Eucalyptus

Over Eucalyptus

Koortsboom, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Bladen zijn gaaf en staan meestal horizontaal, tegenoverstaand, zittend en hartvormig bij de jonge scheuten. Bij oudere takken staan ze meestal verticaal en afwisselend, zelden tegenoverstaand en zittend, variëren van rondachtig tot lancetvormig en zeisvormig en zijn soms bedekt met een rode waslaag.

Bloemen zijn wit, zelden geel, soms met tinten van rood en staan in schermen van 3 of vele, zelden alleen.

In Tasmanië groeien ze tot 100m hoogte op met een diameter van 2,5m en een stamomtrek van 30m. Hun kale stammen zijn 30 tot 40m, zonder takken dat het woud een aanzien geeft van kunstzinnige kolommen. Een exemplaar van de reuzen Eucalyptus, Eucalyptus regnans, werd met een hoogte van 97m en een stamomvang van 20m op Tasmani gemeten. Ze zijn soms gezwart door de branden van de inlanders en met de los hangende shaggybast hebben ze een bijzonder aanzien. Oudere bomen zijn stakerig en wat spookachtig door de witte afschilferende bast.

Naar de bast hebben ze verschillende namen gekregen, de stringy bark is Eucalyptus gigantea, (gigantisch) ironbark is Eucalyptus persicifolia, (perzikachtig blad) en de blue gum is Eucalyptus globulus, (kogelachtig)

Ze vormen geen eindknoppen en in hun vaderland groeien ze steeds min of meer door.

Deze geweldige bomen worden gebruikt als windbrekers.

Ook staan ze bekend als koortsboom, het is de Duitse Fieberbaum, omdat ze aangeplant worden in de moerassen. Door hun snelle groei onttrekken ze veel water aan de grond die daardoor drooggelegd wordt en zo helpt de malariamuggen te verdrijven. Zo werden ze onder andere gebruikt bij het moerassige Campagna te Rome. Hier werd vooral Eucalyptus globulus gebruikt. Hoewel, in de eerste instantie werden ze daar geplant omdat men dacht dat hun geur de koorts of malaria zou verdrijven.

Sommigen hebben de namen van inlandse mahoniehout, pseudomahogonie. Het hout is soms zo hard en zo zwaar dat die in water zinkt. Eucalyptus marginata, Smith (gerand) heeft hout dat op teakhout lijkt. Het hout, door zijn speciale eucalyptusstoffen, weerstaat de boomworm. Is zeer duurzaam en onder water houdbaar.

Myrtaceae, mirtefamilie.

Dit geslacht bevat meestal bomen, meestal van geweldige afmetingen, een paar zijn er in de alpine- en subalpine streken die heesterachtig zijn.

Ze zijn afkomstig uit Australië een een enkele uit Tasmanië en Nieuw-Guinea.

In 1774 kwam de eerste naar Europa.

Er zijn tegen de 600 soorten beschreven, maar ze variren zo extreem in hun blad, die met verschillende vormen op diverse takken van dezelfde boom groeien, dat de determinatie ontzettend moeilijk is. Zie Corymbia.

Ze worden niet als straatboom gebruikt omdat de wortels het plaveisel optilt.

Het geslacht wordt in 4 ondergeslachten verdeeld.

Eudesmia met een 20 soorten.

Nothocalyptus met maar 1 soort.

Symphyomyrtus met ongeveer 450 soorten.

Monocalyptus met ongeveer 140 soorten.

18. Uit F. Kohler.

= Eucalyptus globulus, Labill. (kogelachtig) Zijn knoppen zijn mooi zilvergrijs gekleurd.

De bluegum heeft een blauwachtige gloed over de bladeren, tegenoverstaand en variabel van vorm. Het is ook mogelijk dat je op dezelfde tak twee soorten blad tegen komt, lang elliptische en korte, stengelomvattende bladeren. Het blad wordt vaak gebruikt in kerststukjes.

De bloem is wit en 4cm doorsnede, alleenstaand of met 2-3 bijeen.

Een boom met een symmetrische groei die een 40-80m kan halen.

Heeft een in lange stroken loslatende bast, de onderbast is zilvergrijs en 4 hoekig.

Groeit op natte gronden, tot 40-55m.

Is beschreven in 1810.

Naam.

Blauwe gomboom, Engels fever gum tree, Tasmanian blue gum, Southern blue gum of blue gum Eucalyptus, Duitse Blaue Eukalyptus, Tasmanischer Blaugummibaum.

Gebruik.

Het hout is zeer waardevol en vervangt eik, Quercus, en de hickerie, Caria. Ofschoon het licht van kleur is neemt het een goede polis aan en bezit een schitterende nerf. Als windbreker is deze boom onvervangbaar, dit vanwege de snelle en opgaande groei. Voor haardhout is er ook geen betere vooral omdat het hout gemakkelijk splijt.

44. Uit M. Vogtherr.

Eucalyptus piperita, Smith. (pepermuntachtig) is beschreven in 1810.

Die geeft uit het jonge blad een sterke pepermuntgeur als dit verwond wordt.

Naam, etymologie.

Pepermuntboom, Duitse Pferferminzbaum, Engelse peppermint stringybark, Australian kinio-tree, giant gum-tree, Tasmanian peppermint-tree, wangara-treem, Sydney peppermint en urn-fruited peppermint. Specimens van E. piperita werden het eerst verzameld door First Fleet dokter en naturalist John White en gepubliceerd door James Edward Smith in zijn appendix aan Whiteճ 1790 Journal of a Voyage to New South Wales. Smith gaf het de naam piperita omdat zijn geur van de olie gelijk was aan die van Mentha × piperita, pepermunt. Smithճ beschrijving was gepubliceerd in 1793 A Specimen of the Botany of New Holland, dat weerhield Richard Anthony Salisbury om dezelfde plant Metrosideros aromatica in 1796 te noemen.

55. Uit W. Hooker.

Eucalyptus amygdalina, Labill. (amandelachtig, het blad) de Eucalyptus met amandelachtig blad is de wangara van zuidoost Australië en is beschreven in 1830.

Die kan 155m hoog worden met 30m stamomvang.

Naam, etymologie.

Australian kino tree, black peppermint, giant gum tree, red gum tree, Tamanian peppermint tree, wangara tree.

Eucalyptus stamt van het Griekse ευκάλυτος, ευ, eu: goed, en κάλυτος, kaluptos: bedekt, een verwijzing naar het bloemomhulsel die de bloem bedekt en als een kap afvalt. Het bloemomhulsel is een soort vierkante pot met deksel. Als we zo’n bloeitak in de kamer zetten is het mogelijk dat die deksel er opeens afvalt en de plant plotseling in bloei staat, Duitse Schonhaube of -mutze. In 1788 beschreef de Franse botanist L’Heritier die in die tijd in Londen werkte de eerste Eucalyptussoort, Eucalyptus obliqua,(scheef).

De bladeren zijn bij sommige soorten bedekt zijn met een was, ze kunnen ook draaien zodat de felle zon er niet opvalt omdat het blad op zijn kant staat. In een bos van deze bomen kun je dan evengoed in de volle zon lopen, vandaar de Duitse naam Kompasbaum. Door het waaien van de wind ontstaan er aparte klanktrillingen.

Soms komt van de bladeren van deze soort en van Eucalyptus viminalis, A. Cunningh. (roede-achtig) van december tot maart een soort van manna voor, Australische manna, dat na drogen door de inboorlingen als een lekkernij verzameld wordt. Een favoriet voedsel van de koala ‘s. De blue, drooping of peppermint gum tree, white gum, manna gum tree of woolly butt. Een andere manna wordt verzameld van Eucalyptus mannifera, Mudie. (manna leverend) Brittle gum.

67. Uit Curtis botanical magazine.

Eucalyptus gunni, Hook (Zuid Afrikaanse, Australische luitenant en botanist Ronald Campbell Gunn, 1808-1881) Is een lage soort die maar een 30m haalt.

De schors laat hier ook los van de stam en grote takken. Onderbast is crème wit, later grijs/bruin.

Blijft altijd groen, maar zelfs in de winter valt dit grijsachtige struikje niet op.

In jonge toestand staat het blad tegenovergesteld en is langgerekt elliptisch en meestal weinig gesteeld, later, bij ouder worden, zie je bladeren met een duidelijke steel en meer ovaal en dubbel zo lang

De witte bloemen staan in schermen van drie.

Is ook bij ons redelijk winterhard, kan tegen –14, soms –17 graden.

Houdt niet van kalkrijke gronden.

Levert veel vloeistof die gebruikt wordt als een soort bier na fermentatie. Tasmaanse cederboom, cidergomboom, Engelse gum-tree, cider gum of gunnii, ceder tree of Tasmania.

Uit; https://nl.pinterest.com/adalley1552/bear-habitat/

Eucalyptus grandis W. Hill ex Maiden. (groot)

Grote tot zeer grote boom met gladde bast, ruig aan de basis.

Glanzend donker groene bladeren zijn lancetvormig tot breed lancetvormig en lichter aan de onderkant., 10-16cm lang en 2-3cm breed met olieklieren.

Witte bloemen april-augustus i trossen van 7-11 bloemen. Lijkt veel op E. saligna.

Wordt 50m hoog of meer, 80m. , the Grandis bij Bulahdelah is 86m. met een omvang van 8.5m

Uit New South Wales, Australia. Flooded gum of rose gum.

Uit en.wikipedia.org

Eucalyptus pauciflora, Sieb (vroeg bloeiend) (Eucalyptus coriacea Cunn. ex Schauer.) (leerachtig) is een altijdgroene boom uit Z.O. Australië in de Snowy Mountains en andere subalpine gebieden waar het vaak een struik wordt van 8-10m.

Groeit ook in New South Wales, Victoria tot Tasmanië waar het 20-30m hoog wordt. Kan vorst van -20 Celsius verdragen.

De bladeren zijn vooral in de bergen witachtig groen. De boom past zich aan het gewicht van de sneeuw aan en laar zijn balderen met de takken naar beneden buigen zodat de sneeuw eraf valt. Bloeit in de winter.

Sneeuweucalyptus, Schnee-Eukalyptus, Engelse snow gum, white sally.

Uit www.bomeninfo.nl

Eucalyptus regnans Muell (heerser of koninklijk) groeit in Australi.

Een altijdgroene boom die 400 jaar oud kan worden.

Geeft een smalle kroon. De bast is grauw en de eerste 15m grof gevoord, daarboven glad.

De bladeren zijn 9-14cm lang en 1,5-2,5cm breed, lancetvormig tot sikkelvormig met een duidelijke spits, grauwgroen en zitten aan een rood gekleurde bladsteel.

De bloemen zitten in groepen van 9-15 stuks de alleenstaande bloem is ongeveer 1cm groot.

Groeit zeer snel, op goede plaatsen kan het 65m hoog in 50 jaar halen.

Geldt als de hoogste loofboom ter wereld. Bij een in 1872 gevelde boom werd 132m hoogte gemeten. De hoogste nog levende is Icarus Dream die in Tasmanië staat, die is maar 97m hoog.

Riesen-Eukalyptus, Kings-Eukalyptus.

Vermeerderen.

Meestal worden de soorten gezaaid, dat geïmporteerd wordt.

Ook is stekken mogelijk. Neem in september 10cm lange scheuten van de stam. Licht verwonden, dat is ongeveer zoals je met de nagel over het oog van de plant gaat. Doop de houtige onderkant in 1% ibz groeistofpoeder, afkloppen. Planten in 2 delen gezeefde turfgrond met 1 deel zand, aangieten, plastic erover heen en elke week even controleren op vochtigheid, droogte, schimmels. Laat het plastic er dan een paar uur af zodat het blad wat opdroogt en bedek het dan weer. Na enkele weken is het stek geworteld, in de winter vorstvrij houden.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl