Typhonium
Over Typhonium
Voodoolelie, vorm, kruiden, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik,
Een geslacht van meerjarige kruiden die met 6 soorten voorkomen in India, Java en Tropisch Afrika.
Bollen dragen een enkelvoudig blad het ene jaar en het volgende jaar bladen en bloemen.
De steel is buisvormig en gevlekt aan de onderkant, het omwindselblad is gauw verdwenen. De buis is gezwollen aan de basis en min of meer tunnelvormig. Het schutblad is lang en lancetvormig, zwart purper en veel gevlekt. De bloemen komen van januari tot juni. Rode bessen.
Araceae, Aronskelkfamilie. Synoniem Sauromatum.
Uit; http://www.allposters.com/-sp/Typhonium-Trilobatum-Posters_i10660039_.htm
Typhonium trilobatum Schott. (drie lobben) (Arum trilobatum) half ronde bol tot 4cm diameter.
Licht groene steel van 25-30cm lang met zwarte vlekken.
Ovaal toegespitst drielobbig blad van 8-18cm lang komt na de bloem.
Schutblad van 5-15cm lang en 5-7cm breed van binnen diep roze rood met aparte geur.
Uit zuid China, India, Filippijnen.
Bengal Arum, lobed leaf Arum.
uit Curtis botanical magazine.
Typhonium venosum (Aiton) Hett. & P.C. Boyce (opvallend geaderd) (Sauromatum venosum, Kunth.) (Sauromatum guttatum, Schott.) (gestippeld) (Arum cornutum) (gehoornd) de bloeiwijze is groenachtig en fraai geelgroen geaderd met zwarte stippels. Het geheel lijkt op een hoorn. Dit is de hoorn van overvloed, en wel van overvloedige stank. De bloei valt in het voorjaar.
Een grote en platte knol.
Daaruit komt in het voorjaar voor het blad een aparte bloeiwijze, een lange, donker gekleurde bloeikolf waarom heen een 30cm lang, kokervormige schede zit die van binnen geel is met purperen vlekken, de buitenkant is geheel purperkleurig.
Na de bloei komt er 1 en zeer lang gesteeld ingesneden blad met 7-11 blaadjes, gemarmerde bladsteel.
Dit bolgewas is afkomstig uit de bossen van India, Himalaya. In 1774 ontdekt en pas in 1815 bekend in Europa.
Naam, etymologie.
Sauromatum, van Grieks saura: een hagedis, dit is een verwijzing naar de lange, dunne en gevlekte schutbladeren.
Typhonium, Grieks typhonios, naam gebruikt door Dioscorides voor een soort lavendel, de stoechas.
Hagedis kruid, voodoolelie, Duitse Eidechsenwurz, Engelse monarch of the east, voodoo lily, een wonderknol, Frans l’arum cornu.
Droogbloeier.
Deze plant geeft zeer grote en platte onregelmatige knollen van vele kilo’s. De knol kan als droogbloeier gebruikt worden door die op een schoteltje in de kamer in bloei te trekken. Na enkele weken komt een rode kurkentrekker achtige spruit tevoorschijn. De bloeikolf is door een groot schutblad omgeven. De bloeistengel is kort, 50cm. , de bloeischede is zelf langer en van buiten dof purper en van binnen geelachtig gevarieerd met purperen vlekken. Deze eigenschap lijkt gunstig maar het nadeel van deze bloem is dat die nogal geurt. Vanwege die geur wordt de bloem bestoven wordt door aasvliegen.
Planten.
De bollen kunnen wel een jaar droog bewaard worden, er is weinig kans op inkrimpen of rotten, wel warm overwinteren.
Vermeerderen door jonge zijbolletjes.
Na de bloei wordt het gewas buiten opgeplant, ongeveer 8cm. diep en op 30cm afstand. In de tuin is het een mooie decoratieve plant met gevlekte stengels en zeer brede samengestelde bladschijven.
De bol bezit trekwortels, net als de krokus, die de jonge bol weer op dezelfde diepte brengt als waar de oude bol zat. Na de eerste nachtvorst wordt de bol in november gerooid en droog en vorstvrij bewaard.
De vermeerdering vindt plaats door middel van kleine knolletjes of kralen die zich in een krans boven op de knollen vormen.
Zie verder: http://www.volkoomen.nl/ en : http://volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/