Dracontium

Over Dracontium

Big stink, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariƫteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik

Uit Curtis botanical magazine.

Naam, etymologie.

Dracontium, is ontleend aan een Grieks woord voor draak, drakon. Zie Dracunculus.

Dit geslacht komt met 10 soorten voor in Tropisch Amerika.

Het geslacht wordt meer geteeld voor curiositeit dan voor schoonheid.

De meeste soorten hebben een knol waaruit zich slechts 1 en vaak zeer groot blad ontwikkelt dat 2-3 maal gedeeld is. Wanneer die verwelkt verschijnt de bloeiwijze, bij sommige soorten met een steel van een meter lang, waarvan de bloeikolf omhuld wordt door een roodbruine tot violette schede. De bloemen hebben een zeer sterke aaslucht.

Enkele soorten dienen als een middel tegen slangenbeten, waarschijnlijk omdat de steel van blad en bloeikolf veel op een slang lijkt.

Nauw verwant is Dracunculus.

Araceae, Aronskelkfamilie.

Dracontium asperum, Koch. (ruw) (Amorphophallus nivosus, Lem (sneeuwachtig)

De bladen zijn tot een meter breed en 3delig, de delen geveerd en de uiteindelijke segmenten ovaal tot lancetvormig.

Komt met ruige stengels omhoog tot bijna 3m en een paar cm dik en gemarkeerd met grote levendige groene en bruine vlekken.

Bloemschede is een 20-25cm lang.

Uit Braziliƫ.

Uit; https://sv.wikipedia.org/wiki/...

Dracontium gigas Engl. (gigantisch groot)

Een ronde bruin witte bol van 20cm diameter en 12cm dik die boven plat is.

Een of soms 2 bladeren per bol.

Bloemstengels tot 3.4m en 9.4cm diameter.

Uitgegroeide bladeren spreiden horizontaal 1.5-2.5m diameter, glanzend groen, wat doffer aan de onderkant, drie of viermaal vertakt, de eindbladeren heeft vele segmenten. The big stink. Uit Nicaragua, Costa Rica.

Dracontium prancei G.H. Zhu & Croat.

Uit de Amazones, noordwest Braziliƫ.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl