Geum

Over Geum

Nagelkruid, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt.

Uit Redoute.

Een geslacht van border- en rotsplanten, waarvan sommigen waardevol zijn vanwege de mooie helder rode bloemen, sommigen zijn puur geel, anderen sieren zich met lange en pluisachtige vruchten.

Meer dan 50 soorten van meerjarige planten komen voor, meestal in koudere gebieden. Nauw verwant aan Potentilla en Fragaria.

De bladeren staan meestal in een rozet.

De borstelige of harige vrucht is een hulpmiddel bij verspreiding.

Rosacea, Potentilla klasse.

Uit www.searchdictionaries.com

Geum aleppicum, Jacq. (uit Aleppo) Gehele plant is wat roestkleurig behaard.

Opstaande stengels zijn bovenaan vertakt.

Onderste bladeren zijn liervormig/geveerd met 5-7 wigvormige slippen, het topblaadjes is veel groter dan de zijblaadjes, alle ingesneden/getand, bovenste blaadjes meestal 3tallig.

Heldergele bloemen van 2cm in doorsnede in juli/september.

Uit N. China, Mantsjoerije en Siberië, wordt 60-100cm hoog.

Er zijn 2 subspecies.

Geum aleppicum subspecie aleppicum uit Europa en Azië.

Geum aleppicum subspecie strictum uit N. Amerika (strak, stijl).

Yellow avens.

Uit www.expono.com

Geum balcanum Maly. (uit de Balkan) en Macedonië, wordt 30-40cm hoog, =kruising tussen coccineum x montanum, staat in groeiwijze tussen beide ouderplanten in.

Opstaande stengels met 1-3 bloemen.

Bloemen zijn oranje/geel en ongeveer even groot als montanum in juni/augustus.

Var. aurantiacum wordt 30-50cm hoog bloeit vanaf juli tot in de herfst met mooie oranje/rode bloemen. Gewonnen door J. Kellerer, chef tuinman van Prins Boris te Sofia, Bulgarije.

Var. heldreichii (Th. Von Heldreich, Duitse botanicus, 1822-1902) wordt 40-60cm hoog met vele 3cm grote menie/rode bloemen. Hiertoe behoren de vormen’Magnificum,’ met 4cm grote, helder oranje bloemen met 2 rijen bloembladeren. ‘Splendens’ met hogere groei en grotere, lichter gekleurde bloemen dan het type. Balkan Nelkenwurz.

Uit www.nzplantspics.com

Geum chiloense, Balb. (uit Chili) Gehele plant is ruig behaard.

Onderste bladeren zijn geveerd met 6-12 ingesneden/getande bladeren, het topblaadjes is iets groter dan de zijblaadjes.

Opstaande stengels zijn vertakt met vele bloemen.

De scharlaken/rode bloemen staan in trossen en zijn talrijker dan bij coccineum, bloembladeren langer dan breed en uitgerand in juni/augustus.

Uit Vuurland, Chili, wordt 40-50cm hoog. Is beschreven in 1826.

Chilean avens.

Geum coccineum, S & Sm (bes rood)

Zacht behaarde plant.

Liervormig/geveerde bladeren met 4-6 ingesneden/getande blaadjes, topblaadje is hart/niervormig en veel groter dan de zijblaadjes.

Opstaande stengels met 2-3 bloemen.

Oranje/scharleken bloempjes van 3-4cm in doorsnede met rond/eivormige bloembladeren die breder zijn dan lang in juni/augustus.

Uit Macedonië en Klein Azië, wordt 30-50cm hoog.

‘Borisii,’ heeft zacht behaarde bladeren. is de bekende oranjerode vorm met trossen op stevige stengels in mei/juni.

Scarlet flowered avens, red avens. Rote Nelkenwurz, rood nagelkruid.

Hybriden van 50-70cm hoog. Onder deze verzamelnaam kunnen de vele tuinvormen gerangschikt worden die meestal ontstaan zijn uit kruisingen van perryi x balcanum en var met mogelijk nog andere soorten.

Sterk groeiende en rijk bloeiende planten met opstaande en veelbloemige stengels, grote liervormige/geveerde bladeren met bloei in juni/augustus.

‘Eweni,’ met talrijke half dubbele, oranje/gele, terracotta gekleurde bloemen.

‘John Bradshaw, met zeer grote, dubbele abrikooskleurige bloemen. Gewonnen door J. Bradshaw Esq te Southgate, Engeland.

‘Lady Stratheden,’ met 6cm grote, dubbele goudgele bloemen. Gewonnen door Bakers Ltd. te Codsall, Engeland.

‘Orangeman,’ verschilt van de vorige door de meer oranje/gele bloemen. Gewonnen door B. Grove & Sons, kwekers te Sutton Coldfield, Engeland.

Prince of Orange,’ hoog opgroeiend met stevige stengels en zeer grote, half dubbele donker oranje/gele bloemen. Gewonnen door Watkins & Simpson, kwekers te Londen.

Andere hybriden, hoogte is van 20 tot 60cm. afhankelijk van de soort. Bloeitijd is mei-juli.

‘Dolly North,’ een donkeroranje en halfgevulde dolly.

‘Prinses Juliana,’ is koninklijk helder oranjegeel en grootbloemig.

‘Red Wings,’, scharlakenrood en halfgevuld.

‘Rubin,’, een karmijnkleurige vorm, halfgevuld met iets hangende bloemen.

‘Rijnstroom,’ vloeit in koperkleurig oranje.

Hybriden, meestal oranje of rood, zijn door die kleur goed te combineren met het blauw van Salvia, Nepeta, Veronica en dergelijke.

Uit www.specialperennials.com

Geum x perryi Bergm. (A. Perry, de winner en kweker uit Enfield, Engeland) kruising tussen coccineum x chilense. Staat in groei en bloeiwijze tussen beide ouders in. De veelbloemige stengels dragen 4-5cm grote, half dubbele scharlaken/rode bloemen van juni tot eind augustus. Is bekend als ‘Mrs. Bradshaw,’, moet op een zonnige plaats staan, anders komen er maar weinig bloemen.

Uit Atlas der Alpenflora.

Geum montanum, L. (van de bergen) Zacht behaarde bladeren, de onderste liervormig/geveerd met ongelijke slippen, het 3lobbige topblaadjes is veel groter, stengelbladeren zijn 3lobbig en ingesneden.

Opstaande stengels met 1 bloem.

De 3-4cm goudgele bloemen hebben meestal 6 bloembladeren in juni/juli die gevolgd worden door een mooi ineen gedraaide roze haarkuif. De wortel wordt gebruikt.

Uit de Alpen, Pyreneeën en Balkan, wordt 15-30cm hoog. Is beschreven in 1597.

Var. grandiflorum met veel grotere en iets donkerder gekleurde bloemen dan het type

Var. superbum verschilt door de sterkere groeiwijze, grotere bladeren en stengels met vele bloemen met rijke bloei in juni/augustus met opstaande en mooie oranje/gele, 4-5cm grote bloemen. Mogelijk is het een kruising.

Naam.

(Dodonaeus) ‘De ander soort is Caryophyllata montana, dat is in het Nederduits berg Caryofyllate van de nieuwe kruidbeschrijvers genoemd. Het zou enigszins met de beschrijving van Baccharis overeen mogen komen was het zo dat ze purperen of wat naar het witte trekkende bloemen had in plaats dat ze goudgele bloemen heeft,’

Duitse Benediktenkraut, -wurz, Berg Nelkenwurz, Bergsanikel, Bluttwurz in Zillerthal, Karniffelwurz, Petersbart, Steinbenedix, Engelse yellow flowered mountain avens, alpine avens.

Uit thefloweringgarden.com

Geum pentapetalum, Mak. (5 bloembladen)

Bladeren zijn geveerd en donkergroen, weinig of niet behaard met wigvormige, spitse en ingesneden bladeren.

Rotsplantje met kruipende, half heesterachtige stengels.

Talrijke alleenstaande, 3cm grote, helderwitte bloemen.

Uit Japan, O. Siberië en Kamtsjatka, wordt 8-12cm hoog. Aleutian avens.

Uit; https://fr.wikipedia.org/wiki/Geum_reptans

Geum reptans, L. (kruipend) Bladeren zijn liervormig/geveerd met kleine, gezaagd/ingesneden zijblaadjes en iets groter 3lobbig topblaadjes.

Stengels met 1 bloem die ongeveer even hoog zijn als de bladeren.

De gele bloemen zijn 3-4cm in doorsnede met meestal 6 bloembladeren in juni/augustus.

Kalkarme grond.

Uitlopers vormende plant.

Uit de Alpen, Karpaten en N. Balkan, wordt 10-20cm hoog. Is beschreven in 1597.

Naam.

Kruipend nagelkruid, Gelber Gathan in Tirol en gelber Spreik in Linz, Kriech Nelkenwurz, Kriechende Nelkenwurz of Gletscher-Petersbart, Engels creeping avens.

Uit atlas der Alpenflora.

=Geum rivale, L. (van de rivieroever) Onderste bladeren zijn liervormig/geveerd met kleine en ongelijke zijslippen en zeer groot, vaak breder dan lang, gelobd/getand topblaadjes, stengelbladeren kort gesteeld tot zittend, gaaf tot 3tallig. Het blad is vaak met wat rood overtrokken, dunner en zachter dan urbanum.

Opstaande stengels die behaard zijn met 2-3 bloemen.

Hangende lichtgele bloemen die wat roodachtig zijn aangelopen, kelkblaadjes aan de buitenkant rood/bruin in mei/juli. Als de donkere bloemknoppen openbarsten buigt die sierlijk naar beneden om stuifmeel en honig te beschermen tegen de kletterende regen, terwijl, als de vrucht gevormd wordt, de stengel weer omhoogsteekt. Rijk gekleurde bruinrode bloembladen openen in licht groen, vervloeien in roze en worden als het ware gelooid met een geelbruin en sterk gemarkeerd door donkerrode nerven.

Meerjarige van wat vochtiger terreinen.

Knikkend nagelkruid komt in het wild voor op vochtige en schaduwrijke plaatsen, Europa, N. Azië en N. Amerika, 25-40cm hoog.

Var. leonardii (Mr. Leonard, eigenaar van Millmead Nursery te Guildford, Engeland waar deze plant werd gewonnen) verschilt door de licht groene bladeren en iets langere stengels met grotere en meer oud roze gekleurde bloemen.

De grote en zwartachtige rizoom deelt het aromatische parfum met Geum urbanum, is ook gelijk in gebruik.

Naam.

De vrucht draagt lange haren die door de wind verspreid worden en wordt daarom wel Gentsche maagdekens genoemd.

In Duits heet het knikkend nagelkruid Bachnelkenwurz, wilde Benedictenwurz, Waldbenedict bij Bock in 1539, Augenwurz, Bachbenedikt, Blutstrpfchen, Herrgotts Brot, Herzwurz, Kapuziner, Wasserbenedikt, Wasserwurz, Dodenbeudel, Heilandsbrot, Himmelsbrot, Mannskraft, Patakappl, Seckelmeister, Speckblume, Wille Klocken, Wiesengaraffel, van giroffel: nagel, Zwitsers Bachkapuziner, Bach-Nelkenwurz, Bachrosli, Chamisegerli, Schlotterhose, in Engels drooping-, purple- of water avens, Indian chocolate, Frans benote des ruisseaux..

Gebruik.

Het kruid was goed voor het hart vanwege de reuk, hiertoe werd zaad van anjer met kaneel en folie in wijn gedaan.

De wortels werden in de herfst verzameld en gedroogd om zo guirlandes goed te houden, een goede geur te geven en motten weg te houden. De wortels houden motten weg en zo dacht men dat ook de duivel weggehouden werd.

Uit L. Watson.

=Geum urbanum, L. (van de stad, door stadslieden veel gebruikt) is een laag blijvend.

De vele ruige en donkergroene bladeren zijn verdeeld in segmenten, de onderste zijn gedeeld met afwisselend staande deelblaadjes en liervormig, de stengelbladen driedelig.

Goudgeel bloeiend plantje in juni tot augustus. De stijl groeit door na het bloeien en wordt dan houtachtig en als het bovenste stukje, de stempel, afvalt behoudt de punt de vorm van een haakje. Dat is goed om meegevoerd te worden met schapen en kleding.

Groeit graag in de schaduw, hagen, muren en wouden.

Meerjarige uit Europa en Klein Azië.

Naam, etymologie.

(Dodonaeus) (a) ‘Sommige kruidbeschrijvers hebben een sterk vermoeden dat het Geum is daar Plinius van vermaant in het 7de kapittel van zijn 26ste boek wat ik nochtans niet heel zeker geloven kan aangezien dat Plinius er zo weinig woorden van maakt dat men zulks daaruit als geen bescheid kan rapen, want hij schrijft er niets anders van dan aldus; ‘Geum heeft dunne tere worteltjes, zwart en welriekend.’ Dit kruid wordt tegenwoordig in het Latijn Caryophyllata genoemd omdat de wortelen naar gyroffels of kruidnagels schijnen te ruiken, de Brabanders caryofyllate, in Italië heet het garofanata of garofolata, de Fransen galiot.’

Geum komt mogelijk van het Griekse geyo: stimuleren, de wortels van sommigen soorten hebben dezelfde krachten als Peruviaanse bast (kinine). Het woord Geum kan ook afgeleid zijn van het Griekse geuo: ik proef of geur, naar de aromatisch anjerachtige smaak van de wortel. Vandaar de in de Renaissance en glossaria van de middeleeuwen gebruikte naam Caryophyllata (anjer of kruidnagel). Hiervan stammen ook vele andere namen af als anjerkruid, gariofilaet, gariofelcruyt of gariofilata omdat ze ruikt naar groffels (kruidnagels). Duits Echte Nelkenwurz en Garafel. Ook de naam nagelkruid heeft het gekregen omdat de wortels naar kruidnagels ruiken of omdat de vruchten op nagels lijken. In glossaria van vroeg middeleeuwen komt Nagelchrawt voor, Nagaleswurzel Garafel, Garifel, Gariofilat, Nageleinkraut, Weinwurzel, Engels clove root.

Dodonaeus (b) ‘Van sommige is het Sanamunda genoemd, van andere Nardus rustica, Engelse avens.’ Dyetsche, ‘Nagelkruid of gariofelkruid, of gariofilata, of sanamuda of avancia of lapagus, dat is alle maal hetzelfde. ‘

Sanamunda bij Bock is van een oude naam die luidde: ‘Quis sanat et mundat,’ hij die geneest en zuivert. Heyl aller welt of Heil aller Welt, is nu bekend. Het kruid is gezegend boven alle andere krui­den, geen venijnige beest kan de drager beschadigen. In de ortis sanitatis 1491 komt deze regel voor en wordt het avancia ge­noemd, dit is het origineel van het moderne Frans avance en Engelse avens. Dit woord stamt 13de eeuws oud-Frans avence, dat van middeleeuws Latijns avancia en mogelijk van Grieks enentia: een tegengif. Avens zou ook afgeleid kunnen zijn van awn, wat weer zou kunnen stammen van het Latijnse avena: een gelijkenis naar de geaarde vruchten. Wilder Sanikel is wel van sanamunda afgeleid.

Dodonaeus; ‘Van sommige is het Herba benedicta, de Hoogduitsers noemen het Benedictenwurtz. Dit kruid groeit in Frankrijk veel en wordt daar herbe benoicte genoemd en krijgt soms heel korte wortels met gele aanhangende zeer welriekende vezels op sommige plaatsen zo lieflijk dat ze de kruidnagels heel gelijk zijn.’

H. Hildegard von Bingen noemde het plantje Benedicte: gezegend, ze gebruikte het om bier niet zuur te laten worden. Zo ook A. Magnus. Engels herb bennet en herb bennet, Bennet was een duivelbanner in de 12de eeuw. Er is een associatie met christelijkheid omdat zijn bladeren in drieën groeien en bloembladen in vijven, verwijzing naar H. Drie-eenheid en vijf wonden. Als de wortel in huis is kan de duivel niets beginnen en vliedt weg, daarom is het plantje gezegend boven alle kruiden. We zijn in de duisternis gelaten welk kruid dit was, in de dertiende eeuw was het de hemlock, Conium. Het kruid werd opgedragen aan St. Benedictus omdat toen een monnik hem een kop vergiftigde wijn overhandigde hij de kop zegende en de kop gelijk in stukken brak. De kennis van deze soort schijnt uit het Frankrijk van de middeleeuwen te stammen. Herb bennet en avens zijn beiden namen uit oud-Frans. Herb bennet (in modern Frans benote commune, benoit des villes, of herbe de saint-benoit) komt van herbe beneite. Dit betekent een gezegend kruid en geen kruid van St. Benedict, de verbinding met St. Benedictus komt vanwege de bloei op zijn feestdag, 21 maart. Middeleeuwse herba benedicta, benediktenkruid, Engels St. Benedict’s herb, herb bennet en zo blessed herb, in Italiaans erba benedetta en in Duits Benedictenkraut.

(d) Verder Hasenauge, (van Latijn Lapagus) Igelkraut, Igelkoppe, Igelskraut, de vruchtvorm, Mannskraft, Heilnarsch en wilder Sanikel.

(e) Engels city avens, van de soortnaam, wood avens, goldy, star of the earth, cow wort, colewort en minarta. Culpeper noemt avens ook colewort en herb bennet, als een kruid van Jupiter.

Gebruik.

Zo was het gebruik vroeger. (141, 146, 311, 309) ‘De wortels en bladeren in wijn of water gekookt en dat water of die wijn gedronken is zeer goed in de smart van de zijde en bovendien opent en geneest het de verstopping van de lever en verteert de ruwe vochtigheden en zuivert de borst en het ganse ingewand en laat de taaie slijmachtigheden er uit lossen en ruimen en verdrijft de winderigheden gauw en vooral met wijn gekookt of gedronken.

Op diezelfde manier gebruikt en ingenomen ontdoen ze en scheiden dat gestolde bloed dat ergens in het lichaam ontstoken is en oorzaak van ziekte is en daarom laat men deze wortels en bladeren ook bij de dranken die men maakt om alle wonden en kwetsingen van binnen des lichaam te genezen, hetzij dat ze van slaan of van stoten komen, hetzij dat ze van enige val van hoog veroorzaakt zijn.

Men spoelt en reinigt ook zeer nuttig alle verse en oude wonden en kwetsingen met water of wijn daar dit kruid in gekookt is geweest.

De wortels van de Caryofyllaten gedroogd en wat met azijn besproeid of besprenkelt en in de kisten en laden gelegd bewaren de kleren tegen de motten en schieters en geven die een lieflijke reuk.

Plinius zegt ook dat Geum, wat met de Caryofyllate enige gelijkenis schijnt te hebben en wiens worteltjes dun en welriekende zijn, niet alleen de pijn van de borst en van de zijde geneest, maar ook de taaie fluimen van de longen laat scheiden, het heeft ook een lieflijke smaak.

Nagelkruid met haar welriekende geur is goed voor het hart, daarom is wijn waar nagelkruid met kaneel en foelie in gekookt is, goed tegen ontsteltenis van het hart.’

(411) Het afkooksel van de wortel, 5 gram op een achtste liter water met wat wijn, 30 gram op een fles, werd bij het volk als licht stoppend en versterkend middel bij herstellen gebruikt.

Men moet het gezegende kruid op zekere manier en onder het zeggen van een formule uitgraven en wijden.

Het zal zeker een gezegend kruid zijn als hij al die ziektes geneest die in de oudheid van dit kruid verhaald worden.

De wortel ruikt zwak aromatisch en kruidnagelachtig, maar smaakt bitter en werkt adstringerend. De wortel werd gebruikt voor de geurtoevoeging van voedsel en dranken, de Benedictine. Vroeger werd de wortel ook gebruikt om Augsberger bier te laten geuren. Ook werd het wel gebruikt als gorgelwater tegen ontstekingen in de mond, werkt ziektekiemdodend en wordt zo gebruikt bij diarree.

Gekookt in wijn was het een prima inwendig kruid, vooral van de borst, van buiten verwijdert het vlakken en ongeregeldheden.

Planten.

De planten groeien gemakkelijk en bloeien lang in elke goede grond op een zonnige en matig vochtige plaats.

De soorten die bij elkaar gezet zijn, hybridiseren gemakkelijk met elkaar.

Ze worden meestal vermeerderd door te scheuren in april.

Stekken in augustus zonder groeistof.

Geum coccineum zaden worden 3 weken bewaard bij 20 graden, 6 weken –2 en gezaaid bij 7 graden.

Hybriden gezaaid bij 20 graden, de rest zaaien bij 7 graden. De tuinvormen komen niet geheel zuiver uit zaad terug.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl