Krameria

Uit F. Kohler, www.BioLib.de.

Zijdeachtig kleine behaard bladeren die afwisselend staan.

Bloemtrossen of de bloemen staan alleen, eindstandig, rood of purper.

Een 18 soorten komen voor in tropisch Amerika tot de Caribische eilanden.

Het zijn parasiterende struiken of kruidige planten.

Kiemende zaden hebben geen wortelharen.

Polygalaceae, vleugeltjesbloemfamilie, nu Krameriaceae, Zygophyllaceae.

=Krameria triandra Ruiz.. & Pav. (vast houden, als de klit) (Krameria lappaceae Burd.) (met drie meeldraden) is een halfheester van 30-100cm hoogte.

Bladeren staan afwisselend of verspreid en dicht bij elkaar, elliptisch tot ovaal en harig.

De bloemen zijn helderrood.

De zeer grote, houtige en zeer dikke (5-10cm) knoestige wortels worden gevonden op 1000‑2600m zeehoogte van de Andes, Bolivia en Peru. Ze komen als ratanhiawortel in de handel.

Naam, etymologie.

Krameria is zo genoemd naar de twee Kramers, John George Kramer, 1684-1744, Oostenrijkse legerarts en botanist, zijn zoon William Heinrich Kramers, arts en naturalist, gestorven in 1765.

Ratanhia. In Duits, Engels en Nederlands heet het ratanhiawortel, radix ratanhiae, Duits Ratanhia, Peru- of Payta-Ratanhia. Rhatanhia betekent de plant die op de grond kruipt.

Uit flickeflo.com

Krameria tomentosa, St. Hill. (viltig) is afkomstig uit Guyana, Brazilië.

Gebruik.

In Huanca en Lima gebruiken de vrouwen de ratanhia als tandonderhoudsmiddel. In 1779 stelde Ruiz de afkomst van de wortel vast en bracht die in 1796 naar Spanje en vandaar naar Frankrijk en Engeland, in 1818 naar Duitsland. In die tijd was het een geliefd en intens adstringerend werkend middel. Nu wordt het gebruikt voor tandtinctuur of mondwaters.

In Portugal werd het gewas gebruikt om de kleur en rijkdom van de rode portwijn te verbeteren, of te vervalsen.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl