Amaryllis
Over Amaryllis
Belladonna Lelie, vorm, bolgewas, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, planten, teelt.
Het geslacht werd oorspronkelijk door Carolus Linnaeus veel ruimer opgevat dan tegenwoordig. In het begin van de 20e eeuw werd het geslacht beperkt tot de soort belladonna lelie. In de plantenhandel wordt de naam nog steeds breder gebruikt, met name voor soorten uit het Zuid-Amerikaanse geslacht Hippeastrum. Amaryllis is wel nauw verwant met op Hippeastrum gelijkende bloemen maar dat is toch een ander bolgewas. De echte Amaryllis is zelden in cultuur.
Slechts een enkel soort wordt tot dit geslacht gerekend. De oorspronkelijke kleur was roze.
Pas in 1998 werd door de botanist Deirdr A. Snijman met =Amaryllis paradisicola (bewoner van het paradijs) een tweede soort beschreven die ook uit Z. Afrika stamt.
Amaryllidaceae, Amaryllisfamilie, Amaryllis klasse.
Uit Redoute.
Amaryllis belladonna, L. (mooie dame)
De belladonna lelie is een bolachtige plant en elke bol is 5-10cm in diameter.
Het geeft verschillende riemachtige bladeren van 30-50cm lang en 2-3cm breed die in twee rijen staan. Die komen in de herfst of vroeg in het voorjaar en sterven tegen de zomer af.
Kostelijk geuren stromen uit zijn donkerroze bloemen in laatzomer en begin van de herfst. Elke bol geeft een of twee naakte stengels. De grote en wat hangende bloemen zitten met 8-12 stuks van 6-10cm lengte aan een massieve stengel van 60cm of meer. De kleur is purper-roze en wordt vaak witter naar de basis toe.
‘Barberton’ werd gebracht door van Tubergen met donkerroze bloemen. Deze fa bracht vele cv’s in de kleuren vlak naast roze.
Naam.
Amaryllis heet een herderin uit de idyllen de Griekse dichter Theocritus, zo ook bij Ovidius en een pastorale Eclogues’, van Vergilius, van het Griekse αμαρυσσω (Latijn amarysso) amarussoo: stralen of fonkelen en zo mogelijk naar haar ogen. Het is een naam die gekozen is wegens de stralende schoonheid van de bloemen.
De naam komt ook voor in de pastorale poëzie van de Renaissance en is daardoor als doopnaam in gebruik gekomen. Vergelijk Milton’s landmeisje in Lycidas ‘To sport with Amaryllus in the shade’ en Hoofts >Amaryl, de deken zacht.’
Bolgewassen met smalle bladeren noemde men narcissen en zo werd het Narcissus Indicus. Het is de Duitse Belladonnalilie, Narzissenlilie en Schonlilie. Linnaeus noemde het bella donna (schone dame) naar de stralende roze en witte kleuren. Engelse belladonna lily of nakes ladies, vanwege zijn bloeien zonder blad, en Franse amaryllis.
Mythe.
Amaryllis was een lieflijk en bekoorlijk meisje. Stralend was ze om alles wat haar jonge ziel in verrukking kon brengen. Ze was iedereen tot vreugde. Op haar zestiende was ze nog rein en onbedorven. Geen minnaar had haar nog wakker gemaakt. Tot ze de schaapherder Alteo ontmoette toen ze bloemen plukte op de voorjaarsweide. Ze was hoger geklommen dan ze ooit gedaan had en vond zodoende de schapen, hond en schaapherder. Die stond in de verte te turen en merkte het meisje nauwelijks. Maar zij zag hem in de stralende zon en toen, ze was al blij vanwege de bloemen, veranderde haar wereld en werd alles anders. Alteo gaf echter niet om haar, de mooiste meisjes lieten hem onverschillig, hij hield alleen maar van de bloemen die op zijn weiden en in de tuinen groeiden. Hij had vaak gezegd: ‘Alleen haar zal ik mijn liefde geven die mij een nieuwe bloem kan brengen.’ Niemand had daaraan kunnen voldoen en zo waren vele meisjesharten gebroken. Hij was daar onverstoorbaar onder, zo ook bij Amaryllis.
Uit wanhoop trok ze naar het orakel van Delphi en stelde daar de vraag .’Wat moet ik doen, hoe krijg ik zijn liefde’. Uit de donkere tempel klonk de stem van de Pythia, ‘zou je eigen bloed willen geven om zijn liefde te winnen? ‘, ‘ja’, zei het meisje. ‘luister dan goed, bij de uitgang van de tempel staat een beeld van de godin Urania, ze draagt een koker met gouden pijlen en die hebben een fijne stalen weerhaak. Neem er een mee naar huis, ze verwonden het hart, maar nooit zo dat het dodelijk is. Wacht dan tot een stille en heldere maannacht in mei. Sta klokslag 12 op en steek de pijl zonder vrees in je eigen hart en ga dan blootsvoets naar zijn deur. Klop op de deur en zeg hem hoe je hem liefhebt. Een als het de eerste nacht niet helpt, geef de moed vooral niet op en ga de andere nacht weer, vergeet alleen niet dezelfde weg te nemen en de pijl te gebruiken’. Op haar vraag hoe het zat met de bloem kreeg ze geen antwoord. Zo ging ze heen en de eerste nacht werd ze wakker en alles was helder om haar heen, ze nam de pijl en verwondde zich in het hart, het was zo stil dat ze het vallen van de bloeddroppels hoorde. Ze kwam voor zijn deur en riep zijn naam, maar de deur bleef gesloten, zo de volgende en volgende en zo had ze ook haar trots te overwinnen. Op het laatst was het tot stamelen een gefluister geworden tot ze op de 30ste nacht naar huis wilde terugkeren toen op de plek waar de meeste van haar bloeddruppels waren gevallen een bloem opgebloeid was, een vreemde bloem die de grote kelk wijd open had. ‘Alteo’, riep ze verheugd, ‘ik heb de bloem uit mijn bloed voor jou opgebloeid’. Alteo deed de deur open en zag het meisje met de zware stengel in de hand waaraan vuurrode bloemen van liefde bloeiden. Hij huilde bittere tranen en knielde voor haar. Had zij hem niet datgene geschonken dat hem van zichzelf verloste en wel door haar eigen leed volhardend te dragen?
Symbool van bedeesdheid, ook van trots.
Historie.
De plant werd in het begin van de 17de eeuw in Nederland ingevoerd met schepen vanuit de Indische Archipel. Ze brachten deze bollen samen met die van Haemanthus, Crinum en Brunsvigia mee van Kaap de Goede Hoop. Dit is een streek met warme zomers en vochtige, koele wintermaanden. De bloei valt daar in de periode van februari tot april, na de warme zomermaanden vindt dan de bladgroei plaats. Amaryllis belladonna bereikte Engeland in 1712 via Portugal waar het al uitgebreid gekweekt werd. Tot 1804 was het niet met zekerheid bekend wat het land van oorsprong was. Het is daarom ook bekend als ‘Jersey Lily’, naar het Kanaaleiland en dat gaf op zijn beurt weer de naam aan de in Jersey geboren actrice Lillie Langtry.
Geslachtshybriden.
Amaryllis laat zich gemakkelijk kruisen met Nerine, die kruising wordt dan Amarine. Met Crinum wordt het Crinodonna. Met Brunsvigia wordt het Brunsdonna en zo verder tot Amabrunscrinum. Met Brunsvigia Amarinebrunscrinum.
‘Parkeri’ is mogelijk een hybride tussen de Amaryllis bella-donna en Brunsvigia Josephinae met bloemen in aantallen van 30 stuks. De bloem is roze met wit en oranje aan de basis binnenin en oranje aan de buitenkant.
Planten.
De echte Amaryllis is ook geen potplant en uitsluitend geschikt voor de volle grond. De 10cm grote bol wordt geplant in augustus op een warme plaats als een zuidmuur en 10-20cm diep. Ze moeten in de winter goed gedekt worden en met folie tegen vocht. De bladeren beginnen in het voorjaar te groeien en vertrekken in de zomer. Na een korte rustpauze komt dan de bloem. Verplanten heeft geen goede invloed op de bloemen, ze drogen uit. Het eerste jaar na het verplanten kan de bloei daarom matig zijn. Na enige jaren komen er steeds meer en geregelder bloemen. Amaryllis is heel geschikt voor de snijbloementeelt. De bloei wordt bepaald door de groeiomstandigheden in het voorgaande seizoen.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl