Lycaste
Over Lycaste
Orchidee, vorm, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, planten, teelt,
Uit R. Warner.
Naam, etymologie.
Lycaste, is genoemd naar de mythologische naam Lycaste. Er zijn er verschillende, maneaden bij Dionysus, Lycaste een volgster van Artemis, Lycaste van Lemnos die haar tweelingbroer doodde in die nacht toen alle mannen van Lemnos gedood werden door hun vrouwen.
Dit geslacht stamt uit de Andes.
Het zijn soms epifyten, maar meestal aardorchideen die tussen de rotsen groeien m et eivormige schijnknollen.
Ze dragen 1 tot verscheidene, dunne bladeren.
De bloem komt uit de basis van de schijnknol. Elke stengel draagt 1 bloem, doordat er verscheidene stengels komen is het toch rijk bloeiend.
30-40 soorten komen uit Mexico en Tropisch Amerikaanse eilanden.
Sommige zijn bladverliezend of half bladverliezend.
Orchidaceae, orchideefamilie.
Het geslacht is verdeeld in 4 subsecties en 1 ervan heeft 2 subsecties.
Sectie Deciduosae; bladverliezend meestal tijdens een tijdelijke droogteperiode, subsectie Xanthanthae, xantho; geel, anthos; bloem, ze hebben gele tot oranje bloemen, subsectie Paradeciduosae, para; gelijk of vlakbij, deciduosae; bladverliezend.
Sectie Longisepalae, heeft zeer grote bloembladen of sepals.
Sectie Macrophyllae, macro; groot, phyllae; bladeren, houden hun bladeren ook in droogtetijden.
Sectie Fimbriatae, hebben gefranjerde lippen.
6. =Lycaste schilleriana, Reichb. (Duitse consul Schiller, orchidee liefhebber uit 19de eeuw) Heeft schijnknollen met 2 bladen die ovaal/lancetvormig zijn en tot een halve meter lang komen.
Bloem is wit en gespikkeld met bruin op de rug, 16-18cm. Vaak zijn de delen van de bloem gespikkeld en soms harig in juli/augustus.
Uit Centraal Amerika.
10. Sectie Xanthanthae.
Uit C. Morren.
=Lycaste cruenta, Lindl. (bloedkleurig) met ingedrukte schijnknollen van 10cm lang en 5cm breed.
Vele ovale bladeren van 35cm lang.
Gele tot geelachtig/groene kelkbladeren me oranje/gele kroon met rode stipjes en rode vlekken in de keel en veel groter dan die van Lycaste aromatica. De bloeitijd is het voorjaar.
Is afkomstig uit Guatemala. Is beschreven in 1841.
12. Sectie Macrophyllae. Uit Curtis botanical magazine.
=Lycaste skinneri, Lindl. (G. Ure Skinner, 1804-1867, Engels koopman en plantenliefhebber) was een bekende bij de kwekers.
De plant geeft een 5 stengels die elk een wasachtige, wit/rode bloem dragen.
Komt uit Guatemala en is in 1842 beschreven.
sectie Xanthanthae.
13. Uit W. Hooker.
=Lycaste aromatica, Lindl. (geurend) Lijkt op cruenta, maar heeft kleinere bladen en bloemen.
6cm lange en 4cm brede schijnknollen.
1-2 bladeren van 40cm lang.
Groenachtig oranje kelkbladeren met goud/gele kroon en oranje/gele lip met rode stipjes, geurend en bloeit iets eerder, in de winter tot voorjaar.
Uit Mexico is in 1842 beschreven.
Sweet scented Lycaste.
Sectie Xanthanthae.
Uit C. Loddiges.
Lycaste deppei, Lindl. (Berlijnse kweker en plantenverzamelaar Ferdinand Deppe in 1823) De afgeplatte schijnknollen zijn 10cm lang en 5cm breed.
Meestal 3 bladeren van 30cm lengte.
Rijke bloeiend met vlakke en bleekgroene kelkbladeren met rode stippeltjes en kleine witte kroonbladen, witte en rood gestreepte lip in voorjaar.
Uit Guatemala, Xalapa, is beschreven in 1828.
Planten.
Zet ze in het licht. Tijdens de groei, in de zomer, voldoende vochtig houden en zo gauw er bloemstengels komen voorzichtig zijn met water geven, vooral de bladoksels droog houden. In de winter rust geven, een maand droog houden.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl