Cerastium
Over Cerastium
Hoornbloem, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt.
Uit O. Thome, www.BioLib.de
Een geslacht van n- of meerjarige met witte trechtervormige bloemen en kleine smalle tegenoverstaande blaadjes.
Het kleine blad is grijsgroen of viltig.
Groeien meestal snel en spreiden zich breed uit.
Een enkele vorm is een lastig onkruid, vooral in grasperken.
Caryophyllaceae, anjerfamilie. Een 100-200 soorten komen over de wereld verspreid voor, meest in Europa en Azië. Bij sommige auteurs wordt dit aantal tot 50 gereduceerd.
=Cerastium arvense L. (van 't veld) Bladen zijn smal en spits toelopend, donzig en dof grijsgroen gekleurd.
Stengels zijn veel vertakt en buigend naar de basis.
Bloembladen zijn groot en duidelijk zichtbaar. Een van de mooiste vormen en heeft grote en melkwitte bloemen in mei en juni.
Meerjarig. Groeit op zandwegen en zonnige plaatsen van het N. Halfrond.
Naam, etymologie.
(a) Cerastium komt van het Griekse keras: een hoorn, een verwijzing naar de harde en soms wat licht gekromde vruchten. Na de bloei verschijnen de doorschijnende vruchtendoosjes, de hoornbloem, Duitse Hornkraut, Engels hornweed, cerast, en Franse ceraiste.
(Dodonaeus) (b) ‘Het tweede en het derde geslacht (1ste is Stellaria holostea, 2de S. media) wordt Morsus Gallinae in het Latijn of Hippa minor genoemd. Ruellius zegt dat het van de Italianen Passerina genoemd wordt, van de Fransen du mouron, waarvan de Nederlanders de naam muur genomen hebben, in het Hoogduits Hunerbiss, in het Engels chickeweede. De allerkleinste muur is een zeer bekend kruidje en is Alsine minor Fuchsij, van Dodonaeus en andere Alsine minima, in het Hoogduits heet ze Fiebercraudt om dat ze de hitte in de koortsen door verkoeling laat verminderen. Deze twee laatste soorten (met Stellaria media) willen sommige in het Latijn ook Passerina noemen, als of men mussenkruid zei.’
Akkerhoornbloem, Engelse field chickweed, field mouse ear, Duits Acker-Hornkraut, Huhnerdarm of Herzgras.
Gebruik.
‘Kleine muur en ook de middelsoort is een zeer goed kruid tegen de hete schurft van de handen als men, nadat het met wat zout in water gekookt is, de handen er dikwijls in wast.’
Uit verhalenencolumns.blospsot.com
Cerastium biebersteinii, DC. (Friedrich August Marschall von Bieberstein, 1768-1826, Duitse botanicus)
Smal langwerpige tot lijnvormige bladeren.
Liggende stengels die grote zoden vormen, bloeiende stengels opgericht.
Helder witte bloemen van 2-3cm groot komen in mei/juli.
Vruchtjes staan rechtop met rechtopstaande, vlakke hauwtjes.
Het plantje wordt gebruikt, vanwege het mooie witte sneeuwkleed, als bodembedekker. De niet bloeiende takken kunnen zich sterk vertakken en zo een mooie mat vormen.
Het sneeuwkruid heeft grijsachtig donzig blad waarop in mei/juni witte sterretjes stralen.
Het sneeuwkleed kan woekeren en vrijwel een onkruid vormen. Symbool van vernuftig simpel.
Sterk groeiende plant die helemaal grijs viltig behaard is.
Uit de Krim, Taurusgebergte en Kaukasus wordt 15-30cm hoog. Is beschreven in 1820.
Boreal chickweed, viltige hoornbloem.
Uit www.redorbit.com
Cerastium beeringianum var. grandiflorum (Fenzl) Hultn (van of uit de Beringzee) ( Cerastium grandiflorum, W. & K. (grote bloemen) Smalle, lijnvormige bladeren.
Eerst liggende en dan opgerichte stengels zijn bovenaan vertakt en aan de voet wortelend.
Talrijke helder witte en ca. 3cm grote bloemen in mei/juli.
Behaarde vruchtjes met aan de rand omgekrulde tanden.
Vormt dichte zoden en is geheel grijs viltig behaard.
Uit Bosnië en Herzegovina wordt 15-20cm hoog.
Frans ceraiste des champs. Alpine chickweed.
Cerastium candidissimum, Correns. (zeer wit) Lijkt veel op tomentosum maar verschilt ervan doordat deze plant dichter en mooier wit viltig is, kortere bloemsteeltjes en kleinere bloemen in mei/juni, de vruchtjes hebben omgebogen tanden.
Uit Griekenland, wordt 10-15cm hoog.
Uit J. Kops, www.BioLib.de
=Cerastium fontanum subsp. vulgare (Hartm.) (bron beminnend en vulgair of gewoon) Greuter & Burdet (Cerastium holosteoides Fr. (Holostea-achtig) (Cerastium vulgatum) Er zijn 2 ondersoorten: Gewone hoornbloem, Subspecie vulgare en glanzende hoornbloem, subspecie holosteoides.
Bladen zijn eivormig.
Stengels zijn harig en bijna opgaand, vaak wortelend aan de onderste knopen en veel vertakt aan de onderkant.
Bossige bloemvorm, wit en onaanzienlijk in maart tot september.
Meerjarig van 10-15cm hoog uit Europa.
Naam.
Gewone hoornbloem, Engelse broad leaved mouse ear chickweed, Duits Gewohnliches of Gemeines Hornkraut.
Uit J. Kops, www.BioLib.de
Cerastium glomeratum, Thuill, (kluwen, op elkaar geplakt) Eenjarige plant.
Bladeren zijn eirond tot elliptisch, geelgroen.
Kluwen van dicht opeen gepakte kleverige witte bloempjes.
Kluwenhoornbloem, Stierkraut en Knuel-Hornkraut in Duits, Engels sticky mouse ear, Frans craiste agglomr.
Uit Europa, algemeen.
Uit de.wikipedia.org
Cerastium pumilum Curt. (dwergachtig) is een eenjarige donkergroene, vaak sterk rood aangelopen plant van 2-20cm.
De stengel is met klierharen bezet.
De bladeren met kort behaarde bladranden zijn langwerpig of ei- tot lancetvormig.
Bloeit in april-mei met 6-9mm grote, witte bloemen.
De vrucht is een lang-walsvormige doosvrucht die met 10 tanden openspringt.
Het is een plant van droge, matig voedselrijke, zandige of stenige grond van het Middellandse Zeegebied en Midden- en W. Europa.
Naam.
Steenhoornbloem, Duits Dunkles Hornkraut, Engels dwarf mouse-ear, Frans craiste nain.
Uit J. Kops, www.BioLib.de
Cerastium semidecandrum, L. (half tienmannig, dus 5 meeldraden of helmknoppen) Bladen zijn eivormig tot ovaal.
Stengels zijn harig en kleverig en dragen een paar bloemen.
Bloeit al vroeg in het voorjaar. De witte bloemen zijn bijna verborgen in de bloemkelk, bovenste helft van de bloemkroon is ingesneden, bloeit tot mei en verdwijnt dan.
Eenjarig.
Een klein kruid op droge muren en zandige plaatsen, ook op vochtiger plaatsen.
Naam.
Zandhoornbloem, Engelse five stamenend mouse ear chickweed of little mouse ear chickweed. Sand-Hornkraut, Fnfmnniges Hornkraut.
Uit www.biolib.de
Cerastium tomentosum L. (viltig) Onderste bladeren zijn spatelvormig, de overige lijn/lancetvormig.
Vormt dichte zoden die niet woekeren met liggende tot opgerichte stengels. De hele plant is grijs viltig behaard.
Helder witte bloemen van 2-3cm groot in mei/juli.
Vruchtjes met rechte en aan de randen omgekrulde tanden.
De Italiaanse, compacte zodenvormer van 15-20cm hoog.
Uit Europa en Klein Azië is beschreven in 1648.
=De var. ‘columnae’ ( Fabio Colonna (Latijn Columna) Italiaanse botanicus, 1571-1640) groeit compacter, wordt niet hoger dan 15cm en maakt als totaal meer een helderwitte indruk. Stengels en bladeren zijn veel korter.
‘Silberteppich’; maakt een wit tapijt.
Naam.
Viltige hoornbloem, Jerusalem star, snow in summer, snow plant, woolly mouse ear en chick weed, Filziges Hornkraut, Frans craiste tomenteux.
Planten.
Het zijn meestal lage zodevormende planten die geschikt zijn voor rotstuinen en borders van drogere gronden. In vette grond groeien ze wel sterk maar dan verdwijnen meestal de grijze haren, de planten worden ook minder hard waardoor ze ճ winters weg rotten.
Groeit het liefst in zand en volle zon en is het mooist in grote groepen. Vooral als het gecombineerd wordt met Aubrieta, Saponaria, Iberis, Alyssum en Campanula's.
Vermeerderen door scheuren na de bloei in juni en stekken.
Zaaien in februari bij 15 graden , uit zaad krijg je nogal uiteenlopende planten.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl