Paxistima
Over Paxistima
False box, vorm, kruiden, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,
mUit es.wikipedia.org
Mooie houtachtige planten die soms gekweekt worden om hun altijdgroene blad.
Lage altijdgroene struiken, de takken zijn wat vierkantig, wrattig.
Bladeren tegenoverstaand en klein, gezaagd of gaaf, kort gesteeld.
Bloemen zijn klein en staan in weinig bloeiende okselstandige schijnschermen, vierhokkig, vruchten 2hokkig met in elk hokje 2 zaden die evenals bij Euonymus door een zaadmantel zijn omgeven.
1 soort komt voor in de bergen van N. Amerika. 1 nauw verwante soort.
Verwant aan Euonymus.
Het zijn laag klimmende of spreidende struiken met klein en altijdgroen blad en onaanzienlijke roodachtige bloemen die gevolgd worden door kleine en dofkleurige zaaddozen.
Celastraceae.
=Paxistima canbyi, Gray. (Pachistima canbyi Gray) (William Maniott Canby, 1831-1904) Bladen zijn smaller, ovaal, tot 3cm en ongesteeld.
Bloemen zijn groen/geel in april/mei in weinig bloemige hangende schermen.
Vrucht is tot 4mm in doorsnede en groen tot crème/wit, zaden met een zeer dunne witte zaadmantel.
Een dwergstruik met klimmende en wortelende twijgen, komt zelden hoger dan 25cm. Van de volgende te onderscheiden doordat het meer kruipt en gemakkelijker wortels vormt Deze lijkt in vorm en blad op Euonymus nanus maar is minder krachtig en meer regelmatig van groei.
uit N. Carolina en Virginie, is beschreven in 1889.
Soms wordt die ratstripper genoemd, cliff green, mountain lover. Lijkt veel op Pachysandra.
Uit de.academic.ru
Paxistima myrsinites Rafinesque (Myrsine-achtig) (Pachistima myrsinites, Raf. Blad is breed elliptisch tot ovaal en tot 3cm lang, leerachtig en heldergroen, van onderen iets lichter bladrand iets omgebogen en boven het midden gezaagd, zeer kort gesteeld.
Jonge twijgen zijn eerst groen en vierkant later bruin en rond, sterk afstaand of kruipend
Bloemen komen in juni/augustus, roodachtig, in kort gesteelde schermen en gewoonlijk 3 bijeen, of alleen.
Vruchten zijn wit en tot 8mm in doorsnede, met 2 kleppen springen ze open en in elk hokje 2 zaden.
Een spreidende struik die tot een halve meter hoog komt. Lijkt op de smalbladige vorm van Euonymus radicans maar is ruiger en stijver van groei.
Uit Westelijk N. Amerika is beschreven in 1818.
Naam. etymologie.
Paxistima of Pachistima, Grieks pachus: dik, stigma: stempel, nerf, naar de licht verdikte stempel, Duitse Dicknarbe, Oregon boxleaf, false box.
Planten.
Ze groeien het liefst op veenachtige of humus houdende grond en groeien ook in de halfschaduw.
Vermeerderen door zomerstek of van wortel schietende twijgen.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl