Puschkinia

Over Puschkinia

Buishyacint, vorm, kruiden, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit Lindley.

Dit is een zeer klein geslacht uit de leliefamilie van slechts twee soorten.

Afkomstig uit de Kaukasus, Klein Azië en Afghanistan.

De bloemen lijken wat Op Scilla en Chionodoxa, van de eerste verschillen ze door een duidelijke bloembuis en van de laatste doordat de meeldraden met elkaar verbonden zijn. 1 soort.

Liliaceae, Hyacinthaceae.

Puschkinia scilloides, Adams (Scilla-achtig) ) (Puschkinia scilloides, Zucc.) Zoals de naam al laat zien is er veel overeen­komst met Scilla. De 2-3 bladeren zijn wortelstandig en lijnvormig, ongeveer even lang als de opstaande, dunne stengel, ca. 1.5cm breed.

Tros met 6-12 klokvormige en 1.5-2cm in doorsnede, ruim 1cm lange licht porselein/blauwe bloemen met donkerder middennerf, bloemdekslippen zijn 2-3 maal langer dan de bloembuis, meeldradenkroon met afgeknotte tanden, bloemsteeltjes langer dan de bloemen in maart/april.

De porselein/blauwe bloempjes hebben meestal een donkere middenstreep op elk bloemblad zodat er een zacht blauwe gloed overheen schemert.

Uit Klein-Azië en de Libanon is in 1819 beschreven, wordt 10-15cm hoog.

Puschkinia scilloides Adams var. scilloides.

Puschkinia scilloides Adams var. libanotica (uit de Libanon) verschilt door de wat grotere en room/witte bloemen, verder doordat de tanden van de meeldradenkroon spits en 2spletig zijn. ‘Alba’ met witte bloemen.

De bolletjes zijn witachtig en 2cm. in doorsnede.

Het type is zelden in cultuur, wel de var. libanotica.

Naam, etymologie.

Puschkinia werd zo genoemd naar Graaf Apollos Apollossowitch Mussin-Puschkin, Russische scheikundige, fysicus en mineraloog die omstreeks 1805 in de Kaukasus en de Ararat reisde en daar planten verzamelde, onder andere deze, gestorven in 1805.

Puschkinia, buishyacint, Engels striped squill, zie Scilla, Duits Puschkinie.

Planten.

Is zeer geschikt voor verwildering tussen licht heestergewas en in het gras, maar ook in rotstuinen.

De vermeerdering geschiedt door bollen, maar ook door zaadvorming. Het planttijdstip is september. De bolletjes worden 5cm diep geplant, 10cm uit elkaar.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl