Furcraea
Over Furcraea
Mauritius hennep, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariƫteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik,
Uit www.mariette.edu
Naam, etymologie.
Furcraea, (Fourcroya) is genoemd naar Antoine Francois de Fourcroy, een chemicus, 1755-1809. Vroeger behoorde het geslacht tot de agavefamilie.
Duitse Scheinagave en Engelse giant Mexican lily.
Amaryllidaceae, Amaryllis familie, Agave klasse.
Een geslacht van 22 succulente woestijnplanten van tropisch Amerika. Sommigen verschijnen met doornige bladeren als de Agave en anderen met fijne randen als Beschorneria. Ze dragen meestal grote bloemstengels met groen-witte bloemen als de Yucca.
Het zijn zeer fraaie gewassen, vooral door de grote bladerkroon die enigszins lijkt op die van de agave maar de bladeren zijn veelal dunner, smaller en van minder stekels voorzien. Ook wordt de stam hoger die bij Furcraea cubuya, Tell. (reusachtig) een zuil van 12m hoogte vormt. In het vaderland, Mexico, blijft de stam grotendeels bekleed met de afgestorven bladeren waarboven de kroon van levende bladeren zich verheft.
Deze bladeren zijn 2m lang en in het midden tot 20cm breed, aan de voet smaller en aan de top puntig uitlopend.
De bloemstengel kan tot 6m hoog worden en is voor het grootste gedeelte voorzien van afhangende zijtakjes waaraan de duizenden bleekgroene bloemen zich ontwikkelen.
Voor zoverre als deze geen zaad vormen, als bij Furcraea bedinghausii, Koch, (gewonnen in 1837 door H. Bedinghaus, de tuinman van de hertog van Aremberg in Enghien, in de buurt van Gent) ontstaan er in hun plaats (of er naast) jonge plantjes die bij het afvallen reeds van een paar blaadjes en van wortels zijn voorzien. De moederplant sterft na de bloei.
Deze plant wordt in vele tropische streken gekweekt, vooral op Mauritius waar het zelfs verwildert voorkomt.
Gebruik.
De vezel uit zijn bladeren ontleent daaraan de handelsnaam Mauritiushennep, dat gebruikt wordt voor touw en spindeldoeleinden.
Men gebruikt het blad en wortelvezels als touw, de stengel tot brandstof, de stekels als spijkers en van het sap maakt men een bedwelmende drank.
=Furcraea cabuya Tell. (Cubuya, plaats in Costa Rica) (Furcraea gigantea) (gigantisch) komt uit de Andes gebieden van Colombia.
Wordt vaak verwisseld met een agaveplant, agavebladeren zijn geelachtig en stijf met een sterke punt aan de top, van deze zijn ze groenachtig en zonder naald.
Wordt geteeld als vezelplant.
Fique, cabuya, pita, penca, maguey, cabui, chuchao of coquiza. In Columbia bekend als fque, ook als product van de plant, cabuya, kboya, mul en carut in Venezuela, jeniqun en nenequn en pita maguey in Cuba, Duits verder Mauritius hemp.
Voor de verovering van Columbia maakten ze er in verschillend elanden vezels van, touwen, hangnetten en vele andere toepassingen. In de 17de eeuw kwamen de Hollandse kolonisten en brachten de plant naar Mauritius die leerden hoe ze het moesten bewerken en ze noemden het caraguat-ac, croat-acu of gravata-ac. Ook verder werd het verspreidt. In de 18de eeuw startte de priester Feliciano Villalobos in Dagua, Valle del Cauca, Colombia, een fabriek om er touwen en andere materialen van te maken en het werd een belangrijk exportartikel.
Uit Redoute.
Furcraea foetida Haw. (stinkend) komt uit de Cariben en Z. Amerika.
Het is een altijdgroene zonstruik, zonder stengel of met een stengel van 1m.
Bladeren zijn zwaardvormig, 1-1.8m lang en 10-15cm breed op hun breedste punt, versmallen tot 6-7cm bij de bladbasis met een scherpe punt aan de top, gave randen of met een paar gehoekte dorens.
Bloemen zijn groenachtig tot crme wit, 4cm lang met een sterke geur en staan aan een lange tros van 7.5m.
Wordt gekweekt in subtropische en tropische gebieden vanwege zijn bladeren die een vezel geven die gelijk is aan sisal.
Giant cabuya, green-aloƫ of Mauritius-hemp.
Een zeer mooie bontbladige vorm is de in 1867 ingevoerde Furcraea cubensis var. lindenii (Andr) Hort (uit Cuba) (J.J. Linden, Belgische directeur van de Illustration Horticulture, 1817-1898)) (Furcraea lindeni Andre.) Deze heeft bladeren van 1,5m lengte en 20cm breedte. In het midden is die fraai geel en wit gestreept en van stekels voorzien.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl