Caryota

Over Caryota

Vissenstaartpalm, vorm, palmen, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten,

Uit M. Descourtilz.

Een geslacht van dorenloze palmen met sterk geringde stammen die uitlopers vormen.

13 soorten komen voor op Maleisië, Nieuw-Guinea en Australië.

Ze zijn opmerkelijk vanwege de delta of visvormige blaadjes, het zijn de fish-tail palms, die het sierlijke blad zeer aantrekkelijk maakt, dat zijn dubbel geveerde bladeren, elke deel van een samengesteld blad is weer in twee delen verdeeld. Die blaadjes zijn wigvormig en v vormig naar binnen gevouwen met rafelige randen waardoor ze op gegaffelde visstaarten lijken.

In een hoog en ruim gebouw zijn ze een van de mooiste palmen. Ze groeien matig, maar enkele cm per jaar waardoor het lang duurt voor ze 2.5m hoog worden en de gebogen bladeren naar te ver uitsteken.

Na volgroeid te zijn beginnen ze te bloeien aan de top en lager tot de stengel is uitgeput.

Palmaceae, palmenfamilie, Areca klasse.

=Caryota urens, L. (brandend) De boom geeft een kroon van 10-20 bladen van soms meer dan 5m lang en 3.5m breed, dubbel geveerde bladen die in de jeugd enkelvoudig zijn.

Bloeit met witte bloemen in het 13de levensjaar aan de top van de stam, later staan ze ook lager en zelfs aan de stambasis. Na de bloei sterft de boom.

Tweezadige vruchten zijn kogelachtig gevormd en ter grootte van een kers.

Als kamerplant lijkt deze op de vorige, maar verschilt door de bredere bladeren, deelblaadjes zijn wat korter en smaller en meer driehoekig en minder uitgesneden, ook zijn er minder zodat de kroon wat luchtiger is.

Wordt een 10-20m. hoog met zuilvormige en tot 40cm dikke stam met vele ringen.

Uit de Soenda-eilanden, Sari Lanka en India. Is beschreven in 1788.

Naam, etymologie.

Caryota, is een oude Griekse naam, caryotes: nootachtig, zie Carya.

Jonge bomen bezitten nog de verdroogde bladscheden die later glad worden. Als je zo’n boom beklimt, in zwembroek en met vochtigheid, veroorzaken ze een brandend gevoel, het branden waar de soortnaam op slaat. Of naar de vruchten die branden in de mond. Vinnetjespalm, vissenstaartpalm, Duitse Kittul-, Brennpalme of Fischswanzpalme, naar de bladvorm, Engelse fish-tail palms, jaggery palm, wine palm of toddy palm en bastard sago-palm.

Gebruik.

Ttouw, manden, hoeden, borstels en bezems worden ervan gemaakt. De wolligheid van de bladstelen werd gebruikt voor het kalefateren van schepen. Hout voor huisbouw.

Uit de nog niet ontwikkelde manlijke bloeischede vloeit een hoeveelheid sap, toddy, dat tot stroop verdampt wordt en dat tot een donkere welsmakende suiker kristalliseert. De palm levert zo een 24 pinten wijn per dag. Het meel houdende merg, sago, wordt gebruikt als een soort brood. Het vlees van de vrucht is prikkelend van smaak.

Uit www.biolib.de

Caryota mitis, Lour. (weerloos) Sterk gebogen stengels met dubbel geveerde bladeren van 90cm breed met licht groene blaadjes van 15cm lang en 12cm breed staan in groepen van 20-30 stuks. Ze staan aan halve meter lange stengels. Aan de voet van de stam staan meestal enkele kleinere bladeren.

Kan als kamerplant tot 2.5m hoog worden, heeft dan meestal 5-10 stengels.

Komt pas in bloei als hij zijn definitieve grootte heeft bereikt. De kwastvormige, lang gesteelde bloeiwijzen met kralensnoerachtige takken groeien zijdelings uit de stam en bestaan uit kleine, groenachtige bloemen. De eerste bloeiwijzen ontstaan bovenaan de stam, waarna er geleidelijk steeds meer bloeiwijzen van boven naar beneden ontstaan.

De vruchten zijn bolvormig, tot circa 2cm lang, die lange tijd groen blijven en vervolgens korte tijd roodbruin en uiteindelijk rijpen naar zwart. Wanneer de vruchten van de onderste bloeiwijzen rijp zijn sterft de palm af.

Uit Birma tot Maleisi is beschreven in 1820.

Zachte vinnetjespalm, Engelse Burmese fisthail palms.

Planten.

Uitlopers worden voldoende geproduceerd, maar zijn vaak niet zo krachtig als de ouder, waarschijnlijk omdat de grond uitgeput raakt.

Vermeerderen door zaaien.

Kweek ze in een warme, lichte en vochtige plaats, ze verliezen soms hun wortels als het te koud en te nat is.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl