Iridaceae

Over Iridaceae

Irisfamilie, kenmerken, herkennen, nauw verwante familie, fossielen,

Zijn kleine, vertakte palmachtige en rhyzomen vormende (preivormig) of bol/knolvormende kruiden. De bladeren zijn grasachtig of lijn/zwaardvormig, meestal met een scheiding via de kanten in 2 rijen.

Een 57 geslachten en ongeveer 1000 soorten omvat deze familie die in de tropen minder voorkomen, voornamelijk in de subtropen. Het grootste aantal soorten in de wonderbaarlijkste kleurenrijkdom bevindt zich in de Kaap, ook velen in subtropisch Amerika. In Europa wordt de familie vertegenwoordigd door Crocus en Iris, in N. Amerika en China door Sisyrinchium, in Tropisch en Z. Amerika door Moroea en in Australiƫ en N. Zeeland door Patersonia en Libertia.

De familie is niet nauw verwant met andere families, mogelijk met Amaryllaceae. Ze verschillen hiervan doordat ze slechts 3 meeldraden bezitten, bij de amaryllaceae zijn er 6.

Hun economische belang is niet groot, met uitzondering van sommige bollen of rhyzomen die medisch gebruikt werden. De wortelstok en knollen bevatten veel zetmeel en slijm, een paar werden er gegeten in Z. Afrika. De meeste zijn lievelingen in de tuin. De wortelstok van Homeria collina uit Z. Afrika zou zeer giftig zijn.

Fossiel komt Iris escheri in het Tertiair voor.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl