Cypella

Over Cypella

vorm, kruiden, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt.

Naam, etymologie.

Cypella, Grieks kupellon: bokaal of kop, naar de bloemvorm. Duits Becherschwertel.

Half winterharde bollen uit Z. Amerika die op Iris lijken.

15 soorten van schalige bollen en zwaardachtige bladeren.

Mogelijk een half dozijn soorten.

Grondstandige bladeren of in rozetten, 1-3 bloemen zijn geel, oranje of blauw.

Tuinplanten of potplanten. De bloemen bloeien niet lang maar ze volgen elkaar snel op.

Iridaceae, irisfamilie.

Cypella coelestis, Diels. (hemelsblauw) Blauw/groene, gevouwen bladeren.

Een 70cm hoge bloemstengels met 1 bloem.

Schaalvormige bloem is lichtblauw met oranje vlekken in juli/augustus.

Komt uit Mexico.

Uit www.lowryjames.com

Uit L. van Houtte.

=Cypella herbertii, Herb. (George Herbert, Engelse geestelijke en plantenliefhebber, 1799-1825)

Donker groene bladeren van 30cm lang zijn lijnvormig.

Een tot 50cm hoge, dunne en buigzame stengel.

Licht oranje kleurige bloemen van 7cm in doorsnede met en donker purper gestreepte nagel in juli/augustus.

Uit Braziliƫ, is beschreven in 1823.

Planten.

Planten in een pot met 5cm grond erop. Met groei voldoende water geven, na de bloei minder en laten afsterven. Knollen droog in de pot houden en vorstvrij overwinteren.

Vermeerderen door zaaien en delen van de knollen.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl