Lecythis

Over Lecythis

Paradijs noot, vorm, kruiden, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, teelt,

Naam, etymologie.

Lecythis, is Grieks voor een olieafsluiter, dit naar de vorm van de vruchten.

Een geslacht dat uit bomen of struiken bestaat en uit noordelijk Z. Amerika stammen. Ze worden een 40m groot met takvrije stam tot 20m en een doorsnede tot 2meter

Mogelijk komt het geslacht met een 26 soorten voor in de tropen.

Bladen staan afwisselend en zijn gaaf of gezaagd.

Bloemen zijn meestal groot en staan in trossen.

De vruchten verschillen veel in grootte, hebben wel dezelfde bouw. Ze stellen een pot met deksel voor. Bij rijpheid valt die deksel af. Zaden lijken op paranoten, Bertholletia excelsa, hebben echter dunnere schalen en bij sommige zijn ze veel groter. De zaden bevatten wel 75% olie en hebben een betere smaak dan de paranoot. Ze worden door veel dieren gegeten waarom teelt moeilijk is.

Lecythidaceae.

Uit J. Mutis.

Lecythis ollaria, L. (potachtig) de monkey-pot boom heeft eetbare zaden.

De monkey-pot is een regelmatige en urnvormige vrucht of een pot waarop een deksel zit als bedekking.

Komt uit Brazilië.

Uit en.wikipedia.org

Lecythis zabucajo, Aubl. wordt wel gekweekt vanwege de mooie rode bloemen.

Levert de excellente sapucaya noten, noten die op pinda ‘s lijken maar beter zijn.

Komt uit Noordwest Z. Amerika.

Paradijs noot, Paradise nut, Duitse Paradiesnuss of Sapucaia-Nuss wordt voor vele Lecythis soorten gebruikt.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl