Spigelia

Over Spigelia

Vuurgentiaan, vorm, kruiden, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit W. Woodville.

Een of meerjarige kruiden die soms winterhard zijn, andere zijn kasplanten.

Zelden zijn ze wat houtig. Tegenoverstaande membraanachtige en geveerd nervige, zelden 3-5nervige bladeren.

Lange, smalle rode, gele of purperen bloemen die meestal in eindstandige eenzijdige, wat gedraaide trossen staan.

Een 50 soorten in Amerika.

Loginiaceae.

Spigelia marilandica, L. (uit Maryland) Zitten bladeren zijn eivormig tot lancetvormig en 5-10cm lang met afgeronde voet, wat behaard.

Opstaande stengel is kantig en meestal van onderaan af vertakt.

Eindstandige en opstaande aarvormige, eenzijdige 5-15cm lange bloemtros met buisvormige 4-5cm lange scharlaken/rode bloemen die van binnen geel zijn met lancetvormige en spitse slippen die veel korter zijn dan de bloembuis, lijnvormige kelkslippen zijn toegespitst in juni/augustus.

Uit New-Jersey tot Wisconsin, Florida en Texas, wordt 20-50cm hoog. Is beschreven in 1694.

Little Redhead’ komt van de Woodlanders Nursery in South Carolina.

Wisley Jester’ komt van de fa. Hillier, zuid Engeland, Sunningdale.

Naam, etymologie.

Spigelia is zo genoemd naar Adriaan van der Spiegel (Latijn Spigelius) Vlaamse kruidkundige, 1578-1625)

Engelse Indian pink (anjer) Carolina pink, Maryland pink of pink root, worm grass, Duitse Nelkenwurz.

Planten.

Planten in humus houdende grond op half beschaduwde, matig vochtige en goed doorlatende plaatsen, in de winter wat bedekken.

Vermeerderen door zaaien, scheuren en stekken.