Eurybia
Over Eurybia
Sterrenkruid, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariƫteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik,
Naam, etymologie.
Eurybia: schijnend te midden van godinnen, was verliefd op Krios en bracht voort de grote Astraios; de sterachtige, ook Pallas en Perseus.
Honderden soorten asters zijn er, 600, waarvan er een paar honderd in N. Amerika voorkomen. In 1990 werd er echter besloten dat de N. Amerikaanse soorten beter in een eigen geslacht opgenomen kunnen worden. Na deze splitsing zijn er nog een 180 soorten over in dit geslacht die allen voorkomen In Euraziƫ met Aster amellus als de type soort. De soorten uit Amerika heten nu Almutaster, Canadanthus, Doellingeria, Eucephalus, Eurybia, Ionactis, Oligoneuron, Oreostemma, Sericocarpus en Symphyotrichum.
Meestal zijn het vaste planten, ook een of tweejarigen zijn er, zelfs halfstruiken of struiken en komen van 3cm tot 3m. vaak hebben ze een rizoom. De afwisselend geplaatste bladeren kunnen gesteeld of ongesteeld zijn. De bladranden kunnen glad of getand zijn. Vaak staan ze in grondstandige rozetten als afwisselend aan de stengel. De korfvormige bloemen kunnen alleenstaand zijn of met meerdere aan een stengel. De bloem bestaat uit een eenrijige lintbloem.
Meestal zijn ze te herkennen aan de platte violette en witte blauwe of rode omlijsting om het gouden hart.
In N. Amerika zijn het de overweldigende kleuren van de Amerikaanse herfstflora. Ze leveren de blues die naast het goud en oranjegeel van de gulden roede staat.
Van de N. Amerikaanse soorten zijn er enkele in de loop der ijstijden over Siberi naar Europa gekomen als Aster alpinus en Aster amellus.
Aster vormt een groot geslacht van aantrekkelijke, maar botanisch verwarrende en meestal meerjarige en bladerrijke kruiden.
Een enkele vorm is eenjarig, soms tweejarig, maar de gekweekte zijn meestal meerjarig. In dit geslacht zijn er vele variabele soorten en een groot aantal tuinhybriden.
Bij een goede keus is het mogelijk om van het voorjaar tot het late najaar van de heerlijke kleuren van deze vaste planten te genieten. Vroeg in het jaar zijn het de Aster alpinus met haar var, gevolgd door andere laag groeiende soorten totdat tenslotte Aster amellus begint die voortgezet wordt door een lange rij van aster hybriden tot de vorst er een einde aan maakt.
Asteracea, Aster klasse.
Eurybia macrophylla (L.) Cass. ex Nees (grote bladen) (Aster macrophyllus, L.) Hele plant is klierachtig behaard.
Onderste bladen zijn hartvormig, dik en grof getand, lang gesteeld, de stengelbladen zijn langwerpig met een korte breed gevleugelde steel, de bovenste zittend.
Opstaande en kantige, roodachtige stengels.
Trossen van bloemen met 12-16 lavendel/blauwe lintbloempjes en bruin/rode buisbloempjes en langwerpige omwindselblaadjes die stomp zijn, de buitenste spits in augustus.
Uit Canada tot N. Carolina en Minnesota wordt 60-90cm hoog. Is beschreven in 1739. Grote aster.
Uit Edwards botanical magazine.
Eurybia spectabilis (Aiton) G. L. Nesom (opwindend) (Aster spectabilis, Ait.) Dikke bladeren, onderste zijn eivormig en spits, 7.5-14cm lang en 2-3.5cm breed, zwak getand en gesteeld, de bovenste smaller en meestal gaafrandig, zittend.
Opstaande en bovenaan meestal vertakte, klierachtig behaarde stengels.
Bloemen van 3.5-4.5cm groot met 15-30 donker violetkleurige lintbloemen en smal langwerpige omwindselblaadjes die klierachtig en in 4-5 rijen staan in augustus/oktober.
Uit N. Amerika, Massachusetts en Delaware wordt 30-60cm hoog. Is beschreven in 1777.
Showy starwort.
Planten.
Asters kunnen heel goed vermeerderd worden door scheuren. De beste tijd hiervoor is in het voorjaar. Alleen Aster alpinus wordt na de bloei gescheurd. Gebruik hiervoor de buitenste delen.
Stekken kan ook.
De talloze tuinvormen komen uit zaad niet zuiver terug.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl