14 juni

Over 14 juni

Heiligen van de dag, naamgeving, etymologie, relikwieën, hun werken en plaats, verering, wonderen, sterven, hoe ze afgebeeld worden,

Uit orthodoxwiki.org

14 juni of 2 januari, St. Basilius de Grote (Basilius van Caesarea): Grieks basileios: ‘koninklijke,’ zie 1 Petrus 2,9: ‘Gij echter zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap.’

Geboren rond 330 na Chr. te Caesarea als broer van Gregorius van Nyssa, de zoon van de rijke retor Basilius. Hij werd door zijn moeder Emmelia christelijk opgevoed, studeerde retoriek, grammatica en filosofie in Constantinopel en Athene waar hij een innige vriendschapsband kreeg met Gregorius van Nazarene. In 357 keerde hij terug naar Klein Azië, werd in 359 gedoopt en bezocht op zijn reizen Syrië, Palestina en Egypte de beroemdste monniken en leefde als monnik in de buurt van het klooster van zijn zuster Matrina in Pontus. In 364 werd hij door bisschop Eusebius van Caesarea tot presbyter benoemd en na diens dood in 370 zijn opvolger. Hij maakte zich nu zeer sterk om de kerktucht te herstellen en reorganisatie in zijn bisdom. Zette zich in voor de kerkvrede en de verbinding met de avondlandkerk. Hij weerstond alle bedreigingen die keizer Vanetius aan hem richtte. De ernstige ziekte van de zoon van de keizer behoedde hem voor een gewelddadige wegvoering. Zijn rijke inkomsten besteedde hij, zelf in armoede levend, aan het hospitaal in zijn stad.

Het belangrijkste wat St. Basilius de Grote of Heilige deed was het ontwerpen van regels voor het leven van de monniken. Hij is de ‘vader der monniken in het Oosten.’ Krachtig bestrijder van het Arianisme, een groot godgeleerde en prediker. Hij wordt vooral in het Oosten vereerd en een aan hem gewijde kathedraal staat op het Rode Plein te Moskou. Ook liet hij vele geschriften na. De zijn naam dragende liturgie bewaart nog de herinnering aan zijn vruchtbare arbeid en gebed. Volgens de legende was hij de opvoeder van St. Vitus. Hij is gestorven op 1 januari 379 te Caesarea. Enkele van zijn vermeende ruggenwervels worden bewaard als relikwie in Brugge.

Hij publiceerde verschillende religieuze geschriften en draagt dan ook vaak een boek, ganzenveer of schriftrol. Soms met een kerkmodel in de hand of een duid, de inspiratie van de H. Geest, hij wordt dan ook de grote theoloog van de H. Geest genoemd. Ook soms dat hij brood geeft aan een bedelaar of van een kind dat hij van de dood redde.. de dolfijn bij hem staat dan voor christelijke ijver.

Natuurlijk is zijn plant het basielkruid, het koningskruid, Ocimum basilicum, die later naar hem genoemd is.

Uit forum.paradoxplaza.com

14 juni, H. Godschalk, (Gottschalk): Germaans God: ‘god, (ook in heidense zin, de naam dateert al uit voorchristelijke tijden) schalk: ‘knecht,’ Gods knecht.

Godschalk was de zoon van de vorst Uto en groeide op in het Michaelisklooster in Lunenburg. Na de dood van zijn vader rond 1028 moest hij naar Engeland vertrekken waar hij 15 jaar diende onder de Deense koning Kanut IV. Na een succesvolle strijd tegen de heerser van zijn land kon hij terugkeren in 1043 kon hij zich vestigen in Mecklenburg. Als een vorst van de Wenden en verbonden aan de Denen en Saksers verenigde hij in 1043 verschillende Oost-Europese stammen tot een rijk en trachtte deze te kerstenen met behulp van Duitse priesters en aartsbisschop Adalbert van Hamburg-Bremen waarmee hij het bisdom Mecklenburg en Ratzeburg stichtte. Na de verstoring van zijn belangrijkste bondgenoot, Adalbert in 1066, brak er een nieuwe heidense opstand uit. Op 7 juni 1066 werd hij met 29 missionarissen gedood door assasinen te Lenzen aan de Elbe die door zijn zwager gehuurd waren. Kerken werden vernield en zijn weduwe vertrok met haar kleine zoon Heinrich naar haar vader, de Deense koning Svend Estridson. Godschalksoord is een plaatsje in Oud-Beierland.

Uit ocarm.org

14 juni, Elisa, (Eliseus, Elisius, Elisa Elise, Eliseos, Helyseus)

Oudtestamentische profeet en opvolger van Elia. Daarover wordt verteld in Bijbelboek 2 Koningen, hoofdstuk 2 die hem achter een ploeg weghaalde door hem zijn mantel toe te werpen: ‘vort voordat JHWH Elia in een stormwind ten hemel zou opnemen, vertrok deze met Elisa uit Gilgal en zei tot hem: ‘blijf hier, want JHWH zendt mij naar Bethel.’ Elisa antwoordde: ‘Zowaar de Heer leeft en zowaar u leeft: ik verlaat u niet.’ Toen zij Bethel naderden, kwamen er mannen van het profetengilde de stad uit, liepen Elisa tegemoet en vroegen: ‘weet u wel dat JHWH uw heer vandaag ten hemel zal opnemen?’ Hij antwoordde: ‘ja, ik weet het; houdt u maar stil.’ Nu zei Elia tot Elisa: ‘blijf hier, want JHWH zendt mij naar Jericho.’ Elisa antwoordde: ‘Zowaar JHWH leeft en zowaar u leeft, ik verlaat u niet.’ Toen zij Jericho naderden, kwamen er mannen van het profetengilde van Jericho de stad uit, liepen Elisa tegemoet en vroegen: ‘weet u dat JHWH uw heer vandaag ten hemel zal opnemen?’ Hij antwoordde: ‘ja, ik weet het. Houdt u maar stil.’ Weer zei Elia tot hem: ‘blijf hier, want JHWH zendt mij tot de Jordaan’ Elisa antwoordde: ‘Zowaar JHWH leeft en zowaar u leeft: ik verlaat u niet.’ Toen gingen zij samen verder. Vijftig leden van het profetengilde volgden hen, maar bleven op enige afstand staan, toen zij samen aan de Jordaan stilhielden. Nu nam Elia zijn mantel, rolde hem op en sloeg ermee op het water. Dit verdeelde zich naar links en naar rechts, en beiden liepen door de droge bedding naar de overkant. Daar aangekomen zei Elia tot Elisa: ‘doe een laatste verzoek, voordat ik van u word weggenomen.’ Elisa antwoordde: ‘geef mij een dubbel deel van uw geest.’ Elia antwoordde: ‘u vraagt iets moeilijks, maar als u mij ziet, wanneer ik word opgenomen, zal uw bede verhoord worden; ziet u mij niet, dan wordt uw bede niet verhoord.’ Terwijl zij nu pratend verder gingen, kwam er opeens een wagen van vuur met paarden van vuur die hen van elkaar scheidde, en in een stormwind werd Elia ten hemel opgenomen. Elisa zag het en riep uit: ‘vader, vader, Israëls strijdwagens en zijn ruiterij!’ Toen hij hem niet meer zag, greep hij zijn kleren en scheurde ze doormidden. Daarop raapte hij de mantel op die Elia had laten vallen, keerde terug en bleef staan aan de oever van de Jordaan; hij nam de mantel van Elia, sloeg ermee op het water en riep uit: ‘waar is JHWH dan toch, de God van Elia?’ Weer sloeg hij op het water en nu verdeelde het zich naar links en naar rechts, zodat Elisa kon oversteken. Toen de leden van het profetengilde in Jericho dat uit de verte zagen, zeiden ze: ‘de geest van Elia rust op Elisa.’ Zij gingen hem tegemoet, bogen zich voor hem ter aarde neer en zeiden tot hem: ‘er zijn onder uw dienaren vijftig flinke mannen; laten die uw heer gaan zoeken. Misschien heeft de geest van JHWH hem opgenomen en hem op een of andere berg of in een of ander dal neergezet.’ Maar hij antwoordde: ‘dat heeft geen zin’. Toen zij echter tot het uiterste aandrongen, zei hij: ‘stuurt ze er maar op uit.’ Zij stuurden er dus vijftig man op uit, die drie dagen lang zochten, maar Elia niet vonden. Toen zij bij Elisa, die zich in Jericho ophield, terugkwamen, zei hij tot hen: ‘ik had u toch gezegd dat het geen zin had.’ Net als zijn voorganger, doet Elisa volgens de verhalen vele wonderen ten teken dat de Geest van JHWH met hem is. Hij had onder meer wonderlijke voedselvermenigvuldigingen, de wonderlijke genezing van een huidziekte van de legeraanvoerder Naaman en het tot leven wekken van een dood kind. Sommige kinderen scholden hem uit voor kaalkop waarna ze door hem vervloekt en door berinnen verscheurd werden. Hij treedt met name op tegen de koningen van zijn tijd, die JHWH ‘s Tora niet in praktijk brengen. Hij stierf rond 835 v. Chr.

Hij wordt als een kale man afgebeeld met het kind dat hij uit de dood liet opstaan en soms met beren, ook met de mantel die hij van Elia kreeg. Met die mantel scheidde hij net als zijn voorganger het water van de Jordaan. Verder met de ter hemel opneming als hij in een vurige wagen zit.

Uit www.scrc.org

14 juni, H. Rufinus en Valerius: Latijn rufus: ‘roodharig of rossig.’ Bij de Romeinen komt de naam als een Rufa voor als meisjesnaam bij Horatius.

Martelaren bij Soissons in 287 waar ze eerst als missionarissen werkten in Gaul (Frankrijk). Volgens een legende uit de 8ste of 9de eeuw zijn ze tijdens Maximianus Herculius door de prefect Rictiovaris gemarteld en onthoofd.

Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/