Stauroliet
Over Stauroliet
Elfen kruis, vormen, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, krachten, bijzonderheden,
Uit; http://www.ganesha.be/min/staur.gif
Naam, etymologie.
Stauroliet, Grieks stauros; kruis, lithos; steen. Elfenkruis.
Stauroliet is ook een merkwaardig kristal. Deze vormen vaak doorgroeiende tweelingen en hieraan ontleent het mineraal zijn naam, vanuit Grieks stauros voor kruis en steen. Vanwege de kruisvorm werden deze tweelingkristallen op vele plaatsen om de hals gedragen als amulet. De doorschijnende of ondoorzichtige, glasglanzende kristallen zijn roodachtig bruin tot zwartbruin toe, een ijzer-magnesium-aluminium-nesosilicaat. (Fe2+,Mg)2Al9(Si,Al)4O20(O,OH)4. Ze hebben een hardheid van 7 tot 7.5, S. G 3.7.
Stauroliet komt voor in metamorfe gesteenten en in alluviale afzettingen en is vrij zeldzaam. Het komt voor in glimmerlei, in de St. Gotthardt, Duitsland, Zwitserland, Oeral, Italiƫ en Amerika.
Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/