3 oktober

Over 3 oktober

Heiligen van de dag, naamgeving, etymologie, relikwieën, hun werken en plaats, verering, wonderen, sterven, hoe ze afgebeeld worden,

Uit raphael.doxos.com

3 oktober, H. Candidus: Latijn candidus: ‘sneeuwwit of vlekkeloos.’

Naam van een heilige te Napels uit de 1ste eeuw die door Paulus zou zijn genezen. Of een Romeinse martelaar die begraven is op de Esquiline heuvels. Te St. Maurice bij Sion in Zwitserland wordt de sterfdag van de heilige Thebaanse martelaars Maurice. Exuperius, Candidus, Victor, Innocent en Vitalis gevierd met hun metgezellen van hetzelfde legioen die tijdens de vervolgingen van Maximilianus vanwege hun geloof omkwamen.

Uit www.heiligen.net

3 oktober, H. Ewaldus de witte en Ewaldus de zwarte. (Ewald, Ewalden, Ewoud, Heuwaldus, zwarte en witte): 5 oktober in Rotterdam, Germaans ee: ‘wet,’ en wald: ‘heersen,’ dus ongeveer, de naar de wet heersende.

Naam van 2 heiligen die broeders waren en naar hun haarkleur onderscheiden werden, de witte Ewaldus en de zwarte. Missionarissen en martelaars. Angelsaksische monniken die op het eind van de 7de eeuw uit Ierland naar ons kwamen om de heidense Saksers te bekeren.

De Witte en Zwarte Ewoud waren als Benedictijner monniken met Willibrord meegekomen uit Engeland om de Saksers te bekeren. Beda zegt echter dat ze hem volgden en niet in zijn reisgezelschap waren. Het waren twee priesters die in Engeland geboren waren en een geruime tijd in Ierland geleefd hadden. Eerst kwamen ze in de streek van Antwerpen en staken later de grens over naar de Saksers, Westfalen, mogelijk Coevorden. Daar aangekomen zijn ze naar een zekere landman gegaan aan wie ze verzochten dat hij hem naar de land overste zou brengen omdat ze een gezantschap wilden afleggen en hem iets voordeligs voor te stellen. Hij gaf hen dan inwoning en beloofde hen de landvoogd te vragen en hield ze nog ettelijke dagen in zijn huis. Toen het daar bij het volk bekend werd dat er een andere godsdienst kwam, ze waren voortdurend bezig met zingen en bidden, offerhanden en dergelijke, werden ze bij het volk verdacht zodat ze vreesden dat als ze bij de landvoogd kwamen dat hij hen van hun godsdienst zou afhalen. Ze hebben ze dan onverhoeds aangepakt en ter dood gebracht. De witte werd door het zwaard gedood en de zwarte door langdurige martelingen, verscheuring van zijn ledematen op 3 oktober. Dat hoorde de landoverste die daardoor zeer verstoord was omdat vreemde mensen die hem wilde spreken dat niet kon toelaten. Hij heeft dan mensen gestuurd en alle dorpelingen met het dorp laten verbranden.

Hun marteldood ging gepaard met hemelse wondertekens, want toen hun dode lichamen in de rivier geworpen werden gingen die tegen de stroom van de rivier in de lengte van 40 000 schreden naar de plaats waar hun metgezellen zich ophielden. Ook was er elke nacht een grote en lichtende straal die tot de hemel reikte over de plaats waar hun lichamen kwamen aangedreven wat zelfs de heidenen die hen gedood hadden kwamen te bezien. In een nachtgezicht is ook een van de twee martelaren aan een man verschenen, een zekere Tilmon, die bekend maakte dat hij hun lichamen zou vinden op de plaats waar een licht uit de hemel naar beneden straalde. Toen Pepijn dit hoorde liet hij hun lichamen met grote statie begraven in een kerk van Keulen. Er wordt ook gezegd dat op de plaats waar ze omgebracht zijn een bron opgeweld is die nog die plaats rijkelijk van water voorziet.

Het vieren van deze heiligen leek wat te verslappen totdat de heilige Anno, bisschop van Keulen in 1074 het overvoeren van hun lichamen opnieuw heeft gedaan en de oude godvruchtigheid wederom vernieuwt. Later zijn hun hoofden naar Munster gebracht waar een feest van deze overvoering wordt gehouden.

Ze zouden in de nabijheid van Tremoni (Dortmund) gedood zijn en in de rivier de Imschar geworpen vanwaar ze in de Rijn kwamen. Tegen de stroom in dreven deze heiligen naar Keulen, terwijl een wonderbaar licht boven hen scheen. Hun relikwien worden daar nog bewaard in een kostbaar schrijn.

St. Ewoud was te Dordrecht de gildepatroon der kuipers. Patroons van Westfalen.

Ze worden meestal samen afgebeeld, beiden met tonsuur. Vaak met de 2 doodskisten, soms ook met bijl.

De Tilmon of Tilmannus, waar hier over gesproken wordt zou ook een van Willibrordus metgezellen zijn geweest. Hij was een man van adel die later monnik werd.

Uit www.vilters-vanhemel.be

3 oktober, H. Gerardus van Brogne (Gerhard van Bronium, Gerard de Jehay).

Geboren eind 9de eeuw, 959, als zoon van een oud Frankisch geslacht. Ridder en lekenabt aan het hof van graaf Berengaar van Lomme. Later werd hij abt te Bergen en in Brogenes bij Namen en herstelde de kloostertucht in tal van kloosters te Vlaanderen, Lotharingen en Champagne. Hij was n van de heiligen die zich van een werelds en krijgshaftig leven afwendden om zich aan God te geven (zie ook: de heilige Franciscus Borgia en de heilige Gerlachus van Houthem.) Hij gebruikte zijn bezittingen om een klooster te stichten en was achtereenvolgens abt in verschillende abdijen waaronder beide abdijen in Gent (Sint-Baafs en Sint-Pieter), de Sint-Bertinus abdij in Sint-Omaars, de abdijen van Mouzon en Elnone (tegenwoordig Saint-Amand-les-Eaux.) Op deze manier liet hij zijn sporen na in het kloosterleven in de Lage Landen en Noord-Frankrijk, omdat hij overal waar hij kwam de regel van de heilige Benedictus invoerde. Hij stierf uiteindelijk als kluizenaar. Gerardus werd heilig verklaard in 1131.

Hij wordt als ridder afgebeeld in wapenuitrusting met kerk abt staf, kerkmodel en gesel, zelfkastijding. Soms zit hij onder een boom en valt er een vis uit de lucht of het wordt door een vogel gebracht omdat er tijdens een reis alleen vlees te eten was wat hij niet wilde eten en viel die vis op wonderbare wijze uit de lucht. Ook zie je hem voor Christus aan het kruis die zijn armen los maakt en die op het hoofd van de heilige legt. Wordt aangeroepen tegen, koorts, geelzucht en nierstenen.

Uit www.abbeyrose.com.au

3 oktober, Sint Theresia van Lisieux, (Thrse of Theresia van het Kind Jezus)

H. Theresia: verschillende etymologieën, mogelijk van Grieks theros: ‘warmte, zomer of oogst,’ therizein: ԯogstenլ ook met Grieks theraein: ‘jagen,’ dus de jageres. Verder als bewoonster van het eiland Thira (Santorin) of bewoonster van Therasia.

Thrése Martin was een Franse karmelietes die na haar heiligverklaring in 1925 immens populair werd als de heilige Theresia van het Kind Jezus, kortweg Theresia van Lisieux of de kleine bloem genaamd. Door haar werd de naam Theresia bekend over de hele wereld doordat ze patrones van de karmelietenmissie werd en tal van kerken in heidense landen aan haar gewijd werden Veel katholieke meisjes die tussen de jaren 1920-Դ0 werden geboren, werden naar deze heilige Theresia, Trees(je) of Thrése genoemd.

Thrése Martin werd in 1883 in het Franse Alenon geboren als jongste van negen kinderen van wie er echter al vier vroegtijdig gestorven waren. Haar moeder had als liefste wens zelf heilig te worden, haar vader hunkerde eigenlijk naar een leven als monnik. Bij hun huwelijk besluiten beide celibatair te leven tot een priester hen verteld dat dit niet is wat God van het sacrament van het huwelijk verwacht. Thrése verliest haar moeder op 4-jarige leeftijd. Na verhuizing naar Lisieux wordt ze opgevoed terwijl haar 16-jarige zus Pauline de rol van haar moeder vervult tot zij besluit non te worden. Een paar maanden later wordt Thrése doodziek totdat het Mariabeeldje boven haar bed haar toelacht en de kleine Thrése plotsklaps beter wordt. Het verhaal van dit bijzondere teken dat de Heilige Maagd haar gaf verspreidde zich als lopend vuur door de omgeving. Thrése weigert verdere mededelingen te doen omtrent nadere bijzonderheden waardoor ze al snel voor leugenaarster wordt uitgemaakt. Ook haar zusters Marie en Leonie verdwijnen in het klooster. Thrése trekt zich op 11-jarige leeftijd terug op de ruimte tussen haar bed en de muur om geknield het kloostergebed te verrichten. Helemaal niets was haar teveel om non te worden. En ze had een ijzeren willetje. Als de Moeder Overste van een Karmelietessenklooster haar weigert toe te laten als non zoekt Thrése het hogerop bij de bisschop. Als ze ook hier nee te horen krijgt, zoekt ze het bij de allerhoogste. Samen met pa en zus Celine gaat de kleine bloem ter bedevaart naar Rome. Tijdens een publieke audiëntie bij paus Leo XIII is Thrése niet te houden. Hoewel het absoluut tegen het protocol is tegen de Heilige Vader te spreken klampt Thrése hem aan zodra Zijne Heiligheid in haar buurt komt. Ze smeekt hem toegelaten te worden als non van het Karmelietessenklooster. Er moeten twee Zwitserse gardisten aan te pas komen om Thrése af te voeren. De Vicaris Generaal is echter diep onder de indruk van het voorval en op 9 april 1883 wordt zij de bruid van Jezus in het klooster waar haar zusters Pauline en Marie al zaten. Met vader is het niet goed. Hij wordt ziek en krijgt last van hallucinaties. Soms grijpt hij naar zijn geweer om een reeds lang afgelopen oorlog verder te voeren. Pa wordt afgevoerd naar een krankzinnigengesticht. Strikte kloosterregels verbieden de nonnen hun vader te bezoeken. Haar zusje Pauline wordt tot Moeder Overste gekozen. Om geruchten als zou de familie Martin het klooster runnen de kop in te drukken wordt Thrése te verstaan gegeven dat ze eeuwig novice zal moeten blijven. Nooit zal ze een echte geprofesseerde non worden. Thrése schrijft dat ze het liefste priester was geweest. Hoe zou zij de nonnen dan de verering voor de Heilige Maagd hebben bijgebracht.

Thrése sterft op 30 september 1897 aan tuberculose. Ze werd maar 24-jaar, trok er nooit op uit om het katholieke geloof te verkondigen, stichtte geen katholieke kloosterorde, nog verrichtte ze grootse werken. Na haar dood verklaarde een non dat er niets bijzonders te vertellen was over Thrése. Maar de tot moeder-overste opgeklommen zus Pauline besluit de geschriften van Thrése uit te brengen, nadat deze heftig heeft gemediteerd. Zon 2000 exemplaren worden vanuit Liseux naar andere kloosters gezonden waar het tragische korte leven en de zielenroerselen van het simpele Franse nonnetje diepe indruk maken. Binnen 2 jaar is de kleine Thrése zo populair dat de familie Martin, bedolven onder massale belangstelling, een veilig heenkomen in andere kloosters moet zoeken. In 1925 werd Thrése heilig verklaard.

De volkse devotie voor deze kleine non was zo groot dat het Vaticaan niet kon achter blijven. Paus Johannes Paulus II riep haar op haar honderdste sterfdag uit tot kerkleraar. Ter gelegenheid waarvan een deel van haar stoffelijk overschot op tournee ging. Eerst in Frankrijk en België, vervolgens door Brazilië, waar de komst van de relieken van Thrése van Lisieux voor volle voetbalstadions en uitzinnige massa’s zorgde. Onder auspiciën van de Nijmeegse pastoor Marc Timmermans kwam de kist met delen van de heilige op 22 januari 1999 naar Nederland. SBS6 maakte een verslag, terwijl de RKK/KRO een reportage maakte van haar verblijf in de Utrechtse Gerardus Majellakerk die op 17 februari op Nederland 1 werd uitgezonden. Als eerste werden de relieken uitgestald in de Jacobuskerk te Den Haag. De tournee deed daarna de Sint Jozefkerk te Tilburg, De Pauluskerk in Enschede, Emmanuel in Helvoirt, de Pancratiuskerk te Heerlen, de Petrus en Michaelkerk te Sittard, de kathedrale Munsterkerk te Roermond, De Sint Jan te Den Bosch, de Sint Joannesparochie van Oisterwijk, de Sint Joris te Eindhoven, de ‘papagaai,’(Petrus en Paulus), Krijtberg en Theresa klooster in Amsterdam, de Gerardus Majellakerk te Utrecht en de Heilige Lodewijk parochie te Leiden. De laatste dagen van haar Nederlandse tournee op 19-21 februari 1999 bracht Sint Thrse van Lisieux door in de kerk van Maria Geboorte te Nijmegen. Daarvan maakte MokumTV een documentaire die op 22 en 24 februari 1999 werd uitgezonden via Salto Amsterdam.

Ze wordt afgebeeld in de bruine habijt van de Karmelietessen, meestal met rozen en een kruisbeeld tegen de borst gedrukt, dat naar haar laatste woorden; ‘ik zal rozen uit de hemel laten regenen.’ Ook een boek, verwijzing naar het werk waarin zij haar petite voie; kleine weg, naar volmaaktheid beschreef. Patrones van bloemisten en missionarissen.

Helenium pubescens, de zachtharige alant is de bloem van zijn dag, verder het Indisch riet, Canna.

Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/