Liriodendron
Over Liriodendron
Tulpenboom, vorm, bomen, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,
mUit www.gzkpw.gov.cn
2 soorten komen voor in N. Amerika en China.
Mooie bomen die gekweekt worden vanwege het grote en opvallende blad en grote, tulpachtige bloemen.
Bladverliezend. De bladen zijn lang gesteeld en 2-6 lobbig.
De bloemen zijn eindstandig en alleenstaand.
Magnoliaceae of Liriodendroideae.
Voor de laatste ijstijd werden er een of meer soorten gevonden in Europa en Amerika. Toen het ijs zuidelijker trok werden de Europese vormen eruit gewipt vanwege de grote oost en west bergbarrires en de Middellandse Zee. In Amerika, waar het Appalachia gebergte van noord tot zuid loopt en de bomen langzaam zuidelijk werden gedreven, waren ze in staat zich te verplaatsen voor het ijs front uit. Toen het ijs terugtrok volgden de bomen die weer noordwaarts. Daarom zijn er meer boomsoorten in Amerika dan in Europa.
=Liriodendron chinense, Sarg. (Chinees) veel later ontdekte men in China deze soort die maar 16m hoog wordt met dunner en dieper gelobd blad, verder lijkt die op de Amerikaanse. Kent men de Amerikaanse dan kent men ook de Chinese.
Uit Redoute.
Liriodendron tulipifera, L. (tulpen dragend) Knoppen met twee schubben en zijn lang en toegespitst, aan de top iets omgebogen en donker violet gekleurd.
Zeer opvallend helder licht gekleurd blad verschijnt aan de boom dat zelden beschadigd wordt door insecten of schimmels. In de herfst verkleurt het blad briljant geel.
Jonge twijgen zijn groen/bruin met verspreid staande lenticellen.
Tulpenboom wordt zo genoemd naar de grote groengele bloemen die wel wat op tulpenbloemen lijken. Hoewel de kleur niet zo opvalt doen wel de vorm en grootte dat. De bloem is als een waterlelie die opent in golven van groen. Groen is de hoofdkleur maar aan de binnenkant zitten mooie oranje vlekken op de bloembladen. Hoog zitten de zwavelgele meeldraden als gouden zitbankjes voor zijn bestuivers, de vlinderachtige kolibries, juni/juli. Ook de typisch gevormde bladeren lijken op een tulpenbloem.
Bij oudere bomen is de schors gespleten en schubbig met uitlopers aan de voet Het eerste gedeelte van de boom is takloos en de laatste 20m is dicht bebladerd. Bij oude exemplaren kunnen de takken sierlijk tot op de grond hangen.
Dit is een van de nobelste bomen van de Amerikaanse bossen.
Het zijn prachtige bomen van piramidale vorm die geschikt zijn voor parken en avenues, onpasseerbaar in grandeur door geen andere breedbladige boom. Het is een aangename verschijning met een vrijwel perfecte symmetrie. De boom komt veel voor in de bossen Rhode Island tot Michigan, zuid tot Louisiana en Florida en is daar een belangrijke houtproducent. Het mooist komen ze voor in de vallei van de Chiorivier en worden daar 40-60m.
Het is een grote boom met een kaarsrechte stam die hier 15‑25m. haalt. In Engeland werd de boom ingevoerd in 1663.
Verder zijn er weinig te verkrijgen bijzondere vormen als bv. ‘Fastigiatum,’. Dit is een smalle, piramidale vorm met opgaande takken.
‘Aureomarginatum,’ heeft bladeren met gele of geelgroene rand.
‘Integrifolium,’ heeft bladen zonder lobben en een weinig ingesneden top.
Uit J. C. Krauss.
Naam, etymologie.
(a) Liriodendron is afgeleid van het Griekse lirion: een lelie, en dendron: een boom. Tulpenboom naar de bloemvorm of bladvorm, Duits Tulpenbaum, Engels tulip tree, Frans tulipier, arbre aux tulipes, Italiaans tulipifero.
(b) Door zijn snelle groei en gele bloemen, gele populier, Engels yellow poplar. De naam poplar is misschien ongelukkig gekozen, is niet van dezelfde familie, maar de boom is in Amerika een van de grootste houtsoorten, ook een van de massiefste. Er zijn berichten dat er bomen zouden bestaan van meer dan 5m in diameter, 9m omvang op borsthoogte.
In Virginia en Pennsylvania wordt de boom canoe trees genoemd omdat de indianen de stam uitholden.
(d) Whitewood, naar de kleur van het hout, saddle leaf tree. De Onondaga stam noemt het Ko-yen-ta-ka-ah-tas; witte boom.
(e) Uit de aparte en eendenbekvormige knoppen ontspringen vreemd gevormde bladeren. Die zijn zeer lang, 15cm, vierlappig en 5cm in doorsnede met een afgeknotte top, vandaar de naam saddle-leaf-tree, zadelblad-boom.
Gebruik.
Het hout staat bekend als yellow poplar en dient als werkhout, is gelig en zacht, verrot vrij snel en splijt niet gemakkelijk, is in elke vorm te maken en geschikt voor meubels en boten. Door zijn eigenschap om goed lijm aan te nemen is het de ideale houtsoort om er dunne platen van duur hout op te plakken als mahogany en walnoot.
De binnenste schors is zeer bitter en werd gebruikt als stimulans voor het hart. De aromatische bittere bast en zaden zouden een koortswerend middel bevatten die beter zou zijn dan die van de kinaboom. Dit werd wel gebruikt tegen chronische aandoeningen en tegen tussen pozende koortsen als tyfus. De stof werd wel liriodendrium genoemd. Het geneest sommige vormen van reuma.
Planten.
De boom moet jong geplant worden, zoals alle leden van deze familie, omdat ze kwetsbare en vlezige wortels bezitten die gemakkelijk breken. De wortels zijn ook gevoelig voor uitdrogen. Al met al geeft dit problemen bij het planten. De beste tijd hiervoor is als het blad begint te schuiven, dan genezen de wortels het snelst. Gebruik dan 2 of 3 jarige planten, oudere en grotere planten moeten met kluit worden geplant.
De boom houdt van een beschutte standplaats, vooral in zijn jeugd.
Is bestand tegen vuile lucht, ziektes, snoeien en droogte. Houdt van een humusrijke grond en veel licht.
Zaaien is het beste vlak na de oogst in de herfst. Of stratificeren in september/oktober en in maart zaaien, eerst weken in water van 45 graden, zaad bedekken. Stekken zou kunnen in juni/juli, 1% ibz. De var worden vermeerderd onder glas door veredeling.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl