Dracaena
Over Dracaena
Drakenbloedboom, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt.
Dit zijn simpele of vertakte palmachtige met een- of meerjarig bebladerde rhyzocorms (preiachtige stammen)
De bladen zijn zwaard-, lijn- of elliptisch gevormd en vaak met gekleurde bladeren die meestal in bundels op het eind van de twijgen staan. Bloemen staan in trossen of hoofden en zijn groen/wit of geelachtig. De vrucht is een bes.
40 tropische soorten komen voor in dit geslacht, de meeste in Afrika, een paar in Azië en 1 in Amerika..
Het zijn een van de meest opmerkelijkste bomen van de natuur en een van de oudst wordende bomen.
Nadat ze een zekere hoogte bereikt hebben, vertakken ze zich. Ze worden 10- 20m hoog. Sansevieria is nauw verwant.
Ze kunnen naar hun groeigewoonten in 2 groepen gedeeld worden.
Een groep van boomachtige met stevige stammen en stijve, brede bladeren die in semi desert gebieden groeien en bekend zijn als drakenbomen.
De andere groep zijn meer harige, struikachtige vormen met dunne stengels en flexibele lijnvormige bladeren die als ondergroei in regenbossen groeien, bekende kamerplanten, en bekend zijn als struikachtige Dracaena.
Liliaceae, Ruscaceae of Agavaceae.
uit G. Gottlieb.
Zie ook: www.drakenbloedboom.com
1. =Dracaena draco, L. (draak) Leerachtige blauw/groene bladeren zijn 45-60cm lang en 5cm breed met een smalle rode rand, oudere bladeren gaan hangen, ze staan eerst in een rozet en later aan dikke en verhoute stammen.
Witte bloemen.
Jonge bomen geven een enkele stam en vertakken pas als ze gaan bloeien. Ze geven geen jaarringen en de leeftijd kan alleen aan de (bloei)vorken geteld worden.
Drakenboom is afkomstig van de Canarische eilanden, wordt 18-20m hoog, in de kamer een ruime meter en 60cm breed. De recent in W. Marokko ontdekte populatie is beschreven als een afzonderlijke, Dracaena draco subsp. ajgal, (uit Agadir) en die op Gran Canaria soms als Dracaena tamaranae.
Uit Beverwijck.
Naam, etymologie.
(Dodonaeus) ‘Clusius noemt deze boom Draco arbor in het Latijn, dat is drakenboom, in Italië noemt men het ook dragone albero, maar de traan of vochtigheid die daaruit vloeit heet Sanguis Draconis en in Italië sanguo de drago als of men drakenbloed zei en men houdt dat voor het echt Cinnabrion Dioscoridis (anders Cinnabrion herba of Connabaris) of misschien Gadensis arbor Posidonii zoals Clusius zegt.’
Dracaena is genomen van het Grieks drkaina: een vrouwelijke draak en wel hierom, als de drakenboom verwond wordt levert het een melkachtig rood sap dat na gedroogd te zijn een harde gom wordt die dezelfde samenstelling en vorm heeft als de substantie die drakenbloed genoemd wordt.
Dit roodachtig sap wordt bij de verfindustrie gebruikt. De ouden geloofden dat in de vrucht een draak besloten lag die door verwonding dit rode sap zou leveren en bij oude afbeeldingen zie je dan ook een klein draakje afgebeeld op de vrucht of het blad staan. Symbool van verstrikken.
Drakenboom, Duitse Kanarische Drachenbaum, Engelse dragon-plant, dragon blood-tree, Canary Islands dragon tree, Franse sandragon, rode draak, dragonnier en totem.
Gebruik.
Zo was het gebruik vroeger. (Dodonaeus, 310) 'Zijn vrucht is zeer goed om de dorst te verslaan, hetzij er enige koorts is, hetzij geen. Dan zijn traan of drakenbloed is nuttig om alle vrouwelijke vloeden te stoppen en rode loop en ook het bloedspouwen en allerlei bloedgang en andere vloeden of buiklopen. En het heeft alle krachten van de bloedsteen, die hematiet genoemd wordt. Is ook goed gedaan bij de dingen die men tegen de gebreken van de ogen bereidt en met was gemengd geneest het de verbranding van de huis en alle puisten en blaren.
Anderen schrijven dat het bloed van een draak is die van een olifant overwonnen is of dat het een sap is van een vreemde boom die in Peru en West‑ Indi groeit die vruchten zou dragen waarin een draakje besloten is, zeer kunstig van de naturen gemaakt, waar naar hij de naam zou dragen van drakenboom.'
(uit Beverwijck) De afbeelding van de draak is wel van Ptereocarpus draco die Nicolaus Monardus beschrijft en zegt dat die uit West-Indië komt. 'De naam Sanguis Draconis of drakenbloed, zegt hij, komt van de gedaante van de vruchten van deze boom want deze vrucht, als men het uiterste velletje of schelletje weg neemt vertoont een klein draakje en zo naar het leven uitgedrukt dat de beste schilder dat niet beter zou kunnen schilderen, te weten met de lange hals, de gapende mond, de scherpstekende ruggengraat en langen staart en opmerkelijke voetenծ Zie daar.
Historie/Gebruik.
Uit www.vulgaire.net
Dracaena cinnabari, (cinneber of vermiljoenrood) leverde het drakenbloed dat al bekend was bij Theophrastus, Plinius en Dioscorides als kinabari. Dit was afkomstig uit Socotra en nabij gelegen Afrikaanse en Arabische landen.
Middeleeuws Sanguis draconis of Demathan kwam eerder van Calamus draco.
In de 15de eeuw werd het Canarische drakenbloed bekend van Dracaena en nog later van Pterocarpus draco. Of er lak uit de boom komt? Na verwonding kleurt die wond wel rood, wat ook met andere bomen gebeurt. De oerbewoners van de Canarische eilanden, de Guanchen, zouden met zijn bloed lijken gebalsemd hebben, wat mogelijk een sage is. De Guanchen, de oerbewoners van de Canarische eilanden, gebruikten het om gebroken beenderen te genezen en andere letsel. In de Middeleeuwen was drakenbloed zo waardevol als goud omdat ook de Spaanse veroveraars de genezende werking erkenden. In de 19de eeuw werd het gebruikt bij tandcrme omdat het tanden en tandvlees gezond zou houden, verder voor lak en politoeren.
In de 18de eeuw berichtte Kampfer en Rumphin over het uit Indische palmensoort, Calamus draco, verzamelde hars dat ook bekend was als drakenbloed. Het is een verfstof die in de lakindustrie gebruikt wordt. Ander drakenbloed wordt verkregen van een palm, Daemonorops draco.
Oude bomen.
Een van de oudste en beroemdste drakenbomen stond op het eiland Tenerife en gold als symbool van de Canarische eilanden. Die stond in de tuin van de heer Franqui, die in het stadje Orontova woonde, het oude Taoro. De omtrek gemeten in juni 1799 bedroeg 46, 5 rijnlandse voeten, (voet 0,314m) wat gemeten werd op verscheidene voeten boven de grond. Volgens Lendru zou de boom nog dichter bij de grond een omvang bezitten van 76 rijnlandse voeten. De hoogte is echter niet meer dan 76 rijnlandse voeten.
Deze boom zou al door de Guanchen vereerd zijn en was in 1402, bij de eerste tocht van Bethencourt al reeds zo dik en hol als het in 1799 werd beschreven: ҄icht bij mijn verblijf stond een reusachtige drakenbloedboom die door de stormen wel geteisterd was, maar die hadden hem niet kunnen vernielen, tien mannen konden hem nauwelijks omvademen.Ӡ
Die reusachtige zuil is in de loop van de eeuwen uitgehold en door een rustieke deur betrad men die ruimte, waarvan het half geopende gewelf nog steeds een verbazende takverbreiding torste. Lange en spitse bladeren, die op degens lijken, kroonden de uiteinden van de twijgen. Witte bloemen die pas in de herfst verwelkten smukten dit koepeldak van groen en hulde haar als het ware in een witte mantel. Op zekere dag schudde een orkaan dit in de lucht zwevend woud. Op 21 juli 1819 werd, volgens von Humbold, door een orkaan het derde gedeelte der takken vernield. De wond werd met metselwerk gesloten tegen het indringende water en werd er een dagtekening in aangebracht. Dit heeft maar even geholpen, in 1869 is deze monumentale boom geheel omgewaaid. Een deel van zijn takken wordt bewaard in het Kew museum.
Een andere bekende, en de nu oudste, staat te Tenerife, in Icod des los vinos. In het begin van deze eeuw was die drie meter boven de grond 13m. De omvang bij de grond was 19.60m bij een hoogte van 20m. De ouderdom werd geschat tussen 200 - 3000 jaar.
De oudste drakenboom werd geschat op 6000 jaar. Een Adansonia op 5000 jaar en de oosterse plataan van Bjuk-Dere op 4000. Het zijn vaak schattingen waar de meningen over verdeeld zijn. De schattingen van de drakenboom zijn gekomen omdat men ervan uit ging dat de boom om de 12 jaar bloeit en dan een zijtak geeft. Door de vele vertakkingen met 12 te vermenigvuldigen kom je op een geweldige hoge ouderdom. Door Humboldt, die hem beschreef en daardoor beroemd werd, werd verteld dat de boom zeer langzaam groeit. Dit lijkt niet zo te zijn en een leeftijd van 1000 jaar lijken de meeste niet te halen.
Struikvormige Dracaena' s.
Uit I. Weinmanno.
=Dracaena cinnabari Balf (cinnaber-achtig) groeit op Socrotra.
Groeit boomachtig, 10m met sterk vertakte kroon.
De hars van deze boom werd gebruikt als geneesmiddel en wierook. De hars wordt onmiddellijk na de regenperiode verzameld, die zijn er in Socrotra 12 maal per jaar zodat er 2 maal geoogst kan worden. De kleur van de hars is bloedrood tot roodbruin.
Dracaena marginata Lam.(gerand) Kale stam met aan de top een kroon van 30 gebogen bladeren.
Donker groene bladeren met rode randen zijn van 40cm lang en 1.5cm breed.
Uit Madagaskar kan wel een paar meter hoog worden.
'Tricolor,' heeft bladeren die wit, roze en groen zijn gestreept.
Madagascar dragon tree of red edged dracaena, Gerandete Drachenbaum.
3. uit en.wikinoticia.com
Dracaena hookeriana, Koch. (Engelse botanist sir William Hooker, 1785-1865, eerder directeur van de Botanical Gardens) (Dracaena rumphii (de uit Duitsland stammende Nederlander Georg Eberhard Rumpf, 1628-1702) Houtige stam is vrijwel niet vertakt.
Leerachtig en glanzend groene bladeren zijn zwaardvormig met smalle, witte en bijna doorzichtige randen, 75cm lang en 5-7cm breed met vrijwel uitstekende hoofdnerf.
Uit de Kaap de Goede Hoop en kan in de kamer wel een paar meter hoog worden.
‘Latifolia,’ verschilt doordat de bladeren bij de stam wat smaller worden.
‘Variegata’, is wit/bont gestreept.
4 Uit Redoute.
Dracaena fragrans, Ker-Gawl. (geurende bloem) (Dracaena deremensis, Engler) De niet gesteelde bladeren kunnen zeer lang worden, wel tot een meter en 10cm breed, hangend en glanzend groen met wat gegolfde randen. De onderste bladeren vallen er na een paar af en dan komt er een bladkroon aan een kale stam.
Witte en geurende bloemen.
Is boomachtig en komt tot 6m of meer, soms vertakt, in huis 100-150cm met een breedte van 60cm.
Uit tropisch Afrika is beschreven in 1786.
‘Bausei,’ kan een ruime meter hoog worden en 40cm breed met 45cm lange en 5-6cm brede bladeren die donkergroen zijn met witte middenstreep.
‘Lindenii’ heeft brede bladeren met geel/witte randen.
‘Massangeana,’ met een brede, geelachtig/witte band over het midden
‘Warneckei,’ met een brede, witte middenstreep plus nog een aantal witte strepen.
‘Roehrsi,’ heeft de bovenste bladeren room/wit en de onderste groenachtig.
‘Victoriae,’ met brede, gele, dwarse banden langs de randen en roomwit gevlekt
Houdt van een vochtige omgeving.
Te donker geplaatst wordt de bladkleur minder.
Corm plant, cornstalk Dracaena, striped Dracaena, compact Dracaena, Duitse Duftender Drachenbaum.
6. Uit l’illustration horticole, J. Linden,
Dracaena goldieana, Bull. (Rev. Hugh Goldie, Engelse presbyteriaanse zendeling in tropisch Afrika)
Laag blijvende plant met slanke, rechtop groeiende stam van 30cm hoogte.
Lang gesteelde, brede en glanzend groene, ovale bladeren die wit tot licht groen zijn gestippeld en gemarmerd in dwarse banden.
Uit W. tropisch Afrika, is beschreven in 1872.
Zebra striped dragonճ plant.
7. uit flickr.com
Dracaena sanderiana, Hort. (Duits/Engelse kweker Henry Frederick Conrad Sander (1847-1920) van fa Sander & Sons, kwekers te St. Albans bij Londen)
Dicht bebladerde stengels waaraan het blad bevestigd is, matig vertakkende en dus ijle groei, een meter hoog.
Smalle en lang gesteelde, donkergroene bladeren met smalle, zilver/witte en dwarse geelachtige strepen, 15-25cm lang en 3cm breed.
Is afkomstig uit Afrika, Kongo. Is beschreven in 1892.
Ribbon Dracaena, lucky bamboo of ribbon plant. Geluksbamboe.
8. uit howtogrowhouseplants.blogspot.com
Dracaena godseffiana, Hort. (J. Godseffe, c.a 1900 bedrijfsleider bij Sander & Sons te St. Albans, Londen) (Dracaena surculosa) (scheut of spruit) Is houtachtig, struikachtig, maar zeer dun en lange stengels.
Korte, brede en kort gesteelde tot zittende bladeren zijn groen met geel/witte vlekjes.
Bladeren zijn fraai gestippeld en hebben zo meer weg van een Aucuba. De bladeren aan de vele knopen zijn klein, opgaand en wat lancetvormig. De andere zijn tegenoverstaand of staan in kransen van drie, ovaal en spreidend.
Lijkt niet op de andere drakenbomen.
Afkomstig uit Kongo en beschreven in 1893.
‘Florida Beauty,’ wordt een ruime halve meter hoog en 40cm breed, sterk vertakt met zeer dunne stengels. Bladeren tegenoverstaand of in kransen van 3, 10cm lang en 5cm breed, ovaal en donkergroen met grote roomkleurige vlekken.
‘Kelleri,’ lijkt erop maar heeft dikkere bladeren en meer losse vlekken.
Houdt van een vochtige lucht.
Te vermeerderen door scheuren.
Uit www.ikea.com
Dracaena marginata Lam.(gerand) is een struikachtige plant met slanke, vertakte twijgen die door de littekens van de afgevallen bladeren een ruitachtig patroon hebben.
De slanke stam draagt aan het uiteinde een kruin van half-stengelomvattende, smal-lijn tot lancetvormige, verspreid staande bladeren, 50cm lang, vlak, glad en afstaand en staan bij ouderdom naar beneden gericht. De bladnerf is aan de onderkant duidelijk zichtbaar en de donkergroene, glanzende bladschijf is bruinrood gerand.
Uit Madagaskar, kan schaduw verdragen. ‘Bicolor.’’Tricolor’.
Madagascar dragon tree of red edged Dracaena. Gerandete Drachenbaum.
Uit toptropicals.com
Dracaena reflexa, Lam. (teruggebogen)uit Madagaskar, Mauritius en andere eilanden in de Indische Oceaan, 4–5m.
Een smal opgroeiende plant die langzaam ovaalvormig groeit met een open kroon.
Bladeren staan spiraalvormig, 5–20cm lang en 1.5-5cm breed aan de basis, staan in dichte kransen en zijn donkergroen.
Kleine bloemen in trossen, wit, in de winter. Dracaena reflexa var. angustifolia (smalbladig) heeft een magenta tint in zijn bloemen en olijfgroene bladeren.
Pleomele of song of India.
Planten.
Het zijn bekende kamerplanten, die vaak gekweekt wordt alsof ze van een stuk hout gegroeid zijn. Een stammetje in de grond gestoken, met minstens een 4 ogen, levert dan ook aan de onderzijde wortels en aan de bovenkant de bladen. Ook is topstek heel goed mogelijk.
Ze zijn er in verschillende bladkleuren. Verschilt van Cordyline door de gele of roodachtige wortels, die van Cordyline zijn wit Cordyline vormt worteluitlopers en Dracaena niet. Dracaena heeft grotere bloemen, hoewel je dat zelden ziet.
Geef ze een warme en vochtige plaats in het licht, hoewel ze goed schaduw verdragen.
Vermeerderen door zaaien, stengelstukken en kopstek.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl