Tradescantia
Over Tradescantia
Eendagsbloem, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, teelt, planten,
Er zijn een 71 kruidachtige soorten in noord en zuid Amerika, van Manitoba tot Argentinië.
Ze worden voor de sier gekweekt, zowel kamer als buitenplanten, 30-60cm.
Het eerst werden de tuint Tradescantia’ s ontdekt.
Ze variëren enorm in vorm, van opgaande tot bossige, van klimmende en wortelende aan alle knopen.
De bladeren zijn dun en lancetvormig.
Bloemen zijn wit, purper of roze, meestal echter helder blauw.
Een aantal soorten bloeit in de ochtend en als de zon schijnt in de middag en sluiten die later, sommige blijven op bewolkte dagen de hele dag open tot de avond.
Uit W. Curtis botanical magazine.
=Tradescantia blossfeldiana, Mildbr. (Robert Blossfeld, kweker in Potsdam die deze plant heeft ingevoerd)) Stevige, donkergroene, vlezige bladeren met purperachtig behaarde achterkant, 10cm lang.
Sterke en bossige plant met gedeeltelijk hangende en gedeeltelijk opgerichte stengels.
Trossen van kleine lila bloempjes in de zomer.
Uit Argentinië kwam in 1937 in Duitsland aan, in gevoerd door Robert Blossfeld, kweker te Potsdam.
‘Variegata’ met roomkleurige bladeren.
Tradescantia fluminensis, Vell. (afkomstig uit Rio de Janeiro, Latijn flumen januari: rivier van januari, bij de ontdekking hield men de baai daar voor de mond van de rivier Rio) (Tradescantia albiflora, Kunth.) (witte bloemen) Puntige, eironde, ongeveer 5cm lange groene blaadjes die een paarse achterkant hebben.
Heeft groene en dikwijls op de knopen wortel dragende hangende, groene stengels.
Kleine witte bloempjes.
Uit Brazilië is beschreven in 1905. Kan veel schaduw hebben, de cultivars moeten meer in het licht staan.
‘Variegata’ is de bonte vorm.
‘Quicksilver’ is een sterk groeiende, en grotere vorm met groen-witte bladeren van 7cm lang die niet paars is aan de achterkant.
Omstreeks 1906 had een toevallige invoer plaats van een mild bloeiende Tradescantia fluminensis ‘Myrtifolia’, Hort.
‘Albo-vittata’, (wit bloeiend) met zilver wit gestreepte bladeren werd in 1885 in België gevonden.
‘Aureo-vittata’ is de geel gerande vorm.
‘Laekenensis’ met licht groene bladeren met witte strepen, het hele blad is wat roze kleurig, vooral op zonnige plaatsen.
‘Tricolor’ met wit en licht groen gestreepte bladeren.
Kort daarna werd Tradescantia bengalensis, Hort. (uit Bengalen) bekend die vrij mild bloeit met helder blauwe bloempjes. Vaderplant.
Tradescantia ohiensis Raf. (uit Ohio) is een kruidachtige planten van 15-115cm.
De grasachtige bladeren staan spiraalvormig rond de stengel gerangschikt, staan duidelijk afstaand van de stengel en zijn breder dan bij Tradescantia virginana waar het veel op lijkt, 4,5cm in plaats van 2,5 cm.
Ook vrijwel gelijke bloemen in februari tot september.
Ohio spiderwort en Bluejacket.
Uit commons.wikimedia.org
Tradescantia pallida Hunt (bleek gekleurd) (Setcreasea pallida) is een altijdgroene meerjarige uit de Golf kust van Mexico.
Verlengde puntige bladeren die blauwachtig groen en gekleurd met rood of purper.
Kleine steriele drielobbige bloemen die wit, purper of roze zijn.
Gebruikt als grondbedekker, hangpotten en kamerplant.
Uit Redoute.
Tradescantia spathacea SW. (bloemschedeachtige vorm van de kelk) (Tradescantia discolor (tweekleurig) (Rhoeo discolor, Hance) is een plant met tot 20cm hoge stengels, maar de bladeren kunnen wel 20-60cm boven de grond uitsteken.
Bladeren staan in rozetten, zijn lijn-lancetvormig, 15-45cm lang en 2,5–8cm breed, iets vlezig-verdikt en meestal stijf-schuin opgericht, aan de bovenkant donkergroen en aan de onderkant roodviolet.
Witte bloemen staan dicht op elkaar in de bladoksels en worden omgeven door een bootvormig, 2,5-4 cm groot schutblad.
Komt uit Mexico en is in 1783 beschreven.
Er zijn ook bonte vormen.
Mozes in het rieten mandje.
‘Vittata’ heeft lichtgele lengtestrepen op het blad, groeit langzamer.
Naam, etymologie.
Rhoeo, mogelijk is dit een inlandse naam. Verschillende afleidingen zijn mogelijk. Het meest in aanmerking lijkt dat het van een Grieks woord komt dat paardenwed betekent. De beide bovenste en dicht bijeen geplaatste schutbladen, die vaak water bevatten, doen aan een kleine paardenwed denken of van Rhoio, een Griekse vrouwennaam bij Parthenios.
Mozes in het biezen mandje wordt dit sierplantje genoemd naar de bootvormige en schelpvormige schutbladen waarin witte bloempjes zitten. Frans Sonde; Soenda-eilanden, en curage; schoon maken.
Uit Curtis botanical magazine.
Tradescantia subaspera, Ker-Gawl. (iets ruw) Elliptisch/lancetvormige bladeren zijn 10-25cm lang en 1-5cm breed, toegespitst en donker groen, gewimperd, bladscheden zijn smaller dan de bladschijf.
Opstaande stengels zijn bovenaan bochtig.
Bloemtrosjes eindstandig en in de bovenste bladoksels, de bovenste trosjes zittend, bladachtige schutbladen zijn langer dan de bloemtrosjes, behaarde bloemsteeltjes, licht tot donker blauwe bloemen met bloemblaadjes van 1-1.5cm lang, elliptische kelkblaadjes zijn spits en klierachtig behaard in juni/augustus.
Uit Virginia tot Kentucky, Illinois en Missouri wordt 40-80cm hoog.
Uit Redoute.
Tradescantia virginiana, L. (uit Virginia) Lijn/lancetvormige bladeren zijn 20-40cm lang en 0.5-2.5cm breed, lang toegespitst en dof groen, de voet schedevormig de stengel omvattend, bladscheden zijn breder dan de bladschijf.
Opstijgende stengels zijn niet bochtig.
Meestal eindstandige bloemtrosjes met bladachtige schutbladen die veel langer zijn dan de trosjes, behaarde bloemsteeltjes, bloemen variëren in alle tinten van blauw, bloemblaadjes zijn 1.5-2cm lang met breed elliptische kelkblaadjes die spits en donker groen zijn in juni/augustus
Uit New York tot Carolina, Indiana en Missouri wordt 20-40cm hoog.
Var. alba Hook ex Raf. heeft witte bloemen.
Er zijn vormen met dubbele bloemen in verschillende blauwe tinten, rood tot wit.
Verzonken in een gootje ontplooien de gebundelde bloemen zich in velerlei tinten, van witte tot roze, overlopend in blauw tot purper, zelfs in dubbele vormen. In het platte paars blinken de 6 goud beklede meeldraden uit.
Kunnen ook vrij goed tegen droogte, maar moeten wel in de zon staan.
Vermeerderen door scheuren en zaaien. De tuinvormen komen niet zuiver uit zaad terug.
Naam, etymologie.
(Dodonaeus) (a) ‘Phalangium Virginianum wordt ook onder de Phalangia gesteld vanwege de gelijkenis van wortelen en bladeren die het daarmee heeft’.
Engelse spiderwort of wandering jew. Dit naar de zigzag uitstekende delen van de plant, als spinnenpoten, Virginian spider wort.
Dodonaeus (b) ‘Het wordt van vele Phalangium Tradescantij genoemd naar diegene die het eerst bekend gemaakt heeft’.
Tradescantia is zo genoemd naar John Tradescant the elder, tuinman van Karel 1. Hij stierf in 1638. Zijn zoon, John, 16-8-1662, was botanicus en tuinman van Karel II. Ze stichtten te Lambeth een rijke botanische tuin waarin ze verscheidene nieuwe planten invoerden, waaronder de naar hen genoemde. De laatste was ook ontdekkingsreiziger.
(c) Het kruid wordt in America flower of a day genoemd omdat de bloemen maar een dag bloeien. Ze openen in de morgen en verdwijnen in de avond, widow tear’ s. De volgende morgen ontstaan er weer nieuwe eendagsbloemen, dayflowers. Frans éphémère de Vrginie. Ephemerum, Grieks ephemeros: slechts 1 dag durend. Ze sluiten ook als er regen op komst is Virginische dagbloem of eendagsbloem.
(d) Mozes in ‘t biezen mandje, naar het omwindsel dat bij deze plant een soort mandje vormt.
(e) Duitse Blumenschilt of Virginia Dreimasterblume.
Eendagsbloem, vaderplant.
Tradescantia x andersonia W. Ludw. & Rohweder.
Ontwikkeling.
De ‘Andersoniana’ hybriden zijn ontstaan uit de vereniging van drie noord Amerikaanse soorten, virginiana, ohiensis en subaspera. Dezen zijn winterhard. Pol vormende planten van 30-80cm hoog met stevige stengels en grasachtige wat hangende bladeren. Bloei in juni-september op het eind van de stengel in groepjes. Deze hybriden zijn mooie tuinplanten die vooral geschikt zijn op vochtige plaatsen, bij oevers.
Vormen.
‘Innoncence’ is onschuldig wit, ‘Osprey’ is wit met violetblauwe meeldraden, ‘Rubra’, purperrood, ‘James C. Weguelin’ is groot in lavendelblauw, ‘Zwanenburg’s Blue’ is diepblauw.
Uit www.towenmounttropicals/com.au
Tradescantia zanonia. Groene bladeren met zilverwitte middenstreep zijn toegespitst en glanzend.
Opstaande stengels.
Blauwe bloempjes met witte keel staan in trossen en vallen niet op.
Het is een bladplant uit Brazilië van 70-90cm hoog. Is beschreven in 1868.
Uit revue de l’horticulture belge.
Tradescantia zebrina hort. ex Bosse (gestreept) (Zebrina pendula, Schnizl.) (hangend) Zittende bladeren zijn lijn/lancetvormig en 30-60cm lang, 0.5-4.5cm breed en lang toegespitst, soms aan de voet wat behaard, bladschede even breed of breder dan de bladschijf, aan de bovenkant twee zilverachtig lengtestrepen en zijn aan de onderkant paars.
Opgerichte stengels zijn blauw/groen.
Eindstandige bloemtrosjes en in de oksels van de bovenste bladeren, schutbladen zijn aan de voet van de bloemtrosjes bladachtig, blauw/groen en langer dan de trosjes, bloemen die variëren in alle tinten van licht tot donker blauw, soms zijn de bloembladeren in het midden bijna wit en aan de randen licht blauw gekleurd, bloembladeren 1-2cm lang, elliptische kelkbladeren zijn spits en blauw/groen, vaak wat purper gekleurd, soms aan de top behaard in juni/augustus.
Uit Michigan tot Minnesota, Kansas en Texas en Mexico en in 1846 beschreven. Wordt 30-cm hoog en meer breed.
Hiertoe behoren verschillende vormen die gewonnen zijn door M. Prichard & Sons, kwekers te Christchurch, Engeland.
= ‘Discolor’ heeft dunne bladeren met smallere, zilverkleurige strepen lang een bronskleurig centrum.
Dit is een klimmende en half succulent meerjarig kruid dat op de knopen wortelt, 15cm hoog en veel meer breed.
‘Quadricolor’ (vierkleurig) die ook wel ‘Mad. Lequesne’ genoemd wordt, heeft donkergroene bladeren die fraai rood, roze en wit gestreept zijn.
Interessant is ook ‘Purpusii’ met roodachtige bladeren en bijzonder forse groei.
Naam.
Zebrina komt van het Latijnse zebrinus dat gestreept betekent, een woord dat uit Portugees en mogelijk nog eerder uit Zuid Afrikaans is overgenomen. Dit naar de brede strepen op de bladeren (zebra) Engelse wandering Jew.
Planten.
Het zijn bekende kamerplanten en komen in vele soorten voor.
Er zijn soorten met goud- en zilverkleurige bladeren, ook met purperkleurige bladeren en ook met aan de onderzijde purperkleurige blaadjes. Soms lopen ze terug naar hun oorspronkelijke kleur. Die groeit harder dan de bonte vorm en moeten eruit gehaald worden omdat die anders binnen de kortste tijd de andere overheerst.
Ze kunnen ook bloeien, sommige met witte en andere met purperkleurige bloemen.
Het zijn gemakkelijke planten en zeer gemakkelijk te stekken wat vrijwel het gehele jaar mogelijk is. De kamerplanten zijn kruipende, hangende en steeds weer wortelende planten met gekleurde bladeren in geel of paars uitgevoerd. Ze groeien snel en moeten dan ook geregeld goed gesnoeid worden. Geef ze voldoende voedsel, op tijd water en toch wel voldoende licht. In het halfdonker worden ze minder fraai. Mooi zijn deze planten als hangplant. Dan zie je voor het raam de sierlijk afhangende stengels met bladeren die in het licht zo mooi kleuren. Ook buiten kleuren ze fraai, maar dan moeten ze wel voor de vorst weggehaald worden.
Het zijn gemakkelijke planten die snel te stekken en te vermeerderen zijn, ze zaaien zichzelf ook zo weer uit.
Stek in het voorjaar een vijftal kopstekken, dus de bovenste gedeelte van de stengels, in een bloempot van 12cm. Doe daar wat plastic overheen. Na enkele weken zijn ze aan de wortel en kan het plastic er af, geef ze daarna water en geregeld mest.
Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/