Pterocephalus

Over Pterocephalus

Mt. Parnassus scabious, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit; http://www.sierradebaza.org/Lugares_de_interes/Blanquizares/Pterocephalus-spathulatus.jpg

Kruiden, halfheesters of heesters, eenjarig of meerjarig.

Een 20 soorten die meestal in het M. Zeegebied voorkomen maar ook in Azië. Vroeger behoorde het tot Scabiosa.

Mooie zodenvormende plant voor rotstuinen.

Caprifoliaceae.

Pterocephalus perennis (meerjarig) ( Ptreocephalus parnassi, Spreng.) (naar de berg Parnassus, het verblijf van gratie en schoonheid, Parnassus is een gebergte op het Griekse eiland Phocis en heet nu Liakura en is 2460m hoog, gewijd aan Apollo en de muzen, het rijk der poëzie)

Smal eivormige tot langwerpig/wigvormige bladeren zijn stomp. Gekarteld tot liervormig ingesneden en zijdeachtig grijs/groen behaard.

Liggende stengels zijn vertakt en onderaan houtachtig.

Kort gesteelde flinke bloemhoofdjes van lila/roze bloempjes in juli/augustus.

Uit Griekenland en Macedonië wordt 5-10cm hoog.

Naam, etymologie.

Pterocephalus, Grieks pteron: vleugel, kephale: hoofd, naar de geveerde bloemhoofdjes na de bloei.

Mt. Parnassus scabious, Felsskabiose.

Planten.

Groeit in lichte grond op zonnige en vrij droge plaatsen. In de winter wat bedekken.

Vermeerderen door zaaien en stekken.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl