Ornithopus

Uit O. Thome, www.BioLib.de

Een geslacht van een paar kleine planten in de Canarische eilanden, door Europa tot W. Azië, ook komen ze voor in Tropisch Afrika en Brazilië. Verwant aan Coronilla.

De bloemen zijn klein en witachtig, roze of geel en staan in schermen, vlinderbloemig.

Fabaceae, vlinderbloemige, Hedysarum klasse.

= Ornithopus perpusillus, L. (uiterst klein)

Bladen met 6 tot 9 paren blaadjes en een eindstandige, ze zijn ovaal en donzig.

Stengels liggend en opstijgend tot 30cm hoog Bloemstengel is langer dan de bladeren.

Bloemen zijn bijna zittend, klein en crèmekleurig met rode nerven in juni tot augustus. Peulen zijn gedraaid en buigen rond bij rijpen en geven zo de indruk van een vogelpoot Eenjarige van droge gronden uit gematigde streken van Europa.

Naam, etymologie.

(Dodonaeus) (a) ‘De Brabanders noemen dit kruid voghelvoet, dat is in het Grieks Ornithopodion en in het Latijn Avis pes omdat zijn tezamen verzamelde dunne omgekromde hauwtjes die in ettelijke leden of knoopjes verdeeld zijn op de klauwtjes van kleine vogeltjes lijken. Het is zonder twijfel een medesoort van de kruiden die van Galenus Arachis genoemd zijn. Al is het zaak dat de tweede soort van dit gewas van vele grote vogelvoet genoemd wordt die in Italië veel groeit en de naam van Ornithopodium majus voert, nochtans hebben sommige de gewone vogelvoet grote vogelvoet genoemd, in het Engels birdes foote.

De ander soort mag ook wel vogelvoet heten en voor het groot vogelvoetkruid, in het Latijn Ornithopodion majus, gehouden worden omdat de hauwtjes al zijn ze niet zo bescheiden in leden verdeeld hebben ze nochtans enigszins de gedaante van kleine vogelklauwen hebben.’

Ornithopus komt van het Griekse ornis: een vogel, en pous: een voet, een verwijzing naar de klauwachtige peulen en grondbladen.

Al de soorten uit deze groep bezitten tezamen gedrukte en gekromde, als de tenen van een vogel uit elkaar staande peulen. Vandaar klein vogelpootje, Engelse birdճ foot of fowl foot, Duitse Kleiner Vogelfuss, Krallenklee en Klauenschote, Frans pied dկiseau dlicat, ornithope en bois de merle. Dat vooral voor de eerste soort. Duitse Musewicke.

Gebruik.

Dit kruid behoort tot Saturnus, de plant is van een drogende, bindende kwaliteit en is daarom goed in wonddranken en zo wordt het ook, voor hetzelfde gebruik, van buiten toegepast.

Uit J. Kops, www.BioLib.de.

Ornithopus sativus, Brot. (gekweekt) De vele takjes zijn verspreid over de grond en zijn bezet met vele gevleugelde bladeren.

De kleine bloemen zijn van een gele, witte of roze kleur, ze zijn samengevoegd in een hoofd die daarna veranderen in kleine peulen, de vogelpootjes.

Ze groeien op heidevelden en vele open en zonnige plaatsen.

Dit lage kruid, halve meter, groeit maar met een beetje gewas boven de aarde. Geeft goed veevoer.

Is afkomstig uit Spanje en de Canarische eilanden. Kwam in 1818 in Engeland aan.

Naam.

Serradelle, Duits Serradella, van een Portugees/Spaans serradilla: gezaagd, ook pe de passaro.

Duits Radella, Sardellen, Sedella, Schewedellgras, Ewiger Klee, Groer Vogelfu, Engels common birds foot, Frans pied-dկiseau cultiv, serradelle.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl