Douglasia

Uit Plantillustrations.org

Lage en bossige kruiden, waarvan er 1 in de Alpine tuinen gebruikt wordt.

Het geslacht is nauw verwant met Androsace en Primula, maar in die geslachten komen de bladeren vanuit de wortel, terwijl Douglasia vertakt is, hoewel zeer kleine vertakkingen die dicht bedekt zijn met bladen.

24 soorten komen voor in de bergen van Europa en W.N. Amerika.

De bloemen zijn geel in Douglasia vitaliana, de gekweekte vorm, de rest is roze/purper. Nauw verwant aan Androsace en wordt daar wel in geplaatst. Ook wel in een eigen geslacht.

Primulaceae.

Douglasia vitaliana, Bent. & Hook. (Vitaliana Donati, Italiaanse natuurhistoricus, 1717-1762) (Vitaliana primuliflora, Bertol, Androsace vitaliana) Het vormt rozetjes met vele neerliggende en naar binnen omgebogen, lijnvormige en spitse, gaafrandige, heldergroene blaadjes die aan de randen en achterkant behaard zijn.

Wat houtachtige stengeltje, liggend of opstijgend, vertakt en bovenaan bedekt met overlappende en lijnvormige blaadjes.

De 1-5 vrijwel stengelloze oranje/gele bloempjes zijn kort gesteeld met ei/lancetvormige en stompe slippen in mei/juni.

Uit de zuidelijke Alpen en Pyreneeën, wordt maar 5-120cm hoog. Is beschreven in 1787.

Naam, etymologie.

Douglasia is zo genoemd naar David Douglas, 1799-1834, de Schotse botanist die Californië, Oregon en Brits Columbia onderzocht in 1823 en 1829. De man van de ‘Douglas’ spar, Pseudotsuga.

Duitse Goldprimel of Schlusselspeik, rock jasmine.

Uit; http://www.genstrom.net/public/biology/botany/herbarium/herbarium_pacific_nw.html

Douglasia laevigata Gray. (glad of gepolijst) Meerjarige van 5-15cm. Roze bloemen in dichte trossen van 2-10 stuks in april-mei.

Opstijgende stengels.

Ovale bladeren, gaaf of met een paar tanden staan in een rozet.

Smooth Douglasia.

Uit Canada, Pacific.

Planten.

De plant vraagt zo een luchtige grond, vooral in de winter, en zon.

Vermeerderen door zaaien, stekken en voorzichtig scheuren.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl