Catha

Over Catha

Khat, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, planten, teelt.

Uit www.flickr.com

Dit is een altijdgroene, doornloze struik die uit Arabië en Afrika stamt.

Celastraceae, kardinaalsmutsfamilie.

Catha edulis, Forsk. (eetbaar) (Celastrus edulis, Vahl.) de khat is een groenblijvende struik of kleine boom van 3-20m, afhankelijk van het gebied en regenval, met rode twijgen.

De plant geeft tegenoverstaande lancetvormige en 5cm lange, 1-4cm brede, roestachtig gekleurde leerachtige bladeren.

De kleine wit/groen/gele bloemen staan okselstandig en komen in trossen van 4-8cm lang met vijf witte bloembladeren.

De ovale vrucht bevat 1-3 zaden. Zou uit Ethiopië stammen. Khat bevat ongeveer dezelfde stoffen als cocaïne.

Historie.

De khat werd het eerst door Karsten Niebuhr en Forskal in 1775 vermeld.

De plant is afkomstig uit Ethiopië en kwam mogelijk in de 6de eeuw v. Chr. naar Arabië en Jemen. De plant werd vooral op de Dschebel Saber gecultiveerd vanwege de bladeren, khat. Anderen geloven dat ze uit Jemen stamt voordat het naar Ethiopië kwam en andere erbij gelegen landen. De eerste vermelding van khat zou in het Nieuwe Testament zijn. http://en.wikipedia.org/wiki/Khat. De oude Egyptenaren beschouwden het als goddelijk voedsel die de menselijke godheid kon vrijmaken en gebruikten het meer dan zijn stimulerende effecten, een memorfoos proces om de gebruiker god-achtig te maken.

Het wordt al eeuwen in de Kaap en Arabisch schiereiland als stimulans gekweekt. Daar vervangt khat koffie en wordt gebruikt in een gelijke sociale context. Zijn verse bladeren en toppen worden gekauwd en soms, minder vaak, gedroogd en als thee gebruikt om een staat van euforie en stimulatie te krijgen. Het wordt meestal niet door een geloof verboden ofschoon de Ethiopische Orthodoxe kerk de christenen het gebruik verboden heeft vanwege zijn stimulerende effecten. Khat is zo populair in Jemen dat zijn cultivatie het meeste deel van het land en 40% of het water dat het land heeft vergt. Het geeft de boeren een zeer goed inkomen, 5 maal veel beter dan als ze fruit kweken. Er is vaak te zien dat het openbare leven tegen de middag tot stilstand komt omdat de meeste mensen in groepen bij elkaar zitten en bij khat kauwen discussiëren. Dat komt wel door de warmte van de middaghitte als ook de nevenwerking van kat. In Islamitisch recht wordt khat meermalen als verboden (haram) gezien, zo Saudi-Arabië; in de landen waar het gewoon is wordt het door de heersende leer gerechtvaardigd. In enige khat gebieden, als in N. Kenia, was het kat kauwen een privilege van de adel. Met de teruggang van dit traditionele gezelschap steeg het khat gebruik onder jonge mensen met negatieve ontwikkeling op vorming en inkomensontwikkeling van hen.

Khat moet wel vers gebruikt worden, anders verliest het zijn werking. Men ontbladert hiertoe van de driejarige stekplanten het blad tot de eindknoppen. In het volgend jaar worden de bladeren en ontwikkelende takjes verzameld onder de naam khat moubarreh. In het tweede jaar wordt het betere khat methani verkregen dat zacht en nootachtig smaakt. De khat komt uit de streken van Aden en wordt gebruikt in een aftreksel of gekauwd.

Een smaakmaker die wel wordt wel vergeleken met atropine en veroorzaakt een minimum aan slaap. Het kruid werkt stimulerend, prikkelend, opwindend en licht verdovend en verjaagt de slaap zonder negatieve bijwerking. Forskhal zegt dat de Arabieren de groene bladeren gebruiken zonder enige bijwerkingen. Ze geloven dat het hun grote waakzaamheid geeft zodat ze, na ze gegeten te hebben, de hele nacht waken kunnen zonder vermoeienis. Zo effectvol verbeelden ze deze plant tegen de Plaag, dat ze verzekeren dat als iemand een klein stukje bij zich draagt, dat hij dan zonder vrees tussen de besmette door kan gaan en dat de plaag niet in de buurt komt waar deze plant staat.

In Arabië vormt het de tegenpool van de coca der Peruanen.

Naam, etymologie.

Catha, Arabische naam. Khat, kath, qat of kat, cafta, Duitse Khatstrauch, Abessinischer Tee, Engels Arabian tea, qat, gat, chat en miraa en in Somalië Jaad, (uitgesproken als kaet) qat en ghat in Yemen, chat in Ethiopië, jaad in Somalië en miraa in Kenia en Tanzania. In Etruskisch betekent de naam godin van de zon.

In Arabië verdrong, vol­gens Abd-Alkader-Ebn-Mohammed, de uit Abessinië ingevoerde koffiedrank een andere drank die kafta genoemd werd. Die laatst genoemde drank werd bereid uit de bladeren van de khat.

Waarschijnlijk ligt hier ook de oorsprong van de naam koffie. Caffa heet de koffie in Z. Abessinië en in Arabisch qahwah, dit werd in Turks quahve of kahweh en bleef in vormen als caffe en café in Z. Europa bewaard.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl