Soulamea
Over Soulamea
Pyrrhosa tingens, vorm, bomen, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik,
Soulamea terminalioides Baker (eindelingse-achtig) is een plant uit de Simaroubaceae familie. Groeit in de Seychellen. (Soulamea amara Lam.) (bitter) (Myristica horsfieldii)
Cajusoulamu of rex amaroris van Rumphius, Soulamea van Lamarck. (Pyrrhosa horsfieldii Wight.) (Amerikaanse arts en naturalist Thomas Horsfield, 1773-1859) (Pyrrhosa tingens)
Uit Bibliotheque universitaire Lyon.
(Dodonaeus)
Vorm.
Macer is een grote en zeer getakte boom die veel groter is dan de olmboom, met bladeren van zes of zeven duimbreed lang en twee breed, aan de buitenkant bleker groen en van binnen donkerder groen. In plaats van vruchten heeft het zaad zo groot als een kleine penning die dun is en gemaakt als een hart, van kleur geel en van smaak als amandels of perzikkernen en met een dun wit velletje bedekt en besloten in een blaasje van twee bijster dunne tezamen gevoegde doorschijnende vliesjes. Dit blaasje groeit in het midden van een blad dat veel op de andere bladeren lijkt, maar voor botter en omtrent de steel smaller en van kleur tussen de rode en roze, oneffen en met vele vezels van de steel af die recht over dat blad lopende versiert en gerimpeld en zo op het blaasje dat op de olmbladeren groeit veel lijken, doch wat breder en platter. Deze boom heeft een melkachtig sap zoals de moerbeiboom en heeft wortels als Ilex, groot, dik en diep en ver terzijde verspreidt en bedekt met een dikke ruwe oneffen harde schors die van buiten asgrauw en van binnen wit en vol wit melkachtig sap is terwijl dat het noch vers is, maar geel als het droog is en zeer tezamen trekkend van smaak, dan al is het dat dit sap wat bijtachtig schijnt te wezen met enige tezamen trekking nochtans vergaat die bijtachtigheid zeer gauw.
Deze boom groeit in het rijk Cochin, in het eiland Santa Croce, maar meest in Malabar en bemint zandige vochtige plaatsen, maar doet meest alle kruiden die er omtrent staan sterven en vergaan.
Naam, etymologie.
Dit is de Macer van Galenus en Dioscorides die Plinius Macir noemt en zegt dat het een Indische rode schors van een grote wortel is die net zoals de boom genoemd wordt. Het is ook de Macis van Avicenna die hij merkelijk van onze Macis of foelie onderscheidt en talissar noemt. De Portugezen noemen de boom zelf Arbore de las camaras en Arbore sancto, in het Latijn Arbor dysenteriae en Arbor sancta, in de landen daar het groeit heet het Arbore de Sancto Thome, macruyere, macre en cura santea macro nistusa garul, dat is macre van de engelen aan de mensen getoond om hun gezond te maken. De macerboom van de ouden. De middennerf van de vier lange en smalle bladeren wordt voorgesteld als een slang. Dit is waarschijnlijk van Maccabeus 3de boek, als symbolisch voorbeeld van een plant waar men zich aan kan kastijden of kwellen door de scherpe punten en het gevaar in de vorm van een slang die op de loer ligt. Zie Aloë.
Gebruik.
Want voorwaar de schors van dezen boom of eigenlijk van zijn wortel die noch vers is gestoten en met zure melk ingegeven stopt de rode loop en allerlei vloed of buikloop. Sommige nemen een half ons poeder van deze gedroogde wortel en weken dat een hele nacht in vier ons wei en drinken dat tweemaal per dag, te weten ’s morgens en ’s avonds en daarna eten ze wat rijst zonder zout of boter gekookt en gekookte jonge kuikens, gestoten en in het afkooksel van rijst gedaan en soms doen ze er wat opium bij om deze wortel wat meer kracht te geven. Ze is goed om het braken te stelpen en om de maag te versterken, met water van munt en poeder van mastiek. Al hetzelfde zegt Galenus van zijn Macer ook, te weten dat ze meest koud en aardachtig van vorm is en met haar tezamen trekking de rode loop en het bloedig spuwen geneest. Dioscorides zegt ook dat de geelachtige dikke schors die Macer heet zeer tezamen trekkend en wringend van smaak is en daarom nuttig gedronken wordt tegen het bloedspouwen, rode loop en alle vloeden van de buik. Dezelfde Plinius zegt ook dat Macer in honig gekookt de rode loop geneest. De vrucht van deze boom doodt allerlei wormen in de darmen, breekt de steen in de nieren zodat de Indianen verzekeren dat diegene die elke morgen nuchter deze vrucht gebruiken vrij zullen zijn van niergruis en ook van de koliek of krimping in de darmen en daarboven nimmermeer dronken zullen kunnen worden.
Hieruit blijkt dan genoeg hoeveel deze Macer van de voor beschreven Macis of foelie verschilt en tezamen ook dat de ouders deze Macer goed gekend hebben en de Macis of foelie niet’.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl