Bunium

Over Bunium

Aardkastanje. Vorm, afkomst, geschiedenis, etymologie of naamgeving, vermeerderen, cultuurvariëteiten.

Uit G. Oeder.

Bunium is een bloeiend geslacht dat met 40-45 soorten voorkomt.

Apiaceae, schermbloemenfamilie.

Bunium bulbocastanum, L. (kastanjeachtige bol) de aardkastanje of kastanjekummel is nauw verwant aan Carum. Lijkt op Conopodium majus.

Ronde gevulde stengel.

Bladen zijn in omtrek driehoekig en 2- tot 3-voudig geveerd, lijnvormige blaadjes.

Witte en eindstandige bloemen met 8-20 stralen komen in mei en juni.

Wat langwerpige vrucht van 3-5mm lang met vlakke ribben.

Een sierlijke en wat elegante plant van een 30cm hoog .

De plant heeft een vlezige, knollige wortel.

De aardkastanje groeit op kalkhoudende gronden in graslanden en aan akkerranden in Europa tot Indi.

Naam, etymologie.

(Dodonaeus) (a) 'Bunium als blijkt uit de beschrijving van Dioscorides die aldus luidt: 'Bunion, zegt hij, brengt voort een vierkantige steel die tamelijk lang en groot is en een vinger dik,: de bladeren die bij de wortel zijn lijken op eppe zeer goed, dan de andere die omtrent de top groeien zijn veel dunner en smaller. De bloem is als die van dille en het zaad ruikt goed en is kleiner dan bilzezaad.

Bunium; Grieks bounias: knol.

(Dodonaeus b) 'Dit kruid heeft zijn naam in het Grieks Bolbocastanon gekregen naar de gedaante van zijn knobbelachtige wortel die van maaksel of aanzien op een Bulbus, dat is klister of knobbel, lijkt en van smaak dichtbij de kastanje komt als of men zei klister kastanje of knobbel kastanje, dan in deze tijden is het bij sommige ook op het Grieks Agriocastanon genoemd geweest, dat is wilde kastanje. De Hoogduitsers noemen dit gewas Erdt-Kesten als of men aardkastanje zei en Schafernuss.'

Duits Gewohnliche Knollenkummel, Geowhnliche Erdkastanie. De Italianen en Spanjaards noemen ze castagno di terra.

(Dodonaeus b) 'Alexander Trallianus vermaant van het Bolbocastanon in zijn zevende boek en stelt dat onder de dingen die nuttig zijn diegenen die etter spuwen en tezamen ook eetwaren, spijzen of voedende dingen zijn. Ze heet hier te lande eerdtnoten en ook soms eerdakers, in het Latijn van Lobel Nucula terrestris Septemtrionalum Oenanthe Matthioli, maar te onrecht. Behalve de voor vermelde namen heeft dit kruid ook de navolgende, te weten Bounion, Bunium, Anemosphoron, Arctium en bij sommige met grote dwaling Apios, bij andere ook kwalijk Meum en bij andere Bulbina. De Zeelanders noemen het kleyn eerdtnoten, de Hoogduitsers Kleyn Erdnusz, die van Savoye faverottes, de Engelse kippernutz.'

Aardnoot, en Ackernusz, Engelse earth chestnuts, earth nuts, ground nuts, tuberous caraway earth nut, en cipper nuts, kipper nut of knipper nut, hare nut, hawk nut, hog nut, pig nut of St. Anthonyճ nut, zie Ranunculus. Frans ernote en terrenoise of terre noix, chtaigne-de-terre.

Dodonaeus 'De Italianen noemen deze wortel pancaseclo, als of men kaas en brood zei omdat ze de landlieden in plaats van kaas en brood strekken mag. Ze versterkt de maag en geeft middelbaar voedsel en is goed de blaas en nieren.'

Engels black cumin, zie de volgende.

Uit Matthiola: 'Echter welke de auteur zet is zonder twijfel niets anders dan welke gewoon Bunium of Bulbocastanum Trallani genoemd wordt, Duits aardkastanje of herdersnoot (Erdtkesten oder Schfersnsz) omdat de herders op het veld ze te eten plegen, de wortel smaakt vast zoals een kastanje, is doch wat strenger, draagt witte bloempjes in schermen, uit diezelfde wordt zaad zoals kummel, echter kleiner, groeit graag in vetten schaduwachtige akkers.'

Gebruik.

Aardnoot, of aardkastanjes, de knol is vast en nootachtig, vezelig en inwendig is het wit en melig. De knollen worden gekookt en geroosterd net als kastanjes. Varkens zijn er dol op, vandaar dat ze in Sussex pig nuts genoemd worden, aldus Culpeper die tevens meldt dat ze tot Venus behoren 'They provoke lust exceedingly, and stir up these sports she is mistress of.' Als je in Schotland teveel eet van de lousy arnuts, dan zullen er luizen in je haar krioelen.

De zaden worden gebruikt als een kummel en het blad als peterselie. Gepoederde noten waren goed tegen verkoudheid.

Het gebruik was vroeger zo. (Dodonaeus) 'Deze kleine aardnoten zijn zeer goed diegenen die bloed en etter spuwen en ook bloed plassen. Deze wortels zullen nuttig gebruikt worden van diegene die hun plas niet goed houden kunnen en ze zijn goed in spijs als de pastinaken.

Ze zijn ook zeer nuttig de uitterende mensen en diegene die van hoog gevallen zijn en die van een paard gevallen zijn of de leden en het ingewand door het schokken en hotsen ontsteld en gekwetst hebben zodat ze daardoor bloed spuwen en bloedig plassen en veel gestold bloed in het lijf hebben.

Men eet deze kleine aardnoten wel rouw, maar ze zijn beter en lieflijker van smaak als ze gaar gemaakt, dat is gebraden of in water gekookt zijnծ

Uit varimparim.ru

Bunium persicum Fedtsch. (uit Perzi) Groeit van Z. O. Europa tot O en Z. Azië. (Volgens sommigen een vorm van Bunium bulbocastanum)

Wordt 60cm groot en 25cm breed met fijne bladeren, zelf bestuivende bloemen.

De kleine ronde wortel is eetbaar en kan rauw of gekookt gebruikt worden en smaakt als kastanjes. Het blad kan gebruikt worden als peterselie.

Echte zwarte komijn is inheems in Indi, Pakistan, Kashmir, Kashmir kummel, en Afghanistan. Daar wordt het in allerlei kruidenmengsels gedaan, voor ons is het meestal wat te sterk.

De Hindoe naam shahi jeera; sjah of keizerlijke kummel verwijst naar zijn geliefheid bij de keizerlijke N. Indische (Moghul) keuken. De meest gebruikte Indische naam is kala jeera; zwarte kruiskummel, Duitse schwarzer Kreuzkmmel, Engels black cumin die gebruikt wordt voor Nigella. In Z. Indische spraken zijn er dergelijke namen ook voor Nigella omdat deze plant daar niet bekend is.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl