Acanthoprasium

Over Acanthoprasium

Horehound, vorm, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, stekken, teelt. file:///Users/niekkoomen/Sites/Volkoomen/A/Acanthoprasium.html

Etymologie, naam.

Grieks akanthos; doornig, prasium, van prasia, tuinbed.

Bloeiende planten die voorkomen in de gematigde gebieden van Europa, N. Afrika en westelijk Azië met de hoogste concentratie in het M. Zeegebied.

Nauw verwant met Marrubium en Ballota waarin sommige soorten vroeger geplaatst waren.

Lamiaceae, lipbloemige, Stachys klasse, subklasse 3, Marrubiea.

Uit luirig.altervista.org

Acanthoprasium frutescens, Spenn. (struikachtig) (Ballota frutescens Woods) De gesteelde bladeren zijn donkergroen en ovaal/rond, zacht behaard, 1-2.5cm lang en 1-2cm breed met stekelige, witte steunblaadjes.

Een heestertje met opstaande en sterk vertakte stengels die tezamen een dicht struikje vormen Talrijke okselstandige trosjes van witte bloempjes waarvan de bovenlip sterk verhaard is komen in juli/augustus.

Uit Italië en Frankrijk, wordt 10-30cm hoog.

‘Velutina; verschilt door de grijsachtig viltige bladeren. Shrubby horehound.

Uit; http://www.flora-of-cyprus.eu/cdm_dataportal/taxon/0ee9057e-0c68-45d2-9637-6400c721de70

Acanthoprasium integrifolium (Benth) Ryding. (gave bladeren) Een kleine struik van nauwelijks een meter. Vierkante stelen en behaard. Tegenstaande bladeren van 1-3cm en breed iets korter, eivormig. Bruinachtige bloemen in april-juni die aan de rand gebogen dorens hebben. Groeit op Cyprus.

Planten.

Een doornig struikje dat geschikt is voor de rotstuin. Groeit gemakkelijk op zandgrond op een droge en vooral beschutte plaats, ‘s winters wat bedekken.

Vermeerderen door zaaien en stekken.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl