Escallonia

Over Escallonia

Gum box, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit C. Morren.

Naam, etymologie.

Escallonia is zo genoemd door de Spaanse botanist Jose Celastino Mutis naar zijn Senor Antonia Escallon y Florez, 1739-1819, een Spaans reiziger in Z. Amerika die op een van zijn reizen een struik ontdekte die voor het eerst in 1781 werd beschreven en een naam kreeg.

Saxifragaceae, steenbreekfamilie, Escalloniaceae. Een geslacht van meestal altijdgroene struiken of kleine bomen. Ze zijn wijd verspreid in Z. Amerika en Chili tot aan de straat van Magellaan, vooral in de bergen.

Het zijn harsrijke bomen en heesters met altijdgroene bladeren, sommigen onderscheiden zich als geneeskrachtige planten.

Bladen staan afwisselend en meestal gezaagd en frisgroen, lepelvormig. Bladen hebben vaak gomachtige punten, bladverliezend en meestal bladhoudend.

Bloemen zijn sterk riekend, wit, roze of rood en staan in eind- of okselstandige trossen. Kleine bloemen met tolvormige tot cilindrische kelkbuis, 5 kelk en kroonbladen, 5 onder de rand van de schijf geplaatste meeldraden, 1 stijl met 2, 4 of 5lobbige stempel, vruchtbeginsels is onderstandig, doosvrucht.

50-60 soorten komen voor. Het zijn soorten die nauw met elkaar verwant zijn en daardoor zijn er vele hybriden.

Escallonia ‘s zijn snelle en gemakkelijke groeiers en kunnen ook geleid worden.

Groeien overal.

Ze bezitten geen speciale kwaliteiten. Sommige soorten van Escallonia geven een sterke geur, die, vooral na regen op een rustige zomeravond, op varkensgeur lijkt en zodanig dat varkenshouderijen de schuld kregen van die reuk.

In Engels Chilian gum-box genoemd.

=Escallonia macrantha, Hook. & Arn. (grote bloemen) (Escallonia rubra macrantha) (Hook. & Arn.) Reiche.) Bladeren zijn 3-6.5cm lang, glanzend donkergroen en omgekeerd eivormig, dubbel getand.

Opgaande en groenblijvende, dicht vertakte struik met dicht behaarde twijgen.

Trossen van talrijke kleine donker kers/rode bloemen in juli/oktober.

Uit Chili wordt 100-200cm hoog. Is beschreven in 1848.

Uit J. Mutis.

Escallonia myrtilloides, L. (mirtachtig) is een heester die op koude plaatsen van de Andes van Granada en in de koude streken van Chili groeit.

Daar waar men de specerijachtige bladeren tot het kruiden van eten gebruikt en de gekneusde jonge spruiten tot heling van wonden. Zo ook van;

Uit zambolandia.com

Escallonia resinosa, Pers. (hars gevend) levert in zijn jonge loten een opwekkend middel.

Het harde hout is geschikt voor vele werktuigen.

Uit L. van Houtte.

=Escallonia rubra, Pers. (rood) Bladeren zijn 20-40mm lang en 8-20mm breed, stevig en altijd groen, omgekeerd eivormig met spitse top, fijn gezaagd, glanzend donkergroen en van onderen lichter en spaarzaam geklierd. Is nauw verwant aan E. macrantha.

Een opgaand groeiende struik met rood/bruine en geklierde twijgen.

Bloemen staan meestal met 2-7bijeen en zijn rood of roze/rood, bloemsteel en kelk met klierpunten, kroonbladen zijn teruggeslagen in juli/oktober.

Komt uit Chili en wordt 2m hoog. Is beschreven in 1827.

Uit en.wikipedia.org

Escallonia virgata, Pers. (roedevormig) De kleine omgekeerd eivormige, glanzende bladeren zijn zeer kort gesteeld en 8-15mm lang en 3-7mm breed, spits en boven het midden fijn gezaagd.

Een vrij hoge struik met dunne en sterk overhangende geel/bruine twijgen.

De bloei is zeer vroeg, al in mei met stervormige witte bloemen in okselstandige 5-9bloemige trossen, bloem is 1cm in diameter en staat aan 2-3mm lange bloemsteel, stomp driehoekige kelkslippen, kroonbladen zijn genageld en omgekeerd eivormig en staan uitgespreid, meeldraden en stijl zijn korter dan de kroonbladen.

Dit is een van de minst vorstgevoelige vormen, maar vrijwel de enigste bladverliezende sierstruik.

Komt uit Chili en wordt 2m hoog.

Vormen.

Uit www.harleynursery.co.uk

Escallonia x langleyensis, Veitch. = kruising tussen virgata x rubra die gewonnen is door James Veitch & sons, kwekers te Langley, Engeland, wordt 15-200cm hoog.

Mooie groenblijvende struiken met sierlijk overhangende twijgen die klierachtig zijn

Bladeren zijn omgekeerd eivormig en 12-25mm lang, glanzend groen en fijn getand, zittend, de achterkant wat klierachtig.

Talrijke mooie kers/rode bloempjes in juni/juli.

Jammer genoeg zijn ze niet allemaal winterhard. Ze zijn wel bestand tegen de wind en ook zeewind. Hiertoe behoren;

‘Donard Brilliance’ met donker karmijn/rode bloemen.

Een van de bekendste en meest gebruikte cv’s is ‘Donard Seedling,’. Beide zijn gewonnen in de kwekerij van Slieve Donard, kwekerijen Donard Nursery company te New Castle, 1916. Dit resulteerde in witte bloemen met een roze gloed aan rechtopstaande en sterk overhangende takken van een paar meter. Door zijn overhangende takken geeft het gewas een brede indruk. Een ruime twee meter hoog en bijna zo breed. De bloemen op het eind van de twijgen vullen de lucht met een zwakke en aangename geur. De bloei valt op het eind van juni, maar daarna zullen de planten nog herhaalde malen in rood en wit oplichten.

Escallonia kan ook als klimplant gebruikt worden. De kleur en de sierlijke hangende takken zijn mooi in combinatie met heide.

‘Edinensisռ,’ lijkt op het type en begint iets later te bloeien met wat lichtere bloempjes. Is gewonnen in de botanische tuin te Edinburgh, Schotland.

‘Red Elf,’ is Nederland gewonnen met donkerrode bloemen.

‘Red Dream’ is een kleine compacte struik met rozerode bloemen.

Escallonia ‘IveyiՍ’is een hybride die gevonden is in de Caerhays Castle te Cornwall en gevonden door de tuinman David Ivey. Bloeit rijk met witte bloemen in juni-augustus.

Glanzend groen leerachtig rond blad.

Wordt 1.5-2m hoog en vrijwel zo breed.

Wat vorstgevoelig, afdekken.

Vermeerderen.

Neem een topstek in juli met vier bladparen, ongeveer 10cm lang, verwijder het onderste bladpaar en de top. Planten in stekgrond, aangieten, plastic erover heen en elke week even controleren op vochtigheid, droogte en schimmels. Laat het plastic er dan een paar uur af zodat het blad wat opdroogt en bedek het dan weer. De luchtvochtigheid is hoog genoeg als het plastic bedekt is met waterdruppeltjes, je kan de plant dan niet zien. De waterdruppeltjes houden ook ultraviolette stralen van de zon tegen, op droge plekken komt de zon er door en verbrandt het gewas. Je kan ook een halvarinebakje nemen, een paar cm. stekgrond erin, (dat is gezeefde potgrond zonder mest) plastic eroverheen en vastbinden met een elastiekje Na enkele weken/maand is het stek geworteld, de plant begint dan te groeien, langzamerhand meer luchten en tenslotte het plastic eraf halen. Licht bemesten. De meeste stek moet in de winter vorstvrij worden gehouden. In buiten brengen na de ijsheiligen, half mei.

Afleggen kan ook heel goed. Zet ze wel op een zonnige, warme plaats.

Uit zaad komen ze niet soortecht terug.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl