Chenopodiaceae

Over Chenopodiaceae

Ganzenvoetfamilie, kenmerken, herkennen, nauw verwante familie, fossielen,

Dit zijn kruiden die een- of meerjarig zijn, halfheesters of struiken, zelden zijn het bomen. De stengels zijn gewoonlijk zacht. De eenjarige zijn vaak over de hele wereld verspreid.

73 geslachten en meer dan 10000 soorten komen in deze familie voor. Meestal groeien ze in de gematigde streken van het N. halfrond, op zandheuvels en in saline of alkannine gronden en in zoute plaatsen waar ze merkwaardige boomachtige vormen krijgen als de saxaul van de Gobiwoestijn, Haloxylon ammodendron, die eruitziet als een knotwilg.

Ze hebben kleine en onooglijke gekleurde bloemen die evenwel dikwijls tot dicht ineengedrongen kluwens of trossen verenigd zijn. Deze bloemen zijn twee- of eenslachtig en hebben een 2-5spletig en meestal groen bloemdek en evenveel meeldraden. Uit het eenhokkige vruchtbeginsel ontwikkelt zich een eenzadig en niet openspringend vruchtje (dopvrucht) dat door het blijvend bloemdek omhuld is.

Vele soorten behoren tot de belangrijkste cultuurgewassen. Velen zijn een gezond volksvoedsel. De meeste bezitten een rode kleurstof, betacyne, wat in oudere planten vaak gezien wordt, bekend hierom is rode biet.

De familie is nauw verwant met Amaranthaceae, Phytolacaceae, Caryophyllaceae en Portulacaceae.

Enige soorten van Salsola kwamen in het Tertiair voor.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl