide metaforisch, maar wel correct. David, die tegen Saul spreekt, suggereert dat hij op zoiets kleins en verachtelijks jaagt, in de tweede vers wordt dit verdubbeld want David vergelijkt het met het najagen van een patrijs in de bergen, het beschrijft het jagen op vlooien zoals het geregeld opspringt en probeert te ontsnappen.

Bestrijding.

Om ze te verdrijven steekt men in de week voor Pasen enkele gewijde palmtakken achter het beeld van Maria. Zodra op Pasen de klokken te horen zijn zwaait men er overheen en roept: “weg met alle dieren die geen beenderen hebben”. Nu heb je een jaar geen last van vlooien.

Veeg op de eerste mei voor zonsopgang met een oude, ook wel met een nieuwe bezem maar dan slechts eenmaal, driemaal het te zuiveren vertrek schoon en zeg daarbij:

“Floh en Lus

Rut ut min Hus

Ga hen na Nawers Hus”

De bezem wordt dan op het erf van de derde buurman dicht bij het huis gelegd. De last houdt op zo gauw iemand uit dat huis de bezem aan raakt.

Ook komen er geen vlooien in bedden die op Witte Donderdag gelucht zijn.

In het klooster te Oestringfelde was een grote witte vlo. Toen ze door de nonnen erg achtervolgd werd nam ze een grote sprong en kwam neer op de koster van het plaatsje Schortens. De koster lag dronken naast de kerk. Dit leek haar niet te bevallen en ze deed weer een sprong. Nu kwam ze op een steen midden op het veld terecht. Dit ging zo hard dat ze te pletter viel. Op die plaats is de later zo beroemde herberg ‘In de Witte Vlo’ gebouwd.

Spreekwoorden.

Men kan beter op een zak met vlooien passen dan op een jonge meid. =Een vrijend meisje weet altijd wel gelegenheid te vinden.

Planten.

Het kleverige blad van de els werd vroeger wel door de huisvrouwen gebruikt om, beladen met morgendauw, het huis schoon te maken en vlooien weg te vangen. Hiertoe werden de bladeren op de grond gestrooid waarop de bedgezellen gevangen en vlot het huis uit geveegd werden.

Met olie gemengd werd het sap van Artemisia gebruikt tegen vlooien door daar het lichaam mee te overgieten.

Verse hennepplanten werden wel in bed gelegd om de vlooien te verdrijven.

Het vlokruid, Erigeron acer, (scherp) is ernaar genoemd, het middel tegen vlooien.

Uit de rijpe zaden van Euonymus perste men een olie die tegen ongedierte bij mens en dieren gebruikt werden. Zo werd het in het haar van kinderen gestrooid tegen luizen en vlooien

Watermunt, Mentha, werd wel vlooienkruid genoemd omdat het de vlooien verdrijft.

Plantago, vlooienkruid, omdat het vlooien zou verdrijven.

Pulegium, pulex: vlo (waarop onze naam vlooikruid berust) doodt de vlooien, “Being laid into the bed greene to kill fleas”. 1617, zo ook bij Culpeper die het ook gebruikt in de kamer met hetzelfde doel.

Plinius zegt dat vlooien gedood worden door de geur van gebrande bloemen.

Ook Pulicaria zou, als het gebrand wordt, vliegen en vlooien verdrijven. Het tegenwoordige gebruikte insectenpoeder bestaat ook vaak voornamelijk uit tot poeder gemaakte hoofdjes van Asteracea. Doordat het blad wat plakkerig is werd het wel aan de zolder gehangen en gebruikt als een alternatieve vliegenvanger.

Door die geur verdrijft boerenwormkruid vliegen en vlooien.

Derris. Behalve als moorddadig vismiddel zijn de wortels in gebruik als uiterst doelmatig insecticide, het bekende Derris poeder. De Chinezen gebruiken het wortelpoeder al eeuwenlang voor de verdelging van ongedierte op het hoofd en kleren, tevens ter bestrijding van schadelijke insecten in de peper. Een aftreksel is een zeer werkdadig middel om aanplantingen van rupsen en andere schadelijke dieren te zuiveren. Bovendien hebben de planten er geen last van. Een dubbel zo sterk mengsel als voor de planten wordt aan honden gegeven om die te wassen als die last hebben van vlooien en teken. Alleen als de hond schurft heeft mag de Derris wortel niet toegepast worden.

De verpulverde bloemknoppen van Anthemis verdrijven de vlooien, de honingverzamelaar wordt niet gestoken als hij de bladeren over zijn hand wrijft.

Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/