Stewartia
Over Stewartia
Schijncamelia, vorm, kruiden, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,
Mooie houtachtige planten die hoofdzakelijk gekweekt worden om hun grote en opvallende bloemen.
Meestal bladverliezende struiken of bomen met afbladderende bast. Bladeren staan afwisselend en zijn kort gesteeld en gezaagd.
Dakpansgewijze geschubde knoppen.
8-20 soorten komen voor in O. N. Amerika en O. Azië. De laatste groeien 3-20m hoog terwijl de Amerikaanse meer struiken zijn van 3-5m. Soms worden ze gedeeld in het geslacht Hartia.
Het zijn zeer mooie sierplanten met schitterend helder groen en tamelijk groot blad dat in diep rood of oranje verandert in de herfst. Ze zijn aantrekkelijk midden in de zomer vanwege de kopvormige bloemen die in grootte nauwelijks overtroffen worden door een andere winterharde plant. Bloemen zijn oksel of eindstandig en staan aan dit jaar gevormde twijgen, tweeslachtig met 5kelk en kroonbladeren, zelden 6. Meeldraden zijn talrijk.
Theaceae.
Stewartia gemmata. Planten die onder deze naam verkocht worden zijn in Europa meest Stewartia rostrata. Deze laatst kan gemakkelijk hybriden vormen met Stewartia sinensis.
=Stewartia rostrata Spongberg. (snavelvormig, de vrucht) is een struik of boom van 5-12m.
Stewartia rostrata “Hulsdonk Pink’ heeft roze bloemknoppen met later een roze bloem.
Witte bloemen in mei, een van de eerst bloeiende, 3-5cm doorsnede.
Rode vruchten, roodachtig blad met rode herfstkleur.
Winterhard.
Komt uit China.
Stewartia henryae Spongberg is een hybride van monadelpha x pseudocamellia en verscheen spontaan bij de Henry Foundation for Botanical Research, Gladwyne, Pennsylvania, naar de botanist Mrs. J. Norman Henry, waar het in 1964 beschreven is. Het heeft de bloeirijkheid van monadelpha, maar niet zulke grote bloemen als pseudocamellia. De bast staat tussen beide ouders in. Wordt 3m hoog.
Witte bloemen.
Uit Redoute.
=Stewartia malacodendron, L. (malva achtige boom) Bladeren 5-10cm lang en heldergroen en iets ruw aanvoelend, van onderen blijvend kort behaard en bij het ontplooien viltig behaard, ovaal/elliptisch met gewoonlijk de grootste breedte in het midden, zwak gezaagd.
Jonge twijgen zijn dun en aan de top viltig behaard.
Bloeit van juni/augustus met zeer grote en zuiver witte bloemen, 7-10 cm diameter met uitgespreid staande omgekeerd breed eivormige bloembladen die aan de onderkant wat behaard zijn. talrijke meeldraden en wat blauw aangelopen helmknoppen.
Een brede en opgaande struik met verspreid staande en zomergroene bladeren.
Groeit alleen op zeer beschutte plaatsen en is niet winterhard.
Komt uit Z. O Amerika en wordt 4m hoog.
Silky Stewartia, Silky camellia, Virginia stewartia.
“Delmarve’ komt van wild zaad dat verzameld is op het Delmarva Peninsula door Jack Legendre.
Uit http://bonsaiunearthed.com/fujikawa-kouka-en/stewartia-monadelpha/
Stewartia monadadelpha Siebold & Zucc. (draagt de meeldraden in 1 tezamen) Struik of boom van 4-8m of meer in zijn natuurlijke omgeving.
Gladde en glimmende kaneelbruine schors die in platen loslaat zodat er diverse kleuren te zien zijn.
Ovaal tot langwerpige gezaagde bladeren van 3-8cm lang die in de herfst mooi geelrood verkleuren.
Witte kopvormige bloemen in de bladoksels in mei-juni met gele stamper en violette meeldraden, 2.5-4cm diameter.
Matig winterhard.
Uit Japan, Korea.
Boomcamellia, orangebark of tall Stewartia.
Uit Redoute.
=Stewartia ovata Weatherby (ovaal) is een bladverliezende struik of kleine boom van 5m.
Gladde grijsoranje gevlekte bast.
Ovale bladeren met scherpe top van 7-13cm lang en 3-6cm breed die in de herfst oranje, rood en geel worden.
Camelia-achtige bloemen met 5 witte bloembladeren en vele witte, gele of oranje meeldraden vroeg in de zomer..
Er zijn 2 var.; Stewartia ovata var. ovata. Bloemen van 6-8 cm diameter, meeldraden wit tot geel. Stewartia ovata var. grandiflora (W.J.Bean) Weatherby, grotere bloemen tot 12 cm diameter, meeldraden purper.
Uit N. Amerika, de Appalachia Mountains.
Mountain Camellia, summer dogwood en mountain Stewartia.
Stewartia pseudocamellia, Maxim. (schijn Camellia) Bladen zijn elliptisch tot lancetvormig, bladverliezend, 5-7cm en heldergroen, van onder lichter en kaal of met enkele lange en zijdeachtige haren ebzet, gezaagd. Ze zijn helder groen en verkleuren in de herfst naar geel en diep purper.
Jonge twijgen zijn onbehaard en dunner dan de volgende soort, grijs/bruin.
Witte schotelvormige bloemen met opvallende meeldraden die oranjekleurig zijn staan alleen in de bladoksels en zijn schotelvormig, kort gesteeld zijn. Ze bloeien in juli/augustus met bloemen die elkaar telkens opvolgen zodat de bloei vrij lang is. Kan gebruikt worden als parkboom.
De bast is rood en glad, pelt af in grote dunne platen.
Het is een struik met opgaande takken of boom die 15m kan halen en zelfs meer in Japan. Is beschreven in 1879.
Stewartia pseudocamellia var. japonica Maxim. Uit Japan. Bloemen zijn open kopvormig, Stewartia pseudocamellia var. koreana (Nakai ex Rehd.) Sealy. Uit Korea bloemen zijn plat als ze open zijn.
Naam, etymologie.
Stewartia is zo genoemd door Linnaeus naar John Stuart, 3de Earl of Bute, een beschermer van de botanie, 1713-1792.-1910. Hij adviseerde prinses Augusta bij de aanleg van de Kew Gardens. Een vertaalfout van Stewart en Linnaeus noemde ze zo Stwaria in al zijn beschrijvingen. Later kwam meer de naam Stuartia op, maar de originele naam is van Linnaeus Stewartia.
Schijncamelia, boomcamelia, Japanese Stewartia, deciduous Camellia, Japans natsutsubaki; zomer camelia.
Duitse Scheinkamellie, Franse Stewartia a grandes fleurs.
Planten.
Ze groeien het beste in wat rijke, vochtige en luchtige en wat zure grond en in noordelijke gebieden in een warme en zonnige plaats. Is redelijk winterhard, toch zal wat beschutting een goede zaak zijn.
Vermeerdering is door zaden, geef het zaad eerst 6 weken 0 graden en zaai bij 15 graden, en afleggers, ook zomerstek is mogelijk, juni, 1%ibz.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl