Smelowskia

Over Smelowskia

Zodenvormend, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Smelowskia is zo genoemd naar Prof T. Smelowski, Russische botanicus uit St. Petersburg die in 1815 gestorven is.

Wat zodenvormende grijs/wit behaarde meerjarige kruiden die geschikt zijn voor de rotstuin.

Bloemen staan in trossen, zonder schutbladen, wit of geel, vrij smal.

Een 10 soorten in Azië en N. Amerika.

Brassicaceae, kruisbloemenfamilie.

Smelowskia calycina, C. A. Meyer (kelkachtig) Gehele plant is dicht grijs wollig behaard.

Onderste bladeren staan in een rozet en zijn lang gesteeld, langwerpig en geveerd met langwerpige, stompe slippen, stengelblaadjes kort gesteeld.

Opstijgende stengeltjes.

Trossen van 12-20 witte bloempjes met 5-6mm lange bloemblaadjes in juli.

Uit midden Azië en Altaj en ook in Colorado en Utah, var. americana, wordt 5-10cm hoog.

Is beschreven in 1823.

Planten in zandige grond op zonnige en vrij droge plaatsen.

Vermeerderen door zaaien en scheuren.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl