Diosma
Over Diosma
Confettistruik, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt.
Uit hortuscamden.com
Diosma.
Een geslacht van kleine en heideachtige struiken die aan de Kaap voorkomen.
Van de meer dan 200 beschreven soorten blijft misschien een dozijn soorten over, de anderen zijn meestal verwant aan nabijgelegen geslachten als Agathosma, Coleonema, Barosma, Adenandra en Agathosma.
Enige, vooral Diosma ericoides, L. (heideachtig) wordt als sierplant gecultiveerd.
Bladen staan afwisselend of tegenovergesteld, lijnvormig en gezaagd, met oliepunten en daardoor vaak geurend.
Deze altijdgroene heeft geurende bladeren, als die gekneusd worden.
Het bedekt zich met geurende witte bloemen die zacht roze bloeien' gedurende de zomer.
Rutaceae.
Naam, etymologie.
Diosma komt van Grieks dios: goddelijk, en osme: geur, een verwijzing naar de krachtige parfum die karakteristiek is voor deze en andere ruitachtige. Een goddelijke geur, Duitse Gotterduft, confettistruik, confetti bush, breath of heaven.
(synoniem Coleonema, Grieks koleos: schede, nema: draad, de meeldraden zijn tot een schede vergroeid)
Uit; http://www.stervinou.fr/en/c6s23a586_diosma-hirsuta-sunset-gold.html
Diosma hirsuta. Wintergroene geurende struik van 70-90cm hoog. Kleine smalle blaadjes.
Bloeit in maart-juni met geurende witte bloemen.
=8217;Pink Fountain’, is roze.
Niet winterhard.
Planten.
Vermeerderen door stekken in zandige stekgrond.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl