Lycopodiella

Over Lycopodiella

Moeraswolfsklauw, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik,

Uit;http://www.soortenbank.nl/soorten.php?soortengroep=flora_nl_v2&id=188

Lycopodiella inundata Holub. (overstroomd) (Lycopodium inundatum) is een hogere vorm en wordt soms wel 30cm hoog.

De brosse kruipende stengel zendt hier en daar opgaande takjes. De lengte neemt elk jaar toe en de punten van deze eenjarige groei zijn goed zichtbaar en geeft de stengel de onderbroken verschijning. Deze opgaande takjes zijn vaak weer verdeeld en de aar is meestal de zesde of zevende knoop van de tak als die vruchtbaar is, sommige takken zijn onvruchtbaar.

De smalle bladeren spreiden zich alle kanten uit en staan in 5 rijen, hoewel niet duidelijk gemarkeerd. De kleine stijf gepunte en gezaagde bladen hebben geen stengels en zijn geelgroen.

De aar staat alleen, op de top van de bladige tak, zonder steel en is een paar cm lang.

Komt voor op veengronden van dennenbossen, in de Alpen tot 2300m en andere plaatsen van de N. gematigde zone.

Naam, etymologie.

Lycopodiella, nauw verwant aan Lycopodium, een verklein woord van Lycopodium; kleine wolfsklauw.

Moeraswolfsklauw, Engels interrupted of marsh club moss, Duits Gewhnliche Moor-Brlapp, Gewhnlicher Sumpf-Brlapp.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl