Symphytum
Over Symphytum
Smeerwortel, vorm, kruiden, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,
mUit commons.wikimedia.org
Opgaande, vaak kleverig behaarde kruiden.
De wortel is soms bolachtig.
Bladeren staan afwisselend of met verscheidene rondom staande bladeren.
Bloeitrossen zijn eindstandig, geel, blauw of purperachtig.
Ongeveer 25-35 soorten in Europa, N. Afrika en W. Azië.
Boraginaceae, ruwbladige, Heliotrope klasse.
=Symphytum asperum, Lep. (ruw) Grote bladeren zijn eivormig met niet aflopende voet, helder groen en ruw behaard.
Fors groeiende plant met opstaande stengels die vertakt en ruw behaard zijn.
Bloemen zijn eerst roodachtig en later blauw, bloembuis is 4-5maal langer dan de kelk in juni/augustus.
Uit de Kaukasus wordt 8-125cm hoog. Is beschreven in 1799.
Var. aureo-variegatum heeft geelbonte bladeren.
Ruwe smeerwortel, Forage-, prickly of rough comfrey, Duits Kaukasus comfrey, Rauer Beinwell, Frans consoude rude.
Uit; http://www.vasteplant.be/catalog/index.cfm?fuseaction=DETAIL&TREFNAAM=SYAZUR
Symphytum azureum H. C. Hall. (azuurblauw) (is azureum niet een naam voor een cultivar in plaats van een soort?) vaste plant van 50-60cm hoog met uitlopers, geschikt voor onderbegroeiing onder heesters en bomen.
Azuurblauwe buisvormige bloemen komen uit rode bloemknoppen in april-juni.
Brede harige grijs groene lansvormige gekreukelde bladeren.
Winterhard.
Blauwe smeerwortel, Blauer Beinwell.
Uit Curtis botanical magazine.
Symphytum caucasicum, Biek. (uit de Kaukasus) Grote bladeren zijn langwerpig met kort aflopende voet
Opstaande stengels zijn sterk vertakt.
Helder blauwe bloemen met een bloembuis die 3 maal zo lang is als de kelk in juni/augustus
Rijk bloeiende en zacht behaarde plant.
Wordt 60-150cm hoog. Is beschreven in 1820.
Kaukasische smeerwortel, Caucasian of blue comfrey, Duits Kaukasischer Beinwell.
Symphytum grandiflorum, DC. (grote bloemen) (Symphytum ibericum(uit Aziatische Georgië) Onderste bladeren zijn lang gesteeld en eivormig met hartvormige voet en spits, bovenste bladeren met kort aflopende voet.
Opstaande stengels zijn meestal niet vertakt.
De geelachtig/witte bloemen zijn tot 2cm lang met een bloembuis die 5-6 maal langer is dan de kelk in juni/augustus.
Ruig behaarde plant met knolvormige wortels.
Uit de Kaukasus wordt 20-40cm hoog.
Creeping comfrey.
Symphytum officinale, L. (geneeskrachtig) Smeerwortel groeit meestal op vochtige plaatsen met vele ruwe en lancetvormige bladeren die op de grond liggen. Die bladeren zijn zo harig en prikkelig dat, als je ze met de zachte delen van de hand of gezicht raakt, het jeuken veroorzaakt. Onderste bladeren zijn lang gesteeld en langwerpig/eirond, toegespitst, bovenste bladeren lancetvormig met lang aflopende bladvoet.
De stengel is hol en hoekig, ook harig, dik en sappig.
In de bovenste bladoksels verschijnen de spiraalvormig opgerolde bloeiwijzen als een soort slakkenhuis, die strekken zich langzaam tijdens de bloei waarna de paars/rode en soms witte vingerhoedjes tevoorschijn komen. De buisvormige bloempjes hangen aan een kant van de stengel van geheel ontwikkelde bloemen tot zeer kleine knoppen in juni/augustus. Deze bloemen geven vaak een goede indruk van wat men inbraak bij bloemen noemt. Als de insecten niet op de gewone manier bij de honig kunnen komen, via de voordeur, gaan ze langs een achterdeurtje door achter de bloem een gaatje te bijten. De zwarte zaden zijn 4delige nootjes.
De wortels zijn groot en lang die in vele takken verspreid zijn onder de grond, zwart aan de buitenkant en wit van binnen. Ze zijn gemakkelijk te breken en vol met een klammig sap van weinig of geen smaak. Maar is taai van leven, elk overblijfsels stuurt nieuw leven naar de aarde en spruit uit.
Een kruid dat valt onder Saturnus onder het teken van de steenbok.
Een algemene plant op stikstofhoudende en losse gronden. Op ruderale plaatsen, greppels en langs sloot- en waterkanten, vochtige weiden en bermen. Ook wel op knotwilgen en tussen steen begroeiing van rivieren en kanalen.
Uit Europa, O. Azië, wordt 75-100cm hoog.
Subspecie officinale, de echte, subspecie. bohemicum (F.W. Schmidt) Celak, (uit Bohemen) heeft geelachtig/witte bloemen., Weißer Beinwell, subspecie uliginosum (Kern.) Nyman, (op drassige gronden groeiend) Sumpf-Beinwell.
Dan zijn er nog vormen met zilverbonte bladeren en violet/blauwe bloemen en donker purper/roze bloemen.
Naam, etymologie.
(411) ‘Onze plant groeit plantengeografisch als een Eurosiberische plant die toch in het noordelijke Balkangebied en tot midden Italië komt, maar zeker geen M. Zee plant is. In het kruidboek van de Griek Dioscorides komen twee σύμφντον, symphyton soorten voor. De eerste is de rots-symphyton, dat is zeker niet onze plant, maar mogelijk het Middellandse Zee sleutelbloemgewas Coris monspeliensis. De andere is naar de beschrijving van ruwe bladeren mogelijk wel een soort hiervan, Symphytum bulbosum, Schimp (bolachtig) maar niet onze. De wortelstok van die andere symphyton beveelt hij aan bij diegene die bloed spuwen en van binnen zweren hebben. Uiterlijk opgelegd is ze goed om verse wonden en ontstekingen te genezen. In de Herbarius van de Pseudo-Apuleuis in de 4de eeuw na Chr. wordt ze confirma: bevestigen of versterken genoemd met betrekking op de wond helende kracht. Uit die naam is de Engelse naam comfrey ontstaan,. Ze werd tegen sterke bloedvloed van vrouwen, tegen innerlijke wonden, zwakke maag en hoesten aanbevolen. Bij H. Hildegard verschijnt het onder de Latijnse naam consolida, een Duitse naam geeft ze niet, die naam voert ze verder door de Middeleeuwen heen, of met de toevoeging maior in tegenstelling tot de consolida media, Ajuga reptans, en consolida minor, Bellis perennis. Ook H. Hildegard noemt het als wondmiddel.
(Dodonaeus) (a) ‘Deze kruiden worden in het Grieks Symphyton genoemd en ook Pecton, de Latijnen noemen ze Symphytum en Solidago’.
Plinius XXVI.28: “Symphyton ad cicatricem celerrime perducit. XXVII.24. ossibus quoque fractis medetur”.
Isidorus XVII.9.61: “Symphytos Graece dictus, eo quod tantam in radice virtutem habeat, ut frustra carnis aspersa in cacabo coagulet”.
Symphytum zou afgeleid zijn van sumphuo: tezamen groeien. Als legerarts had Dioscorides de mogelijkheden om dit te testen. Plinius verhaalt dat de wortel zulke sterke bindmiddelen bezit dat, als het in een pot gedaan en gekookt met stukken vlees, dit vlees zal verenigen en weer heel maken. Dit zal zonder meer slaan op de helende eigenschapen van het symphyton om vleeswonden te genezen, zie sanikel.
Dodonaeus (b) ‘ Scribonius Largus noemt ze Inula rustica en Alus Gallica. Lobel noemt de gewone waalwortel in het Latijn ook Symphytum Alum die ook zegt dat die wanneer ze rode bloemen heeft waalwortel mannetje heet en als ze witte heeft dan wijfje genoemd wordt’.
Engels alum.
Dodonaeus © ‘Andere noemen ze Osteocollon, de Hoogduitsers noemen het Beinwellen’.
Bein: knoken, wol: goed of wohl, Beenwell, Beinwell, Benwelle, Arznei-Beinwell, Beinwurz, midden-Hoogduits Beinwelle, oud-Hoogduits Beinwalla-wella, midden-Noord Duits Benwell en in Zweeds benvella, Engelse knit bone.
Dodonaeus (d) ‘De eerste en gewoonste soort van dit gewas voert alle deze voor vermelde namen en mag eigenlijk in het Nederduits waalwortel genoemd worden, in het Latijn Symphytum magnum, de Nederlanders wael-wortele, de Hoogduitsers Walwurtz, de Italianen consolida maggiore, de Spanjaarden suelda mayore en consuolda mayor, de Fransen confyre, de Engelsen confrey, de Bohemers swalniik en czernohlawek’.
Wal: toehelen. In de 15de eeuw was de Duitse naam die gross Wallwurz. Waldwurz, Walwurze bij Bock. Dodonaeus noemde het waelwortelcruydt, nu waalwortel. Wallen wordt in verband gebracht met golven, plooien of zwellen dat bij het genezen optreedt. Of het woord wordt in verband gebracht met walstatt: slagveld, bloed stelpen. Het grondwoord behoort tot wallen, de wonde wallt: groeit toe, welt heel. De gelijke betekenis Beinwell, (wall) is naar de helende krachten bij brekingen als in klassieke oudheid. Het is een Wundwurz, Engels bruisewort. De stof bezit een behoorlijke lijmkracht en zou zo de gebroken beenderen aan elkaar lijmen, vandaar de namen beenwortel, heelbeen en heelwortel, ook scheurwortel. Knitbone.
Dodonaeus (e) ‘De apothekers noemen het Consolida major en Symphytum majus’.
Hildegard von Bingen noemde het Consolida. De Engelse naam comfrey, of comfrey consound, komt van 15de eeuws Engels conforye, dit van oud-Frans confirie en in eerder Latijn werd het confirma: verenigen of hechten genoemd. Consound van consolidare; vast maken wat hetzelfde betekent als de vorige, dezelfde betekenis heeft het Franse consoude royal Italiaans consolida, Spaans consuelda major, Duits Komfrei. Zie Solidago en Ajuga en Bellis.
Dodonaeus (f) ‘De hoogduitsers noemen het Schmerwurtz’.
De wortel bevat veel slijm en was eens zeer geprezen voor omslagen bij beenbreuken, Schmarwurtel, Schmalzwurz, Schmeerwurz bij Bock, Smeerwuttel, Speckwuttel, onze vetwortel en spekwortel.
(Dodonaeus g) ‘De Hoogduitsers noemen het ook Schwartzwurtz’.
Zwarte en van binnen sneeuwwitte wortel, Schwarzwurzel, Engels black root, black wort, zwartwortel, waar smeersels van gemaakt worden om wonden en zweren mee te genezen.
Dodonaeus (h) ‘De Franse noemen het oreille de asne’.
Franse oreille de asne, Duits Eselohr, de ruwe bladeren, kalvertong, vergelijk Duitse Hundszunge.
(i) Soms wordt ze Abraham, Isaac en Jacob genoemd vanwege de verschillend gekleurde bloemen, hommelwortel naar het vele bijenbezoek, hangende bloemen, Bienenkraut, Zwitsers Hungblume.
(j) Ook Scharwuttel, Lotwurz bij Cordus, Schanzwurz bij Bock, Hasebrot, Engels, knit back en onze keelwortel, schuurwortel. Hasenlaub, Milchwurz, Schadheilwurzel, Wundallheil.
Uit O. Thome.
Gebruik.
Zo was het gebruik vroeger. (Dodonaeus) ‘Plinius zegt dat waalwortel de gebroken beenderen aaneen heelt en die genezen kan. Voorts hoe goed dat dit kruid is om de wonden en breuken te genezen en te helen dat is blijkbaar genoeg hieruit dat als het met gekapte en klein gesneden stukken van rauw of vers vlees gekookt is die weer tezamen brengt en aaneen maakt, dat is zo vast ineen trekt dat die stukken niet meer verscheiden delen, maar veel meer een klont vlees alleen schijnen te wezen. Sommige zeggen dat deze wortel zo krachtig is om scheuringen en alle inwendige breuken te genezen en te helen dat diegene die ze een tijd lang gebruikt hebben, ja dat ze zien dat hun breuk genezen is, moeten ophouden om die langer te gebruiken, want ze zou hun tenslotte eerder hinder dan baat doen omdat ze verzekeren dat enige zieken door het al te lang gebruik er van hun darmen te eng maakt, ja het ingewand aaneen geheeld te hebben.
Tegen bloedspuwen, overtollige maandstonden, zweren van de longen en nieren: Neem van de wortel twee ons, als ze klein gesneden zijn kook ze in schoon water of zoete melk tot een pint, als ze doorgezeefd zijn doe er twee ons siroop van waalwortel bij en laat hiervan twee of drie maal per dag drinken. Dodonaeus.
De wortel van waalwortelkruid is in vele dingen nuttig en goed, want op de verse wonden, scheuringen en breuken gelegd geneest die gauw. Dezelfde wortel geneest ook alle langdurige zweren van de nieren en laat het bloed wat daaruit vloeit op korte tijd op houden. Ze stelpt ook de loop en bloedingen van de vrouwen, wel verstaande als ze het water daar dat in gekookt is drinken of dat ze die met suiker en honing konfijten, bewaren of ingemaakt ettelijke dagen achter elkaar innemen en gebruiken.
De wortels gekauwd zijnde verdrijven de dorst en genezen de hardheid van de keel.
Met deze wortel worden de zalven dik gemaakt.
Die soort die men waalwortel mannetje noemt met rode bloemen is krachtiger dan die met witte bloemen, wijfje genoemd, zo Lobel betuigt’.
(411) Een poeder van die stof zou helpen tegen verse bloedende wonden. Als verzachtend en helend geneesmiddel, Radix-, herba-, flores-, consolidae majoris werd het vroeger in de apotheek gebruikt tegen spataderen, slecht genezende wonden, builen en breuken. Tegen breuken werd de waalwortel en agrimonie in bier gekookt en dan gedronken, het zou ook goed werken tegen rugpijnen. De wortel wordt in een afkooksel, 30 gram op een kwart liter water, als pijn stillend en verzachtend volksmiddel gebruikt bij darmzweren, doorval, bloed braken, verslijming en longziektes, het beste met honing of suiker zoet maken. Uiterlijk werd het afkooksel gebruikt bij omslagen op wonden, kwetsingen, oude zweren, jichtknoten en verharde melkknobbels.
De jonge bladeren en spruiten geven een noodgroente, ook als tabakvervangers.
De wortel werkt ook purgerend, werd wel schijtwortel genoemd. De wortel kan ook gebruikt worden om rood te verven. Het slijm dat uit de wortel verkregen wordt, wordt gebruikt om er wol mee te behandelen voor het spinnen. Verder dient het als een lijm bij het spinnen van kemelsgaren.
In Altorf roemt men de daaruit gemaakte tee tegen darmzweren en jicht. In Kanton Bern was er een vrouw die het helen van breuken bij mens en dier zo uitvoerde, men neemt de uitwerpselen van de breukige, graaf in de morgenzon en het beste in het oosten van het huis een gaatje, leg het erin en plant er een waalwortel op en dek alles toe in de naam van de vader en de zoon etc. Zo gauw de wortel groeit zal ook de breuk helen en bij het komen van de eerste bladeren volledig verdwenen zijn. De vrouw vertelde dat haar vader dat middel al bij zwijnen geiten en mensen gedaan had en zelf bij zichzelf met goed gevolg. Dat was een recept dat net zo vermeld stond in het artsenijboek van Marcellus Empiricus uit de 4de eeuw na Chr. staan kon. Bock beveelt ook de aanplant aan, hoewel ze veel in het wild groeit. Net als de bladeren van de tuinsalie werd ze ook in deeg gebakken en als ‘Chuechli gegeten. In O. Pruisen liet men longzieken dagelijks een pannenkoek eten dat uit fijn gewreven en vers gegraven wortel met meel en wat honing klaar gemaakt waren.
Uit Curtis Britisch entomology.
=Symphytum tuberosum L. (bolvormend, de knolachtige wortelstok) is een meerjarige kruidachtige plant van 20-30cm..
Overwintert door de vertakte knolachtige rhizoom.
Lichtgele bloemen zijn trechtervormig met 5 terug gekromde tanden in april-mei
Stengel is nauwelijks vertakt en is geheel ruw behaard.
Onderste bladeren zijn eivormig en versmallen zich in de bladsteel.
Wortel bevat veel zetmeel en werd in tijden van nood vermalen om er brooddeeg van te maken.
Groeit in west, midden en zuid Europa.
Knolsmeerwortel, Knoten-Beinwell, Knotige Wallwurz, Knollen-Beinwell, Knolliger Beinwell, ook voor de nauw verwante Symphytum bulbosum Schimp die meer richting M. Zee groeit.
Uit www.plant-identification.co.uk
Symphytum × uplandicum Nymann (oplands) is een kruising tussen de gewone smeerwortel (Symphytum officinale) en de ruwe smeerwortel (Symphytum asperum), wordt 50-180cm hoog.
Bovenste stengelbladeren zijn zittend en kort aflopend of kort stengelomvattend.
Bloeit van juni tot september.
Deze kruising komt spontaan voor in Europa met kruisingen tussen beide ouders zodat er vele vormen voorkomen.
Bastaardsmeerwortel of oplandse smeerwortel. Russian comfrey, healing herb, blackwort, bruisewort, wallwort, gum plant.
Planten.
Planten in vochtige en zonnige tot half beschaduwde plaatsen Vermeerderen door scheuren in april/juni, stekken in juni/juli zonder groeistof. Zaaien bij 20 graden, verder door wortelstek.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl