Pentaglottis

Over Pentaglottis

Overblijvende ossentong, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit Curtis Britisch entomology.

1 soort.

Boraginaceae, ruwbladige, Heliotrope klasse.

Pentaglottis sempervirens (L) L. H. Bailey. (altijd groen)(Anchusa sempervirens, Caryolopha sempervirens)

Onderste bladeren zijn ei tot langwerpig, de voet lang uitlopend in de steel, stengelbladeren zijn driehoekig gevormd, de voet kort uitlopend in de steel, de bovenste stengelbladeren zijn eivormig en zittend, alle bladeren zijn behaard.

Opgerichte en behaarde stengels die bovenaan vertakt zijn.

Talrijke kleine, hemelsblauwe bloempjes staan in trossen in mei/juli.

Uit Z. Europa, W. Azi, wordt 60-100cm hoog.

Լb>Variegataռ/b> heeft geelachtig bonte bladeren. Deze bonte moet wel op een zonnige plaats staan.

Naam, etymologie.

Pentaglottis; Grieks pente; vijf, glossa; een tong.

Groene ossentong. Duits Grune Ochsenzunge, Engels green alkanet, evergreen bugloss en alkanet, Frans buglosse toujours verte. Is naar onze streken gebracht vanwege de rode verf die uit de wortels gewonnen kan worden.

(Dodonaeus) ‘Van dit geslacht van buglos wordt er noch een soort gevonden met diergelijke bladeren, maar kleiner en met blauwe bloempjes die geen draadjes in hun midden hebben en kleiner zijn dan die van de gewone buglos. De wortel blijft lang in het leven en kan de winterse koude goed doorkomen en zelfs de bladeren blijven altijd groen.

De andere minder gewone soort van bernagie, in het Latijn Boraginis altera species, mag ook wel Borago semper virens heten, dat is bernagie die altijd groen blijft. (zie Borago)

De bloemen van de andere soort die altijd groen blijft hebben ook dezelfde kracht tegen de gebreken van het hart die met zwaarmoedigheid komen.

De wortel van de gewone bernagie en vooral van de andere die altijd groen blijft is de waalwortel van krachten wat gelijk.’

Planten.

De hier vermelde plant is een aardige groenblijvende soort die geschikt is om geplant te worden langs heesterranden. Groeit gemakkelijk in elke goede grond op niet te vochtige, goed doorlatende en half beschaduwde plaatsen.

Vermeerderen door scheuren en zaaien.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl